Cellist bevangen door 'grandeur' 5aarden zonder plankenkoorts patje meer spirit ad wel gemogen Cultuur Kunst lusici en luisteraars genieten evenveel Cabaretschrijver zocht schok der waarheid Voortijdig vertrek chefdirigent NPO UNPAG 17 AUGUSTUS 1998 M RIJSDAM, 071 -5356444, PLV CHEF AD VAN KAAM 071-5356443 jÜCENSIE LIDY VAN DER SPEK pncert door Kinder- Jeugdkantorij ptenwalde (D), o l.v Ceorg Popp ,d 15/8. Dorpskerk. Voorschoten jwoorschoter Dorpskerk is 1990 een multifunctioneel dat zaterdagavond be- [vverd door een grote groep eren uit de voormalige De Kinder- en Jeugdkan- uit Fürstenwalde verschilt de buitenkant niets van het ie het beste jeugdkoor uit .eidse regio, hip en eigen- 3 Maar zangtechniek en in- :etatie verschillen hemels- I, Is het hier 'in' om aan elke noot een wat zompi- taai te geven, te wiebelen, ien of te deinen, dit koor helder en strak (eerlijk ge- een enkele keer op het af) en staat gewoon pas op aats. :t programma is helemaal makkelijk of doorsnee, jtz, Telemann en Handel vertegenwoordigd, maar Distier (1908-1942), Kret- (1929-1986) en Lahu- (1886-1975). Er wordt a pella gezongen in complexe 811 rstemmigheid, of met een elend aantal instrumenten. - denin het programma staat ance Parade trekt meer bezoekers de uitsmijter 'die grosze Flut' van Günther Kretzschmar, het 'sprookje' over Noach, de ark, het beestenspul en de grote zondvloed die God riep over de aarde. De muziek van deze cantate is ondanks het drama simpel, lichtvoetig, vrolijk. Afwisselend zeggen twee sprekers de tekst en zingt en speelt de kantorij over gevoelens, emoties, be wondering en verwondering. De Orff-instrumenten, hoofdzake lijk allerhande xylofoons, klin gelen en klokken, de gitaar ver telt het verhaal mee. En dat heeft een happy end, tenminste voor de Noachfamilie en haar diergaarde. Het jeugdorkest met strijkers en dwarsfluiten in 'Grave und Gayment' uit Telemanns Sonate in B heeft veel te vertellen. Ze maken echt muziek. De celliste is het cement dat elk steentje in een mooi gestructureerde mo zaïek bijeenhoudt. Ook de bla zers hebben al veel weet van een mooi coloriet in Handels 'Satze für Blaser'. De hele avond ademt toewijding, muzikaliteit, saamhorigheid. Maar een beetje meer zuurstof had gemogen: wat flitsender contrasten in dy namiek en programmakeus, een spatje meer spirit. TERDAM ANP Fast Forward Dance Parade in het centrum van Rotterdam ft meer bezoekers dan vorig jaar getrokken. De politie schat het tal toeschouwers tussen de honderd- en honderdvijftigduizend, af een uur zaterdagmiddag reden vrachtwagens met enorme lidsinstallaties in een kilometerslange colonne door het cen- ■j n. De Rotterdamse Dance Parade is het kleine broertje van de 4^jjkse Love Parade in Berlijn. Vorig jaar trok de parade voor het door de Maasstad. Het evenement trok toen meteen al hon- Iduizend bezoekers. Het aantal deelnemende trucks was dit dertig. Yo-Yo Ma, Boccherini en Bach in Leidse Stadsgehoorzaal Als de immer goedgehumeurde, wereldberoemde cellist Yo-Yo Ma de grote zaal binnenloopt is hij bevangen door de gerestaureerde grandeur en de lichtjes van de Stads gehoorzaal: „Amazing." Het is waarschijnlijk liefde op het eerste gezicht en dat wederzijds. Want de eerste keer dat de tienvoudige Grammy Award-winnaar in de con certzaal aan de Breestraat gaat spelen wordt meteen voor de eeuwigheid vastgelegd. Ton Koopman en Yo-Yo Ma in de Stadsgehoorzaal: „Buiten de grenzen van het standaardrepertoire n maken." foto taco v LEIDEN PABLO CABENDA Naast de natuurlijke charme van het gebouw zijn er kabels, camera's en allerhande opna- me-apparatuur. Het middenge deelte van de zaal is vrijgemaakt voor het Amsterdam Baroque Orchestra, een klavecimbel en een zielig achttjende eeuws or geltje. Deze