'Gokken om
miljonair te
worden is dom
investeren'
Rondkomen van een miljoen
Hoogleraar Wagenaar:
Organisatoren
grote winnaars
bij kansspelen
d[ jdrag te be-
ber_Het casino
Jtigonder-
1. In een
Ini kun je de
sid nooit zo
jtsen. Men-
»K kansen af en
melSlfe tien Nederlanders waagt
16 enbn kansje in de Staatslote-
n 10, de Toto, de Postcode-
suit fruitmachine of in het ca-
eukeje de laatste ook aanmer-
het belangrijkste
dkarr,ter om geld te winnen, c.q.
Hoogleraar Willem
tevens rector-magni-
-51«le Rijksuniversiteit I-e'"
gokken onnozel. „Het is
-j~ie bezigheid. Elk kansspel
•K om de organisator aan in-
:e helpen. Die wordt er rij-
fervelend is alleen dat
een enkele deelnemer rijk
menselijke beslissingen om
ragen, zijn Wagenaars vakge-
jian te duiden als psychologi-
Jliïleer. Wagenaar heeft vooral
e overheid. ,,Die bedot zijn
fgjjjfers en moedigt ze aan om te
i^it levert belastingcenten op.
Sxlïheid vindt dat dat er meer
__pede doelen moet, moet ze de
j maar verhogen, voor ieder-
vooral domme mensen
omjing dan anderen."
7 ^tachtig was Wagenaar een
Beker van casino's en andere
es ||igen. Dagen en nachten
door. Om
kansspel wordt georganiseerd, ben je
dom als je er ook nog aan meedoet. In
een casino is er maar een die verdient, het
casino. Een casinodirecteur maakte
voor mij eens een schatting van de ver
diensten. „De ene avond verdienen we
veel en de andere avond verdienen we
héél veel."
Dom bezig
'Vervelende aan
kansspelen is dat
een deelnemer
soms ook wint'
"jeld er doorheen. Sommigen
Ivangmatig avond aan avond,
leggen te voelen dat ze nu hét
jhebben. Ze vragen zich niet
jinvestering dat mogelijke ge
studeerde menselijke afwe-
toeval, geluk en kansen. Hij
de illusies die de casino's en
|kopen. Lokkertjes om men-
Jen om die al zeker gewaan-
js, dat miljoen of nog meer.
Tij zag mensen in het casino
id miljonair worden en hun
'erspelen. Wagenaar ver
dook wat aan kansspelen. Het
s'ie!talde mee aan het onderzoek.
eIi.iet de hoogleraar niet. „Nee,
enjent ingezet, echt niet. Geen
J [pi. Als je weet waarom het
De illusie van rijkdom door een gokje
van een paar gulden of'ietsje meer'
werkt zo aanstekelijk dat 60 procent van
de Nederlanders er wel eens voor valt.
Niet verslaafd, wel dom bezig, vindt Wa
genaar. Wie een lot koopt, de loop van
een lotto- of rouletteballetje voorspelt of
zijn muntgeld offert aan een eenarmige
bandiet, kan immers beredeneren dat de
kans op succes minder moet zijn dan
honderd procent. Als de Staatsloterij
maandelijks drie miljoen loten verkoopt
is er van de kopers maar een die de mil-
joenenhoofprijs kan winnen.
Wie wil verdienen met gokken, kan vol
gens Wagenaar het beste zelf een loterij
organiseren^of een casino beginnen. De
overheid heeft daar geen belang bij en
bezit mede daarom het alleenrecht op de
exploitatie van casino's. Een loterij or
ganiseren mag soms nog wel, maar ook
daar gaat een deel van de opbrengst via
vergunningenstelsel en belastingheffing
naar de schatkist.
„Het commerciële kansspel zit heel sim
pel in elkaar. De orga
nisatoren willen geld
genereren, inkomsten
binnenhalen, soms
voor een goed doel. Ze
kunnen alleen verdie
nen als de deelnemers
verliezen. Vervelend is
alleen dat van de deel
nemers een enkeling
ook wat wint." Bij het gokken geldt de
macht van de grote getallen. Wie denkt
dat als hij maar lang genoeg meedoet hij
uiteindelijk wel een keer een grote prijs
wint, maakt een denkfout. Elke keer
weer moet er in nieuwe kansen worden
geïnvesteerd en elke keer is de kans op de
hoofdprijs even minimaal als de eerste
keer.
