V GO COLUMBIA
Vergrijzing geen gevaar voor pensioenen
Feiten &Meningen
Kamer geen plaats
voor heldendaden
Belgische hoogleraar haalt elektrisch gordijn uit oude doos
Krekels, vissen, muizen
en slakken de ruimte in
ZATERDAG 18 APRIL 1998
~~ERD/
Het kabinet-Kok is uitgeregeerd, en de
Tweede Kamer is uitgecontroleerd. Namens
het Nederlandse volk: Kamerleden, be
dankt. U heeft vier jaar met het snot voor
ogen vergaderd, achter de onbenulligste de
tails aangehold, u was weer niet van ons tv-
scherm te branden en toch zijn we velen
van u na de komende verkiezingen alweer
op slag vergeten.
De hoop dat het politieke bedrijf met het
aantreden van het paarse kabinet in 1994
wat zou veranderen, heeft u helaas niet
waargemaakt. U bent er niet dwars genoeg
voor, u heeft er de moed niet voor, u bent er
te machteloos voor. Alleen de dapperen
durven dualistisch te zijn; zij strijken tegen
de haren van het kabinet in, zich niks aan
trekkend van zoiets arbitrairs als coalitie
verhoudingen.
Dit was geen generatie dappere Kamerle
den. Zelfs de WD was toch bij nader inzien
niet zo dualistisch als het zich liet aanzien.
De onverschrokken liberale leider Frits Bol-
kestein was buiten de Kamer vaak veel kriti
scher dan erbinnen. Maar toch, hij ging in
elk geval de confrontatie aan met het kabi
net. Een voorbeeld dat nooit werd gevolgd
door de paarse loopjongens Jacques Walla
ge (PvdA) en Gerrit-lan Wolffensperger
(D66 - inderdaad alweer bijna vergeten!).
De rest van de liberale fractie was niet erg
actief met eigen wetsvoorstellen en bleek
vier jaar lang erg volgzaam. Dat gold ook
voor de democraten. Ze hebben er spijt van
bij D66 - 'waren we maar wat minder vol
gend geweest, dan waren we nu minder on
zichtbaar' - maar een oud spreekwoord
zegt: Spijt is wat de koe schijt.
De PvdA heeft vier jaar lang haar best ge
daan om premier Kok maar niet op de te
nen te staan. Dat is jammer genoeg erg
goed gelukt. En op zich is dat trouwens al
een hele prestatie, want Kok heeft de lang
ste tenen van het hele Binnenhof. En an
ders is daar nog altijd de eeuwige Wallage,
die na vier jaar tot de conclusie komt dat hij
zijn fractie wel iets meer vrijheid had mo
gen geven. Wedden dat hij zich dat in de
volgende Kamerperiode helemaal niet meer
herinnert?
De christen-democraten dan. Het heeft een
héle tijd geduurd, maar het CDA heeft uit
eindelijk wat smoel gekregen in de Tweede
Kamer. Onder Heerma (wie denkt nog wel
eens aan hem?) was de fractie soms het la
chertje, maar met Jaap de Hoop Scheffer
bijten de CDA'ers weer terug. De balans:
driejaren verloren, eentje de moeite waard.
Nee, van de grote partijen moesten we het
niet echt hebben. De afgelopen vier jaar
was steeds de hoop gevestigd op de kleine
fracties. Zou de scherpe GPV'er Van Mid
delkoop eens door de betogen van minis
ters heen prikken? Hoeveel bloed kreeg
SP'er Marijnissen weg onder de nagels van
minister Melkert? Zou Rosenmöller ('Reu-
zenmoller') van Groen Links de gesloten co
alitie-gelederen weer eens doorbreken?
I let parlement is geen plaats voor helden
daden. Hoe zelden komt het voor dat men
sen door de Tweede Kamer werkelijk ter
verantwoording worden geroepen, zodanig
dat ze er consequenties uit moeten trekken.
