René Froger heeft
wat te vertellen
4
-I
D
Friday Night Fever in Parijs
Wastafel
ZATERDAG 26 SEPTEMBER 191
Nieuwe theatertournee: 'HomeAgain'
Of hij zijn beste tijd gehad heeft? René Froger kijkt eerst even verbaasd en gaat fel over
tot de tegenaanval.Nederlanders zijn daar een beetje makkelijk in. Het respect is hier
gauw weg. Ik treed nog netzo veel op als vijf jaar geleden, de cd- en kaartverkoop voor
concerten loopt nog altijd waanzinnig. Als artiest ben ik alleen maar beter geworden.
Mijn muzikaliteit is gegroeid, ik heb het vak entertainment nu redelijk onder de knie en
mijn stem is beter dan ooit.Kortom: de zanger bruist van strijdvaardigheid.
ené Frogers nieuwe the-
I atertournee 'Home
again', is bij voorbaat
een succes. Zelfs voor het concert
in het Sportpaleis Antwerpen, waar
16.000 mensen in kunnen, loopt
het storm. Een vervolg van de kers
verse tournee is al in de maak. Die
gaat half januari 1999 van start.
„Jullie journalisten lijken er ver
baasd van te staan dat ik er nog al
tijd ben", zegt hij ietwat vinnig.
„Mijn muziek is niet veranderd. Het
muzikale gehalte is wel hoger ge
worden. Daar blijf ik aan werken. Ik
verkoop nog altijd meer cd's dan
een artiest die eens een keertje op
nummer één in de hitparade staat."
De toon van de ras-Amsterdam
mer is inmiddels weer vriendelijk.
René Froger hoeft zijn gestaag
voortdurende succes niet te verde
digen. Kapsones kent hij niet. „Ik
ben een zanger. En dat is een vak.
Het is niet even een kunstje doen.
Ik ken mijn vak, ik beheers het re
delijk goed. Ik weet hoe ik mensen
kan boeien. Een nieuwkomer kan
op cd leuk klinken, maar weet niet
half hoe hij zijn publiek moet boei-
derland een sterstatus willen op
bouwen. Dat ben ik trots op. Ik heb
er hard voor moeten werken om er
te komen. Fysiek en mentaal kost
het nog altijd bloed, zweet en tra
nen. Bekend worden is veel makke
lijker dan bekend blijven. Ik beschik
over een natuurlijke aandrang om
dat vol te houden. Ik ben jong, dus
het kan nog alle kanten op."
Fors karwei
„Ik sta er niet bij stil dat het morgen
over kan zijn. Natuurlijk heb ik wel
eens momenten dat ik er even aan
denk. Maar ik ben een echte straat
vechter. Soms kost het me meer
moeite om de schouders eronder te
zetten. Maar ik kan wat hebben,
hoor. Ik heb het afgelopen jaar een
paar stootjes gehad
Misschien, zo redeneert Froger, is
de buitenwereld gewend geraakt
aan het succes. „Het valt niet meer
op als ik zes keer in een bomvol
Alioy' zing. Toch is het iedere keer
weer een fors karwei om dat te vol
brengen. Wanneer je elke dag volle
zalen trekt, moet je uitkijken dat je
dat niet gewoon gaat vinden. Ik
vind het nog steeds uniek dat ik dat
volhou.
Ik een legende? Dat zul je mij niet
horen zeggen. Ik vind dat woord
ook zo beladen. Het is steeds weer
vallen en opstaan. Ik moet iedereen
elke keer weer motiveren om er een
feest van te maken. Er zijn mensen
die vinden dat mijn succes te lang
duurt. Dan zeg ik: doe het maar
eens na. Als je tien, elf jaar zo bezig
kunt blijven dan kun je toch wel
wat. Een liedje zingen is geen vak.
Voor mensen die er, net als ik, hun
boterham mee moeten verdienen
komt er veel meer bij kijken. Ik ben
er trots op dat ik in Nederland de
dingen kan doen die ik nu doe. Ook
andere Nederlandse artiesten pluk
ken daar de vruchten van. Ik ben
een soort van voorvechter geweest
om dit soort dingen mogelijk te
maken."
Zijn privéleven is de laatste tijd
behoorlijk uitgemeten in de roddel
bladen. „Zoiets grijpt je altijd aan.