„Hoe langer je meedoet met een loterij,
hoe groter de zekerheid datje verlies
lijdt. Wil je echt de wet van de grote ge
tallen omzeilen, dan moetje maar één
keer meedoen. Eén keer winnen, kun je
nog toeval of geluk noemen. Neem twee
duizend gulden mee naar het casino en
zet aan de roulette tafel alles in een keer
op rood of zwart. De kans datje wint is
bijna vijftig procent. Is het balletje geval
len dan kun je rijker of armer naar huis.
Maar wat doen de meeste mensen? Ze
nemen wel tweeduizend gulden mee naar
het casino, maar verdelen dat bedrag in
tientjes of nog minder om maar de hele
avond te kunnen spelen. Het verhoogt
natuurlijk de amusementswaarde van
het casino, maar het is dom als je kans
wilt maken iets te verdienen. Het geld is
aan het eind van de avond geheid op.
Het casino verkoopt amusement en de il
lusie datje er rijk kunt worden. Zevertel
len er niet bij dat het casino zelf veel meer
zekerheid heeft goed te verdienen."
Geldproblemen
Van de Nederlanders die wel eens gok
ken is een klein percentage verslaafd en
in problemen. Gokverslaving is volgens
Wagenaar moeilijker te bestrijden dan
drugs- en drankverslaving. „Tegen
drugs en drank wil een therapie nog wel
eens helpen. Een gokverslaafde houdt
ook na zijn therapie geldproblemen. Dat
geldprobleem blijft hem achtervolgen.
Het laat zich oplossen door een hoofd
prijs te winnen met gokken. Het is een vi
cieuze cirkel, waar de gokverslaafde
nooit meer uitkomt."
Nooit gokken om rijk te worden, dus?
„Begin zelf een casino of een loterij. En
als dat niet kan, bedenk een ander bril
jant idee en investeer daarin. Ben je daar
niet slim genoeg voor? Zoek dan iemand
die wel slim is en investeer in zijn idee."
En als je het gokken echt niet kunt laten?
„Nou, ik kijk ook wel eens naar buiten
voor ik van huis ga en vraag me af 'wat
voor weer wordt het'? Soms waag ik de
gok en Iaat de paraplu thuis."
Utrecht 1444: Eerste
officiële loterij om
schatkist te spekken
De eerste Nederlandse loterij werd in 1444
in Utrecht gehouden om de schatkist van de
stad te spekken. Op een hoofdprijs van
'honderd ponden' werd massaal ingezet, de
stad Utrecht werd er financieel gezond mee.
Het gokken op de illusie van rijkdom en een
grote prijs is in de afgelopen vijf eeuwen
niet afgenomen. Wel heeft de overheid er
een bandbreedte aan gegeven onder meer
door vergunningenstelsels.
Jaarlijks spelen vijf miljoen mensen mee in
de Staatsloterij. Vorig jaar keerde die lote
rij, die in ruim 270 jaar tot negenhonderd
trekkingen kwam, voor 650 miljoen aan
prijzengeld uit, netto. Vorig jaar wonnen
driehonderd deelnemers een prijs van een
ton of meer. De hoogste uitgekeerde prijs
was 13,6 miljoen die in december viel op
een in Overijssel gekocht lot. De kleinste
prijs, 10, is te laag om een lot van 25 van
te kopen.
De Staatsloterij is in juni 1992 verzelfstan
digd. Sinds dat moment heeft de loterij
ƒ1,1 miljard voor goede doelen binnenge
haald. De Staatsloterij becijferde zelf dat
dit per hoofd van de bevolking een belas
tingbesparing van 70 heeft opgeleverd.
Dat geld had de belastingbetaler dus anders
moeten ophoesten om de goede doelen via
belastingmaatregelen te steunen.
