I Een leven met paniekaanvallen STORING Slag om de student ZATERDAG 8 AUGUSTUS 1998 -n m j .iit\pn< ïve n schrikt wel eens. plotseling overste- id, van een volsla- iverwachte keiharde t soort dingen. Een ma| van lichte paniek •hrejzich dan van men_ ineester. Er komt i de^ijne vrij in het in. (het hart gaat sneller •n. Na zo'n gebeurte- ian mensen vaak te rd i ~r stjen te trillen. Maar in lancF1^ ziïn zo n twee in mensen die dat ge- fcan (lichte) paniek soms zonder dat er lanwijsbare oorzaak mensen hebben last Iiyperventilatie en/of PjBtoornis. jptomen zijn onder duizeligheid, misse- |d, een opgeblazen, jd en benauwd ge- e icortademigheid, een el kjmond, transpireren eiii^rslachtigheid. Anne- rkla|rnsen Alkmaar sjeïuim dertig jaar last ?melfvan paniekstoornis, and&tste jaren heeft ze 8ra$toornis goed onder Dat komt mede steun van hulpver- irganisatie ReBio, 'l&za!euw 'even betekent, ilpverleners van Re- jn 24 uur per dag te- geljch bereikbaar voor mi%i met acute proble- wpe hulpverleners aan 'j^efoon zijn of zelf fo- geweest of hebben jhun naast omgeving laakt. Zeker waar it om de eerste op- de therapeuten staat patiënten te Iging ReBio, Koning- 99c, Postbus 99, 1 Druten. Tel: 0487- els, if Anneke Bernsen helpt lotgenoten vanuit haar eigen ervaring Zo'n paniekaanval, 't Is een afschuwelijke ervaring. Telkens weer, zegt Anneke Bernsen. „Je zult er nooit aan wennen. Juist omdat die aanvallen vanuit het niets kunnen opduiken. En soms wek je die angsten ook met gedachten op. Ja jee, wat voel je? 't Is een buitensporig gevoel van angst dat eigenlijk nergens op is gebaseerd." Anneke wist niet waar ze het zoe ken moest, als ze weer eens door een paniekaanval werd overvallen. „Ik bleef maar rondjes lopen in de huiska mer, steeds opnieuw rond de salontafel. Hartkloppingen, trillende handen, transpire ren, een droge mond en dat beklemmende gevoel van angst. Je kunt echt helemaal niets meer." Bij een paniekaanval, weet Anneke, gaat het om een verstoring van de zogeheten serotonine-huishouding. „Serotonine is een neurotransmitter en die geeft seintjes door van de ene naar de andere zenuwcel. Tijdens zo'n aanval, waarbij ook adrenaline vrijkomt, krijg je het gevoel te moeten vechten of vluchten." Wie binnen een maand vier of meer keer last heeft van dergelijke aanvallen van pa niek, heeft ook daadwerkelijk een pa niekstoornis. In ons land zijn circa twee mil joen mensen die geregeld dat gevoel van (lichte) paniek kennen zonder dat daar een aanwijsbare oorzaak voor aan te geven is. Dè oplossing het probleem voor eens en voor altijd te verhelpen, bestaat niet. „Maar met ademtherapie en gedragstherapieën worden uitstekende resultaten behaald. En daarbij moeten mensen soms ook medicij nen gebruiken. Juist door een goede adem halingstechniek kunnen angst- en paniekge- voelens onderdrukt en later voorkomen wor den. Bij gedragstherapie leer je te kijken waar jouw probleem vandaan komt en je leert er Een serie verhalen over syndromen Tekst: MARGOT KLOMPMAKER ED BLAAUW Illustratie: INGRID JOUSTRA beter mee omgaan. Uit eigen ervaring kan ik zeggen baat bij die therapieën te hebben ge had." Anneke (46) heeft sinds haar zesde jaar last van paniek-aanvallen gehad. „De eerste keer dat ik een aanval kreeg, was ik met mijn ou ders en broers in het bos. Mijn vader zei op een gegeven moment als grapje: 'O jee, ik weet niet meer waar de auto staat'. Ik schrok enorm, vond het verschrikkelijk. Ik dacht: wie moet er nu voor mijn pop zorgen? Echt, ik was helemaal in paniek." „Wat later kreeg ik een aanval in de auto. Mijn broers kregen een broodje. Ik ook, maar ik wilde geen brood uit angst dat ik zou moe ten overgeven. Mijn vader reageerde streng en zei: „Jij eet brood net als iedereen". Mijn vader heeft mij in dat opzicht nooit begre pen." „In de puberteit kreeg ik ook geregeld een aanval. De kans op zo'n aanval werd groter als het ritme van alledag werd verstoord. Daarom ging ik ook bijna nooit mee met schoolreisjes of andere uitjes. Ik ging een keer mee, zat nota bene in de bus, maar ik raakte opeens toch in paniek. Ben uitgestapt en niet meer meegegaan." „Ja, ik ging met mijn gezin op vakantie, maar daarmee is alles gezegd. Vooral de reis er naar toe en zes weken daarvoor was ik he lemaal van slag. Op het moment dat we op de plaats van bestemming waren, maakte ik me snel vertrouwd met die omgeving zodat ik me beter op mijn gemak voelde. Al mijn aanvallen in de loop der jaren zijn voor mijn gezin niet altijd even leuk geweest. En dan druk ik me nog voorzichtig uit." Bij tijd en wijle had ze wel drie, vier aanval len in de week. „Ik had af en toe het gevoel dat ik er niet meer wilde zijn. 