De vernederlandsing van de Voerstreek Zedenfeiten C ZATERDAG 31 JANUAR11998 De wereld hangt van feiten aan el kaar. Ja, er zijn veel feiten. Ook veel meningen natuurlijk, maar feiten vinden de meeste mensen belang rijker, ik weet niet waarom. Want of iets een feit is, dat is op zichzelf maar al te vaak een mening. Maar laten we niet te filosofisch worden. Ik wil per slot van rekening alleen maar iets vertellen over het woord 'zedenfeit'. Ik kan het in geen enkel woordenboek vinden, en veronder stel dat het iets betrekkelijk nieuws is. Feiten genoeg in de woordenboeken. Ik bedoel: woorden met '-feit' Om te begin nen feit zelf. Het is onüeend aan het Frans (fait), al heel lang geleden. En daar gaat het terug op het Latijnse factum, wat een vol tooid deelwoord is bij facere, dat 'doen' be tekent. Factum en fait en feit hebben dus als oorspronkelijke betekenis: 'gedaan', dus datgene wat gedaan is of gebeurd is. Een feit kan iets moois en groots zijn, zoals een heldenfeit, of iets minder fraais ('Hij beeft de feiten niet ontkend'). Het woord 'feit' is op zichzelf neutraal, zoals bij het rechtsfeit, het natuurfeit, het ervarings feit en het nieuwsfeit. We kunnen zulke woorden naar behoefte bijmaken. Zo kan ik iets uit de taal wat vol gens mij heel zeker is, een taalfeit noemen. Het woord 'taalfeit' staat niet in mijn woor denboek. Terecht, want als men alles op nam, werden de woordenboeken tien keer zo dik. In een passende context begrijpt ie dereen wat ik met 'taalfeit' bedoel: een feit op het gebied van de taal. Op dezelfde manier is een medisch feit een feit op medisch gebied, en een economisch feit een feit op economisch gebied. Ik hoef het kunstje niet uit te leggen: iedereen die Nederlands kent, weet dat het zo is. Nu de volgende stap. Is een economisch feit goed of slecht? Dat valt niet te zeg gen. Het hangt van veel dingen af. In ieder geval zijn de woorden 'economisch feit' op zichzelf neutraal. Net als 'medisch feit' en 'ervaringsfeit'. Feiten zijn feiten, en het hangt van andere dingen af wat voor me ning je daarover hebt. Het woord 'feit' zelf drukt niet uit of we het positief of negatief gaan beoordelen. Je zou kunnen zeggen: zolang we nog over feiten spreken, houden we onze meningen en oordelen nog even achter de hand. Daarom zegt geen enkele leraar: jongen, dat is een aardig opstel maar er staan helaas een paar taalfeiten in. Evenmin zal de be lastinginspecteur u berispen om een fiscaal feit. Laat staan dat een arts zegt: helaas me vrouw, ik constateer een medisch feit bij u. Nee, feit is neutraal. Behalve dus het zeden feit. Je zou verwachten dat een zedenfeit een feit is op zedelijk gebied, op zichzelf neu traal. Maar nee, dat is het niet. Een zeden feit is meteen iets onoorbaars, een delict, een misdrijf. Een daad die getuigt van grote zedelijkheid, noemen we geen zedenfeit. Een zedenfeit is integendeel een laakbare, of zelfs strafbare daad. Zo lees je af en toe dat iemand beschuldigd wordt van zeden feiten, en we vatten dat allemaal op als: ze denmisdrijf. Of indien misdrijf en delict ju ridisch niet houdbaar zijn. dan toch als iets wat niet door de beugel kan. Dit lijkt me een taalfeit waardoor het woord 'zedenfeit' een plaatsje in de woordenboeken verdient. In tegenstelling tot het woord 'taalfeit', dat er niet in hoeft. Pas als taalfeit meteen ook een fout is, gaat het het zedenfeit achterna, maar daar ziet het niet naar uit. Het is voor lopig alleen 'zedenfeit' dat een betekenis heeft die je niet zou kunnen voorspellen. Nog even iets anders. Ik zie dat een ze denmisdrijf een misdrijf is tegen de openbare zedelijkheid. Aldus Van Dale. Ik kan dat begrijpen van een potloodventer, maar is het ook van toepassing op al die ze dendelicten die veelal in heimelijkheid plaatsvinden? Anders gezegd: wordt de openbare zedelijkheid niet meestal overtre