Afrikaan Kalou is nu al thuis bij Feyenoord liliberto trapt enzaam ballen Oxford is in de ban van de jaarlijkse 'Boat Race' Sport CHEF WILLEM SPIERDIJK, 071-5356464, PLV.-CHEF ROB ONDERWATER, 071 -5356463 i kan toveren met een bal' 9 ils alle andere buitenlanders wacht voor Bonaventu- ilou op vrijdag de Nederlandse les. De taal leren is de i manier om je snel aan te passen in een land waar natte en koude winterdagen in maart na de trai- erwtensoep met stokbrood eten. Waar sommige zuchten en steunen, loopt de nieuwe parel van lachend het leslokaal van het Feyenoord-stadion 1DAM MARCEL VAN DER KRAAN ffikaanse aanvaller, door 'leenhakker tegen Heeren- in de Kuip gepresenteerd, zijn hand niet om voor paar lessen Nederlands. Mike Obiku nooit verder i dan die brede, witte of wat Engelse termen, Bonaventure Kalou de fliunicatie met en de lschap van menige Feye- t dat de zoon van een on- jzer daar veel moeite voor te doen, want de door oord in.Maleisie ontdekte i Ivoorkust opgegroeide spreekt vloeiend Engels, en Spaans. ie pasa, hombre", zegt hij Fernando Picun. Met de Amerikanen in de selectie eyenoord voert hij in het rshome, terwijl anderen iderend toekijken, hele ekken. Met Feyenoords Belgische middenvelder ias Buffel ratelt hij in het en doet hij boodschappen t Zuidplein, met Giovanni ronckhorst communiceert :er in het Engels („Giovan- great guy"). hij intelligent is en klasse Wt, was voorzitter Jorien en Herik bij diens allereer- nnismaking al opgevallen, kieeyenoord..preses vloog af- en zomer, toen alle spelers V° ainers op hun vakantie- lui achterover op het 1 lagen, in het diepste ge- naar Ivoorkust om Kalou ïtracteren. den Herik: „Michel Beu- FJjhad Kalou al een keer in kko op een toernooi ge- -|^.,Toen was hij nog niet zo li jijzonder. Maar op het WK junioren in Maleisië, waar ik een buitenlandse scout voor Feyenoord naar toe had ge stuurd, was hij formidabel. Ik kreeg een lijst met spelers aan bevolen en daarop stond hij met stip bovenaan." Kalou zegt nooit geweten te hebben dat Feyenoord hem in het verre Oosten al in de peiling had. „Ik wist alleen dat er een meneer van Vitesse graag wilde dat ik voor die club zou teke nen. Toen ik de president van mijn club in Ivoorkust aan de telefoon had, zei hij dat ik ner gens mijn handtekening moest zetten. Hij had iets veel mooiers voor mij. Toen ik terugvloog naar Ivoorkust, zat 'mister Van den Herik' daar. Ik kon nauwe lijks geloven dat hij speciaal voor mij naar Afrika was ge reisd." De Feyenoord-voorzitter ver loste Kalou in een klap van alle zorgen die hij en zijn familie in het Westafrikaanse land ken den. De speler kreeg een vijfja rig contract en mocht tot no vember in de eigen competitie blijven spelen. „Zijn vader en moeder heb ik niet thuis be zocht, maar het was duidelijk dat ze het niet breed hadden", blikt Van den Herik terug op het avontuur. „Ik was blij dat Feye noord hem kon contracteren, want er waren een hoop kapers op de kust." Op Sicilië, tijdens het uitstap je dat Feyenoord in de winter stop maakte, maakten de spe lers voor het eerst kennis met de 19-jarige spits. „Hij kwam uit het niets, niemand kende hem", zegt Jean-Paul van Gastel. „Hij moet nog veel leren en zal tijd nodig hebben om een grote speler te worden, maar we za gen allemaal dat hij heel goed kan voetballen. Hij heeft een in dividuele actie, durft iets met een bal en dat zie je niet meer Bonaventure Kalou: „Hier wil ik net zo bekend worden als in mijn eigen land. Daar zijn de mensen gek geworden toen ze hoorden dat ik naar Feyenoord ging. Niemand