Willeke's reiniging V- Polder nederlands O, en De taalkundige Jan Stroop ken ik goed. Kan je denken! Aardige man, heel muzikaal, bespeler van de trombone, de piano en het orgel. Hij heeft een hele reeks van interes sante taalkundige boeken en artike len gepubliceerd, weet alles van molenbouwersterminologie, en ook van leven en werken van J.P. Heije, die de dichter was van het beroem de 'Karretje dat op de zandweg reed'. Ik mag hem. Af en toe laat hij de mensen graag schrikken. Dat kan hij goed, de mensen laten schrik ken. Maar hij bedoelt het niet kwaad. Daar sta ik voor in. Nu heeft hij weer iedereen op de kast met dat Poldernederlands van hem. Een paar weken geleden verscheen afleve ring 1 van een splinternieuw tijdschrift: 'Noordzee'. Het is een tijdschrift voor ieder een met speciale belangstelling voor de Ne derlandse taal en Nederlandstalige litera tuur. In de eerste plaats neerlandici en ger manisten, maar verder natuurlijk ook ieder een die daar gewoon eens meer over wil weten. Een prachtig tijdschrift, als ik het zeggen mag. In dat nieuwe tijdschrift pakt Jan Stroop uit met een artikel over 'Polder nederlands'. Poldernederlands (meteen een nieuw woord genoteerd) is volgens Stroop het Nederlands waarin de -ee- een beetje als - ei - klinkt. Beetje klinkt dan als - beitje -, de - ei - gaat de kant op van - aai - (- tijd - wordt - taait -), de -eu- wordt - ui - (- leuk - wordt - luik -), de - oo - wordt - au - (- boot - wordt - baut -) en de - au - wordt - aau - (- koud - wordt - kaaut -). Wie geregeld naar de Nederlandse televi sie kijkt, moet deze uitspraak al dikwijls op gevallen zijn. Niet iedereen is er even geluk kig mee. Stroop in ieder geval niet. En ik evenmin. Het Hinkt me allemaal erg plat in de oren. Nieuw is dat hij nu uitgezocht heeft dat het verschijnsel zich vooral voordoet bij vrouwen. Bovenal vrouwen van tussen de dertig en de veertig jaar, succesvolle vrou wen, vrouwen die het gemaakt hebben in creatieve en artistieke beroepen. Ze komen niet noodzakelijk uit de Randstad, maar wonen overal in Nederland. Jaren geleden heb ik een poos een werkkamer gedeeld met Jan Stroop, en toen al spraken wij graag over vrouwen en over platte uitspraak. Nieuw is nu dat hij deze twee thema's met elkaar verbindt. De groep succesvolle vrouwen lijkt meer en meer het model te worden voor jon gere Nederlanders. Hun spraak wordt nage volgd. Dat is voor de taalgeschiedenis heel interessant, omdat het meestal de mannen zijn die met een plattere uitspraak voor ver anderingen zorgen, terwijl de vrouwen doorgaans dicht bij de bestaande standaard blijven. Wat we nu zien, is dat de vrouwen het voortouw nemen. De observaties van Stroop lijken me min of meer juist. Ik heb het niet onderzocht, maar het klopt wel met mijn eigen ervarin gen. Het probleem met Stroop is alleen, en hij doet dat al jaren, dat hij die ontwikkeling beschrijft als het einde van de standaard taal, het ABN. Dat moet hij niet doen, vol gens mij. Het komt erop neer dat hij de uitspraak van, laten we zeggen, 1920 of 1950 als een gouden standaard beschouwt, en al wat later komt als een afwijking of als verval aanmerkt. In plaats van, ik noem maar wat, stellen dat de standaardtaal verandert. Immers, waarom zou de uitspraak van 1950 of 1920 beter zijn? Ze verschilt even zeer van die van 1850 of die van' 1750. Ge lukkig kennen we die onvoldoende, anders zou er beslist een groepering bestaan die juist daar bij zweert. De uitspraak van 1950 of die van 1920 is evenzeer een momentop name als die van 1750 of die van 1850. Het is typerend voor de conservatief om de situ atie uit zijn jeugd het hele verdere leven als norm te nemen. Menselijk, o ja, zeerzeker, maar ook de zekere weg naar een verbitterd levenseinde. Ik pleit ervoor de norm voor de standaardtaal te zoeken in 1998. Op de een of andere manier struikelt Stroop over de rare maar wijdverbreide op vatting dat de standaardtaal iets is wat je in een doosje kan doen, en bewaren. Af en toe het doosje opendoen, en er genietend aan snuffelen. Maar zo is het niet. De inhoud van het doosje blijkt alras morsdood. Oei, roept Stroop, beteuterd in zijn doosje kij kend, de standaardtaal is dood. En hij ziet niet wat er om hem heen leeft en beweegt. Of hij doet alsof, om de mensen aan het schrikken te maken. door PETER KUIJT Willeke Alberti: „Ik kan tevreden achterom kijken. Nu al.' e jaren eerder had een maderd om haar overhaal op schrift te 'Hen. Nu pas achtte ike Alberti de tijd rijp looreen biografie. iwTech wan Willeke. Verliefd En 1 leven' venvacht dat Inte; -)eFinale Afrekening is, het mis. Het boek gaat leeroverDe Grote Opruiming. nHet was een pure reiniging. Willeke Alberti in 1972 tijdens een tv-programma waarin zij lied jes van bekende cabaretiers zong. FOTO ARCHIEF Scène uit de tv-serie 'De Kleine Waarheid' (1971). Willeke Al berti met Emmy Lo pez-Diaz. FOTO ARCHIEF ANP 'Maar ik ben absoluutgeen zweefteef ruimte gegeven om te zijn wie ze nu is. Alles komt op tijd. Nooit te vroeg, nooit te laat." Carmen: „Je zoekt gewoon een balans in je oorsprong." Tevhedenheid Het boek 'Willeke. Verliefd op het leven' is veel mooier geworden dan de zangeres van tevoren in gedachten had. Ze is er heel trots op en ook haar kinderen, die vooraf wat sceptisch tegenover het boek stonden, waren er naderhand 'heel blij' mee. Dat vindt ze be langrijk, het zal haar verder een zorg zijn wat recensenten ervan vinden. Willeke benadrukt dat er geen wijsvingers worden opgeheven in haar biografie. Het zijn slechts boodschappen in de trant van 'ge bruik eens mensvriendelijke druppeltjes in plaats van pillen met bijwerkingen', valt Car men haar bij. Berna: „En dat je leert naar je dromen te luisteren. En dat iedereen verder je vriend kan zijn." Carmen: „Ik vind het ook belangrijk dat wat er over kinderen in staat: dat je heel erg verantwoordelijk voor hen bent. Berna: „Het leven is ook een groeiproces. Het groeien doet op sommige plekken zeer. Maar je leert er enorm van." Als ze voor de keuze werd gesteld, zou Wil leke haar leven precies zo willen overdoen. „Ja, dat denk ik wel. Ik heb nergens spijt van." Carmen: „Als je een stukje zou overslaan, zou je een totaal ander mens worden." Berna: „Dit heeft allemaal zo moeten ge beuren." Willeke: „Ik kan tevreden achterom kijken. Nu al." Willeke. Verliefd op het leven. Door Carmen Sars. Uitgeverij Kosmos-Z&iK f 29,90. y OA ie Willeke Alberti wil spreken over haar boek, vindt drie vrouwen tegenover zich. Al- is daar de 53-jarige zangeres/actrice zich in een zaaltje in het hoofdstede- jtel de l'Europe gesecondeerd weet Caraien Sars, de schrijfster van het 'medium' Bema Ooms. Gedrieën ze het verhaal over het boek. „We eenmaal zo goed op elkaar inge- verklaart Carmen Sars de ruime af- ïg. Op de achtergrond wacht broer Alberti, die deze dag optreedt als op de dingen die komen gaan. Hij iet boek in één ruk uitgelezen. „Maar ik atuurlijk al een hoop." der Bema en Carmen was het boek er gekomen, verduidelijkt Willeke. Car- kwam tweeënhalf jaar geleden in haar nadat een gezamenlijke vriend hen kaar had voorgesteld. Carmen: „Dat et nadat ze bij Sören Lerby was wegge- en vlak voor haar concerten in Cafré. Ie heftige periode