hele week nemen cellist en orkest in een unieke samenwerking vier celloconcer ten van de Italiaanse barokcom- ponist Boccherini en een aantal voor cello bewerkte Bachcanta- tes op. Het moet uiteindelijk re sulteren in twee cd's die vol gend jaar uitkomen. Verguld is Bart Vieveen met dit hoog bezoek. De pr-man van de Stadsgehoorzaal heeft name lijk grote bewondering voor de ambassadeur van de klassieke muziek. Maar als je vraagt of dit betekent dat in de toekomst nog meer artiesten van het kali ber Ma gaan aantreden in de Stadsgehoorzaal moet hij wel even relativeren. „De bekendste artiesten zullen toch altijd naar het Amsterdamse Concertge bouw uitwijken als ze op tour nee Nederland aandoen. Maar we krijgen er in elk geval meer naamsbekendheid door, en een unieke gebeurtenis blijft het." Een gebeurtenis die te dan ken is aan de akoestiek van de negentiende-eeuwse muziek zaal. Wat Vieveen betreft kun je de Stadsgehoorzaal scharen in het rijtje: Concertgebouw Am sterdam, de Vereeniging in Nijmegen, en het Concertge bouw in Haarlem. En Vieveen staat daarin niet alleen. Dirigent Jaap van Zweden, blokfluitist Frans Brüggen en de artistiek leider van het Amsterdam Baro que Orchestra, Ton Koopman, zijn het roerend met hem eens. Koopman is ook degene die de Amerikaanse cellist naar Neder land haalde voor opnames. Op names die het ensemble ge woonlijk in de kerk maakt, maar die door de kwaliteit en de be schikbaarheid deze keer dus in de Stadgehoorzaal plaats heb ben. Bachcantates Koopman met zijn ensemble is al sinds '94 bezig met het opne men van alle Bachcantates (67 cd's). Hij ontmoette Ma in '95 bij zijn Carte Blanche concerten in het Amsterdamse Concertge bouw. „We hadden toen samen een Bachconcert verzorgd en dat was zo goed bevallen dat hij vroeg om eens samen iets op te nemen. Zoals meestal ging er een hele periode overheen voordat we via platenmaat schappij Sony iets te horen kre gen. Toen het eenmaal zover was, liet Ma de keus voor de stukken geheel aan ons. Uitein delijk zijn het vier celloconcer ten geworden van Boccherini. Omdat opnames daarvan vrij zeldzaam zijn - sommige delen van de partituur moesten we zelfs van microfiche bemachti gen - en omdat het goed past in onze opzet te zoeken naar wat onbekender barokmateriaal. De cantates vallen weer mooi sa men met ons Bachproject en de manier waarop Ma buiten de grenzen van het standaardre pertoire muziek wil maken." Niet alledaags is het zeker. Koopman heeft namelijk be paalde zangpartijen van koralen en soli speciaal voor cello be werkt. Om de authenticiteit van de opnames te waarborgen heeft Ma zijn peperdure Da- vidoff Stradivarius (ooit in het bezit van Jacqueline du Pré) om laten bouwen tot een barokcel- lo. Dit worden de eerste opna mes die hij met dit instrument maakt. Volgend jaar februari, als de vier celloconcerten hun pre mière beleven in het New York- se Lincoln Centre, moeten bei de cd's op de markt zijn. 'eede Delft Chamber Music Festival nu al succes AAD VAN DER VEN zich naar Museum Het Prinsenhof »dt om één van de concerten bij te wo- voelt zich al snel opgenomen in een familie. Saamhorigheid en collectief lousiasme zijn voorwaarden voor het a :es van zo'n kortstondig, intensief zo- festival als het Delft Chamber Music ival. De handen van de musici lijken te en wanneer zij de Van der Mandelë- betreden. Zo kan het gebeuren dat Mi- fl Collins, één van 's werelds beste kla- ttisten, even een klein partijtje in Ravels oduction et Allegro' voor zijn rekening mt, naast zeven andere musici. En dat bekende altvioliste Nobuko Imai de ede altpartij speelt in Mozarts* Strijk- atet in g, samen met de jonge musici hetAuryn Streichquartett. elden komt het voor, dat een muziekfes- meteen zo'n succes