kon het geloven, de eerste voetballer in de geschiedenis die door een Nederlandse club werd gecontracteerd." foto gpd/john de pater zovaak." Kalou is de vijfde jonge speler die Leo Beenhalcker in het diepe heeft gegooid en die zonder problemen het hoofd boven water lijkt te kunnen houden. „Eigenlijk", zegt Van Gastel, „viel hij bij zijn debuut tegen Heerenveen slecht in. Z'n eerste acties mislukten, misschien ook door de zenuwen, maar toen hij zichzelf werd zag je dat hij kan toveren met een bal. Alleen is hij voor de tegenstander nog net zo onvoorspelbaar als voor ons." Kalou weet dat hij nog een ru we diamant is, die tijd nodig heeft om het grote publiek te overtuigen van zijn kwaliteiten. „Tegen Heerenveen dachten de mensen, wat komt daar nu voor een speler in het veld. Laat de supporters zelf maar een oor deel over mij vormen. Ik ga niet van de daken schreeuwen dat ik zo goed ben, dat moet ik op het veld laten zien." Aanvankelijk was hij voorbe stemd om een jaar mee te draaien op Woudestein, bij Ex celsior. „Mister Van den Herik zei dat ik bij een satellietclub te recht zou komen." Maar toen Leo Beenhakker Kalou een half uur op een bevroren veld had zien hobbelen, wist hij al ge noeg. Kalou was in zijn ogen een talent voor het grote werk. Van den Herik: „Leo had groot gelijk. Het is een fantasti sche speler, die iedereen nu al verbaast maar mij niet. Ik had op videobanden al prachtige dingen van hem gezien en de rapporten over hem waren ook allemaal lovend. Maar wat ik minstens zo belangrijk vind is dat deze jongen zoveel andere kwaliteiten heeft - zijn talen kennis, zijn intelligentie, zijn uitstraling - waarmee hij de club naar buiten kan vertegen woordigen." Heimwee en eenzaamheid vormen de grootste obstakels die Feyenoord bij de jonge Afri kaan moet wegnemen, wil hij kunnen slagen in de Nederland se competitie. In de uren dat hij alleen in zijn appartement bo ven het winkelcentrum Zuid plein zit, zorgt Jan Mastenbroek (Feyenoords vaste begeleider voor buitenlandse spelers) er voor dat Kalou het naar zijn zin heeft. Een normaal en geregeld le ven, goed eten en veel vitami nes moeten het ranke lichaam van de nieuwe ster sterk genoeg maken om de komende jaren uit te groeien tot een verbeterde uitgave van Mike Obiku, de laatste volksheld van het le gioen. „Hier", zegt Kalou, „wil ik net zo bekend worden als in mijn eigen land. Daar zijn de mensen gek geworden toen ze hoorden dat ik naar Feyenoord ging. Niemand kon het geloven, de eerste voetballer in de geschie denis die door een Nederlandse club werd gecontracteerd. Mijn vader heeft nooit willen geloven dat ik profvoetballer kon wor den, hij verplichtte me om te studeren. Daarvoor ben ik hem nog steeds heel dankbaar, maar hij is nu net zo trots als de an dere mensen in het dorp dat ik hier speel." TV-beelden van de duels die Feyenoord speelt, bereiken Ivoorkust zelden of nooit. „Daarom wil elke week een vi deoband opsturen. De eerste is onderweg. Ik hoop dat ik er gauw nog een paar kan sturen. Pas als ik een basisplaats heb, en dan denk ik aan volgend jaar, zal ik mijn vader uitnodi gen om een keer naar Rotter dam te komen. Want zeg nou zelf, het zou toch lullig zijn als die man helemaal uit Afrika naar Nederland vliegt en ik zit op de bank?" voetbalprof kicker van Admirals ns Hij NEE. NANDO BOERS dcker in een American lallploeg is een eenling, lijkbaar met een keeper in oetbal. In Suwanee, in de ving van Atlanta, in het ngskamp van de Admirals, Silvio Diliberto (34) dag- g-uit ballen door de palen. K-voetbalprof van