De IRT-enquete over de verboden opspo
ringsmethoden, dat was een daad. Helaas is
de voorzitter (Maarten van Traa, die zijn we
niet vergeten) dood. Hij kon het een ge
zagsdrager, al of niet van PvdA-huize, lastig
maken.
Zelfs evidente miskleunen van het paarse
kabinet zijn niet door de Tweede Kamer
recht gezet. De privatisering van de ziekte
wet is niet ongedaan gemaakt, terwijl mi
nisters nota bene toegeven dat deze maat
regel ondoordacht is geweest. De algemene
nabestaandenwet is alom gezien het meest
onrechtvaardige besluit van het paarse ka
binet; pas in verkiezingstijd zijn er rege
ringsfracties die het kunnen opbrengen de
scherpste kantjes ervan af te vijlen. En dat
alleen maar omdat ze de oppositie die eer
niet gunnen.
Er is de oppositie sowieso bitter weinig ge
gund. Zelfs de wet op het deeltijdrecht van
Rosenmöller, die bij toeval door de Tweede
Kamer rolde, haalde het uiteindelijk niet.
Van alle hoofden die de oppositie heeft ge-
eist, rolde alleen dat van staatssecretaris
Robin Linschoten. Een minister als Winnie
Sorgdrager heeft de tweede helft van haar
ambtsperiode vooral geprobeerd politiek te
overleven. En de Kamer liet het gebeuren.
Zal er iets veranderen, de komende vier
jaar? Te vrezen valt van niet. Er komen
nieuwe Kamerleden, vooral bij het CDA, en
ze zijn gewaarschuwd. Te hopen valt voor
de nieuwe CDA'ers dat hun partij nog een
tijdje in de oppositie blijft, zodat ze niet aan
het begin van hun politieke carrière al hele
maal worden opgesloten in het coalitiebe-
lang.
Het wachten is weer op de rituele klaag
zang, die de afgelopen maanden al klonk.
Het Kamerlid raakt ondergesneeuwd, de
druk van de audiovisuele media is zo groot,
hij heeft te weinig ondersteuning, hij komt
niet aan de hoofdzaak toe. Allemaal waar.
Maar vrijwel alle Kamerleden zullen ook de
komende jaren op de tv-camera's afsprin
gen als vliegen op stroop. Ze zullen hun
energie verdoen met het stellen van de
meest gedetailleerde schriftelijke vragen,
die hen steeds opnieuw afleiden van die
hoofdzaak: het kabinet kritisch volgen. En
een Kamerlid dat zich laat ondersneeuwen
is nooit meer uit te graven.
Tot slot. hier volgen nog wat Kamerleden
die ons hebben vertegenwoordigd, iets wat
u wellicht geheel is ontgaan. Ze hebben vier
jaar lang - druk, druk, druk - door de gan
gen van het Kamergebouw gerend. Ze zijn
uitgerend: Hans Jeekel, Alis Koekkoek, Ma-
rijn de Koning, Bob van den Bos. Arie de
long, Johanneke Liembdrg, Ries Smits, Nel
Mulder-Van Dam. Guikje Roethof, Stefanie
van Vliet, Will Verkerk, Josephine Verspaget,
Jan Willem van Wan'ing en Vincent van der
Burg.
DEN HAAG MAURICE WILBRINK
Lange afrastering tussen Nederland en
„Nou ja. laten we zeggen dat ik
het elektrische gordijn heb
herontdekt." De Antwerpse pro
fessor Alex Vanneste is zelf een
beetje verlegen met de enorme
media-aandacht na zijn
'onthulling' dat er in 1915 al zo
iets bestond als een ijzeren gor
dijn; een 180 kilometer lange af
rastering tussen Nederland en
België waar 2000 Volt op stond.
Het Duitse weekblad Die Zeit
pakte uit met het bericht dat de
Antwerpse taalkundige als bij
toeval op het bestaan van een
ijzeren gordijn avant-la-lettre
was gestuit, via de getuigenis
van de grootvader van zijn
vrouw. De vermaarde historicus
professor Berndt-Jorgen Wendt
van de Universiteit van Ham
burg verklaarde prompt dat hij
nog nooit van het elektrische
gordijn had gehoord.