den in het verborgene? Zijn er ook misdrij ven tegen de verborgen zedelijkheid? Kortom: wat is eigenlijk openbare zedelijk heid? Wat is daar openbaar aan? U ziet wel, dat ik van zedelijkheid geen kaas gegeten heb. Makelaar Sjef Wanders zet kwaad bloed bij Vlamingen en Walen Ze rijden in auto's met Belgische kentekens en praten Limburgs dialect met een Vlaamse tongval. Dus lijken ze zich niet te onderscheiden van de autochtonen: de zevenhonderd Hollanders in het Belgisch-Limburgse Voeren. Maar wie goed kijkt, pikt ze er zo uit. ogsi „Nederlanders spelen hier graag de eerste viool, "zegt makelaar SjefWanders, die zichzelf wat dat betreft dan wel de concertmeester zou moeten noemen. Zonder mij had de Voerstreek er nu niet zó uitgezien glundert hij. Inderdaad. „En dat is erg genoeg", fluisteren sommige Voerenaren. oms komt hij handen te kort om onderweg naar al die vriendelijke mensen terug te zwaaien. In dit Voerense dorp wuift hij naar rechts; in het volgende groet hij naar links. Man achter de wapperende hand: de Gronsveldse makelaar Sjef Wanders, die zich met een brede grijns op zijn gezicht mede schuldig verklaart aan de snelle vernederlandsing van de Voer streek. ,,Ik ben een opportunist." Al rijdend passeert hij het ene na het andere bouwvalli ge kot of keurig opgeknapt landhuis dat door zijn bemiddeling binnenkort verkocht wordt. Aan opnieuw een Hollander, ongetwijfeld. „Om hier goed zaken te kunnen doen, schipper ik voortdurend tussen de Walen en de Vlamingen", zegt de makelaar rijdend door dat eigenaardige stukje België, grenzend aan Noorbeek en omgeving. „Ik ben hier be vriend met allebei." Zo'n opstelling kan voor lopig geen kwaad. De kemphanen in de Voer is er namelijk alles aan gelegen om de ko mende jaren bij Hollanders zoals Wanders in de smaak te vallen. Loko's Alles draait om zondag 8 oktober 2000. Dan vinden de gemeenteraadsverkiezingen plaats. De kans is groot dat de Waalsgezin- den zoals Retour Liège van José Happart hun meerderheid verliezen aan de Vlaamsge- zinden waartoe Voerbelangen gerekend wordt. Maar niet de 'loko's', zoals de Voeren se gemeentesecretaris zijn onderdanen noemt, bepalen de uiteindelijke stembusuit slag, zo lijkt het. De rol van diezelfde Hollan ders wordt misschien wel cruciaal. De zes Voerdorpen tellen volgens de laatste gegevens 4185 inwoners. Zevenhon derd van die inwoners zijn Nederlander, van wie er vijfhonderd in het jaar 2000 het recht krijgen om te kiezen en gekozen te worden. De vraag is: wie steunen ze straks? Even voor de beeldvorming: bij de laatste gemeente raadsverkiezingen in Voeren kregen de Vlaamsgezinden tweehonderd stemmen te weinig voor een meerderheid. Een partij als Voerbelangen begint binnen kort een actie om de Nederlanders voor haar zaak te winnen, zegt José Tossens van het Vlaamsgezinde informatiecentrum "Voeren 2000'. „Ook 'Retour a Liège' start pogingen zo veel mogelijk Nederlanders op de kieslijst te krijgen", weet de Waalsgezinde gemeente secretaris Dragon Marcovic van Voeren. Maar waar Waalse en Vlaamse honden vechten om een been, gaan de Nederlanders er mogelijk zelf mee heen. Nederlanders in de Voerstreek spelen met de gedachte een ei gen politieke partij op te richten. Om maar niet te hoeven kiezen tussen beide kampen. En vooral om hun eigen belangen veilig te stellen. Dat proefballonnetje, want concrete plannen zijn er niet, is onlangs opgelaten op een drukbezochte bijeenkomst in brasserie De Berwien in het Voerdorp Moelingen. Sjef Wanders is de eerste 'prominente Neder lands-Limburger' die daar zijn visie gaf op de vernederlandsing van de streek en met het publiek discussieerde over alle slechts wat daaruit voortgekomen zou zijn. Lange tijd is Wanders in Voeren gezien als de kwade genius daarachter. „Alweer zo'n Hollander die hier de boel kapot maakt." Sinds de jaren tachtig laat