I c Elf j aar na Lachajiem! ZATERDAG 25 JUL11998 'De Ajf aire is niet zinloos geweest' In 1987 verzon acteur Jules Croiset zijn ontvoering als protest tegen de opvoering van een toneelstuk van Fassbinder, dat volgens velen antisemitisch was. Voor die tijd was Croiset beroemd om zijn solovoorstellingen, waarvoor hij onder meerde belangrijkste toneelprijs kreeg, de Louis D'Or. Erna kwam hij enkele jaren nauwelijks meer aan de bak, maar langzaam maarzeker kon hij de draad toch weer oppakken, deels in België. Binnenkort speelt Croiset (60 jaar) slager Leiser Wolfin de musical Anatevka. door DICK HOFLAND ls de telefoon gaat en Jules Croiset 1 opneemt, is het even stil. Hij legt "^^neer en zegt dan: „Een herinne ring uit het verleden. Iemand die niets zegt en dan ophangt. Ik kan er nu tegen, maar ik heb dat vroeger zó vaak meegemaakt dat ik er toch weer heel even van schrik. Wat ik alle maal naar mijn hoofd heb gehad door die te: lefoon... Nog erger, honderden keren erger, is wat mijn vrouw en kinderen te verstouwen hebben gehad. Mijn twee zoons waren nog maar tieners in die tijd en als die wel eens de telefoon opnamen, kregen ze een scheldpar tij over zich heen. Of iemand die riep dat ze in de oorlog vergeten waren mij te vergassen. Het is maar goed dat mijn zoons dit niet horen. Die worden furieus als er over die pe riode wordt gesproken. Pas jverd Niels, de oudste, voor de radio geïnterviewd en de eer ste vraag was: 'Hoe is het nou met je vader?' Niels zei: 'Als u het niet erg vindt dat ik er geen antwoord op geef, vind ik het niet erg dat u de vraag hebt gesteld'. Het is nu elf jaar geleden en het is vreselijk voor die jongens om daar nu nog op te worden aangesproken. Mijn vrouw Puck heeft er ook grote moeite mee, zij wil liever niet dat ik er nog over praat." Puck: „Het ergste was dat ik moest toezien hoe onze kinderen er steeds mee werden ge confronteerd. Toen heb ik op een gegeven moment gezegd: wie er nu nog met één woord over begint, die krijgt een ram voor z'n harses." Jules: „Ik praat er vrijwel nooit meer over. Ik ben net nog gevraagd voor een tv-pro- gramma. Met de allerbeste bedoelingen hoor, het uitgangspunt was heel positief, maar ik wil dat niet meer. Ik ben heel voorzichtig, al besef ik natuurlijk heel goed dat het een es sentieel deel van mijn leven is. Als er na mijn dood een necrologie over mij wordt geschre ven, zal dat er altijd in staan." Zwaar overspannen Jules Croiset protesteerde in 1987 met vele anderen tegen de opvoering van een toneel stuk van Reiner Werner Fassbinder, 'Het vuil, de stad en de dood', dat hij als antisemitisch beschouwde. In die periode werd Croiset, kind van een joodse vader en een niet-joodse moeder, na enkele anonieme bedreigingen ontvoerd. Hij werd gevonden in een rioolbuis in het Belgische Charleroi. Na enige tijd biechtte hij op dat hij alles in scène had gezet om zijn protest kracht bij te zetten. Het ge wraakte toneelstuk werd uiteindelijk niet op gevoerd. Croiset verdween jarenlang in de anonimiteit. „Over mijn motieven wil ik niet uitweiden, ik zeg alleen dat ik in die tijd zwaar overspan nen ben geweest. Ik had véél en véél te hard gewerkt. Droom en werkelijkheid gingen door elkaar heen lopen. Toen ik daarna bij mijn positieven kwam, schrok ik me kapot. Wat heb ik gedaan?! Hoe kan ik al die bescha digingen die ik bij anderen heb veroorzaakt goedmaken? Ik had me in mijzelf kunnen te rugtrekken, maar ik ben juist naar buiten ge- set bij de presentatie (14 november 1989) van het boek dat hij tar aanleiding van 'De Affaire'. - foto archief nieuw anefo treden. Ik ben de confrontatie aangegaan. Dat is toch mijn karakter, dat vechten. Ik denk dat ik sterk ben, dat ik een kracht heb die me vroeger heeft dwars gezeten, waar ik niet goed mee ben omgesprongen. Ik weet bijvoorbeeld nog