Sindsdien staat de telefoon in
huize Vanneste roodgloeiend.
Maar volgens de Antwerpse
hoogleraar is onwetendheid
eerder dan onbekendheid de
motor achter alle publiciteit. Hij
nuanceert: „Veel mensen in de
grensstreek tussen Nederland
en België zijn zeker van die af
rastering op de hoogte. Maar in
de Europese literatuur over de
Eerste Wereldoorlog is er, op
een doodenkele uitzondering
na, niets over terug te vinden".
Vanneste heeft vijfjaar lang
bronnen-onderzoek gedaan. Hij
is tot de conclusie gekomen dat
een belangrijk historisch feit
de poging van de Duitsers om
België te kooien eigenlijk
over het hoofd is gezien. „Zelfs
academisch geschoolde histori
ci zijn niet van het bestaan van
het elektrische gordijn op de
hoogte."
WEINIG AANDACHT
Vanneste schat dat tijdens de
oorlogsjaren zeker vijfhonderd
mensen aan het 'gordijn' zijn
geëlektrocuteerd. Het gaat om
smokkelaars, verzetsmensen,
argeloze boeren of deserterende
soldaten. Nog eens 1.500 ande
ren sneuvelden omdat ze wer
den neergeschoten of gevangen
genomen.
Dat de Duitse poging om de
grens tussen het neutrale Ne
derland en het bezette België
elektrisch af te grendelen zo
weinig aandacht heeft gekre
gen, komt volgens de hoogle
raar omdat de Eerste Wereld
oorlog overschaduwd is door de
Tweede Wereldoorlog en omdat
in het geschiedenisonderwijs de
aandacht vooral gevestigd
wordt op de verschrikkingen in
de loopgraven.
Vanneste vindt het elektrische
gordijn zo relevant, dat hij van
plan is een boek te publiceren
met zijn bevindingen; dagboe
ken van smokkelaars, getuigen
verslagen, foto's, rapporten uit
de Duitse wachthuisjes die
langs de 'draden des doods' wa
ren opgesteld. De afrastering
was niet alleen een technisch en
organisatorisch hoogstandje,
het bracht een deel van de
Vlaamse plattelandsbevolking
ook voor het eerst in contact
met het fenomeen elektriciteit.
De hoogleraar raakte zelf gefas
cineerd door het elektrische
gordijn vanwege de verhalen
van de grootvader van zijn echt
genote, een actief smokkelaar of
'passeur' in het Vlaams. De
Duitse elektrische draden mis
ten overigens hun doel omdat
ze frequent gesaboteerd wer
den. In de periode 1915-1918
passeerden in totaal ruim
25.000 burgers de 'elektrische
grens'.
TRAMBAAN
Een van de bekendste stukjes
van de dodelijke grens liep van
Vaals naar Visé. De versperring
werd in 1915 aangelegd onder
leiding van graaf Von Faber-
CasteÜ, de bevelhebber van de
Duitse grenswacht in deze re
gio. Het 'gordijn' telde drie ach
ter elkaar staande afrasteringen.
De buitenste bestonden uit
houten palen met prikkeldraad.
Daar tussenin waren gewone
draden gespannen waarop voor
die tijd een extreem hoge span
ning van 2000 volt stond. De
stroom werd afgetapt van de tr
ambaan in Aken. Generatoren
zorgden ervoor dat het voltage
op peil bleef.
In het Belgische gehucht Sip-
penaeken, niet ver van het Drie
landenpunt, herinnert al decen
nia lang een monument aan de
slachtoffers van de 'elektrische
grens'.