Sparta, JC, Haarlem en Eindho- s als kicker voornamelijk :hzelf aangewezen. Diliberto traint, is het stil em heen. Hij kijkt naar de i en zet het ovaal onder T€ loudertje zodat deze recht- ijft staan. Secuur meet hij appen. Nog één keer kij- een korte aanloop en een et het linkerbeen. De bal h°°g en belandt achter de - txaiin het gele gras van het p ingscomplex van de Fal- er de NFL-ploeg uit Atlanta. iei ritueel herhaalt zich nog eer, dan zijn de ballen op okt de gehelmde Diliberto voren om ze op te rapen. terug is bij het houdertje, het weer van voren af En geen trainer die hem t. De kickers (spelers die de aa een aanval vanaf de 1 tussen de palen trappen, hebben één coach die alle 3 ploegen bijstaat. Volgen- iek pas is Diliberto aan de ben geen echte eenling benadrukt Diliberto. ik kan er wel goed tegen. j| ik nog voetbalde, ging ik direct na de training lis thuis Ik bleef niet hangen edjp(1 kantine om een potje te dus 'en' n Ljs lens een training m Car- gj ti, op het veld waar de Bar- ia Dragons en de Admirals oefenpotje spelen, helpt ongetje van een jaar of drie bij het verzamelen van de i. Drie stuks klemt hij tus- :ijn armen. Even latei- hij geroepen door zijn (h* lalcoach. Het kereltje moet ^■trainen. Het is de omge- wereld. Europeanen le- imerican football, de Ame- pjaa en bekwamen zich in ne Amerikaantjes. Het is Jesus Angoy, de schoonzoon van Jo- han Cruijff. Evenals Diliberto draagt hij nummer veertien. Ook de voormalige reserve doelman van Barcelona is na zijn voetballoopbaan overge schakeld op de sport die in Eu ropa vaste voet aan de grond wil krijgen. Hoewel blessures gemeen goed zijn in het harde Ameri kaanse spel, krijgt de kicker wei nig te maken met de fysieke kracht die de machtige football- lichamen op het veld op elkaar loslaten. Toch is Diliberto licht geblesseerd. Hij heeft rugklach ten. Alsof er bij elke stap die hij zet 'een mes tussen zijn wervels wordt gezet'. Thuis in Kerkrade slaapt hij namelijk op een wa terbed en in Suwanee moet hij de nacht doorbrengen op een zachte matras. 'Oh, fucking shit', roept hij een paar keer als een teamge noot hem helpt zijn stijve rug spieren op te rekken. Hij ligt als een gewonde soldaat op het slagveld, helm nog op. Zijn ogen dichtgeknepen. De felle zon brandt op zijn gezicht. „Vreselijk man, het lijkt wel of ik spit heb." Een behandeling van de Ja panse masseur helpt. Beetje acupunctuur. De Japanner heeft h'em geadviseerd een paai" da gen op de grond te slapen. Maar Diliberto denkt er niet aan dat te doen. Eigenzinnigheid is hem niet vreemd. Hij is een ervaren sportman. „Waar heeft die man het over?", vraagt hij zich af als hoofdcoach Al Luginbill weg loopt na een paar schietpogin- gen. Het gaat over lijnen, hoe ken, waar de bal ligt en waar hij moet staan als hij moet trap pen. Diliberto knalt twee van de drie pogingen raak. „Een voet bal krijg ik er van elke stand in", verzekert de voormalige links buiten. Toen hij vorig jaar een con tract tekende bij de Admirals was hij van mening dat 'iedere voetballer' deze taak moest aankunnen. Maar daar is hij van teruggekomen. Het is toch heel wat anders. De techniek is pre cies tegenovergesteld en het raakoppervlak van de ovale bal is kleiner dan van een handbal. Silvio Diliberto: „Toen ik nog voetbalde, ging ik ook vaak direct na de training naar huis. Ik bleef niet hangen in de kantine om een potje te biljarten." foto gpd/eriklesser Vorige maand vertrok hij dan ook naar Miami om daar een paar weken bij te leren. De overstap van voetballer naar zijn huidige baan is