'Weg met de Klinsmannen' Een straaltje geluk voor Zonnekinderen c Freek de Jonge hekelt het 'clubhoppen' in het voetbal ZATERDAG 18 APRIL 1998 deel over een speler. Kijk, de allerbeste was natuurlijk Cruijff. Daar valt ook niet over te twisten. Je kan hem een vervelende vent vin den en toch zeggen: Cruijff was de beste. Ik zie hem nog spelen. Ajax-Haarlem, de eerste wedstrijd na zijn terugkeer bij Ajax. Met Cruijff hadden veel mensen een haat-liefde verhouding en hij stookte dat graag op. Dus bij die wedstrijd zaten velen op zijn afgang te wachten. Weergaloos was 'ie toen, weerga loos. Zette alles in een keer weer recht. Dan ben je een grote." Gullit vindt De Jonge ook wel een held en Van Hanegem idem dito. Van Basten min der, wel een schitterende voetballer, jammer dat hij nooit op nummer 10 heeft gespeéld vanwege zijn korte loopbaan, maar toch, een beetje vlak, qua persoon. De Jonge heeft dat ook met Dennis Bergkamp. „Tsja, Bergkamp. Zoekt altijd de mooiste oplossingen, dat waardeer ik wel in hem. Maar toch, die vliegangst, het zal wel menselijk zijn, maar het kan natuurlijk niet als topvoetballen Ooit van een popster gehoord, die niet durft te vliegen? Vroeger had je ook wel spelers, die niet durfden vliegen. Abe bijvoorbeeld. Maar de meesten waren zo gezagsgetrouw, die vlogen als de leiding vond dat er gevlogen moest worden. Sjakie Swart, doodsbang om te vlie gen. Maar hij vloog, hij durfde niet te weige ren. Hij speelde in het militaire elftal. Ging dat met de hele ploeg naar Portugal in zo'n vliegtuig zonder stoelen. Zat 'ie op de vloer, raakte het vliegtuig in een luchtzak. Maar hij heeft nooit geweigerd. De voetballer van nu is anders. Ik zou wil len dat ze drie jaar verplicht bij dezelfde club zouden moeten spelen. Weg met de Klins- mannen die overal een half jaar voetballen en weer naar een club elders in Europa stui teren. Ik zou willen dat ze uitgelegd werd dat het niet meer uitmaakt of je 20 miljoen of 50 miljoen op de bank hebt staan. Dat soort les sen in de opleiding zouden moeten worden meegenomen. Niets wordt meer aan het toeval overgela ten. Ajax gaat naar de beurs, weer meer geld, kan de club weer meer zekerheden kopen Vroeger had je de jeugdopleiding. Af en toe kwam er een prachtig talent door. Dat noem ik toeval en dat spreekt me aan. Als straks Ronald en Frank de Boer weggaan is er niets meer Ajax-eigen aan het elftal. Ik ben blij met Foppe de Haan bij Heerenveen, die is authentiek, hij is Heerenveen." Controle Freek de Jonge heeft zo zijn kritiek op het huidige voetbal, maar men moet het vooral niet verkeerd begrijpen. Hij voelt zich nog steeds strak verbonden aan het spel en de spelers. „Ik zit 25 jaar in het vak, ik ben al 25 jaar topsporter. Ik moet voor de voorstelling dezelfde concentratie opbrengen, dezelfde spanning opbouwen. Als Ronald de Boer na Grasshoppers-Ajax huilt dan ontroert me dat. Omdat ik weet hoe het komt, omdat je leeg bent, alles hebt gegeven. Zoveel, dat je de controle over je emoties even kwijt bent. Ik begrijp dat, het is me zelf na een voorstel ling ook wel eens gebeurd." 2t dive npoh1 ,ge''® Freek de Jonge heeft nogal wat kritiek op het huidige voetbal. Hij vindt dat er nog maar weinig echte 'helden'in rondlopen (,,Die zingÜ vliegangst van Bergkamp, dat kan IS natuurlijk niet voor een ?