goed dat ik mijn succesvolle solovoorstelling 'Een zekere Vincent' over de briefwisseling tussen Vincent van Gogh en zijn broer Theo in Parijs wilde spelen in het Frans. Dat móest en dat zóu. Daarvoor heb ik anderhalf jaar Franse les genomen en geoe fend tot ik het kon. En ik héb het in Parijs ge speeld, in het Frans. Die drang, die ik in alles had in die tijd, kwam allemaal voort uit on rust. Ondefinieerbaar, onverklaarbaar. Nou ja, het zal wel te maken hebben gehad met een gevoel van miskenning, die er nota bene helemaal niet was, maar die ik toch voelde. Nu zeg ik: waaróm moest ik altijd zo nodig, waaróm was ik zo gedreven? Dat is krankzin nig geweest, een obsessie bijna. Die voorstel ling is een aanslag geweest op alles, niet al leen op mijn eigen lichaam en geest, maar op mijn hele omgeving. Ik dacht altijd: ik ben niet kapot te krijgen. Tot die klap kwam. Dat hoor je zo vaak hè, dat de sterksten doorgaan tot ineens het punt komt dat ze breken. Maar het voordeel is: de allersterksten kunnen zich ook herstellen en ik behoor tot die groep. Voor het zo ver is, ga je wel eerst door hele diepe dalen hoor. Het is hard werken, hard werken aan jezelf. Ik ben door veel denken, praten en schrijven gaan inzien waar mijn fouten lagen. Hier in huis is het zelfs zo dat we spreken over een periode vóór JC en een periode na JC. Het is naar dat er zo'n nare, ingrijpende gebeurtenis voor nodig is geweest, maar ik ben er een ander mens door geworden. Ik wil niet zeggen een beter mens, want dat klinkt vreselijk hoog hartig, maar wel menselijker, socialer. Ik ben minder egocentrisch, minder egoïstisch. Ik ben gaan inzien dat mijn vrouw Puck, mijn zoons Niels en Vincent, en mijn vrienden be langrijker zijn. Mijn gezin is veel meer op de eerste plaats gekomen en vriendschappen onderhoud ik veel beter dan vóór JC. Als ik had beseft dat je wezenlijk kunt veranderen, zou ik veel minder angsten en twijfels heb ben gehad. Misschien was het dan ook nooit tot die daad gekomen. Het is tragisch dat mijn handelen zoveel mensen narigheid heeft bezorgd, grote narigheid. Maar voor mijzelf is het, hoe tegenstrijdig het ook lijkt, niet zinloos geweest." Kwaliteiten Jules Croiset op de bank. In zijn nieuwe wo ning, tweehoog in Amsterdam. Hartje stad, toch stil. Veel bomen, zon op het balkon. Bo venaan de trap wacht -zijn vrouw Puck elke bezoeker op. Of ze zo vriendelijk willen zijn hun schoenen uit te doen. De vloerbedek king, moderne geeltint, ligt er net en is o zo besmettelijk. „Ik durf dat niet te vragen", zegt de acteur, op sloffen. „Maar Puck heeft wel gelijk, want het zou zonde zijn." Hij is net terug uit Gent, waar hij een flat bewoont en geregeld speelt of regisseert. Pas nog was hij in een stuk drie uur aan het woord in een moordend tempo. „Geloof het of niet: ik kende de rol in een week. Ik ben gezegend met een waanzinnig geheugen én ik kan me verschrikkelijk goed concentreren. Ook als ik met meerdere stukken tegelijk be zig ben, vergis ik me nooit. Wel denk ik elke keer als ik aan iets nieuws begin: zal het niet minder worden? Dan merk ik dat ik juist elke keer sneller leer. Ik schrijf alles in een schrift, met mijn eigen rol in een andere kleur. Om dat ik een fotografisch geheugen heb zie ik, als ik het even niet weet, de pagina voor me en de plaats waar mijn rol staat. Dat helpt bij het leren. Ik vergeet ook zo slecht. Eén van mijn beste rollen, 'Een zekere Vincent', die ken ik nu nog. Ook in het Engels. Mijn her sens zijn zoals het lichaam van een sport man. Ik houd mijn hersenpan in conditie. Niet voor niets komt dementie niet of nau welijks voor bij acteurs. Het prachtigste voor beeld is Mary Dresselhuys. Die is toch onge looflijk, op weg naar de honderd en nog zo helder als glas. Met teksten heb ik dus geen moeite, ook niet als er een paar