voor haar. Ik heb toen shiatsu-massages gegeven. Die es maken je meridianen, je energie- vrij. Er komt dan een enorm reini- iroces op gang. Ook emotioneel. We iden veel van dezelfde problematiek in der was de zangeres in contact geko- net Bema. Dat gebeurde in een periode meer 'de vrouw van', in dit geval aller Lerby, was, dan artieste. „Ik woon- Monaco, Sören speelde daar, toen ik kreeg van Bema. Ze had mij ge- p televisie en had gemerkt dat ik heel nverwerkt verdriet had. In dat jaar, in' waren mijn vader en mijn maatje, Wil- Ik had hartklachten, liep cardioloog, maar Bema schreef me homeopathisch middel móest ne- D6. Want anders zou er met mij gebeuren als wat Willem was over- „Ik zag het op haar gezicht", knikt haar waarschuwen." De tussen de twee betekende van een hechte vriendschap. Pas eleden ontmoetten ze elkaar in le- Ontgifting begon het trio te werken aan de Willeke: „Dat gebeurde bij mij op weken lang praten." zegt Berna. Willeke Alberti tijdens een optreden (in 1983) met haar vader Willy. FOTO ARCHIEF BURO ANDRE VAN DE HEUVEL „De grote ontlading", stelt Carmen. „Praten, praten, praten. Er kwamen steeds meer din gen boven." Willeke: „En toen werd ik ziek. Ik was mis selijk, moest steeds naar het toilet. Een soort ontgifting." Berna: „De onverwerkte dingen kwamen aan de oppervlakte. Die moet je dan gelijk verwerken. Nou, toen Willeke ziek werd, zijn we van het terras naar haar bed verhuisd en hebben daar het verhaal voortgezet. Dat was zó gezellig." Carmen: „Je kwam tot inkeer. Het was een positieve ziekte." Willeke: „Het was een pure reiniging." Bema legt haar hand even op Willekes arm: „We zagen jouw ogen ook steeds verder op klaren, steeds mooier worden. Lijf en ziel werden gezuiverd. De Grote Opruiming. Het was heerlijk. En nu is Willeke wat ze moet zijn. Echt zichzelf." Oneindige stroom In het boek, ruim geïllustreerd met foto's uit Willekes privé-archief, passeert een schier oneindige stroom zaken de revue. Willeke herinnert zich dat ze als vierjarige op het per ron van station Arnhem stond te zingen en te dansen, dat ze van zanger Dick van de Foury- o's ('Zeg niet nee') in de Vechtstraat op 14-ja- rige leeftijd haar eerste tongzoen kreeg, dat ze heimelijk verliefd was op wielrenner Peter Post, dat ze 'Ik heb een heel mooi sprookjesboek' zong op het koperen hu welijksfeest van Johnny Jordaan, een van haar eerste echte optredens, en haar eerste plaatje dat ze maakte met vader Willy Alberti ('Met wie ik alles deelde'): 'Zeg Pappie'. Tal van anekdotes vertelt Willeke over haar ac teerprestaties in on der andere De Kleine Waarheid, Slippers en Rooie Sien. En even ongedwongen laat ze haar licht schijnen op haaT zielsverwantschap pen met Willem Ruis, Jeroen Krabbé en Paul de Leeuw. Natuurlijk komen ook haar mannen aan bod: haar eerste echtgenoot, Jumping Jewels-bassist Joop Oonk, die naderhand een geheel andere invulling gaf aan het begrip trouw; haar tweede man, de tien jaar jongere John de Mol jr., die technicus was bij Radio Noord zee toen ze elkaar ontmoetten en haar derde wederhelft, de voetballer Sören Lerby. John werd verliefd op een andere vrouw en over haar huwelijk met Sören meldt Willeke dat dat op een kwade dag 'gewoon op' was. „Ik ben toen uit die cir kel gestapt van altijd maar inleveren." Berna: „Moedig, hoor. Heel moedig." In het boek memoreert Willeke nog even de twee stukgelopen huwelijken van haar broer Tonny; zodat hun moeder vijf scheidin gen van twee kinderen heeft meebeleefd. Te rugblikkend stelt Willeke Alberti dat ze de mannen in haar leven toch wat te vaak hun zin heeft gegeven. Voor