't Is vooral de angst dat je geen grip op een bepaalde situa tie hebt. Vroeger was mijn gedrag voor de buitenwereld alleen maar vreemd. Men wist er niet veel raad mee. Ik kreeg kalmeringsta bletten en dat was het." Zo'n 25 jaar geleden kwam ze er achter wat ze eigenlijk scheelde. „Ik zag een uitzending op de televisie over een meneer die bang was voor hoogspanningskabels over rijkswegen. Daar raakte hij helemaal van in paniek. Die angst, dat herkende ik. Dat gevoel dat je niet de enige bent met zo'n kwaal, dat deed me goed." Via de hulpverleners organisatie ReBio (nieuw leven) kunnen de patiënten in hun woonomgeving ademhalingstherapieën krij gen, die op verschillende plaatsen in het land worden gegeven. Verder kunnen ze fobiebe geleiding krijgen en advies, begeleiding en ondersteuning bij het gebruik van medicij nen. Ook Anneke zit voor ReBio zeer frequent aan de telefoon. „Je bent lotgenoot, mensen hoeven jou nauwelijks uit te leggen wat ze voelen. Herkenning van hun problemen is voor hen vaak een heerlijke ervaring, juist omdat ze door de buitenwacht niet of nau welijks begrepen worden. Het beheerst je le ven, maar mede door adem- en gedragsthe rapie is mijn paniekstoornis beheersbaar ge worden. Ik heb gelukkig in geen tijden meer een aanval gehad." Maar ze heeft geaccepteerd dat een paniekaanval altijd op de loer ligt. „Het be langrijkste is dat jouw dagen leefbaar zijn, dat je de dingen kunt doen die je graag doet. Zoals uit eten gaan, op visite gaan. De gewo ne dagelijkse dingen van het leven, daar gaat het om." ken bbt 1 Hven voeren keiharde ■in tekvechten om net Studeerdejongeren. ™fedige talenten zijn mfinars, dus halen mvnemers alles uit de fo) (Dm de aandacht van en academici te gjj'ken. Levensgrote plenties in dagbladen, y>televisiespotjes aal telcommercials, posters bushaltes en op Nations, niets is te gek. limdierichting van de maakt al niks 3ll! inf tut, als ze maar een J'lorna hebben. „Een of kunsth istoricus i'bedrijfseconoomhet dl dan nu allemaal." 'VLVIA MARMELSTEIN Bedrijven azen op hoogopgeleide jongeren Wie een paar jaar geleden met een diploma van een hbo-op- leiding of universiteit de ar beidsmarkt opstapte, moest eerst een maand of twaalf patat bakken, schoonmaken of en quêteren. Zo lang duurde het gemiddeld voordat iemand een baan had die paste bij de opleiding. Werkgevers hadden volop keus uit de duizenden hbo.'ers en academici die stonden te rammelen aan de poorten van hun bedrijven. Nu zijn de rollen omgedraaid. „Bedrijven staan te springen om jonge net afgestudeer den", zegt Annette van de Wetering die voor KPN Telecom jaagt op hbo'ers en academici. „Ons bedrijf groeit als kool en de ontwikke lingen op de telecommarkt gaan razendsnel. Willen we de boel bijbenen, dan moeten we veel jonge talenten in huis halen. Maar er stappen er steeds minder uit de collegeban ken." Met televisiespotjes en levensgrote recla mes in dagbladen wil KPN daarom de aan dacht van jongeren trekken. Van de Wetering speelt zelf de hoofdrol in een van die spotjes ('Ik ben KPN'). „We doen het om meer be kendheid te krijgen. Stel dat een jongere net probeert uit te vinden wat hij in de toekomst wil doen, dan denkt hij door het spotje mis schien ook eens na over ons bedrijf." Aandacht trekken Wie de slimme jeugd wil lokken, moet eerst naamsbekendheid en een goed imago heb ben. „We moeten dus informatie geven over ons bedrijf, uitleggen wat we doen, laten zien wat voor mensen er bij ons werken. Wie zich aangetrokken voelt, komt dan vanzelf wel. Al leen adverteren op het moment