'Ik was de beste van de grote 3 Mary Dresselhuys zorgt voor heerlijk avondje /erpakt in tekeningen wint satire beduidend aan kracht Rtv show De musical keert alsnog in de Lichtstad terug 5ENSDAG 24 DECEMBER 1997 Openhartig inten'iew met Toon op Tweede Kerstdag flhaag hans piét/gpd Strip Show is eenmalig. He- 3 1, want met deze serie snelle, ar vooral grappige animatie- tches bewijst het onder de van Spitting Image werken- earn, dat humor, verpakt in O* «ningen, aan kracht wint. De c mgrijkste reden daarvoor is, /(de fantasie van de maker eperkt zijn gang kan gaan. ners, alles wat hij bedenkt is :en tekening onder te bren- e handicap met animatie is, het dure televisie oplevert, er als er handwerk in plaats computers aan te pas ko- 1. Het is de reden, waarom ip de Nederlandse televisie oorbeeld nog geen geteken- soapreeks wordt uitgezon- en omroepen steeds weer iggrijpen naar Disney en ina-Barbara-klassiekers, Is Donald Duck, The Flint- ïes en Tom Jerry, die strijd, animatie voor betaalbare prijs op het rm te krijgen, dreigde het jaren tachtig helemaal mis lopen met het genre. Joe ina, een van de grondleggers het Amerikaanse animatie- erium Hanna-Barbara, ikte zich tijdens een bezoek zijn studio's in Los Angeles rm druk over die ontwücke- Er wordt mij tegenwoor- vaak gevraagd waarom car toons niet grappig meer zijn. Mijn antwoord is: er wordt ge bruik gemaakt van té veel dialo gen en té veel karakters". En hij had gelijk. Ook een ani matiereeks verdient zijn held. Maar, het wordt wat moeilijk identificeren wanneer er zes of zeven hoofdrolspelers door het beeld rennen. Bovendien die nen de tekêningen voor een be langrijk deel het verhaal te ver tellen. Om op een eenvoudige manier te weten te komen of dat ook gebeurt, is het bij de aanschaf van bijvoorbeeld een video met cartoons aan te ra den, er een tijdje naar te kijken zonder dat het geluid aan staat. Het onderscheidt de slechte van de goede animatie. Met die 'levende' stripteke ningen gaat het inmiddels weer de goede kant op hoewel de de cors, doordat er computers aan te pas komen, wat minder con trastrijk zijn geworden. Boven dien heeft de klare lijn veelal een meer schetsmatig karakter gekregen. Dat zie je ook in The Strip Show, maar daarin draagt die manier van tekenen juist op een wonderlijk positieve wijze bij aan de vluchtigheid van het ge nre. Een grap smeekt er bijna om, op zo'n manier te worden omarmd. Door van veel ver schillende tekenaars, schrijvers, stemmen en animatiestudio's gebruik te maken (er figureert ook een aantal echt wonder schone kleifiguren in 'The strip show') groeit het programma al snel uit tot een bonte collage van uiterst lachwekkende grap pen, die - ondanks dat ze min der politiek getint zijn - de roemruchte Engelse Channel 4- televisieserie Spitting Image een gepaste eer bewijzen. Wie van animatie houdt, kan het dertig minuten durende programma maar beter direct op video zetten, want ook een tweede en derde kijkbeurt leve ren nieuwe en grappige ontdek kingen op. Het is dan ook erg jammer, dat het gaat om slechts één uitzending. Je zou wensen, dat de VPRO elke week zo'n kerstdiner presenteerde, waarin de nieuwste technologieën met veel humor op de hei worden genomen, maar waarin ook zo iets nijpends als de moeilijkhe den bij het vinden van een vaste relatie, de revue passeren. Aar dig is, dat er steeds - in anima tie dan wel teksten - is gezocht naar een vorm van vertier, die niet door acteurs zou kunnen worden uitgebeeld. Hopelijk in spireert het anderen zo zeer dat we in een nieuw seizoen alsnog zo'n animatie-comedy tege moet kunnen zien. Het zou een verrijking van het televisieaan bod betekenen. The Strip Show. Eenmalige a show, 25 december, \T>RO, Ned. 3, 19.50 uur. Vedette regelt zelf het. slot van de show: 'Doek!' OU ruim in oude acteurs zit het lerlandse theater niet meer. vas een tijd dat je toneelspe- met verve bejaard kon zien den op de planken. Acteurs Sarah Heyblom, Mien Duy- :r