dus minder logisch dan het lijkt. Hoewel Diliberto toch de opvol ger is van Hans Werdekker, een andere voormalige eredivisie speler bij de Admirals. Toen de oud-voetballer van EDO, Wil lem 11, Ajax en RKC vorig jaar stopte, had Diliberto weinig be denktijd nodig. Hij miste het 'professionele sportwereldje'. Hij was begin jaren negentig ge blesseerd geraakt bij Roda JC, kwam twee jaar later via een half jaartje Haarlem terug en speelde zijn laatste twee seizoe nen bij Eindhoven. En zo belandde de ouwe rot ruim een jaar geleden bij de Ad mirals. Door zijn zijn leeftijd en achtergrond is hij anders dan de meeste van zijn jongere team genoten. Die vechten voor de kans in de grote NFL, de Ameri- kanse competitie waar het grote geld ligt. Diliberto niet. Die is realistischer. „Maar vergis je niet hoor, dit is serieuze sport voor mij. En als het mogelijk is, wil ik wel naar de NFL. Tuurlijk kan dat nog. De kicker van de Falcons is ge loof ik 44 jaar oud. Maar erg re alistisch is het niet. Het liefst blijf ik nog een jaar of vijf bij de Admirals." En dan begint het echte leven voor Diliberto. Hij is bezig met coachcursussen in Zeist bij de KNVB en wil jeugdvoetballers trainen. Maar voorlopig zal hij in alle eenzaamheid ballen trappen. En ze zelf weer moeten verzamelen. De weg op het water naar eeuwige roem OXFORD» GERT ONNINK GPD-VERSLAGGEVER René Mijnders beweegt zich door Oxford op zijn 'Olympische' fiets. De roeicoach kreeg het rij wiel na de gouden medaille van de Holland Acht op de Spelen van Atlanta in 1996. Daarna streek Mijnders in Oxford neer, om daar de vermaarde universiteit aan de winst te helpen in de jaarlijk se bootrace tegen Cambridge. De Amsterdammer slaagde vorig jaar niet in zijn missie. Oxford, bijgenaamd de 'darkblues', verloor op de Theems in Londen voor de vijfde achtereenvolgende keer van de Cambridge 'lightblues'. Dit jaar is Mijnders, in het dagelijks leven consultant, de assistent van de nieuwe hoofdcoach Sean Bowden. De man achter de Holland Acht denkt dat zijn ploeg zaterdag bete re kansen heeft. „Het wordt heel spannend", voorspelt hij. René Mijnders werd al voor het olympisch succes benaderd door de Universiteit van Ox ford. Hij had er wel oren naar, na tien jaar bondstrainerschap in Nederland. De Boai Race, met afstand de bekendste roeiwedstrijd ter we reld, trok hem. Het duel over circa zeven kilo meter wordt al sinds 1829 gehouden. „Het is een enorm mediacircus geworden. Cameraploe gen volgen de trainingen op de voet. Zelfs de Braziliaanse televisie komt ervoor naar Lon den." Wereldwijd kijken er zo'n 400 miljoen tv- kijkers naar. Mijnders: „Het is de weg naar eeuwige roem. Het is winnen of helemaal niets, dat is vrij abso luut. Als je wint, zul je dat later zeker als een van de belangrijkste dingen in je leven beschou wen." Hij kent dat gevoel nog niet, Sean Bowden wel. Hij was tussen 1992 en 1994 trainer van de roeiploeg van Cambridge. Bowden won twee keer, als trainer. „Ik ben opgegroeid met roeien, dan weet je wat het betekent. Het is een unieke race, er is er maar één in het jaar, dus die kans moetje pakken." De Boat Race behoort bij de Engelse cultuur. „Iedereen wil in een van die twee blue-boats zien te komen. Er is geen andere roeiwedstrijd in de wereld waarbij zo veel publiciteit is." Bow den zegt dat hij liever een gouden Olympische medaille wint dan zijn ploeg als eerste te zien fi nishen op het stuk Theems tussen Chiswick en Pitney in het zuidwesten van Londen. „Hoewel, eigenlijk wil ik altijd wel winnen." Met de nationale ploeg greep de