dat we vaca tures hebben, is niet genoeg. Daar lopen jon geren niet meer warm voor." De aandacht van jongeren trekken is pure noodzaak. Grote bedrijven moeten vandaag de dag al bedenken hoe zij later de hoge pos ten gaan bezetten. „De toekomstige directie leden en de mensen in de raad van bestuur moeten we nu al opleiden. Doen we dat niet, dan komen we straks in de problemen." KPN heeft daarom een speciale opleiding in het leven geroepen, waaruit de toekomstige top van het bedrijf wordt geselecteerd. Maar daar zijn wel jongeren voor nodig. Voor die opleiding zoekt het bedrijf nog 80 academici. Daarnaast zijn er nog eens 80 no dig met een technische achtergrond voor te lecom- en Microsoftprojecten. Ook wil KPN een paar honderd hbo'ers binnenhalen die verstand hebben van techniek en informatie technologie (IT) en zo'n 100 hbo'ers voor wat algemenere functies. „Maar het aantrekken gaat steeds moeizamer." De komende jaren wordt het gebrek aan hoger opgeleiden nog nijpender, blijkt uit re cent onderzoek van de Arbeidsvoorziening. Dit jaar halen nog bijna 23.000 academici hun diploma, maar binnen tien jaar zijn dat er zeker 5000 minder. Vooral het aantal stu Annette van de Wetering van KPN: „Willen we de boel bijbenen, dan moeten we veel jonge talenten in huis halen. Maar er stappen er steeds min der uit de collegebanken." foto gpd cees zorn denten aan de technische faculteiten slinkt in rap tempo. Met de hbo'ers is het iets minder triest gesteld. Het aantal afstudeerders blijft rond de 40.000 schommelen. Maar techni sche opleidingen zijn ook bij hen uit de mo de. Volgens het Centraal Bureau voor de sta tistiek (CBS) neemt daarentegen de vraag naar personeel toe. Nu staan er 122.000 vaca tures open, 16.000 meer dan in het vorige kwartaal. Toch blijven bedrijven kieskeurig. „Wij wil len alleen jongeren die snel, slim en ambi tieus zijn. Anders passen ze niet bij KPN." Ook telt de persoonlijkheid heel zwaar. „We zitten niet te wachten op mensen die alleen maar braaf hun werk doen. Ze moeten eigen ideeën hebben en nadenken over hoe zaken anders aangepakt kunnen worden. Die eisen zullen we nooit en te nimmer overboord zet- Toch heeft KPN de toelatingseisen voor IT'ers al flink versoepeld. De personeelste korten liepen zo snel op dat het niet anders kon. „Het is nu niet meer belangrijk welke studierichting de sollicitant heeft gedaan. Het gaat erom dat-ie na kan denken. Als iemand een hbo- of universiteitsdiploma heeft ge haald, is hij slim genoeg. Of dat dan een poli ticoloog of een oceanograaf is, maakt niet uit. Als hij gemotiveerd is, leiden we hem zelf op." Automatiseringsbedrijf Cap Gemini doet dat al bijna 20 jaar. „Dat blijkt nu onze red ding", zegt Toon Hooijmans, hoofd werving en selectie. „Andere automatiseringsbedrij ven weten van gekkigheid niet wat ze moeten doen om aan mensen te komen. Met toren hoge beloningen, auto's en cadeaus lokken ze nieuwe werknemers. Wij slagen er nog steeds in de vacatures normaal op te vullen. We zijn namelijk niet afhankelijk van de hoe veelheid studenten die van technische oplei dingen stromen." Scholing Scholing is het toverwoord van Cap Gemini. Een afgestudeerde die over de drempel van het bedrijf stapt, wordt meteen weer de schoolbanken ingestuurd. „Want als je van een orthopedagoog een goede bedrijfs econoom wil maken, heeft-ie wel intensieve scholing nodig." Je kunt geen studierichtin gen bedenken, of Cap Gemini heeft er een paar afgestudeerden van in huis. „Een theo loog of kunsthistoricus als computerpro grammeur, het bestaat hier allemaal." Doordat het bedrijf al jaren volgens die for mule werkt, stroomt er voortdurend jong ta lent uit het opleidingscentrum. Die aanwas heeft het bedrijf ook hard nodig, want er zijn honderden vacatures per jaar. „De helft daar van moet worden opgevuld door jongeren die vers van een hbo of universiteit afko men." Het bedrijf jong houden is een must, want het werken bij Cap Gemini vereist veel ener gie en flexibiliteit. „Niemand zit hier jaren op dezelfde werkplek. We hebben ook geen functies, maar rollen. Medewerkers nemen voortdurend een