van Twist, Philippe La ipelle, Ida Wasserman, Joris Is, Louis van Gasteren se- Coba Kelling, Ko Arnoldi. Ie vaste verbintenissen hiel- op, acteurs gingen gewoon pensioen. Terecht waar- ijnlijk, want een lolletje zal niet geweest zijn om in de van de toneelspreiding op je c entigste wéér in die bus naar ningen te moeten stappen. ==^aén actrice heeft echter de en alles wat er veranderd is haar laars gelapt, Mary ■"7" sselhuys. Op 22 januari Alt ze 91 jaar oud en al speelt 'an nu niet meer, er zijn nog ds schijnwerpers voor haar. van den Ende zette ze :r aan voor een praatpro- mmq nma met Paul Haenen. be- februari djj jaar in het Nieu we la Mar in Amsterdam, /ie er bij was, koestert de innering als een theaterju- iltje. Het zou één avond wor- Van acht tot half elf. Het :dt al meteen half twaalf. En het slotapplaus maar niet wil tommen, kijkt Mary Dres- luys opzij naar de coulissen regisseert ze zelf het einde ar met het woordje 'Doek!'. 'e hommage zal zelfs enkele en herhaald worden. Steeds ferkocht, alsof het om een lier gaat in plaats van een ngsel van vraag en ant- ard, voorgelezen herinnerin- en vertoonde foto's uit het liliealbum gebracht door mensen, statisch op een il. ielukkig is er de televisieregi- itie en bewerking. Een heer avondje met een vrouw die het ene na het andere mooie verhaaltje uitpakt. Nog altijd de topcomédienne die weet hoe een zaal bespeeld moet worden. Vadertje Tijd heeft van haar een zachte tik voor de broek gekre gen, ze kijkt ondeugend de zaal in met een prachtige mix van wijsheid, relativeringsvermogen en de charme van de eeuwige jeugd. Ze herinnert zich haar eerste sollicitatie, net van de toneel school. Zij en haar eerste man, Joan Remmelts mogen drie mi nuten voorspelen voor Cor van der Lugt Melsert. De schouw burg is ijskoud. De toneelleider bromt: 'Houden jullie je jassen maar aan, dat talent zie ik er wel doorheen'. En de reactie in de krant op dat eerste rolletje waarin ze gillend op een draai molen mag zitten, is raak: 'Van haar zullen we nog wel horen'. Dierentuin De dochter van een tabakshan delaar uit Jiel moest en zou aan het toneel. Tegen de wil van de familie. Maar gelukkig was er een oma in Den Haag die zorg de dat ze vaak naar het theater kon. Ze zag de grote Louis Bouwmeester in de Haagse Die rentuin, in 'De koopman van Venetië'. „Het regende", vertelt ze, „en een hoop mensen met kinderen waren het droge thea ter in gevlucht. De acteurs za gen wat voor publiek ze hadden en schmierden er op los. Ik zag twee actrices stikkend van de lach in de coulissen verdwijnen en nooit meer terugkomen. Een acteur met een houten been, was zijn handicap in het vol gende bedrijf vergeten. Een te genspeler komt hem te hulp: 'Gij zijt vast en zeker genezen, Heer'. Ik kende het stuk, ik wist dat het allemaal niet kon. En ik genoot. Ik had het gevoel dat ik er al bij hoorde". Toon Hermans: 'Ik ben een dolend kind'. ,,Is tachtig oud? Voor mij bestaat geen ouderdom, vooral geen dom. Als ik morgen niet ouder ben dan vandaag, ben ik dood". Halverwege hét openhartige en soms ont roerende televisie-interview dat Martin Maat de afgelo pen zomer maakte met Toon Hermans, zegt de confé rencier dat hij alleen over het ouder worden en de dood praat om de interviewer en het publiek een plezier te doen. Ook al zegt hij een zin eerder over zijn cd door de televisie opgenomen laatste show: ,,Als ik er nog ben, ga ik kijken". y Dresselhuys kijkt ondeugend de zaal in met een prachtige mix van wijsheid, relativeringsvermogen en harme van de eeuwige jeugd. FOTO Di/kstra bv haag bertjansma/gpd het ene na het andere mooie Soms zijn er zoveel herinne ringen dat ze de draad van haar verhaal kwijtraakt. Geen nood. Ze kijkt richting zaal en zegt verstrooid: 'Waar was ik nou?' Over Ko van Dijk: „Ko kon alles. Hij speelde in 'De man, de vrouw en de moord' scènes die de auteur nóóit van z'n leven geschreven had. En ik me maar afvragen: hoe redden we dat straks. Maar dan zette