BRUSSEL/HEERLEN/VUSSINGEN GPD
10
1EI
i ecti
"alite
BChtS
DlfBe
"engt
'I met
ïe
- ject i;
1 inkVi
lalde!
aakte
i'.erm
IKCN.
ren o
hzelf
•- idsin:
elde
a apte,
Bussi
IHAAi
5 ilieu 1
enen
en is
ransp
I nlan<
.nek
ük va
Een slordige honderd miljard gulden verdienden de
Nederlandse pensioenfondsen vorig jaar. Een feno
menale stijging van het vermogen die vooral op re
kening kwam van de opnieuw pijlsnel stijgende
beurskoersen. Maar ook als straks mindere jaren
aanbreken, is er bij de aanvullende pensioenen geen
vuiltje aan de lucht. Want, zegt adjunct-directeur
Leo Witkamp van het Pensioenfonds Nederlandse
Omroep, „ondanks de vergrijzing zullen de aanvul
lende pensioenen geen moment in gevaar worden
gebracht".
Het was al direct bonje tussen
staatssecretaris De Grave van socia
le zaken en de pensioenfondsen. Hij
zat koud op de stoel van zijn afge
treden vriend Linschoten of hij stel
de dat de aanvullende pensioenen
goedkoper moesten worden. Het
gangbare eindloonsysteem, waarbij
het laatstverdiende loon maatge
vend is voor het pensioen, moest
plaatsmaken voor een middelloon
systeem. Daarbij is het vrijwel altijd
lagere gemiddelde salaris tijdens de
hele loopbaan de maatstaf.
Het huis was te klein. Het aanvul
lend pensioen is een zaak van werk
gevers en werknemers, riepen beide
partijen in koor. Na anderhalfjaar
bakkeleien vonden beide partijen
elkaar op de afspraak dat de fond
sen de komende drie jaar het stelsel
moderniseren en de betaalbaarheid
veilig stellen.
Achter zijn bureau in Hilversum
moet Leo Witkamp er bijna om la
chen. Want middelloon of eindloon,
het is een discussie over bijna niets.
Eén, hooguit een paar miljard
scheelt het. Meer niet. En dat is bij
na peanuts'\n pensioenland. Om
een misverstand te voorkomen; ook
Witkamp vindt dat er wat moet ge
beuren om de vergrijzing beheers
baar te houden. De AOW, de aan
vullende pensioenen en de zorg
gaan daardoor immers veel meer
kosten dan nu.
Allereerst de AOW. Met op termijn
twee maal zoveel bejaarden als nu,
is daarvoor veel meer geld nodig.
De oplossing is niet zo moeilijk,
vindt Witkamp. Laat de rijkere be
jaarden meebetalen aan de AOW.
Dat kan wat hem betreft het beste
door de AOW te betalen uit de
schatkist. De AOW-premie (die ou
deren niet hoeven te betalen) kan
dan verdwijnen in ruil voor een ho
gere belasting (die 65-plussers net
als iedereen wel betalen).
Dan komt meteen een einde aan
het merkwaardige fenomeen dat ie
mand op zijn 65ste verjaardag plot
seling in een veel lager belastingta
rief valt. „Daar zit geen enkele logi
ca in", vindt Witkamp. Het pro
bleem ligt in de politiek. Daar durft
bijna niemand zo'n bij ouderen
slecht vallende maatregel te nemen
als puntje bij paaltje komt.
RENDEMENT
Dan de aanvullende pensioenen,
Witkamps specialiteit. Het systeem
De verschuiving van de beleggingen in beeld. Het grijze deel vertegenwoor
digt de investeringen in aandelen en onroerend goed, het zwarte deel de zoge
heten vastrentende waarden zoals obligaties. Onder de staafjes staan de be
dragen aan ingelegde gelden in miljarden met twee cijfers achter de punt.
ILLUSTRATIE LEO WITKAMP
werkt als volgt; van iedere klant
wordt jaarlijks berekend hoeveel
aanvullend pensioen hij op zijn
65ste krijgt en hoeveel geld er voor
hem in kas moet zijn. Daarbij gaat
het pensioenfonds er van uit dat op
de ingelegde premie jaarlijks vier
procent rendement wordt gehaald.
Is dat rendement in werkelijkheid
lager, dan moet de premie omhoog.
Omgekeerd kan de premie omlaag
als het rendement hoger is.