(2 ^voetballer") en dat niets meer aan iet toeval wordt overgelaten. „Ajax pat naar de beurs, weer meer geld, I'.er meer zekerheid. Vroeger kwam af en toe een prachtig talent door it de jeugdopleiding. Dat noem ik toeval en dat spreekt me aan. Als d straks Ronald en Frank de Boer o|gtp tuurveggaan is er niets meer Ajax-eigen Inga boerti aan het elftal. Bespiegelingen van een voetballiefhebber in harten nieren. Freek de Jonge op de tribune bij Heerenveen. „Ik zou willen dat voetballers drie jaar verplicht bij dezelfde club zouden moeten spelen." foto gpd jan de vries 1 (z°i Lj jwappj^^i reek de Jonge is als cabaretier de ïtisalfl aanvoerder van alles wat na Toon lafstan Hermans en Wim Kan komt. Maar e Jonge is ook een voetballiefhebber in hart i nieren. Hij speelt het spel zelf nog en bij U ax en SC Heerenveen ziet hij de kunst af. it hij fan is van Ajax ligt voor de hand; zijn ifde voor Heerenveen dateert van nog eer- r, uit de tijd dat hij in Workum woonde. „Vroeger", zegt Freek de Jonge, „vroeger oest je er wat voor doen om een voetbal- edstrijd te zien." Hij herinnert zich zijn va ir die van Workum naar Heerenveen fietste nAbe Lenstra te zien voetballen. Nu zit De nge jr., twee uur voor een wedstrijd te mid- in van sponsors en hun uitgenodigde rela is in het restaurant van het Abe Lenstra- adion. „Een hele vooruitgang", vindt Neer- nds bekendste cabaretier. Geld ïiten staat een speler, een uur voor de wed- rijd, op het parkeerterrein. Hij houdt een im-tje aan zijn oor. We vermoeden dat hij Dg even wat aandelen uitzet. Freek de Jonge m zich er niet druk om maken. Het is de jd en dat die voetballers het zo vaak over fld hebben, daar kan hij ook nog wel begrip voor opbrengen. „Als ik optreed en Carré vangt daar per avond 30.000 gulden aan en treegelden voor dan zou ik wel gek zijn als ik me met 75 gulden liet afschepen." Nee, hem hoor je niet klagen over de ver meende verdorvenheid van de huidige prof voetballer. Niks geen 'vroeger was alles be ter'. Nochtans, het geheugen van De Jonge is aardig gevuld met feiten en feitjes uit het verleden. Vraag hem naar de opstelling van FC Twente in 1976 en hem zal op een paar plaatsen de naam van de speler zijn ontscho ten, maar in grote lijnen zal hij het elftal in clusief Jan Jeuring schilderen. „Het is natuurlijk allemaal nutteloze infor matie", geeft hij toe, „maar ik zuig het alle maal op en het beklijft. Ik weet niet waarom. Misschien omdat ik schatplichtig ben aan mijn vader. Hij heeft mij het voetbal geopen- baard. Hij kwam met de verhalen thuis die maakten dat ik nog steeds zeer geïnteres seerd ben in het spel en zijn spelers." Dankzij zijn vader heeft SC Heerenveen een aparte plaats in de beleving van De Jon ge verworven. Vader, dominee te Workum, ging op de fiets naar Heerenveen en eenmaal teruggekeerd legde hij uit wat hij had gezien. Wat hij niet vertelde, fantaseerde de jonge Freek er zelf wel bij. „Dat is wat me tegen woordig wel eens tegenstaat: er blijft zo wei nig ruimte om te fantaseren. Vroeger hoorde je iemand over een wedstrijd vertellen, of je las een stukje in de krant. Meer was er niet, de rest moest je zelf bedenken. „Van een bergetappe in de Tour de France kreeg je een kwartier te zien. Een samenvat ting, daarin zaten alle hoogtepunten. Alsje blieft, bedenk de rest zelf maar. Nu verliest de televisie de renners geen tel uit het oog. Je rijdt de hele etappe mee. Voetbal, wielren nen, het is tegenwoordig nooit heldhaftiger dan de werkelijkheid. Dat vind ik jammer." Helden Het zijn juist de helden en de heldenverha len die Freek de Jonge al die jaren bij de les hebben gehouden. Hij haalt ze even terug. „Was het Nederland-Oostenrijk. Wonnen we, dan waren we gekwalificeerd. We verlo ren met 3-2. Was Dienst niet scheidsrechter? Naaide hij ons toen niet? Ik dacht dat het Dienst was. Of DDR-Nederland. 