Ko het stuk weer prima in de rails' den haag jacques geluk „Ze doen alsof ik een beetje dood ben. Dat schrijven men sen", vertelt Toon, terwijl hij al zijn vingers laat bewegen. „Ik beweeg, dat zie je. Kijk, ik leef. Wim Kan, Wim Sonneveld, Toon Hermans dat waren de grote 3. Dat is in de eerste plaats niet waar. Ik was de bes te. Maar die twee zijn er niet meer. Ik ben er nog." „Ze spreken over mij in de verleden tijd. Dat hoofd is niet leeg, dat hart is nog vol. Dat wil ik kwijt, wil ik schrijven. Maar ik heb geen plannen. Als ik dit wil schrijven, schrijf ik dat, als ik dat wil schrijven, schrijf ik dit. Ik vind dat je niet tevoren moet weten wat je gaat maken. Dat is de kunstenaar. Op commando wat maken is geen kunst, dan ben je eigenlijk geen mens. Mensen moeten zich overgeven aan het leven. Dat zing ik in een liedje van mijn laatste show". Toon Hermans wil dat de mensen hem leren kennen zoals hij echt is. „De aanstellerij van het theater wil ik kwijt. Ik wil niet dat de mensen me ken nen als de clown of de grapjas". Dan: „Ik ben vergeetachtig, zeg wel eens dingen twee keer. Voor de rest ben ik prima, maar ik vergeet. Snap je? Wat vroeg je me?", zegt hij met een brede lach. En later: „Niets is af. Ik kan me het begin van mijn leven niet herinneren. Het was al be gonnen toen ik er pas achter kwam. Ik hoop dat het met het einde ook zo gaat". Maar die opmerking heeft ei genlijk niets met vergeetachtig heid te maken, meer met de op vattingen van Toon over het le ven, die hij voortdurend venti leert, vaak in prachtige, ter plek ke verzonnen, poëtische volzin nen: „De verpakking is de mens niet, dat is de huls waarin hij zit. Ik ben het leven niet. Het leven leeft in mij in deze huls, in dit masker..." Vervolgens kijkt hij indringend in de ogen van de interviewer. Gaandeweg het gesprek ko men ook zaken als het geloof, zijn haat/liefdeverhouding met Limburg ('Ik heb een rotjeugd gehad in Sittard') en humor aan de orde. „Een humorist is een humorist als de humor zich ver takt in wat hij zelf niet weet en voortkomt uit de fundamentele laag van zijn denken. Zoals de bloemetjes uit de grond ko- Rietje Boven de schouw in zijn woon kamer hangt een groot portret van zijn overleden vrouw Rietje. „Is het moeilijker om liefde te krijgen", vraagt Martin Maat aan het einde van het interview. Het is dan lang stil. Toon Her mans mijmert wat over de lief de, die je ook kunt vinden in de zee en bij koeien. Tot hij uitein delijk zegt: „Er is niemand ge weest die mij zoveel liefde heeft gegeven als mijn vrouw. Dat is genade. Het is iets van het le ven, niet van mij. Ik stop, 't is goed". Het einde van een bijzonder en open gesprek met Toon Her mans, die over de creatieve 'chaos in zijn geest' zegt: „Ik ben een dolend kind". Het asso ciatieve steekspel dat af en toe de plaats inneemt van het echte interview, begint soms naar aanleiding van de liedjes van Hermans' laatste cd die het in terview - in combinatie met beelden van zijn figuratieve en impressionistische schilderijen - illustreren. Maar vaker laat Hermans, al dan niet in ant woord op een vraag, zijn mij meringen de vrije loop. In de originele bewoordingen die we van hem gewend zijn. Jammer dat die zo laat op de avond pas te horen zijn, hoewel de tekst van het openingsliedje een toe passelijke is: Als alle mensen deze nacht nou es deejen wat wij doen Dan zou het morgen nergens meer oorlog zijn En de wereld was een zoen Kom we gaan naar bed 't Is goed in bed Als jij me in mijn armen houdt. Toon, AVRO, uitzending vrijdag 26 december, Ned. 1, 23.14-00.04 uur. Martin Maat in gesprek met Toon Hermans. Ceés Laseur Privé-herinneringen. Aan hoe ze de familie 'te schande' maak te, met dat toneel. En later met haar openlijke verhouding met acteur Cees Laseur. Haar vader wilde hem pas na een huwelijk ontmoeten, haar moeder orga niseerde een kennismakingse tentje in hotel L' Europe., En dochter Mary is angstig dat de charmes van Laseur niet goed zijn