Engelsman in 1994 al een keer goud op het wereldkam pioenschap. Om als trainer full-time in eigen land bezig te kunnen zijn, zijn er volgens Bow den maar een paar mogelijkheden: Engeland, Cambridge en Oxford. Alleen de laatste optie ontbrak nog. „Het mag dan een amateursport zijn, de Boat Race is professioneler van opzet dan het internationale roeien. De race wordt zwaar gesponsord. De universiteit zelf geeft er niét eens zo veel geld voor." Mijnders en Bowden zijn het erover eens dat Oxford weer eens moet winnen. De twee geven echter direct toe dat Cambridge er op dit mo ment wat beter voor staat. „Ze hebben een goed opleidingssysteem, dat werpt zijn vruchten af", aldus Mijnders, die nu een week in de maand in Oxford verblijft. „Ze hebben dit jaar weer een sterke ploeg, met veel lange en zware mannen." In een poging niet nog verder achter te raken, besloot Oxford Sean Bowden voor drie jaar vast te leggen: tot 2001. Hij wil gaan werken aan een eigen Oxford-stijl. „Verder moeten we het colle ge-roeien nog beter zien te ontwikkelen." Of René Mijnders volgend jaar in Oxford te zien zal zijn, is nog maar de vraag. De Amster dammer heeft een eigen consultancy en is actief met teambuilding: het trainen en motiveren van mensen. „Dat vind ik nu zo interessant aan de sportwereld, ik kan deze ideeën zo weer gebrui ken in het bedrijfsleven. Hoe vorm je een team of hoe haal je het beste uil je mensen? Het zijn dingen die voor een gemiddelde manager net zo goed gelden als voor een roeicoach. Door het houden van workshops proberen we een bijdra ge aan de arbeidsmarkt te leveren." Toch wil Mijnders het roeien niet los te laten. Zijn eigen rol als adviseur of senior coach van Oxford omschrijft hij als katalysator. „Want uit eindelijk moeten de jongens het zelf doen. De groep stelt de eigen normen en waarden vast. Kun je een biertje bij het eten nemen of niet? Dat soort dingen moet iedereen zelf weten. Ik denk dat het teamgevoel een van de belangrijk ste peilers was achter het succes van de Holland Acht in Atlanta." In Oxford trof Mijnders eind 1996 maar 25 kandidaten voor de Boat Race. „Ik had er wel honderd verwacht. Bovendien zat er lussen die 25 heel wat rommel." De Nederlander gooide direct het roer om bij het trainen. „Ze waren hier gewend om zo hard mogelijk te trainen. Gewichten, rennen, hollen en roeien. Je moest je tegenstander haten. Het was allemaal weinig wetenschappelijk. Er is nu meer aandacht voor het herstel. Het gaat moderner en veel meer ontspannen." Dit jaar heeft Oxford een mix van jonge en er varen roeiers. Vier jonge Engelsen en vier inter nationals, onder wie een Zweed, een Amerikaan en een Duitser. Bij rivaal Cambridge zitten twee Duitsers en een Canadees in de boot. De Ox- ford-ploeg traint twee keer per dag. De studen ten combineren dat met hun studie. Deze week zitten de roeiers in Amsterdam voor een trai ningskamp. Hier kunnen ze even van alle drukte in Engeland weg zijn. Het wordt weer een gekkenhuis in Londen, verwachten beide trainers. „AJs het goed weer is, staan er honderdduizenden mensen," weet Bowden. De race, drie keer zo lang als een 'ge wone' wedstrijd, is na dik een kwartier voorbij. „De tactiek is heel belangrijk. Ook de bochten en de stroming spelen een voorname rol." Of de straten van de winnende stad met juichende mensen zullen volstromen, is onzeker. Bowden: „Beide steden leven enorm mee, in de kroegen zul je het die avond zeker merken, maar het is natuurlijk geen WK voetbal."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1998 | | pagina 25