Het moment van Henk Angenent 950 mm FOTO LEO VOGELZANG Hoewel schaatsen intussen zijn hoofdvak is, raken nederlagen op het ijs Henk Angenent tegenwoordig nauwelijks. Hij heeft zijn grote slag al geslagen, op die gedenkwaardige zaterdag 4 januari 1997. De klapschaats is in het peloton van marathon schaatsers nog geen gemeengoed op de dag van de Elfstedentocht, trainingsmaat en concurrent Ruud Borst is aan de dunne en de spruiten zijn van het land. Het is tijd om sportief te oogsten, beseft Henk Angenent, spruitenkweker, veeboer en marathon schaatser. Berekenend is de Alphense Woubrugge- naar niet, maar zijn boerenslimheid «komt hem in de slotfase van de Elfstedentocht goed van pas als hij in kansrijke positie over de Bonke/ Bonkervaart naar de finish in Leeuwarden ijlt. Terwijl de kleurrijke favoriet Erik Huizebosch al vast het deuntje van zijn nieuwe CD neuriet, doet Angenent wat hij het beste kan: schaatsen. Veel scheelt het niet, maar de nuchtere spruitenkweker verwijst de schaatsende praatjesmaker uit Grams- bergen naar het tweede plan. Na tweehonderd lood zware kilometers op glad ijs moet het moeilijkste dan nog komen. Hoe doorstaat de nieuwe ijskoning van Nederland alle huldigingen en andere heisa? Zonder poespas, met glans. Want Henk Angenent slaagt erin zichzelf te blijven. Nuchter, soms zelfs nors, zakelijk maar niet commercieel, spruitjeskwe ker, boer en bovenal schaatser. Door zijn liefde voor pure sport stapt hij zelfs te laat over op de klapschaats. Het is Angenent ten voe ten uit. Wars van experimenten, trends, vertrouwend op zijn eigen kracht en techniek probeen hij op con ventionele schaatsen in het spoor van de klapschaat sers te blijven. Nederlagen raken Angenent („ik schaats nog drie jaar, dan ben ik 33 en is het tijd de boerderij uit te breiden") niet. Hij heeft zijn klapper al gemaakt op zaterdag 4 januari 1997. COLOFON EINDREDACTIE: PAUL DE TOMBE VORMGEVING: JAKELIEN PAULUS FOTOREDACTIE: WIM DIJKMAN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1997 | | pagina 27