andere rol aan. Een IT-spe- cialist kan ook voorlichter worden, een com puterprogrammeur net zo makkelijk perso neelsfunctionaris. Zo'n bedrijfsformule werkt alleen als mensen bereid zijn naast hun werk scholing te volgen. Werknemers moeten daarvoor het initiatief nemen. Niet voor niks is ons credo master of your own destiny - be paal je eigen toekomst. Die bedrijfscultuur spreekt veel jongeren aan." Toch geeft ook Cap Gemini kapitalen uit aan televisiespotjes. Het kleine meisje dat op een verjaardagspartijtje tientallen beroepen opsomt die ze in toekomst wil uitvoeren en dus bij Cap Gemini wil werken, is in het na jaar weer op de tv. „Want ook wij merken dat we met veel hengelaars in de vijver van de hoger-opgeleiden aan het vissen zijn. Dege nen die bij ons op gesprek komen, hebben standaard nog zes andere sollicitaties lopen." Dat kan de formule van Cap Gemini in ge vaar brengen. Jongeren die afstuderen, kun nen namelijk net zo makkelijk een baan vin den in de richting waarvoor ze hebben gestu deerd. „En wij willen die mix van studierich tingen op de werkvloer graag in leven hou den. We moeten er dus voor zorgen dat jon geren tijdens hun zoektocht naar werk ook aan Cap Gemini blijven denken. Daarom be zoeken we vaak hogescholen en universitei ten. Ook nodigen we studenten uit om eens in ons opleidingscentrum te komen kijken." Bedrijven die de jongeren eenmaal binnen hebben, zijn gedwongen om goed op hun werknemers te passen. Van de Wetering: „Anders zijn ze zo weer weg, want ze hebben keus zat. Het is dus belangrijk om goed te luisteren naar wat ze willen. De jonge genera tie vindt het heel belangrijk om zich via scho ling te blijven ontwikkelen om zo alles uit zichzelf te kunnen halen. Dat vinden ze nog belangrijker dan geld." Een goed voorbeeld is Annette van de We tering zelf. Als werkstudent is ze begonnen bij KPN. Via de afdeling mediavoorlichting kwam ze terecht op haar huidige werkplek. „Ik heb steeds zelf aangeven weke kanten van het bedrijf ik wilde zien. Je kunt hier dus je eigen carrière plannen en er wordt niet meteen na je sollicitatiegesprek een loop baan tot aan je pensioen voor je uitgestip peld." Aanpassen Bij Randstad Holding ligt de route daarente gen wel vast. Een nieuwe werknemer begint doorgaans als intercedent (bemiddelaar). Al na anderhalf jaar wordt vastgesteld of hij/zij wel goed genoeg is om op te klimmen tot manager. Dan kan de werknemer het achter eenvolgens schoppen tot vestigingsmanager, districtsmanager, regiodirecteur en algemeen directeur. „Wij zoeken dus vooral mensen die slim zijn en razendsnel carrière willen ma ken", zegt personeelsmanager Hans Jungge- burt. Ook Randstad aast dus op de pas afgestu deerde hbo'ers en academici en adverteert daarmee via radiospotjes. Het bedrijf heeft tot het jaar 2004 nog 4000 intercedentes no dig. „Die mogen niet te oud zijn. Immers, de uitzendkracht die een baan zoekt is meestal jong. Ze vinden het prettig om geholpen te worden door jonge Randstadters. Die begrij pen immers wat de uitzendkracht wil. We krijgen grote problemen als de afgestudeer den nog schaarser worden." Jongeren zijn ook in trek omdat ze kneed baar zijn. „Randstad heeft een heel aparte bedrijfscultuur. Die is lastig te omschrijven, maar je voelt het als je in een paar vestigin gen bent geweest. De sfeer is er vrijwel het zelfde en de mensen werken op dezelfde ma nier. Nieuwkomers moeten zich daar thuis voelen en jongeren passen zich nou eenmaal sneller aan", zegt Junggeburt. Omgekeerd heeft Randstad zich ook al aangepast aan de nieuwe generatie werkne mers. „Die willen wel hun mening en ideeën kwijt kunnen. De bedrijfscultuur wordt daar om niet meer zo erg opgedrongen als vroe ger. Als er tien jaar geleden 100 mensen voor mijn neus zouden hebben gestaan en twee daarvan zouden bij Randstad werken, had ik ze er zo uitgepikt. Het waren dezelfde ty petjes, die geleerd hadden dat ze zich op de Randstad-manier moesten gedragen. Zou je dat vandaag de dag nog doen, dan rennen hoogopgeleiden gillend de deur uit."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1998 | | pagina 39