4-3. Ajax-Li verpool in de mist (5-0). Ajax-Bochum. 2-0 achter, in vijf minuten alles recht zetten, 4-2. Ik denk graag in heldenverhalen, als meta foor." Thuis heeft hij nog een stapel Europa Cup- bijlagen van de Revue uit de jaren zestig lig gen. Allemaal bewaard. En waarom? „Ik heb negen jaar over de HBS gedaan, ik kon niks onthouden. Maar al die nutteloze informatie over voetbal zit in mijn hoofd. Ik heb er geen last van. Ik win er wel eens een quizje mee. Dat stemt me zeer tevree." Heldenverhalen worden de laatste twintig jaar niet veel geschreven. Zelfs het wereld kampioenschap van 1974 in Duitsland schaart hij niet in die categorie. „Nou ja, Cruijff, die volgens de Duitse kranten met wat meiden in een zwembad rotzooide. Ik noem dat geen heldenverhaal. Maar wel een mooi kampioenschap daar. Prachtig, voor de liefhebber." Hij kwam in 1978 in het geweer tegen de deelname van Nederland aan het WK in Ar gentinië, ontketende een protestactie tegen het generaalsbewind. „Ik vond dat ik ver plicht was dat te doen. Omdat de zuiverheid van de sport werd aangetast." De spelers van toen trokken het zich niet aan, ze gingen. „Achteraf, als je ze nu spreekt, geven ze toe dat ze er later toch wat genuanceerder over dachten. Ik verwijt het hen niet, een topvoet- baller moet wel oogkleppen op hebben om topvoetbalier te worden. Maar een statement van een van de Oranje-spelers zou wel im pact hebben gehad. Ik ben er van overtuigd dat als Elvis Presley dienst had geweigerd, er nooit een Vietnamoorlog was gekomen." Maar Heerenveen, daar hadden we het over. Dat kwam dus door zijn vader en later, toen Heerenveen wat uit het oog dreigde te raken, praatte Jopie Huisman, schilder en Heerenveen-fan, hem nog wel eens bij. Ver volgens vroeg Heerenveen hem eens voor een onthulling en een andere feestelijke ge legenheid. De Jonge ging en toen ze hem vroegen wat dat moest kosten, stelde hij een warme ontvangst bij thuiswedstrijden voor. Vandaar die vip-plaats. Ook vanwege Abe Lenstra, liet Heerenveen Freek de Jonge nooit los. Lenstra was een groot voetballer, vindt De Jonge of beter ge zegd, vermoedt De Jonge: „Want veel van Abe heb ik uit overlevering en van alles wat Abe deed, werd niks uitgezonden en Abe had zat wedstrijden waarin hij er met de pet naar gooide. En hij kon snel schaatsen en hij was een eierzoeker. En hij was wel eens dwars. Hij is dus zo'n held, dat kleurt mijn mening over hem." „Maar gevoelens kleuren toch altijd je oor- Nederlands project steunt straatjeugd van Soedan Ze vertelt zo beeldend datje het tafereel voor je ziet: Dee Brillenburg Wurth, voormalig scenarioschrijfster van onder meer 'Goede tijden slechte tijden'en 'Onderweg naar morgen', in gesprek met zes oudere Soedanezen over de waarde - de betekenis - die het spelen van voetbal heeft voor kinderen. En vooral: een gesprek over het geldtekort bij het opzetten van een competitie voor straatkinderen. Dee Brillenburg Wurth wist te overtuigenhet ontbrekende geld kwam op tafel.We hebben nu achttien elftallen door JOKE KORVING oedan wordt al jaren k V geteisterd door burger- oorlpg en hongers nood. Dee Brillenburg ging er ruim drie jaar geleden naar toe om een vriendin te bezoeken die bij Unicef werkte. Met haar be zocht ze een vluchtelingenkamp aan de rand van Karthoum. De jongens en meisjes uit het kamp stormden op haar af. Ondanks de bittere armoede die er heerste, waren ze blijmoedig. Dat trof haar. „Ik had zielige kinderen verwacht, maar dat was niet zo. Ze waren vrolijk en ad rem; kin deren passen zich aan. Die kant wilde ik belichten