hen minderde zij met werken, kon zij zich niet zo intensief meer bemoeien met het artiestenberoep, Haar Vak. Een kledingboetiek, vlakbij het Leidseplein, en enkele platenzaken in het Gooi (Disco Al berti) moesten het gemis aan optredens compenseren. Geen kwaad woord over haar ex-en. Joop, John en Sören zijn immers goede vaders van respectievelijk Daniëlle (30, twee kinderen), Johnny (19) en Kaj (bijna 15). Evenmin wil ze degenen die haar in haar leven zo gekwetst hebben onderuit de zak geven. Zoals die 'acht van de tien zogenaamde vrienden van Papa die het - uiteraard zonder succes - met mij hebben geprobeerd'. En op de pas ont dekte 'diepgezonken minderwaardigheidsge voelens' die een oorsprong hebben in de eer ste jaren van haar jeugd, wil ze niet ingaan. „Dat wordt te persoonlijk. Ook de roddelpers, de 'vakbladen', die haar om de haverklap 'koppelt' aan nieuwe en vooral jonge minnaars, komt er in het boek nog genadig vanaf. Van een Finale Afreke ning is geen sprake. Willeke:„Dat zit niet in mijn karakter. Ze weten zelf heel goed wat ze hebben misdaan. Je moet geen kwaad met kwaad vergelden." Carmen: „Dat is ook niet de tendens van dit boek. In deze biografie is de blik op, de toekomst gericht, waarbij we het verleden ge bruiken om van te leren." Zijpaden Naast het boekstaven van de ontelbare feiten en feitjes uit het artiestenbestaan en het min stens zo kleurrijke privéleven van Willy Alber- tina Verbrugge, ziet de zangeres ook kans om in de biografie talrijke, onvermoede zijpaden te betreden. Ze strooit met gulle hand een ontluisterende hoeveelheid wijsheden rond, die op z'n minst met een moment van kriti sche overpeinzing mogen worden beloond. Zo gelooft Willeke Alberti dat je als ongebore ne je eigen ouders uitzoekt om bij geboren te worden, 'omdat daar een les ligt'. Verder moet je blijven werken aan je relatie: 'Water moet ook blijven stromen. Als het stilstaat, gaat het rotten'. En muziek is een 'troostende universele taal. Als ik niet iets met muziek kon doen, zou ik zeker iets binnen de ster vensbegeleiding willen betekenen'. Vooruit, nog eentje: 'De ruimte die ingevuld wordt met het man-vrouw-gebeuren, kan ook wor den ingevuld met heel andere dingen'. Aan het slot van haar boek geeft Willeke nog een reeks behartigenswaardige adviezen ten beste. We moeten weer leren de signalen te herkennen die ons vanuit de natuur wor den gezonden. Een roodborstje in de tuin is bijvoorbeeld 'een boodschappertje vanuit en van het allerhoogste'. En wie bordeauxrode klaver tussen het groen aantreft, moet be dacht zijn op een MS-achtige spierziekte, ter wijl lepelkruid een verwijzing kan zijn naar hartklachten. Ze wijst op stenen met een heilzame werking en stoffen als het zeezout ozaliet, dat - gedragen in een buisje op de borst - je aura beschermt. Het drietal torst buisjes met ozaliet - bij Carmen is het gaan lekken, maar ze loopt geen gevaar - en Willeke toont een rinkelen de armband vol 'lapis lazuli', blauwe steen tjes tegen slaapproblemen. De paarse ame thist voor geestelijke steun heeft ze thuis la ten liggen. De zangeres kan zich voorstellen dat men sen die haar alleen kennen van 'Spiegel beeld', 'Twee op de wip', de legerserie 'Com bat' of de met slechts vier Oostenrijkse pun ten bekroonde Songfestival-inzending 'Waar is de zon', moeten wennen aan de nieuwe, opgeruimde Willeke Alberti. „Maar ik sta met beide benen op de grond. Ik ben absoluut geen zweefteef." Berna: „We zijn zo realistisch als wat. De kleine dingen in de natuur hebben Willeke de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1998 | | pagina 55