door elkaar heen gaan. Wat wel een probleem was: in België merkte ik dat ik voor het eerst sinds De Affaire lichte lijk overspannen aan het worden was. Ik had een vol hoofd én een grote verantwoordelijk heid. Daar heb ik een beetje een knauw van gekregen. En ik ben er van geschrokken, want ik heb na De Affaire gezegd: dat overkomt me nooit meer. Ik heb me direct voorgenomen om het rustiger aan te gaan doen. Daarom ben ik ook naar Amsterdam gekomen, kan ik eindelijk genieten van ons nieuwe huis. Tja, dat is wel waar: ik sta straks 264 keer in Anatevka, dat is niet echt rustiger aan doen Jules Croiset: „Toen ik na De Affaire bij mijn positieven kwam, schrok ik me kapot. Wat heb ik gedaan?! Hoe kan ik al die beschadigingen die ik bij anderen heb veroorzaakt goedmaken?" foto gpd roland de bruin hè? Met dien verstande, dat ik heb geleerd om tegenwoordig ook vréselijk lui te zijn. Er zijn dagen dat ik helemaal niets doe, alleen maar lezen, tv kijken, naar mijn stamcafé gaan. Die rol in Anatevka zal vooral fysiek veel van mij eisen. Qua tekst is het redelijk eenvoudig. Ook dat zingen zal wel gaan, al heb ik nu al de zenuwen dat ik de inzet van de dirigent mis. Zangtechnisch kan ik het aan, ik heb wel vaker gezongen, maar ik neem nog een aantal lessen, want ik moet toch het beroemde duet 'Lachajiem' zingen met niemand minder dan Henk Poort. Ik doe het voor het eerst, en het is iets heel anders. Ik heb voornamelijk naam gemaakt als een acteur die graag en veel ellenlange clausen en monologen speelt, maar ik vraag me af wat makkelijker is: in je eentje de 'Satiren' van Ju- vinalis spelen of 264 keer Anatevka? In elk ge val vind ik het heel leuk om eens zoiets te doen en ik ben erg benieuwd hoe het is om een jaar in 'De Stal' van Joop van den Ende te zitten. Anatevka is een heel mooi stuk waar van ik niet vind dat het niet bij mij zou pas sen. Ik had een andere rol volgens mijn 'nor male' patroon klaar liggen, maar de uitdaging voor iets nieuws heeft het gewonnen. De eer lijkheid gebiedt mij wel te zeggen, dat de '/rouwen van mijn zoons me hebben overge haald. Ik had aanvankelijk niet veel trek in een auditie, want ik dacht inderdaad: voor dat publiek ben ik geen bekende naam, ik ben nu eenmaal meer een 'klassiek' acteur, dus dat wordt nooit wat. Maar mijn schoon dochters hadden gezegd: dóen, doén, want wij willen ook wel eens over een rode loper naar Carré." Steun „Na De Affaire heb ik een paar jaar gedacht: het is afgelopen met me. Ik steunde in die tijd enorm op mijn gezin. Ik heb altijd goed van mijn werk kunnen leven, maar er kwam van mij ineens geen cent meer binnen en mijn vrouw heeft heel lang drie banen gehad om de kost te verdienen. Mijn zoons hebben het ook steeds voor mij opgenomen, ondanks alles wat er over hen heen kwam. Ze hebben ook alle twee voor het toneel gekozen en zijn daarmee al de vijfde generatie Croiset op de planken. Zij leren het vak op de Toneelschool en ik bemoei me er af en toe mee. Maar niet zoals Max het mij en mijn broer Hans heeft geleerd. Max, zó noemden wij onze vader. Wij hebben nooit papa gezegd. Mijn zoons noemen mij meestal Maupie. Dat komt van Maupie Schlemiel. Ik had altijd pech, ik stootte me altijd en gooide vaak dingen om. Toen mijn broer Hans en ik een jaar of elf waren, zei Max tegen ons: wat wordt het? To neel? Dan beginnen nu de lessen. Hij was een fantastische leraar, maar niet zo'n goede op voeder. Het was geen warme man. Hij was joods. Tijdens de oorlog kon hij onderduiken in Den Haag en is daardoor ontsnapt aan de kampen. Na de oorlog heeft hij er met geen woord over gerept. Zoals zoveel kinderen uit de tweede generatie hadden ook wij een zwijgende vader. Die tweede generatie door breekt dat zwijgen. Ik denk dat mijn emotio nele verzet destijds tegen dat stuk van Fass binder ook daaruit