Maar het heeft geen weerslag op
mijn werk. Misschien dat de men
sen moe worden van al die verha
len over mij. Daar kan ik persoon
lijk niets aan doen. Die bladen vin
den het blijkbaar nodig omdat mijn
populariteit zo groot is. Daar moet
ik mee leren leven. Al word ik wel
eens boos als ze weer een hoop leu
gens spuien."
René Froger: „Ik ga niet in het Nederlands zingen. Althans, voorlopig niet. Waarom zou ik?" foto archief kippa
„Ik ga dit jaar weer op tournee
langs diverse grote theaters. Omdat
ik het belangrijk vind om bij de
mensen thuis te komen. De laatste
tournees gingen langs grote hallen
waar 4500 tot achtduizend mensen
in kunnen. Ik wil het publiek weer
eens horen zuchten, wil het kunnen
aanraken. Deze tournee wordt een
soort vertelling van wat ik het afge
lopen jaar heb meegemaakt. Er is
zo veel gebeurd. Zo'n persoonlijke
show kun je in een theater beter
brengen dan in een grote hal.
Ik heb mezelf nooit als een gepo
lijst artiest gezien. Mijn leven is
rock 'n' roll. En dat mag iedereen
weten. Met deze nieuwe show wil ik
vertellen hoe het met me gaat.
Menselijkheid heeft bij mij altijd
hoog in het vaandel gestaan. Een
artiest heeft ook zijn zwakheden.
Dat mag het publiek best weten.
Tien jaar geleden had ik een der
gelijke persoonlijke aanpak niet
kunnen doen. Toen was ik bezig
met het opbouwen van mijn carriè
re. Maar voorop staat dat elk con
cert ook nu nog vooral een feestje
moet zijn. Er zit veel humor in. Dat
vind ik heel belangrijk. Bij mooie
ballades wil ik serieuze verhalen
aanhalen. Ik heb met recht nu meer
te vertellen dan vroeger.
Ik ga niet in het Nederlands zin
gen. Aldians, voorlopig niet. Waar
om zou ik? Ik heb in het Engels zo
veel succes. Moet ik het doen om
dat het Nederlandstalige repertoire
momenteel hoog scoort? Als dat de
reden zou zijn, zou ik mezelf hoerig
vinden. Dat zou goedkoop scoren
zijn en daar geloof ik niet in."
René Froger komt met zijn nieuwe
show o.m. in Haarlem (29 septem
ber). Den Haag (2 oktober), Utrecht
(12 oktober), Amsterdam (20 no
vember) en Rotterdam (4, 5, 7, 8,
10, 11 december). Met zijn volgen
de programma, doet Froger Leiden
aan op 17 mei (Stadsgehoorzaal).
Ruim baan voor skaters
Nu de Solex, de 'eend' en de 'snoek'in het museum van oudheden zijn beland, heeft de Fransman zich rot een nieuw
vervoermiddel gewend: de rolschaats. Vier miljoen skaters teisteren tegenwoordig de trottoirs, vooral die van Parijs. Eén
avond per week mogen ze in de Franse hoofdstad op straat rijden, begeleid door agenten op rolschaatsen.
door CEES VAN ZWEEDEN
Het is 22.00 uur, Place d'Italie. De avond
is gedaald, duizenden mensen verdrin
gen zich voor bioscoop Gaumont. Maar er
is iets raars met deze mensen. Ze zijn een
stuk groter dan gemiddeld, en ze staan niet
in de rij voor het loket. Ze zijn ook veel
sneller. Dit zijn de skaters van Parijs.
Het ritueel is iedere vrijdagavond hetzelf
de. Skaters komen bijeen op Place d'Italie.
Schelle fluitsignalen, en weg is iedereen
voor een tocht van drie uur door nachtelijk
Parijs. Een rit over het asfalt, zonder de hin
der van gemotoriseerd verkeer; alle wegen
van het traject.worden er voor afgesloten....
Obers staken de bediening als de skaters
langskomen, monden van toeristen vallen
open, het volk klapt en juicht.
Vanavond: meer dan 5.000 mensen. Er
zijn 65-plussers, zoals Sylvain, die gekomen
is voor de 'unieke sfeer'. Er zijn kinderen
van acht, zoals Matthieu, die 'met pappa
mee mag'.
