O ÈM 't Kofschip lAGP >00,- :raal Si ijk kaj 0 m2i chte\J mi 8 fed van Turnhout bedenkt zijn eigen beroep Als iemand een 'dank-u'heeft verdiend dan is het wel Z.K.H. Prins Bernhard der Nederlanden. Vindt Ted van Turnhout uit Santpoort. Vandaar dat hij samen met 'enkele vrienden en bekenden van de prins'al maandenlang werkt aan een passend geschenk. De aanleg van het Prins Bernhard Bos in de westhoek van de Haarlemmermeer vormt daarvan vooralsnog het belangrijkste onderdeel. Zijne Koninklijke Hoogheid zelf plant er op 24 april de eerste boom. Eerder al verscheen - ter verwerving van een financiële basis - een boek met exclusieve foto's van de prins en ook werd een reizende foto-expositie ingericht, die tot en met tiueede paasdag te zien is in het Velsense buiten Beeckestijn. Een heel pakket. Maar daar heeft Van Turnhout nu eenmaal lol in. ,,Als ik iets voor de prins kan doen, gaat alles opzij. iAGP '00,- ■ks 19L 'e VinP^ ers) ek is dat toch. Dat er mensen 2e I z'jn rï'e denken dat hij er gefrus- treerd van raakt. Dan kennen ze lus onvoldoende. Ted van Turnhout: a/-pet ene plan wordt afgewezen, dan be- tan het volgende. Mijn fantasie valt on- '"ijk te stoppen. Maar daar ben ik dan utd-a-ojectontwerper voor. Nee, precies, in- 'htCd'lci, hahahaha, dat vind je niet terug in U'fpUkke Van Dale, projectontwerper. Dat badlkheb dat beroep zelfbedacht." eentigens, als hij de betekenis van het projectontwerper zou moeten om- 'en, dan eh, dan eh....Verrek zeg, dat is .AGföns zo eenvoudig. Goeie vraag." Mis- 0Q - onthult hij na enig nadenken - mis- zou hij zichzelf nog het best kunnen Vijven als iemand die een project bij el- ?no,1intaseert. Hetgeen kan variëren van de van een prjns Bernhard Bos in de - iets waarmee hij toevallig bezig is - tot het uitdragen vaïi de lm ontwikkelde TOS, de Totale Oplos- in het Schipholprobleem. >00,- Gepasseerd daaronder moet worden verstaan, die NS-<Tsja, dat is een logische vraag in het fan de huidige discussie. Alleen: dat is vast?1 aan- tivee, drie uitgelegd. Dan moe- een heel eind terug in de geschiede- ij wil zich daarvoor geenszins op de kloppen - want ijdelheid is hem vol- ^0|Vreemd - maar tien jaar geleden al zag eerste de gevaren van een zich steeds ontwikkelend Schiphol. ,,Ik heb toen in;e van een luchthaven in zee bedacht, eei wel? Kon op dat moment nog.' meer. Dertig miljard gulden, dat toilejna niet meer op te hoesten. Gepas- i keurstation. Later misschien. In 2030 of ntrent. Nu zullen ze het met andere A(5fingen moeten doen en hij, Ted van O0 .out, heeft ze. Het voert te ver om daar '^tijdsbestek verder over uit te wijden, Ideilfle TOS is onderverdeeld in 25 deelpro- L^aar daarvan wil hij wel verldap- etao Start" en '^dingsbanen liggen ver- Die moeten worden gedraaid. De pro- zou graag willen weten in welke rich- ïaar dat vertel ik ze niet. Ik heb er twee AGfhg aan gewerkt. Eerst over de brug ko- dalftnee meteen een klein probleempje .m.vlioorns is gevat: Van Turnhout is te aar- metj doet te veel pro deo. Hoewel... pro- bad Geld is natuurlijk niet het allerbelang- g in het leven. Toen hij op z'n vijftigste leling Speciale Diensten en Protocol KLM verliet, kreeg hij gelukkig wat mee. Daarbij schreef hij tientallen .1, televisieseries en filmscripts in zowel en ederlands als het Engels. heeft hij 'in alle onbescheiden- k>g een lijstje naar de krant gestuurd: 3H C; boeken en romans die hij de laatste heeft gemaakt. Geen winkeldochters, anenvruchten, ja, dat mag hij wel zeg- AGfin de andere kant: z'n Engelse uitgever 30,*iet §egaan- Van Turnhout: „Why me? eft me toch duizenden, tienduizenden ^is gekost. Of misschien wel honderd- Of schrijft u toch maar op tien- ijg'den. Want dat weet je natuurlijk nooit Interessant AGU niemand medelijden met hem heb- voor nodig. Het gaat hem uitste- achliank u. Gezond van lijf en leden - 'nee, vocafgeleerd te vertellen hoe oud ik ben, ik zó verschrikkelijk' - leuk huis in en iort, scherp van geest waardoor hij kan nken over interessante projecten in tropa. Dat laatste vindt-ie verreweg het ^(3(i. Dat je met een paar jongens gezellig en ^at ie dan zoiets als de 'Initia- ge'beP Prins Bernhard Bos' van de grond ll er natuurliïk vee' l^ger op zitten 1. Hoe ze Prins Bernhard - 'toch al- 6 jaar nu, hij zal nog heel oud worden' en bedanken voor al het werk dat hij Ulet Wereldnatuurfonds heeft verricht. Ja Die man vloog desnoods bij nacht en want vergis je niet, het is ontzettend '98 ferk naar a'^e uithoeken van de we- n zich in te zetten voor de redding van 3-| srische tijger. Of de olifant. Of de pan- nou ja, ga zo nog maar een tijdje door. reen was enthousiast. Dries van Agt, Braks, Albert Heijn, Martin Schroder, 1 van Hooff, Hans Wiegel. Ze zitten al- in het ere-comité waarvan hij zelf se- is. Ja, dat brengt tussen al z'n andere titen een vracht werk met zich mee. zegt - mèn hè, ik zelf zou zoiets nooit 04 beweren - mèn zegt, dat er in Neder- J|p het ogenblik géén auteur is, die zo- gjgoduceert als ik. Kijk, daar staan toeval- J^drie nieuwe boeken van mij rechtop in Beelden uit het boek 'Prins Bern- hard en de natuur': het planten van bomen in talloze landen. Ted van Turnhout op de plek waar het Prins Bemhardbos moet komen. „De mensen hebben geen weet van het werk dat hij in het belang van het Nederlandse bedrijfsleven heeft ver richt.'" FOTO UNITED'PHOTOS DE BOER POPPE DE BOER de boekenkast. Maar als ik iets voor de prins kan doen, dan gaat alles opzij." Schouderklopjes daarvoor zijn niet nodig. Zoiets gaat bij hem vanzelf. Fantastische vent, Prins Bernhard. Hij heeft hem - en dat stamt al uit zijn tijd bij de KLM - vaak mogen ontmoeten en altijd weer was hij onder de in druk. Een keiharde man. Heel hard ook voor zichzelf. „De mensen hebben geen weet van het werk dat Zijne Koninklijke Hoogheid in het belang van het Nederlandse bedrijfsleven heeft verricht. Maar ik weet toevallig van heel dichtbij hoe de prins er persoonlijk op bui tengewoon slimme wijze voor heeft zorgge dragen dat - ik noem maar wat - Heineken een brouwerij in donker Afrika heeft kunnen bouwen." Passend Al zegt hij het zelf: een buitengemeen pas send cadeau, dat Prins Bernhard Bos. Het past bij Zijne Koninklijke Hoogheid en het past bij zijn eigen passie, het Internationaal Fonds voor de Europese Natuur (IFEN). Waar hij toevallig ook secretaris van is. Of toevallig? Zo toevallig is het uiteraard niet, want hij heeft die stichting zelf opgericht. Op 24 fe bruari 1995 om precies te zijn. In Haarlem. Nee, de mensen die er nog nooit van hebben gehoord, neemt hij niets kwalijk. Hij zou niet durven. Om eerlijk te zijn: de opening van het Prins Bernhard Bos is het eerste project dat het IFEN ter hand heeft kunnen nemen. Wat het IFEN precies wil? Pffff, moeilijke vraag, 't Is namelijk nogal wat. Om maar met het officiële te beginnen: de stichting is opge richt 'om een pan-Europese invulling te ge ven aan agendapunt 21 van de W-milieu conferentie van Rio de Janeiro, in het bijzon der aan het verdrag inzake de biologische di versiteit: het behoud, het herstel en de ont- wikkëling van de natuur'. Zo staat het ten minste in het handvest. Maar als Ted van Turnhout het in iets eenvoudiger bewoordin gen zou mogen houden, dan zou hij zeggen: „Het IFEN wil schonere lucht, schoner water en een schonere natuur." Dat dient onder meer te gebeuren door er voor te zorgen dat er overal in Europa nieuwe bossen worden aangelegd. Te beginnen in de Haarlemmermeer. Ja, nee, inderdaad, dat Prins Bernhard Bos is van oorsprong niet he lemaal echt een IFEN-project. Het is een bos, dat in het kader van 'Haarlemmerméér Groen' - let op de accenten - door de Provin cie Noord-Holland wordt aangelegd en waar op het IFEN heeft aangehaakt. Van Turnhout: „Ik ben wat gaan prakkezeren en dan kom je al vlug op zoiets als een 'eerste boom'. Die dan door de prins zelf zal worden geplant." Makkelijker bedacht, dan uitgevoerd. Voor dat iemand van het koninklijk huis bereid is een eerste boom... De projectontwerper: „Ja, normaal gesproken is dat natuurlijk ook wel zo. Maar in dit geval viel het best mee. Ten eerste beschik ik over een uitstekend netwerk en ten tweede had ik uit uitlatingen van prin ses Juliana al begrepen dat haar echtgenoot een eventuele invitatie zeer op prijs zou stel len. Wat klopte." Kracht Zelf gelooft hij dat dat zijn grootste kracht is. Enthousiasmeren. Dingen bedenken en uit voeren die ambtenaren nooit zullen beden ken en uitvoeren. Dat kun je ze niet kwalijk nemen, de ambtenaren, want ze zijn er niet voor opgeleid. Daarbij zijn ze zo bang voor hun baantje dat ze niets durven te onderne men. Laat daarom het denkwerk maar aan hem over. Alleen, dat geeft spijtig genoeg nog wel eens wat fricties over en weer. Van Turn hout, en hij heft de armen vertwijfeld ten he mel: „Iedereen kent mij als iemand met ver frissende ideeën. Maar er wordt niet naar me geluisterd." Teleurstellend, maar ach, dat is Holland. Blijf zitten waar je zit en veroer je niet. Echte deskundigen, mensen met visie - de Sant poorter signaleert het met pijn in z'n hart - zijn hier gelijk roependen in een woestijn. Neem de files. Als lid van de European Aca demy kent hij de perfecte oplossing. Echt. Maar toen hij die bij een hoofdambtenaar van het ministerie van Verkeer en Waterstaat deponeerde, zei die staalhard: 'Dit gaat te ver. Dat doen we niet.' Van Turnhout: „Die man - en dat zei hij hardop - hoopte zelfs dat er nog veel meer files zouden bijkomen. Zelf kwam hij namelijk altijd met de fiets en de trein." Rest de vraag hoe hoog de deskundigheid van de leden van die even snel tussen neus en lippen genoemde European Academy moet worden ingeschat. Trouwens - de ver slaggever hoopt niet dat Van Turnhout hem die vraag al te kwalijk neemt; hij heeft er na melijk tot z'n schande nog nooit van gehoord - wat voor een club is dat eigenlijk? Dat is vlug verteld. „De European Academy is een ideeënclub, een denktank zeg maar, die de Europese Unie adviseert. En de Raad van Eu ropa ter zijde staat. Ik reis daarvoor regelma tig naar Straatsburg. Achtergrond Hij heeft zijn lidmaatschap van de Royal Aca demy nooit aan de grote klok willen hangen, Ted van Turnhout. Hij houdt liever alles 'een beetje stil'. Zie hem maar als 'de man op de achtergrond'. Akkoord, daar is nu even geen sprake van. Maar dat hij nu zo in de publici teit staat, dat doet-ie uit dank voor de prins. Als eerbetoon. Dan is het gepermitteerd, vindt hij. Mèèr dan, zelfs. Bovendien heeft hij als secretaris van het INEF, het Internationaal Fonds voor de Europese Natuur, nog allerlei plannen met dat Prins Bernhard Bos. Nee, daar wil hij verder niet al teveel op in gaan. Eerst het geld. Maar als hij - 'omdat u zo aandringt' - dan toch iets van z'n ideeën moet prijsgeven... Sowieso zou hij vijfjarige bomen willen planten in plaats van die schriele sprietjes van nu. Dat is wel veel duurder, maar het bos is sneller 'op hoogte' en kan dus vlugger in gebruik worden geno men. Z'n aller-, aller-, allergrootste droom heeft hij dan nog niet genoemd. Dat is 'de sprong naar het zuiden' dus. Over de N201 heen. Uniek voor Europa: een kilometer breed 'bosduct' waar de auto's onzichtbaar onderdoor duiken. Ja, precies, een bos over de weg. Hij zei toch al?: Laat het denkwerk maar aan hem over. Donateur worden van Het Internationaal Fonds voor de Europese Natuur (IFEN) kan door vijf entwintig gulden over te maken op giro 261.261Wie dertig gulden extra stort, krijgt het fotoboek 'Prins Bernhard en de natuur' er bij. ZATERDAG 7 MAART 1998 Onze Taal Je weet niet altijd wat je de mensen aandoet. Je zegt eens iets, zonder bedoeling, het heeft geen belang, en je vergeet het weer. Je denkt er nooit meer aan. Later blijkt opeens dat iemand nu juist dat heeft opge pikt, erover nagedacht heeft, en het niet vergeten is. Weet je nog wel, dat jij eens gezegd hebt Je weet het niet; of toch, ja vaag staat je iets bij. Dat overkomt me wel eens. Veertien jaar geleden, toen ik nog geen stukjes voor de krant schreef, schreef ik artikeltjes voor het tijdschrift 'Onze Taal'. Het tijdschrift bestaat nog steeds, maar nu dus al heel lang zonder mij. Ik heb in 1982 eens geschreven dat ik me afvroeg wie de bedenker was van 't kofschip. Dat wist ik namelijk niet. En al snel bleek dat niemand het wist. Hele generaties zijn opgevoed met 't kof schip. Wanneer is de verleden tijd met '-de' en wanneer met '-te' (verhuisde, beloofde, wiste)? En wanneer is het deelwoord met '- d', wanneer met '-t' (verhuisd, beloofd, ge wist)? Daar is een ezelsbrug voor. Als het werkwoord een van de klanken -t-, -k-, -f-, - s-, -ch- of -p- bevat, kortom precies die van 't kofschip, dan is de verleden tijd met '-te'; anders met '-de'. Die serie klanken kan natuurlijk geen en kel kind onthouden. Maar 't kofschip kon iedereen wel onthouden. Een ezels bruggetje dus, ooit eens bedacht door een wijze schoolmeester. Geen mens wist wat een kofschip was, maar dat maakte het onthouden alleen maar makkelijker. De bedenker van het la tere fokschaap maakte de zaak wel eigen tijdser, maar begreep weinig van psycholo gie. Dat rare onbegrijpelijke kofschip was veel makkelijker te onthouden. Ik zie in mijn woordenboek dat een kof of kofschip een zeilschip is, voor binnen- en kustvaart, met ronde voor- en achtersteven, platte bo dem, meestal twee masten, veel lijkende op een smak. De naam 'kof hangt samen met 'kuif en verwijst naar de ronde vormen. Kort nadat ik geschreven had dat ik me afvroeg wie de bedenker was, kreeg ik een brief. De heer Noordegraaf, bekend taalkundige uit Amsterdam, wist toen even min wie de bedenker was. Maar hij kon me wel vertellen dat deze ezelsbrug al zo'n honderd jaar oud moest zijn, omdat een ze kere Taco de Beer hem al noemde in 1885. In dat jaar schreef De Beer twee artikelen over het onderwijs in de moedertaal in 'De Amsterdammer'. Daar wordt 't kofschip ge noemd, zonder enige toelichting. Blijkbaar ging Taco de Beer ervan uit dat iedereen dat toen wist. In 1885 zal 't kofschip dus al algemeen bekend geweest zijn. Gezien dat ouderwetse zeilschip voor de binnenvaart konden we toch al vermoe den dat deze ezelsbrug al een hele poos be stond. Maar hoe lang hij bestond, en door wie hij bedacht was, dat bleef duister. Ik vergat de kwestie verder. Totdat een jaar later dezelfde Noorde graaf ineens een artikel publiceerde, jawel, over het kofschip. Ik was het glad vergeten, maar hij was blijven zoeken. En met succes. Hij heeft de bedenker toen gevonden. Het was L.A. te Winkel (1809-1868), leraar aan het gymnasium te Leiden. Te Winkel was trouwens niet alleen maar leraar. Bekender is hij geworden doordat hij samen met Matthias de Vries de spelling De Vries Te Winkel ontwierp (1863), en ook samen met De Vries begon aan het grote Woordenboek der Nederlandsche Taal. Het is dat woordenboek dat dit jaar of volgend jaar voltooid zal zijn. In 1858 schreef deze Te Winkel een boekje over spelling: 'De Nederlandsche spelling onder beknopte regels gebragt', speciaal voor 'den onderwijzersstand'. In 274 regels wordt de hele spelling uitgelegd. In een van die regels treedt, vrijwel zeker, voor het al lereerst 't kofschip op. Dus anno 1858. Het boekje had veel succes, en werd tot in de ja ren '90 van de vorige eeuw herdrukt. Via de 'onderwijzersstand' zal het kofschip dan in brede kring bekend geworden zijn. Uiteraard kan men nog een beetje blijven twijfelen. Er bestaat nog steeds een kleine kans dat Te Winkel niets anders deed dan een bestaande ezelsbrug overnemen. Noor degraaf, die een zorgvuldig onderzoeker is, vermeldt dit met nadruk, en hij heeft gelijk. Wie dus een vermelding van 't kofschip te genkomt voor 1858, dus voordat Te Winkel erover schrijft, wordt van harte uitgenodigd ons daarover te berichten. Ook al besef ik dat dit stukje misschien geen aansporing is om daarnaar te zoe ken. Ik bedoel: ik heb juist gezegd dat ik zelf er zo één ben die de kwestie weldra weer vergeet. Wie weet welke lezer ik nu weer voorjaren met een probleem opzadel ter wijl ik er zelf niet van wakker lig. Anderzijds, zo ben ik ook wel weer, als dus iemand aan komt met bijkomende informatie, dan zal ik daarover natuurlijk meteen schrijven. Dat een kofschip veel lijkt op een smak, kijk, dat wist ik ook niet. JOOP VAN DER HORST universitair docent Nederlands

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1998 | | pagina 51