De Staatsloterij zegt nooit wie er miljonair
is geworden bij een trekking. Wel houdt zij
statistieken bij van wat de deelnemers met
hun gewonnen rijkdom willen doen. Vol
gens de Staatsloterij gaat een op de drie
'gokmiljonairs' (31 procent) sparen of be
leggen. Een even grote groep (30 procent)
gaat verhuizen naar een grotere en eigen
woning. Bijna een kwart van de winnaars in
spe overweegt een wereldreis, terwijl een op
de zeven geld uittrekt voor een nieuwe en
dure auto. Een op de negen winnaars denkt
van het miljoen nog genoeg geld over te
houden om zelf'goede doelen' te steunen.
Stoppen met werken of schulden afbetalen
is slechts bij een op de twintig winnaars in
spe aan de orde.
Minimale kansen
De Consumentenbond heeft enkele jaren
geleden al eens becijferd dat de kans op een
hoofdprijs bij de Staatsloterij 1 op ruim 2,2
miljoen is. Wie een nog kleinere kans op een
grote prijs wil moet meedoen met de Post
codeloterij. Daar is de kans op de hoofd
prijs van 7 miljoen 1 op de 15,6 miljoen.
Wie zijn geld nog minder kans wil laten ma
ken, zou de Duitse Lotto kunnen overwe
gen, daar is de kans op de miljoenenhoofd
prijs 1 op 139,8 miljoen. De kans op een
troostprijs is bij de oosterburen echter rela
tief hoog, 53,7 procent. Ter vergelijking in
de Nederlanse Lotto is de kans op de grote
hoofdprijs 1 op 4,4 miljoen, de kans op een
troostprijs is 32 procent.
Een miljoen gulden is niet niks. Ver
reweg het grootste deel van de Neder
landers zal zo'n som geld nooit bezit
ten, maar droomt er wel van. Staat
het miljoen een keer op de bank, dan
is de vraag: kan ik daar 'stil' van gaan
leven zonder potverteren. Het ant-
wooord is nee, mits vermogensbeheer
wordt gecombineerd met veiligheids
halve een kleine baan. Blijft dat mil
joen op de bank staan, dan gaat het
op termijn fout. Volgens de huidige
standaards, kan niemand echt leven
van rente alleen.
Een rente van 5 procent is zo onge
veer het hoogst haalbare in Neder
land. Dat is bij lange na niet voldoen
de. Grote probleem bij rente die een
bankrekening oplevert, is dat de in
flatie haar tol eist. Om het vermogen
niet in koopkracht te laten dalen,
moet de helft van de 5 procent rente
opbrengst (de inflatie is nu zo'n 2,5
procent) aan het tegoed op de bank
worden toegevoegd. Verder eist de
vermogensbelasting (0,7 procent van
het totaal) haaf tol. Dat betekent al
les bij elkaar opgeteld dat van de vijf
tig mille rente nog geen 20.000
overblijft.
Met beleggen is veel meer te verdie
nen. Vermogensbeheerders kunnen
door een combinatie van uitgekiend
beleggen een opbrengst in het voor
uitzicht stellen die veel hoger is dan
wordt behaald met het geld op de
bank zetten. Er wordt in onderstaand
model uitgegaan van een echtpaar,
begin veertig. Schulden zijn er niet.
De kinderen zijn net het huis uit. De
man is kostwinner, de vrouw werkt
niet.
Het echtpaar heeft als stelregel: je
leeft niet om te werken, maar je werkt
om te leven. Met een miljoen in han
den willen ze daar zo weinig mogelijk
voor hoeven te doen. Het miljoen
moet zo worden aangewend, dat
slechts een deeltijdbaan genoeg is.
Hij is de enige kostwinner in het ge
zin, dus heeft hij recht op dubbele af
trek van de belastingvrije som. Hij
kan daardoor 16.414 (belastingjaar
'98) verdienen zonder belasting af te
hoeven dragen.
In het voorbeeld wijzigt hij zijn werk
zodanig van fulltime naar parttime
dat zijn bruto jaarsalaris uitkomt op
circa 16.000. De belasting biedt nog
meer mogelijkheden. Een echtpaar
mag per jaar 2000 rente belasting
vrij ontvangen. Datzelfde bedrag kan
belastingvrij worden getoucheerd als
dividend uit effecten.
Stappenplan
Om aan twee mille rente te komen,
wordt een bedrag van 50.000 weg
gezet. De rente doet momenteel ruim
4 procent. Om het dividend tot het ni
veau van twee mille te krijgen, kan de
keuze vallen op zogenoemde ge
mengde fondsen. In de Consumen-
tengeldgids wordt regelmatig een lijst
van beleggingsfondsen gepubliceerd.
En fondsen die beleggen in aandelen,
obligaties, deposito's en onroerend
goed scoren voor dit doel ruim vol
doende.
De beste mix-fondsen halen een ren
dement van 11 tot 15 procent. Er zijn
er bij die gemiddeld per jaar net iets
meer dan 4 procent dividend betalen
(Webefo en Holland Selectie Fonds).
Die zijn dus geschikt voor de divi
dendvrijstelling. Om die twee mille
aan dividend bijeen te krijgen is ook
50.000 nodig. Daarbij groeit de be
legde som gemiddeld ook nog eens
per jaar met 7 procent.
Tot nu toe heeft het echtpaar
20.000 'verdiend'. Dat is niet ge
noeg om van te leven, maar er is nog
negen ton over om wat mee te doen.
Er wordt een post onvoorzien gecre-
eerd van een ton. Die 100.000
wordt gestopt in enkele obligatie-
groeifondsen. Deze instellingen beta
len vennootschapsbelasting daar
door mogen de participanten waar
devermeerdering van het aandeel be
lastingvrij ontvangen. Gemiddeld
groeit dit appeltje voor de dorst netto
4 procent per jaar.
Geen inkomsten
Het eerste miljonairsjaar zijn er geen
inkomsten. Daarom zet het echtpaar
50.000 op een bankrekening om die
twaalf maanden financieel gezien on
gestoord te kunnen doorkomen. Er
blijft nu een bedrag van 7,5 ton over
voor het beleggen in aandelen. Aan
gezien het echtpaar geen ervaring
heeft met het beleggen in aandelen,
kiezen zij voor drie beleggingsfond
sen die de afgelopen vijfjaar gemid
deld meer dan 20 procent rendement
hebben behaald (Orange Fund, ABN
Amro Netherlands Fund en ING
Dutch Fund). In de berekeningen
wordt veiligheidshalve een lager per
centage genomen: 15.
Een gemiddeld rendement (koers
winst plus herbelegd dividend)
van 15 procent betekent dat 7,5 ton
na een jaar is gegroeid tot 862.500,
een onbelaste winst van 112.500.
Om de huishoudportemonnee te
spekken wordt voor 60 mille aan aan
delen verkocht. Die opbrengst is be
lastingvrij. Na het eerste beleggings
jaar groeit het vermogen in beleg
gingsfondsen toch nog met 7,5 pro
cent. Na aftrek van inflatie (2,5 pro
cent) rest zelfs nog een vermogens-
groei van 5 procent.
Na het eerste jaar is het netto besteed
bare inkomen van het echtpaar:
Inkomen uit arbeid 16.000
rentevrijstelling 2.000
dividendvrijstclling 2.000
verkoop aandelen 60.000
Netto jaarinkomen
I 80.000
Per maand is dat 6666 netto. Bijna
zeker volgt na het jaar 2000 een hef
fing van per saldo 1 procent over het
belegd vermogen van 1 miljoen.
Dat bedrag (circa 10.000) kan nog
makkelijk worden betaald uit de aan-
delenpot.
Ondanks het netto beleggingsresul
taat van 112.500 blijft de miljonair
toch nog in deeltijd werken. Waar
om? Het beleggingsresultaat zal in
economisch slechte jaren beslist lager
uitvallen, mogelijk zelfs negatief.
Daarnaast vervallen veel mensen die
zich plotseling 'terugtrekken' in een
sociaal isolement. Zelfs met een mil
joen. Ook blijft het gezin zo verze
kerd voor ziektekosten en andere fa
ciliteiten. Het 'arme' gezin kan zelfs
huursubsidie aanvragen en vrijstel
ling van gemeentelijke belastingen.
PETER BEIJE