En dan zijn er ook de politiemannen op
rolschaatsen. Het is hun taak de kudde bij
een te houden. Als herdershonden waken
de skater-cops over de kudde, erop toeziend
dat geen enkel exemplaar te zeer geïsoleerd
raakt.
De skater-cops zijn verschrikkelijk goed.
Ze werden onder gewone agenten geselec
teerd door een voormalige olympisch kam
pioen hardrijden, Marc Bella. En ze oefe
nen veel. „Iedere maandag trainen we acht
uur", zegt brigadier Pascal Fubini, de leider
van het spul. „Je moet alles kunnen: trap
pen op, trappen af, wenden, stoppen, acce
lereren."
De skater-brigade werd opgericht toen de
vrijdagavond dit voorjaar plotseling duizen
den skaters begon te trekken. Daarvoor had
de politie enkele maanden gepoogd de ska
ters op motoren te begeleiden, maar zon
der veel succes. „Op rolschaatsen sta je veel
dichter bij de mensen", zegt Fubini. „Je
hebt meer gezag."
Zo gewaardeerd zijn de mannetjesputters
van brigadier Fubini, dat ze sinds kort be
halve pirouettes ook dagdiensten draaien
op rolschaatsen. „Drie dagen per week pa
trouilleren we nu in Parijs zegt Fubini,
„en de brigade wordt uitgebreid van acht
tot dertig man."
De geschiedenis van wat nu 'Friday Night
Fever' heet, is exemplarisch voor de rol van
de rolschaats in Parijs. De skater valt niet
meer weg te denken uit het straatbeeld. In
1992 werden in Frankrijk 40.000 paar rol
schaatsen verkocht, vorig jaar 1,5 miljoen.
Prognose voor dit jaar: ruim 2 miljoen. Het
aantal skaters beloopt nu al 4 miljoen, on
der wie zeer vele Parijzenaars.
Katalysator was de massale staking bij
het openbaar vervoer die in december 1995
de stad verlamde. Voor velen was de rol
schaats toen het enige transportmiddel en
dat zou beklijven.
Probleem blijft de ruimte. De Groenen
willen de fietspaden (totale lengte 100 kilo
meter) in Parijs verbreden opdat skaters er
ook gebruik van kunnen maken.
Het aantal skaters in Frankrijk blijft ech
ter nog ver achter bij dat in Amerika, dat
ruim 22 miljoen toegewijden telt. „Maar in
Amerika is rolschaatsen een sport", legt
Olivier Husson uit. „Hier is het meer een
tijdverdrijf."
Als eigenaar van Nomades, een winkel bij
de Place de la Bastille, verdient Husson (30)
een goede boterham aan dat tijdverdrijf.
Drie jaar geleden begon hij in een boetiekje
in de Marais, dat weldra te klein werd. De
nieuwe zaak, de grootste in zijn soort in het
land, is veel meer dan een winkel. Noma
des heeft een indoorbaan, waar debutanten
de kneepjes van het vak kunnen leren, en
een bar voor dorstige skaters.
„Als u wil weten hoe populair rolschaat
sen hier is geworden, moet u op zondag ko
men", zegt de jeugdige eigenaar. „We be
gonnen enkele maanden geleden klanten
uit te nodigen voor een klein tochtje door
de stad op zondagochtend. Het was de be
doeling dat het kleinschalig zou blijven. We
wilden niet een happening als die op vrij
dagavond. Maar we hebben hier nu al elke
zondagochtend drieduizend skaters bij
een."
Olivier Husson tekent de rage letterlijk
ten voete uit: hij zit met rolschaatsen aan
achter zijn bureau....