is voortgekomen. Max schreef wel boeken vol met poëzie en die zijn doordrenkt van de oorlog. Hij kon het niet hanteren. Misschien had hij ook een schuld gevoel: waarom zijn er miljoenen joden ver moord en ik nou net niet? Mijn broer Hans had eigenlijk altijd proble men met Max, Hans is gecompliceerder dan ik. Tussen Max en mij ging het wel, ik kon goed met hem opschieten, heb hem ook al tijd bewonderd als acteur. Als er dingen wa ren die me dwars zaten, dacht ik altijd: ach, laat maar. Dat is nu wel anders met me. Als het echt nodig is ga ik geen enkele confronta tie meer uit de weg. Het toneel, dat me dus met de paplepel is ingegoten, is goed beschouwd mijn redding geweest. Drie, vier jaar na De Affaire is het herstel begonnen. De eerste rol kreeg ik in een Belgische gezelschap. Het stuk werd geen succes, maar ik heb er diverse vriendschap pen aan overgehouden. De 'oude' vriend schappen van acteurs als Jules Royaards, An- dré van den Heuvel en Kitty Jansen zijn ook van onschatbare waarde geweest. Zij zijn al tijd achter me blijven staan. Daardoor durfde ik weer met mijn collega's te gaan spelen en dat is mijn grote geluk geweest; ik werd met open armen ontvangen. Ik weet nog heel goed dat ik voor het eerst weer in Nederland optrad, in een stuk van Aeschylos. In De Uit- krant stond toen een artikel waarin ik werd opgeroepen bij mijn opkomst naar voren te komen en mijn verontschuldigingen aan het Nederlandse volk aan te bieden. Dat heb ik geweigerd. Al mijn collega's zeiden: we staan als een kordon om je heen als er ook maar iets gebeurt. Die voorstelling heb ik op een videoband en elke keer als ik er naar kijk, krijg ik weer kippenvel. Hard werken „Er zijn zoveel dingen die geholpen hebben. Mijn vrouw Puck vond het na alle narigheid voor de kinderen een leuk idee om een hond te nemen, dat hadden ze altijd al graag ge wild. Het werd een zwarte Labrador, die we Mottek noemden, dat is Liefje in het He breeuws. Door die hond kregen we ook steeds kinderen uit de buurt bij ons over de vloer, die kwamen met de jongens mee. Die kinderen bleven spelen, vaak met de hond, ik zette dan thee voor ze of schonk fris in, met koekjes erbij. Die kinderen zagen dat het bij die 'die rare vader' thuis heel leuk en gezellig was. Ik heb daar van genoten. Dat verzin je toch niet, dat een hond zoveel voor je kan be tekenen?! Hij is voor ons nog altijd de Zwarte Pleister. Daarnaast heb ik me kapot gewerkt. Ik kreeg langzaam maar zeker weer rollen, grote rollen. Ik heb klappen gehad, maar na drie, vier jaar werden dat schouderklopjes. De in nerlijke kracht die me eerst heeft opgebro ken, heeft er daarna voor gezorgd dat ik hier nu als een heel gelukkig mens kan zitten. Vroeger wilde ik alles zien, werd ik opgeslokt door toneel, nu blijf ik liever thuis met Puck. Ze heeft zo veel gedaan en nu hoeft ze niet meer te werken, kan ze doen wat ze wil. Daar geniet ze van, maar ik geniet daar ook van. Het is heerlijk om thuis zijn, lekker op de bank of op het balkon, met z'n tweeën. We zijn oer-gelukkig. Kom, laten we een glas wit te wijn nemen. Hen Elzasser, ik ben een El- zas-freak. Op het leven. lachajiem! Een tijdje geleden geleden zat ik met Niels en Vincent bij Ajax. Ik voelde me zó trots... Al die narig heid waarin ze me zo hebben gesteund en hoe hartstikke goed het nu ook met ze gaat. Toen ik naar ze keek, daar op die tribune... Dat zijn de grote geluksmomenten in het le ven. Daar mogen we wel op drinken. Lacha jiem!" Jules Croiset in zijn solovoorstelling 'Een zekere Vincent'. „Die rol wilde ik spelen in het Frans. Dat móest en dat zóu. Daarvoor heb ik anderhalf jaar Franse les genomen en geoefend tot ik het kon. En ik héb het in Pa rijs gespeeld, in het Frans." foto archief pr

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1998 | | pagina 33