gevallen. „Ik wou dat jouw vader mij zo eens aangekeken had", zegt haar moeder. Mary Dresselhuys: „Ik wist toen wat mijn moeder tekort gekomen was". Ze herinnert zich het debuut van haar dochter Petra Laseur. in Molières 'Geleerde vrouwen'. In 1959 in de schouwburg van Almelo. Vermoeide acteurs in een niet-verwarmd theater: Mien Duymaer van Twist had van de ellende haar Jago-shawl maar omgehouden en droeg zichtbaar bergschoenen onder haar Molière-kostuum. De ene anekdote buitelt over de andere heen. En de zaal gaat plat, alsof het om de oudejaarsconference van een topcabaretier gaat. Al les met gevoel, met een timing van op-de-seconde. Want een topactrice blijft een topactrice. Ook al is ze negentig. 'Paul Haenen Mary Dresselhuys', aflevering 1, 25 december, RTL4, 21.30 uur. Verbazing spreekt uit Parijse krantenkoppen parus cees van zweeden correspondent Het zou in geen enkel ander land nog nieuws zijn, maar in Frankrijk haalde het deze maand de krantenkoppen: mu sical gaat tweede jaar in. Jaren lang was Parijs de stad van de variété, waar in de Moulin Rou ge en de Folies Bergère extrava gant geklede of goeddeels ont klede dames bussen vol Japan ners trokken. Maar met de Moulin Rouge gaat het finan cieel even slecht als met veel van de Japanners, en in de Fo lies Bergère hebben de dames nu plaats gemaakt voor een musical. Bijna anderhalve eeuw nadat de musical in Parijs werd uitge vonden, is zij; er teruggekeerd. Miss Saigon, die na Londen en New York nu ook Schevenin- gen aan haar voeten heeft ge bracht, was een Franse creatie die echter flopte in Parijs. Maar plotseling lijkt het Parijse pu bliek weer ontvankelijk gewor den te zijn voor de musical. De allereerste musical werd in 1855 opgevoerd in de Bouf- fes-Parisiens, een piepklein theatertje in Parijs. De compo nist en directeur ervan was Jac ques Offenbach, een Duitse im migrant die met operettes als La Vie Parisienne en La Belle Hélène de basis legde voor de latere musical. La Vie Parisienne werd begin dit jaar opnieuw op de planken gebracht (in de Comédie Fran- ^aise), en werd zo'n succes dat het hele herfstprogramma van En in de Bouffes-Parisiens, het theater geschrapt moest waar Offenbach destijds de worden. Aanvankelijk zou de toon zette, gaat begin 1998 een show lopen tot juni dit jaar. andere musical zijn tweede jaar Kaartjes worden nu tot 12 janu- in. Le Passe-Muraille is het ver- ari 1998 verkocht. haal van een bewoner van t vlnr.: Marco Bakker, Mary Willems FOTO LEX VAN ROSSEN Montmartre die door de muren kan lopen. De musical, ge schreven door Didier van Cau- welaert, is de muzikale bewer king van het gelijknamige boek van Marcel Aymé. Unaniem werd Van Cauwelaert geprezen voor zijn productie, niet in het minst door het publiek dat al een jaar voor uitverkochte za len heeft gezorgd. La Vie Parisienne en Le Pas se-Muraille zijn niet de enige musicals die Parijs dit jaar heb ben veroverd. De Folies Bergè re voert de Franse versie op van de Broadway-productie Nine, een muzikale uitvoering van Fellini's film 8 1/2. En in het Théatre Mogador loopt La Vie en Bleu, een musical over Pi casso in zijn 'blauwe' periode. Het succes van al deze shows is opmerkelijk, omdat in Parijs de musical met Jacques Offen bach gestorven leek te zijn. In ternationale hits als Hair flop ten in Parijs, en Andrew Lloyd Webber kan in de Franse hoofdstad over straat zonder herkend te worden. Les Miséra- bles, de bewerking van Victor Hugo's boek waar Londen nu al tien jaar voor uitloopt, faalde deerlijk in Parijs. En My Fan- Lady heeft er het licht zelfs he lemaal niet gezien. Over het waarom van de te rugkeer van de musical is wei nig bekend. Maar een com mentator suggereerde dat de verklaring misschien gewoon gezocht moest worden in het sterk gestegen Britse pond. dat theaters in de Londense West End voor veel Franse toeristen onbetaalbaar heeft gemaakt. FOTO CPD

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1997 | | pagina 15