in een boek." Soedan had haar dieper ge raakt dan ze vermoedde, vooral de straatkinderen. Dee gaf haar werk op, verkocht haar huis en vertrok begin vorig jaar naar Karthoum. Daar leidt ze nu de stichting Shams. Het is de afkor ting van Shamassa, Zonnekinde ren, zoals de straatkinderen zich zelf noemen. De meesten zijn slachtoffer van de burgeroorlog die al sinds 1983 woedt. De jon gens en meisjes moeten letterlijk' hun ouderlijk huis inruilen voor een leven op straat. De kinderen, sommigen nog maar vijf, zes jaar, lijden honger. Ze leren ste len en bedelen om te overleven. Met een team lokale vrijwilli gers, onder anderen studenten van de Kunstacademie en muzi kanten, kleurt Brillenburg de le vens van deze jongens en meis- ffWL. Dee Brillenburg Wurth, voor even met vakantie in Nederland. „De Soedanezen", zegt zij, „hebben open oog gekregen voor de straatkinderen. Wat ik steeds probeer duidelijk te maken, is dat aandacht belangrijker is dan een beetje geld." foto gpd jacques zorgman jes. Dee gebruikt daarvoor kunst, theater, muziek en sport; uitin gen waarin ze ook hun traumati sche ervaringen kunnen verwer ken. „Als je kinderen een hele dag laat tekenen, ze meeneemt naar een theater of ze een liedje leert, dan geef je ze herinnerin gen. Aan een T-shirt hebben ze niet veel. Dat is binnen een paar dagen smerig en gescheurd, of ze verkopen het om lijm te kunnen snuiven. Veel beter is ze goede herinneringen mee te geven en ze van slechte af te helpen. Want deze kinderen hebben soms gru welijke dingen gezien. Het helpt als ze erover kunnen tekenen en praten; je kunt slechte herinne ringen ombouwen naar iets posi tiefs." Ze heeft inmiddels een heel gezin. Bij Dee Brillenburg, voor een korte vakantie in Nederland, wonen zeven straatkinderen en een echtpaar dat kookt en schoonmaakt. Ze wil tien jaar in Soedan blijven. „De kinderen die bij me wonen, moeten goed op weg zijn als ik vertrek. Het heeft nog tijd nodig; de jongste is ne gen." Hij wordt door iedereen in middels 'cadeautje' genoemd. Toen Hassan, de oudste, een keer zijn moeder ging bezoeken, vroeg Dee hem een cadeautje mee te brengen. Dat deed Has san: hij kwam met zijn broertje terug. „Twee dagen later heb ik hem naar school gebracht, maar daar wilden ze hem niet hebben. Als me zoiets overkomt, krijg ik iets onverzettelijks. Ja, natuurlijk is het gelukt. Ik heb ze gewezen op de rechten van het kind." Met een stralende lach: „Dat ik zo kan optreden, is de grootste ver rassing van mijn leven." Shams, gesteund door onder meer de hulporganisatie War Child, werkt intussen als een olievlek. „De Soedanezen heb ben nu een open oog voor de straatkinderen. En iedereen die je erin betrekt, raakt in de ban. Wat ik steeds probeer duidelijk te maken, is dat aandacht belang rijker is dat een beetje geld." Ze wil per se met fietsen op de foto. Leuk om mee naar Soedan te nemen, zegt ze. „We hadden twee fietsen cfie we met z'n allen deelden. De jongens stonden perplex toen ze zagen dat ik daar zo handig mee kon omgaan. Maar de fietsen zijn gestolen. Eentje is er uit huis weggehaald, de ander is door een van de jon gens uitgeleend aan een zoge naamde politieman die hem had wijsgemaakt dat hij achter een dief aan moest. De slimme ex- straatjongen bestolen; hij was helemaal beteuterd. De andere kinderen reageerden fantastisch. In het begin zou daar om ge vochten zijn. Nu was er geen ge ruzie; ze accepteerden het." Informatie over het project: Hulpor ganisatie War Child 020 - 20 62 61 27 3.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1998 | | pagina 39