Onze
Laatst was ik weer eens in zo'n
keltje waar ik graag kom maar
iets koop. Zo'n winkeltje met
stoelen, zinken emmers, een 1
uit grootmoeders tijd, verwt
spiegels, altijd een aantal besc
bussen en koektrommeltjes,
ouderwetse kachel, ingelijste
van mensen met een gezicht i
jaren dertig, en een massa ond
lijke rommel. Vroeger kwam il
al graag in zulke winkeltjes,
was ik verbaasd over de rare ei
derwetse spullen. Nu ben ik
verbaasd, maar vooral omdat
veel gewone spullen bij zijn di
vroeger thuis ook hadden,
keer stond er een echte wastaff
Nee, die hadden wij niet, ma
had een tante met zo'n wasta
Volgens woordenboeken uit het begi
de eeuw is een wastafel (toen nog;
speld: wasch tafel): 'slaapkamermeubt
het toilet', of: 'tafel met waschgerei op
slaapkamers'. Dat klopt. En zo'n tafel
daar. Inderdaad een meubel, een echi
fel, met marmeren blad, en met een
kom en een lampetkan erop. Het mot
meubel geweest zijn van de gegc
De gewone man waste zich aan de po
of aan de kraan in de keuken. Maar w
zich kon veroorloven, die had een waj
op zijn slaapkamer. Liefst met een die
de erbij, die de kan tijdig voorzag van
water, en die de kom leegde als het w
I achter de rug was.
De wastafel is gaandeweg vervange
I de zogenaamde 'vaste wastafel', wat
helemaal geen tafel is maar een aan d
muur bevestigde waskom, en nu altijc
'stromend water'. De lampetkan en d
kom zijn verdwenen, en ook de tafel,
het woord 'wastafel' is gebleven. Je zi
j kunnen zeggen dat het woord de zaak
overleefd. Of eigenlijk: het woord wor
voor iets heel anders gebruikt.
In mijn ouderlijk huis was een, laten
zeggen: moderne wastafel. Geen tafi
maar een 'aan de muur bevestigde wa
kom'. Er was er maar één, op de oude
slaapkamer. Een prehistorisch groot d
met zware barsten erin, door mijn vat
kunstig dichtgelijmd want die wastaff
nadien nog dertig jaar dienst gedaan,
kinderen wasten ons in de keuken, bi
gootsteen. Taalhistorisch is de gootstt
net zo'n geval als de wastafel. Onze go
steen was dan nog van steen, maar kv
niet meer uit in de goot. De moderne
steen is meestal van metaal, van porc
van een of andere kunststof, maar nie
steen. Maar we blijven het een gootsti
noemen. Het woord heeft de zaak wei
overleefd, en wordt nu voor iets ande
bruikt dan waarvoor het eerst is ingev
In sommige delen van ons taalgebiei
spreekt men niet van een gootsteen
van een pompbak. Laat niemand den
dat de pompbak iets primitiefs of oud
wets is. De moderste en duurste keuk
zijn daar voorzien van een 'pompbak'
komt geen pomp meer aan te pas, mi
woord is gebleven, en heeft gewoon
dere betekenis gekregen. Woorden he
vaak een taaier leven dan de dingen
ermee benoemen.
De Nederlandse gulden is in dit ver
waarschijnlijk een van de sterkste voo
den. Het woord betekent eigenlijk:
munt. Maar het is lang geleden dat er
den guldens waren. Er kwamen papie
guldens, en zilveren guldens, die strik
nomen een contradictie waren. En de
ren gulden is nog heel lang zilveren gi
blijven heten, nadat hij al lang niet mi
van zilver werd gemaakt. En zo kwam
hetzelfde rijtje van de wastafel die gee
is, de roestvrijstalen gootsteen, de poi
zonder pomp, het plastic glas, het pla'
rietje en het kartonnen bierviltje.
Ik zie nu trouwens dat Van Dale in 1
nog een andere waschtafel kende:
soort van gewoonlijk driehoekig tafelt
waarop men de waschtobbe plaatst,
neer het linnengoed gewasschen wor
kan me dat wel voorstellen, ook al he
het zelf nooit zo meegemaakt. Maari
geobsedeerd door dat driehoekige tafi
Want waarom zou dat 'gewoonlijk dri
kig' geweest zijn? Van Dale zal dat toi
uit zijn duim gezogen hebben?
Misschien heb ik in van die romme
keltjes al wel eens zo'n driehoekig taf
gezien, zonder te weten dat ze gebrui
werden om er een wastobbe op te pla
'wanneer het linnengoed gewasschen
wordt'.
De skaters van Parijs op weg voor een ritje van drie uur over voor alle gemotoriseerd verkeer afgesloten wegen.
foto cpd cees van zweeden