de in Noorbeek ge boren Wanders inderdaad zijn sporen in de Voerstreek na. In die periode begon hij er een educatief bureau op het gebied van natuur en milieu. Met grote groepen Hollanders kui erde hij door glooiende velden en holle we gen en hij moest in die tijd smeken om er gens een kop koffie te kunnen krijgen. Erger nis daarover bracht hem in 1987 op het idee om de vervallen uitspanning De Swaen in 's Gravenvoeren op te kopen en er een aantrek kelijke herberg van te maken. Wanders haalde de Belgische en de Neder landse voorpagina's toen koningin Beatrix begin jaren negentig incognito te paard bij Slenaken de grens overstak en voor een kop koffie en een stukje Limburgse vlaai De Swaen in 's Gravenvoeren opzocht. Het be zoek moet geheim blijven, drukten de veilig heidsmensen, die de 'spontane' koffiestop' voorbereidden, Wanders op het hart. Maar de zakenman ('ik wist toch dat het de eerste en de laatste keer zou zijn') posteerde een bevriende fotograaf achter een tegenover de herberg gelegen slaapkamerraam. Op het moment dat de in vrijetijdskleding gestoken koninklijke amazone de zaak verliet, schoot de fotograaf 'kostbare' plaatjes. Een korte rel was het gevolg. België was niet officieel op de hoogte gesteld van het ko ninklijk bezoek. En achteraf bezien was het erg link, realiseert Wanders zich. De Waalse meerderheid in Voeren kon het zien als een soort Vlaams/Nederlandse provocatie. „Bur gemeester Philip Houben van Maastricht heeft me later verteld dat Beatrix geërgerd was dat ik het heb laten uitlekken." Blok hout „Je moet het idee hebben hier in de Voer streek honderd jaar terug te gaan in de tijd. Dat is mijn concept. Als je het koud hebt, zet je niet de thermostaat een graadje hoger. Nee, dan gooit iemand een blok hout voor je op het vuur." Dat concept kopieerde Wan ders eind jaren tachtig bij een aantal herber gen die hij kocht: bij de koeienstal in Teuven die inmiddels te boek staat als restaurant Moeder de Gans en bij de Oude Bron. In Moelingen kwam hij met 'Onder de Poort' en het Waalse café De Berwien. In Sint Maar- tensvoeren kocht hij ten slotte De Bies. Complete colonnes Nederlanders vinden vooral in de weekeinden de weg naar de her bergen waar de plaatselijke bevolking niets meer van moet hebben. „De originele dorps cafés dienden vroeger als thuisbasis van veel clubs en verenigingen, maar ondergingen plots een metamorfose", klaagt de milieu groep Voeren Actueel. „De nieuwe eigenaar richt zich volledig op het toerisme en laat door een gevoelige verhoging van de con sumptieprijs weten dat de dorpelingen niet meer welkom zijn." Wanders voelt zich niet meer aangespro ken door dergelijke kritiek. De zaken die hij in de Voer in eigendom had, heeft hij ver kocht. Allemaal aan Nederlanders, onder wie zijn ex-vrouw die nu De Swaen exploiteert. In totaal tellen de zes dorpen in de Voer zo'n dertig horecazaken die, op een enkele na, in het bezit zijn van ondernemende Nederlan ders. Na de landbouw is de horeca in de Voerstreek de belangrijkste economische fac tor. Wanders, niet zonder trots: „Ik mag wel zeggen dat de Voer er zonder mij niet zo had uitgezien." Onbetaalbaar Niet alleen met zijn horeca-activiteiten heeft hij onder sommige Voerenaren kwaad bloed gezet. Sinds hij er de herbergen van de hand heeft gedaan en zich op de huizenmarkt stort, staat hij nog steeds bij velen te boek als de Nederlandse makelaar die de prijzen van de woningen flink opvoert en de streek onbe taalbaar maakt voor de 'eigen mensen'. Voor Belgen zijn de woningen ook niet te bekosti gen. Maar Hollanders betalen er vaak veertig procent minder voor de landhuizen, verval len boerderijen of leegstaande rijtjeshuizen dan voor vergelijkbare objecten in Neder land. „Het zijn niet alleen de fiscale vluchtelin gen zoals die de laatste jaren de Nederlandse grens naar België overstaken