is als het Delft imber Music Festival. Alles zat vorig jaar, het voor het eerst werd gehouden, Ook dit jaar ondergaat het publiek waarvoor het naar Het Prinsenhof is gekomen: programma's van een duizeling wekkende veelzijdigheid, uitgevoerd door musici die elkaar inspireren en opzwepen en mede daardoor tot vaak uitzonderlijke prestaties komen. Hoogtepunten tijdens het eerste week einde waren onder meer Debussy's Eerste Rapsodie voor klarinet en piano (Michael Collins en Lars Vogt), de Sonate voor viool en cello van Ravel (Mihaela Martin en Frans Helmerson) en Poulencs Sonate voor viool .en piano (Isabelle van Keulen en Ronald Brautigam). Een bijzondere gebeurtenis was bovendien de bezielde uitvoering van Messiaens 'Quatuor pour la fin d'un temps'. Veel werk wordt tijdens dit festival verzet door het Auryn Streichquartett, een jong ensemble uit Keulen. De uitvoering van* Mozarts Strijkkwintet in g tijdens de ope ningsavond getuigde meteen van ernst en toewijding van dit gezelschap. Samen met de pianist Philippe Cassard werden een dag later alle remmen losgegooid in Dvoraks Pianokwintet. Dat de vier strijkers uit Keulen veel tem perament bezitten, maar vooralsnog een zekere subtiliteit ontberen was gisteren te merken in Ravels 'Introduction et Allegro'. Daarin was het de Nederlandse harpiste Godelieve Schrama, die iedereen verblufte door haar muzikaliteit en bovenal door de diepe klank die zij aan haar instrument kan ontlokken. Hoewel we onmogelijk kunnen spreken van een gelijke gerichtheid van al die musi ci, viel toch de prestatie van één van de gas ten van Isabelle van Keulen een beetje uit de toon. Het pinnige pianospel van Bella Davidovich, onlangs in Amsterdam gehul digd vanwege haar zeventigste verjaardag, kwam in een sonate van Mozart in botsing met de lichte, onnadrukkelijke speelwijze van de organisatrice van dit festival. Terwijl ook twee delen uit Debussy's korte suite 'Children's Corner' - als programmakeuze bovendien een tikje belachelijk - niet be paald verfijnd klonken. Maar dat was dan ook het enige tot dusver aan te merken op dit festival, waarvan de muzikale schoonheid en de geest van spor tiviteit nog tot en met aanstaande zondag avond kunnen worden ondergaan. ïCENSIE SABINE VAN DEN BERG stelling DierEnRijk door Circustheater Mayka Gezien: 16/8, Leidse Hout, Leiden. arden en een varken, een ik met oplegger: we konden niet kwijt.' Voorafgaand aan fantasierijke gratis familie- rstelling die gistermiddag in leidse Hout speelde, gaf de kgroep Leidsehouttheater ge uitleg. Bijna twee decen- streven deze theaterliefheb- naar ingebruikstelling van gelijknamige openlucht- atertje bij het theehuis. Toch asten ze voor deze keer uit- naar een naburig gras- omdat de artiesten die nu raden een hele kinderboer- vanstal haalden. 'ok het publiek had ruimte lig Honderden volwassenen kinderen verzamelden zich an voor de houten tribune "jl opgewekte melodietjes le luidsprekers schalden. De ■e meegebrachte paarden 'den geen last van planken- Ns en keken wat onverschil- r°or zich uit terwijl zij achte- een bosje hooi vermaalden, als vanuit een muziek- en hanengekraai kondig een nieuwe dag aan. Het dat twee jaar geleden tij- het Oerolfestival op Ter- dling hoge ogen gooide, be- beschilderde vrachtauto d gebruikt als boerenwoning een smoezelige boer en een "Ie boerin met klittend haar. Paulo en Mayka leegden uitgebreid hun po voordat ""f 1 dekten om het bees- Deftige dame in jurk met split wordt door de boer aan een been en in haar slip uit de waterput gevist, foto taco van der eb tenspul te voederen. De rest van de eerste helft zouden zij hun gasten met mime vermaken. Geen tekst kwam eraan te pas. Dat hadden de typetjes die ka rakteristiek werden neergezet ook niet