Dat laatste is al een groot aantal ja-
renhet geval. De reële rente (rente
minus inflatie) op de kapitaalmarkt
was de afgelopen twintig jaar ge
middeld 4,88 procent. Zelfs met het
meest conservatieve en risicoloze
beleid - obligaties kopen - verdien
den pensioenfondsen al meer op
het ingelegde geld dan strikt nodig
was. Die 'overwinst' heeft ertoe ge
leid dat de pensioenpremies mo
menteel stukken lager zijn dan de
25 tot 30 procent van de loonsom
die werkgevers en werknemers hal
verwege de jaren zeventig op tafel
moesten leggen.
En, vervolgt Witkamp, er is geen re
den om aan te nemen dat dat in de
toekomst anders wordt. Waren pen
sioenfondsen tot halverwege de ja
ren tachtig vooral afnemers van
obligaties, de afgelopen vijftien jaar
hebben een grote verschuiving te
zien gegeven richting aandelen en
onroerend goed.
Vooral de afgelopen jaren bleek dat
een gouden greep. In 1995 bijvoor
beeld leverden de beleggingen ter
waarde van 540 miljard gulden
ruim 47 miljard op. Daarmee waren
de beleggingopbrengsten een veel
voud van de 13,6 miljard die aan
pensioenpremie binnenkwam. De
jaren 1996 en 1997 overtroffen het
beursjaar 1995 nog ruimschoots.
Een aantal pensioenfondsen heeft
daarom zelfs een 'premievakantie'
afgekondigd; er is zoveel geld in kas
dat er geen pensioenpremies hoe
ven te worden betaald.
Maar ook als de beurs straks de on
vermijdelijke stap terug doet, is er
geen vuiltje aan de lucht. Logischer
wijs moeten aandelen en onroerend
goed op de langere termijn - en
pensioenfondsen rekenen altijd met
termijnen van twintig, dertig jaar -
namelijk altijd meer opleveren dan
bijvoorbeeld vrijwel risicoloze
staatsleningen. Witkamp: „Want er
is natuurlijk niemand die het risico
neemt om geld te investeren in een
bedrijf wanneer hij moeiteloos het
zelfde rendement zou kunnen ha
len op een spaarrekening".
Voor iemand met weinig (spaar-
)geld weegt het risico van beleggen
relatief zwaar; als hij belegt in het
verkeerde bedrijf in een slechte pe
riode, is hij snel veel geld kwijt. Pen
sioenfondsen daarentegen beschik
ken over veel kapitaal en kunnen
daardoor hun risico spreiden door
in veel verschillende bedrijven te in
vesteren. Bovendien kunnen ze het
risico spreiden in de tijd. Omdat ze
altijd veel meer geld in kas hebben
dan ze hoeven uit te keren aan pen
sioenen, kunnen ze het zich veroor
loven vooral te kijken naar het ren
dement op lange termijn. Goede
periodes - zoals de afgelopen jaren
en 1998 tot nu toe - kunnen dan
slechte (beurs)jaren compenseren
zonder dat de fondsen in betalings
problemen komen.
SUBSIDIEBRON
En daar komt de troefkaart van Wit
kamp uit de mouw; de komende
tientallen jaren worden ondanks de
vergrijzing de pensioenfondsen al
leen maar rijker. Er komt aan pre
mies en -vooral- beleggingsop
brengsten jaar in jaar uit me jjng o
nen dan strikt genomen nod
wordt namelijk niet alleen g( i
diend met de premies van di UuC
minners, maar ook met het
voor de 65-plussers nog in fc
Ook op de pot geld die is gei
veerd voor alle gepensioneer
|.De
and v
kenv
iken. 1
raakt'
worden de fondsen geacht v in
cent rendement te halen. 1st P°,ol!
de praktijk meer -en dat is hi
val- dan hoeven die extra vei
sten niet te worden uitgekee:
de 65-plussers. Hun aanspra j3I*(
gen immers vast vanaf het n
dat ze 65 worden. Dat extra
kan worden gebruikt om de
sioenen extra te verhogen, ni arden
ook om de pensioenpremies
de werkenden te verlagen.