in bijvoorbeeld Lanaken. Zelfs voor de middeninkomens zijn de woningen hier heel betaalbaar. De Voer streek is zeer in trek bij die Nederlanders die ook nog eens van het buitenleven houden", zegt Wanders, rondrijdend in dat eigenaardi ge hol van de Vlaamse leeuw. „Ach meneer, het zijn onze eigen loko- mensen die de woningen bij meneer Wan ders in Holland te koop aanbieden. Ze weten dat ze bij hem het meeste voor hun optrekje kunnen incasseren", geeft de Waalsgezinde gemeentesecretaris Dragon Marcovic op zijn werkkamer in het gemeentehuis van Voeren toe. „We hebben ons er nu zo'n vijfjaar gele den eindelijk maar bij neergelegd dat die Hollanders al die woningen kopen. Er is toch niets aan te doen." „Maar ze maken één fout meneer. Neder landers bouwen en verbouwen hier allemaal zonder bouwvergunning. Die denken dat wat aan de andere kant van de grens niet mag, hier wel mag. Dat irriteert de Belgen. Het wekt wrevel, dat zal ik u zeggen. 'Wij worden aangepakt en de Nederlanders laten ze met rust', zeggen ze hier. 'Dat is niet eerlijk'." Pak ze dan aan, zou je als buitenstaander als oplossing kunnen aandragen. Treed er te gen op. Maar Marcovic kent de gevoelighe den, gezien de naderende verkiezingen: „Nee, nee, daar begin ik niet aan, aan zo'n heksenjacht." Heksenjacht 'Heksenjacht'. Maar ook 'etnische zuivering' en 'Joegoslavische toestanden'. Het zijn bela den en ongepaste uitdrukkingen die niet al leen Marcovic bezigt, maar ook Wanders tot twee maal toe tijdens onze rondrit door de Voerstreek in de mond neemt. Al doen ze dat ieder in een ander verband. Beiden werpen zonder schroom de vraag op of de Waalsge- zinden niet zo'n 'etnische zuivering' te wach ten staat als de Vlaamsgezinden straks in Voeren de meerderheid vormen. „Er valt vast en zeker heel wat af te rekenen", veronder stelt Wanders. „Ik ben bevreesd voor een po litieke zuivering, die de Vlamingen kunnen doorvoeren met hulp van de Nederlanders die op ze gestemd hebben." Ook anderen denken er zo over. „Walen zijn veel minder nationalistisch dan de Vla mingen. Ze zijn beter", zegt Benot Rutsaerts, de notaris van het tot Luik behorende Warsa ge, net buiten Voeren. Met hem doet de suc cesvolle makelaar geregeld zaken. „Walen en Nederlanders lijken veel meer op elkaar dan Vlamingen en Nederlanders. Je ziet het aan zo veel kleine dingen: wanneer de Vlamingen hier bijvoorbeeld bouwen dan willen ze hun rijkdom ook tonen. Ze zijn meestal met niets begonnen en willen dan laten zien dat ze nu iets voorstellen. Maar als Nederlanders in de ze streek bouwen, dan doen ze dat beschei den en genieten ze in eenzaamheid, net zoals wij Walen dat doen." Wie met SjefWanders langs de kapitale vil la's, landhuizen en boerderijen rijdt, weet wel beter. Neem de Mescherweg in Voeren, ook wel gekscherend de Ruc Néerlandaise ge noemd en villa naast villa staat. Trouwens: over alle akkefietjes maken ze in de Voer streek ruzie. Dus ook over de twee palen die de gemeente Voeren heeft geplaatst aan het einde van deze Mescherweg, zegt Wanders. Nederlandse ouders zijn daardoor niet meer in staat hun kinderen via deze weg met de auto naar de Nederlandstalige school in 's Gravenvoeren te brengen. Vlamingen pesten, zeggen de gedupeerden natuurlijk. „Onzin", zegt gemeentesecretaris Marco vic zonder dat hem daar naar is gevraagd. „Al die Nederlanders reden daar veel te hard. En daarom hebben we de weg afgesloten voor het gemotoriseerd verkeer." Sjef Wanders glimlacht, als hij de uitleg van Marcovic voor de zoveelste keer hoort en doet er het zwij gen toe. Hij stapt in zijn auto en vervolgt zijn tocht door de Voerstreek, zijn werkgebied. Hij zwaait naar links, hij groet naar rechts. Sjef Wanders: „Ik mag wel zeggen dat de Voer er zonder mij niet zo had uitgezien."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1998 | | pagina 49