nodig. Kostelijk waren de slapstickachtige acts. Paulo kreeg een acrobatische ruzie met een ladder en Mayka stort te, in haar rol van deftige dame in jurk met split, in een water put. Toen de boer haar eruit wilde takelen, bungelde zij aan een been en in haar slip. Het varken verscheen niet ten tone le omdat wat kinderen zodra zijn hok openging bijna naar binnenkropen, maar ook zon der dat Knorri zijn snuit liet zien, bleef er van alles te bele ven. Na de pauze, bijvoorbeeld, werd het boerenerf een circus piste. Vooraf waarschuwde Mayka de kinderen. Ze vertelde, nu wel in woorden, dat haar cir cusnummer met een van de witte hondjes veel plaats vereis te. Paulo vroeg de aandacht met zijn paardendressuur, tot on vrede van de expressieve dame met het hondje die tussen haar kousenband zo nu en dan een hondensnack vandaan toverde. Een zorgvuldige aaneenscha keling van speelse muziekfrag menten begeleidde twee spran kelende uurtjes waarin niet het woord, maar lichaamstaal de hoofdrol speelde en eeri com plete dierentuin, waartoe ook een konijn, een schaap en een eend behoorden, rustig rond scharrelde. Al was de werkgroep Leidsehouttheater nu graag uit 'zijn huisje' gegaan. Volgens de aankondiging is de voorstelling van volgend jaar gewoon weer in het theatertje: 'Want daar ligt onze liefde'. Guus Vleugel 1932-1998 'Cabaret is op zijn toppunt de schok van het ware'. Guus Vleugel is deze door hemzelf geformuleerde definitie van ca baret altijd trouw gebleven. Af gelopen woensdag overleed de tekstschrijver die dit theater genre in de jaren zestig een nieuwe impuls gaf en de basis legde onder de grote carrière van Jasperina de Jong. Vleugel werd op 29 april 1932 geboren in Zeeland, net als zijn grote voorbeeld Annie M.G. Schmidt. Na zijn examen aan het gymnasium wilde hij Frans studeren, een excuus om in het vrijere Amsterdam te kunnen wonen, de stad die hem later eindeloos zou inspireren. In de hoofdstad wordt hij ont dekt door Wim Sonneveld, die hem voor zijn cabaret enkele teksten laat schrijven. Belang rijker is zijn ontmoeting in 1962 met Eric Herfst, een van de oprichters van Cabaret Lu- relei. Daar krijgt hij de kans zich te ontwikkelen tot de tekstschrijver die zijn publiek keihard confronteert met de wonderlijke waarheid van de snel veranderende wereld van de jaren zestig. Daar ook vindt hij in het intieme Lureleithea- ter aan de Leidsekade zijn ge droomde podium en de vertol kers van zijn even messcherpe als speelse analyses: Frans Hal- sema, Sylvia de Leur, Adèle Bloemendaal, Marjan Berk, Leen Jongewaard, Gerard Cox en bovenal Jasperina de Jong. De doorbraak van Guus en Jas perina komt in 1962, als Jaspe rina het ICC-concours wint met een door Han Reiziger ge toonzet liedje over Telemiep, de callgirl. Een gewaagd onder werp voor die dagen, want de omroepen durven uitzending niet direct aan. Telkens weer ziet hij kans om de heilige huisjes waarin seks, religie en koningshuis schijnbaar onaan tastbaar vertoefden, omver te halen en zaken te belichten vanuit een altijd weer volstrekt onverwachte hoek. Want ge zag, normen en waarden staan in die jaren zestig meer dan ooit ter discussie. Terecht naar later zou blijken. Sommige teksten worden zelfs voorpaginanieuws, zoals het Guus Vleugel in 1975. lied 'Arme Ouwe' waarin ko ningin Juliana centraal staat. Toen Gerard Cox dat in 1966 zong tijdens een inspeelvoor- spelling in het Betuwse Tiel, liepen er meteen honderd be zoekers de zaal uit. Het leverde een proces-verbaal op wegens majesteitschennis, maar geen veroordeling. Het blijkt een lied te zijn vol mededogen waarin de konin gin wordt voorgesteld als een oude lieve moeder, die zich steeds maar weer de onzinnige aandacht van het hele volk moet laten welgevallen. Cox zingt dat hij daarom toch maar geen rookbom naar haar Gou den Koets zal gooien: 'Arme ouwe, blijf maar zitten op je troon'. Woede veroorzaakt ook de tan- archieffoto anp go 'God is niet Dood', eveneens gezongen door Cox. En wat te zeggen van de sketch Nieuwe Buren, waarin een Amsterdam se volksvrouw bij de gemeente klaagt over de mensen met wie ze sinds kort haar trapportaal moet delen: 'U weet hoe die jo- denmensen zijn en tenslotte moeten we over dezelfde trap'. Kortom: Vleugel mocht de naoorlogse hypocrisie graag af straffen en dat kwam soms hard aan. Net als later met zijn toneel stuk Sebrenica. Hij schreef hét samen met zijn vriend Ton Vorstenbosch en streek daar mee menigeen met dit beeld van een naïef opererend Ne derlands leger en thuisfront pijnlijk tegen de haren in. Maar hoe actueel nog is dat stuk voor wie vandaag de krant leest. Ook hier geldt dat zijn tekst het hoogtepunt bereikt als het pu bliek geschokt raakt. In 1970 brengt Jasperina haar eerste soloprogramma, waar voor Vleugel zo'n beetje alles schrijft. Maar de jaren zestig zijn voorbij en de vernieuwers van toen maken deel uit van de gevestigde orde. Vleugel laat een licht veranderende toon horen. Hij schrijft voor de show juweeltjes als de hilarische blues over een non die aan de hasj gaat. In 1971 schrijft hij ook het programma 'Moeder, er komt een bevolkingsexplo sie. Ja kind, dat zal me een klap geven'. Een spannende titel, maar het wordt een flop en het einde van Lurelei. Het doet het zelfvertrouwen van de vaak on zekere Vleugel geen goed. Toch schrijft hij in 1973 de vol gende show van Jasperina. Links is aan de macht, Neder land spreekt een andere taal en Vleugel lijkt geen doel meer te hebben voor zijn scherpte. Maar even magistraal als teke nend daarentegen is 'Dobbe dobbe dobbe', een liedje over de moegestreden en nu futloze, uitgeraasde en blasé geworden generatie van de jaren zestig. Het liedje wordt onderscheiden met de Louis Davidsprijs. Bo vendien krijgt Vleugel dat jaar voor zijn totale cabaret-oeuvre de Van der Hoogtprijs. Die eer markeert ook het einde van de samenwerking tussen de onze kere auteur en de perfectionis tische Jasperina de Jong. Ruzie maakt een einde aan samen werking en Vleugel verliest daarmee zijn vertolkster bij uit stek. Hij begint dan vooral toneel te schrijven, zoals het veelgepre zen 'Sterke drank in Oud-Zuid'. Maar de successen van vroeger blijven uit. Vleugel schrijft na de breuk nog wel kritieken en doet van zich spreken met ro mans als 'Een valse nicht'. Maar hij zal toch vooral in de herinnering voortleven als de man die het Nederlands caba ret in de jaren zestig en zeven tig voorzag van onsterfelijk mooi repertoire. HAARLEM ANP David Porcelijn vertrekt als chefdirigent bij. het Noordhollands Philharmonisch Orkest. Het bestuur van het orkest en Porcelijn hebben besloten de samenwerking met in gang van het seizoen 1998/1999 te beëindi gen. Reden van het vertrek van de dirigent is een verschil van inzicht over „de wijze van uitvoering en de fasering van het te voeren beleid", zo meldt het NPO. Het bestuur van het orkest benadrukt dat Porcelijn, die in 1995 bij het orkest begon, erin is geslaagd het peil van het NPO te verhogen. NPO-di- cecteur S. Paardekooper wil verder geen commentaar geven op de kwestie. Concerten voor het aanstaande seizoen die door Porcelijn zouden worden gediri geerd, worden door gastdirigenten overge nomen. Het NPO gaat zo snel mogelijk op zoek naar een nieuwe chefdirigent. David Porcelijn gaat zich concentreren op zijn werkzaamheden in Australië bij het Adelaide Symphony Orchestra en het Tasmanian Symphony Orchestra. Ook is hij gastdirigent bij andere orkesten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1998 | | pagina 13