Het aantal gepensioneerden
komende tientallen jaren toe h in
en daarmee ook het vermogi linger
de pensioenfondsen voor he nde d
hebben. Over 35 jaar, heeft) nbrui
kamp berekend, zal de resen
voor lopende pensioenen vei
beien en zestig procent uitm
van het vermogen. Van de to
pensioenpot is tegen die tijd 5CHELl
nog veel meer dan nu beschi
als 'subsidiebron' voor de pe |jjst0
premies van dat moment. D< ^en
vullende pensioenen, is Witk uwc|
stellige overtuiging, komend ver
door geen moment onder dr
Onvermijdelijk komt rond he
hoogtepunt van de vergrijzin [uil
streeks 2030 het moment vva
het vermogen van de pensia
fondsen weer gaat afnemen,
moet er per saldo meer word H
gekeerd dan er via de t
en de premies binnenkomt.)
ook dat is geen ramp. „Want a i° h
Witkamp, „tegenover dat lag m"~
vermogen staan dan ook lagt ngere
komstige verplichtingen. Eri or'n
dus ook minder geld nodig"
4on
In de sience fiction-serie Star Trek reizen mensen jaren
achtereen zonder een centje pijn door het heelal. Zij
hebben dan ook kunstmatige zwaartekracht aan boord
van hun ruimteschepen.
De werkelijkheid is anders. Astronauten voelen zich al
suf als ze in een simpele baan om de aarde draaien.
Reden voor de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie
NASA om een wel heel uitgebreide dierenproef te hou
den.
Er gaat een soort Ark van Noach de ruimte in. Vanaf
het Kennedy Space Centre in Florida wordt als alles
meezit deze week nog het ruimteveer Columbia gelan
ceerd met aan boord achttien zwangere muizen, 1.514
krekels, 135 slakken, 152 ratten, 223 vissen en zeven
mensen.
De astronauten onderzoeken tijdens de zestien dagen
durende vlucht wat de invloed is van gewichtloosheid
op het zenuwstelsel van dieren. Ook zullen de beman
ningsleden elkaar observeren. De zwangere muizen
zullen elke twee uur met een bepaalde stof worden ge
ïnjecteerd om de ontwikkeling van de foetussen beter
bij te kunnen houden.
In de begindagen van de ruimtevaart werden apen en
honden naar de sterren geschoten. De eerste hond in
de ruimte, het Sovjet-teefje Lajka, overleefde het expe
riment niet. Kort na de lancering in een Spoetnik in
1957 kwam het diertje om door de hitte van de moto
ren. De laatste apen wentelden eind '96, begin '97 rond
in een Amerikaans-Frans-Russische ruimtecapsule.
Eentje overleed bij terugkeer aan een hartaanval.
Het onderzoek is van groot belang als de NASA ooit
een permanente basis op de maan wil vestigen of as
tronauten naar Mars of verder wil sturen. Enkele vra
gen die de wetenschappers willen beantwoorden: hoe
ontwikkelen hersenen zich in de ruimte, vertraagt het
gebrek aan zwaartekracht de celdeling en zou gewicht
loosheid de ontwikkeling zelfs totaal dwarsbomen?
Onderzoekers hebben zich afgelopen maandag door
tienduizend krekels gewroet om de meeste geschikte
uit te zoeken voor de vlucht met de Columbia. Ze kwa
men tot 824 baby's van drie verschillende leeftijden en
690 eitjes. De krekels zijn geselecteerd omdat ze een
externe 'zwaartekrachtsensor' hebben, zodat meteen te
zien is wat er met dergelijke dieren in de ruimte ge
beurt.
UTRECHT ERIK VAN SCHAIK
Op het Kennedy Space Centre in Florida staat het ruimteveer Columbia klaar voor lancering, nadat donderdag vanwege een foutje in een processor de startprocedure werd afgeb
Zen. FOTO AP PAUU
Adjunct-directeur fonds Nederlandse Omroep: