Ploeterend naar de rode baret
D.
IK!
TT
Niks
'Tour of
Duty
u
ZATERDAG 6 DECEMBER 1997
Soldaten die in
laagvliegende helikopters,
stoere rubberboten of
zandkleurige Landrovers op
weg zijn naar een
crisisgebied. De reclamespot
laat er geen twijfels over
bestaan: wie zich bij de
Luchtmobiele Brigade
aanmeldt, gaat een leven
tegemoet waar 'Action Man'
jaloers op zou zijn. 'Tour of
Duty'op de Harskamp?
Vergeet het maar. De
realiteit is beduidend
minder heftig dan wat het
STER-filmpje beloofde. Niks
helikoptertje in,
helikoptertje uit. Gewoon
ploeteren. En dat zorgt voor
veel afvallers. Verslaggever
Arnold Aarts een dagje op
a bezoek bij het
sclwolbataljon in
Schaarsbergen.
Zwetend en zwoegend tijdens de speedmars. Met bepakking een afstand van twaalf kilometer afleggen binnen een bepaalde tijd. Afwisselend marcherend en hardlopend. foto's hans van weel
e Luchtmobiele Brigade werd in 1992
opgericht. De eenheid, bestaande uit 2.500 le
den, kan worden ingezet in NAVO- en VN-ver-
band. De taken kunnen het wereldwijd hand
haven van vrede en veiligheid zijn, het uitvoe
ren van humanitaire acties en het bijdragen
aan de verdediging van Europa.
De leden zijn BBT-ers, Beroepsmilitairen voor
Bepaalde Tijd. Ze tekenen een contract van 2,5
jaar, dat tot him dertigste kan worden ver
lengd. Dit jaar meldden zich ongeveer 1.400
mannen voor de keuring. Slechts drie op de
tien worden toegelaten tot de opleiding Lucht
mobiele Brigade. Van de 500 die meedoen aan
de opleiding halen slechts zes van de tien hun
rode baret. Blessures zijn de belangrijkste oor
zaak voor uitval. De afvallers kunnen later een
herkansing krijgen, anderen stromen naar een
ander landmachtonderdeel of verlaten het le
ger.
Veel verdienen de leden van de brigade niet
Een korporaal van 25 jaar gaat met krap 2.100
gulden naar huis. Oefeningen en uitzendingen
naar het buitenland maken het financieel iets
aantrekkelijker. Daarvoor worden toeslagen
van honderden guldens betaald.
De opleiding duurt een kleine zes maanden.
Twaalf weken Algemene Militaire Opleiding
Luchtmobiel (AMOL), vier weken Voortgezette
Algemene Gevechts Opleiding Luchtmobiel
(VAGOL), vier weken geestelijke verzorging,
heli-training en eindoefening, vier weken func
tie-opleiding.
ulpeloos bungelt de rekruut
I met z'n armen aan het touw,
z'n voeten tegen de muur. Zes
maatjes, tevergeefs z'n lijf omhoog duwend,
vervloeken hem. „Godver en nou ga je het
halen." Hij haalt het niet. Het gat in de
muur op tweeënhalve meter is te hoog, hij
komt het huis in het oefendorp niet in. De
instructeurs zwijgen. Het komt later wel,
misschien. En zo niet? Dan is voor hem best
een plaatsje bij een ander landmachtonder
deel te vinden. Maar de rode baret, de belo
ning voor bijna zes maanden zweten en
zwoegen, kan hij dan vergeten. Tja, wat heb
je in Bosnië aan een jongen die je met zes
man nog niet een huis in krijgt?
De jongens van de Charlie-compagnie,
gelegerd in de Oranjekazerne in Schaars
bergen, zitten in hun VAGOL - de Voortge
zette Algemene Gevecht Opleiding Lucht
mobiel - het zwaarste onderdeel. De vrien
delijkheid bij de instructeurs, zoals je die
tijdens de eerste vier algemene opleidings-
weken tegenkwam, is weg. Het is serieus
geworden. Het is oorlog. Fouten worden
meedogenloos afgestraft. Ze moeten hun
verantwoordelijkheid nemen. „Want ik ben
niet bulletproof, zegt pelotonscomman
dant Erik Zeiler. „Als ik in Bosnië voor m'n
klep word geschoten, moeten ze zichzelf
redden."
Na het muurklimmen wacht een 'tacti
sche oefening' in het oefendorp. Bijna ach
teloos laat een instructeur een rookbom
vallen. Binnen een mum van tijd zien de
soldaten geen hand meer voor ogen. Tijd
dus om aan te vallen. Een huis moet wor
den veroverd op de vijand, die zich heeft
verschanst op de eerste verdieping. Wat in
alle rust is uitgelegd in het schoollokaal
moet nu worden uitgevoerd. Tijgerend slui
pen de jongens door het zand. Opeens
klinkt een knal die zelfs in oudjaarsnacht
indruk zou maken. Op een paar meter af
stand krijgt een behelmde kop de schrik
'van z'n leven. Foutje gemaakt tijdens de
verovering. Met de granaatontploffing
wordt de rekruut erop gewezen. En met een
nuchtere opmerking van de instructeur.
„Nu was je dus dood geweest."
Herkansing
Hillegommer Mare Bakker (27) hijgt even
uit van de oefening. De grijns op het gelaat
verraadt z'n humeur. Mare geniet hiervan,
Mare wil nooit meer terug naar de meubel
zaak waarin hij acht jaar als verkoper werk
te. Hij had het helemaal gehad, wilde bij de
Luchtmobiele Brigade. De folders, het spot
je op tv. Het jumpen uit de heli zag hij meer
zitten dan voor de zoveelste keer de gel
oogd grenen salontafel aan te prijzen.
Mare herkende zich in het profiel dat de
landmacht in de wervingsfolder schetst van
de Luchtmobiele Brigade. Tussen de 17 en
27 jaar en een 'surviver'. ,Je bent slagvaar
dig, hebt aardig wat incasseringsvermogen
en een ijzersterke lichamelijke conditie", zo
staat in de brochure. „Je hebt meer te bie
den dan de middelmaat."
Mare doet de opleiding voor de tweede
keer. De eerste keer viel hij uit. Tijdens een
verplaatsing deed hij 'stiekem' een tukkie
op de staalplaat van de vrachtwagen. Dat
vonden z'n rugspieren geen succes, zo
bleek bij het opstaan. Hij werd wegens de
blessure uit de opleiding geknikkerd. Nu
gaat hij voor de herkansing. Want een Mare
Bakker zonder rode baret is geen Mare Bak
ker. Hij heeft veel rekruten zien wegvallen.
En eentje bijna. „Van Dijk. Die sleep ik al
maanden mee. Is bij de mariniers geweest
en vindt dit overbodig. Die moet ik regel
matig een hart onder de riem steken. Is al
een keer gestopt, maar nadat hij bij mij in
»- -
De nagebootste compound van de Verenigde
Naties. Kistjes poetsen en het geweer schoon
maken voor het tentje. Een kameraad loopt
wacht.
De instructeur met rode baret en de rekruut die het hoofddeksel wil halen.
De
Luchtmobiele
Brigade:
Lopen, veel lopen. Het hoofdbestanddeel van de opleiding.
de groep zit gaat het goed. Ik zorg wel dat-
ie het redt."
Ook daar wordt tijdens de opleiding op
gehamerd: kameraadschap. Sdmen aan de
slag. Aan 'cowboys' die denken het alleen
tegen de vijand op te kunnen nemen, heeft
de brigade geen behoefte, benadrukt com
pagniecommandant Rob Remie. En als de
onberekenbare macho 'die klik' niet kan
maken, is het wegwezen. „Want anders roe
pen ze het gevaar over zichzelf en de groep
af. Ze moeten weten wat ze aan het doen
zijn. Daarom nemen we ze ook af en toe
mee naar een militaire begraafplaats of een
museum. Of we laten ze praten met vetera
nen. Zorgen dat de jongens beseffen dat
aan vredesoperaties een bepaald risico zit."
Kantoortijden kent de opleiding niet. 's
Avonds geen pantoffels, krantje, koffie met
appelpunt, maar een verplaatsing. Om ne
gen uur krijgt de Charlie-compagnie de op
dracht om een uur later te vertrekken. Met
een loodzware rugzak marcheren zonder te
zien waar je loopt. Dan wordt een kanaaltje
bereikt. Bruggen bouwen om de overkant te
bereiken. Daarna opnieuw een mars. Bij het
volgende water moet met rubberboten vier
kilometer worden gevaren. En, hoe verras
send, aan de wallekant wordt het marstem
po hervat. Diep in de nacht willen de ogen
steeds vaker dichtvallen. Wakker zijn en
toch slapen. Opeens bemerken dat je niet
meer op het pad loopt, maar in de berm.
Pas de volgende ochtend wordt de plaats
van bestemming bereikt. De infiltratie in
vijandelijk gebied is geslaagd. Een com
mandopost is met succes overvallen. Bij het
eerste ochtendlicht moet de groep 'onzicht
baar' zijn. Dat betekent een schuilbivak in
een dennenbos. Vanaf het pad zijn de jon
gens door de dichte bebossing niet te zien.
Tot vanavond, als de tocht op vijandelijk
terrein wordt hervat, houdt de groep zich
gedeisd. Tijd om te pitten in de slaapzak.
Niet voor Willem Slingerland (20) uit Lek-
kerkerk, hij heeft wacht. En waag het niet in
te dutten, want dat vinden de instructeurs
niet leuk. Een groep verderop had niemand
op wacht zitten. Die kregen het even voor
hun kiezen. Vindt Willem logisch. Hij weet
ook dat sancties op een dergelijk vergrijp in
parate tijd niet gering zijn. De krijgsraad
wacht geduldig op snurkende wachtlopers.
„En dan mag je nog blij zijn", klinkt uit een
slaapzak, „dat er niet een of andere moslim
voor je heeft gestaan. Als je bij de krijgsraad
bent, leef je tenminste nog."
Relativeren
Willem heeft het middenstandsdiploma en
wilde een eigen slagerij starten. Toen sta
ken de gekke koeienziekte en varkenspest
de kop op. Geen geweldige tijd om in vlees
te beginnen. Het alternatief bij de Lucht
mobiele Brigade bevalt hem. Hij zit dan ook
bij een sterke groep. Van de opgekomen
dertien soldaten is er slechts eentje afge
marcheerd naar huis. Of Willem het fysiek
zwaar vindt? Tuurlijk, maar dat wist hij toen
hij er aan begon. Het vervelendste? Die keer
dat ze vrijdag klaar stonden voor het week
end en de leiding besloot ze nog een nacht
je op de kazerne te houden. Relativeren, le
ren omgaan met teleurstellingen, heet dal
didactisch. Gelaten accepteerde Willems
groep het. Twee jongens uit de vorige lich
ting konden na te heftige reacties bij een
zelfde geintje vertrekken. Niet meer terug
gezien.
Het weekeinde is voor Willem allang niet
meer wat het was. Het is bijkomen van de
week. „Beetje met m'n vriendin in bed en
in bad liggen. Stappen? Nee, daar heb ik
geen zin meer in. Dat komt wel weer na de
VAGOL, dan gaan we feesten." Dat geldt
voor de meesten, het weekeinde is een
kwestie van bijtanken. Vrijdagavond elf uur
het mandje in, zaterdagmiddag half een op
staan.
Het gehalte provincialen in Willems
groep is groot. Dialect overheerst. „We heb
ben hier van alles. Friezen, Twenten, Hune
bedbouwers." De enige afvaller was een
Hagenees. Wel gelachen met die gast. Hij
werd helemaal gek toen hij in het bos een
grote rode mier zag lopen. 'Wat is dat nou!
Bij ons zijn die klein en zwart', riep-ie. Zo
iets had die goser nog nooit gezien.
Is het toeval dat juist de Randstedeling
afhaakte? Uit het verhaal van instructeur
Ron Dresen blijkt van niet. „Die boys uit de
grote stad klagen altijd. De boerenjongens
hoor je niet. Die zie je opeens strompelen.
Pas als je vraagt wat er is, zeggen ze: Mwah,
beetje last van m'n knie. Verder hoor je ze
nooit."
'Bewustwording'
's Avonds vertrekt Willems groep. Terug
trekken uit vijandelijk gebied. Op het pro
gramma staat, naast het onvermijdelijke
marsen, een stukje zwemmen. Alle kleding
en bagage wordt in een drijfpakket gestopt
dat zwemmend wordt voortgeduwd. Alleen
als de watertemperatuur beneden de twaalf
graden is, vervalt het plonsen. Om een uur
's nachts bereikt de groep het eindpunt: de
sportzaal van de Zutphense politieschool.
Er mag worden geslapen.
De volgende ochtend wacht 'een stukje
bewustwording'. Een bezoekje aan de ere
begraafplaats in Loenen. Hier ligt onder
meer Raviv van Renssen begraven. De mili
tair die in juli '95 in Screbrenica werd dood
geschoten door het Bosnische regeringsle
ger. Erik Zeiler: „Dat ventje van achttien
moet weten waar-ie mee bezig is. Dat het
nu een spelletje is, maar dat het zó erg kan
zijn. Even met de neus op de feiten."
De VAGOL is voor de Charlie-compagnie
goeddeels ten einde. Uitvallers zullen er
niet meer zijn, ernstige blessures daargela
ten. De instructeurs hebben toegezegd de
jongens die het tot nu toe hebben volge
houden door de laatste fase en de eindoefe
ning heen te slepen. De rode baret lonkt.
Joël Kelder (17) uit Gendringen is zover
nog lang niet. Waar de bovengenoemde re
kruten van de Charlie-compagnie bijna vijf
maanden bezig zijn, is hij pas elf weken in
opleiding. In een nagebootste compound
van de Verenigde Naties poetst hij z'n kist
jes. Hij is niet bevreesd voor het meest in
tensieve deel van de opleiding. „Je hoort al
lerlei indianenverhalen. Dat je maar één
uur per nacht slaapt. Da's gelul. Je slaapt
zéker drie uur..." Joël had na een jaartje
MEAO genoeg van de studie. Zijn ouders
respecteerden z'n keuze de schoolbanken
te verlaten. „Ze vinden dat ik moet doen
wat ik wil. En m'n vriendin? Vónd het ook
goed. Tuurlijk zie ik haar veel minder. In de
eerste weken heb ik veel gebeld, maar deze
week kan dat niet. Maar ook dat went."
Ook Joël werd gegrepen door het imago
van de Luchtmobiele Brigade. Het avon
tuur, de helikopters. Het spotje op tv is ech
ter misleidend. Tour of Duty op De Hars
kamp? Niet dus. Wie in zes maanden twee
keer een wentelwiek ziet, is spekkoper. Ook
daarom zijn veel uitvallers te noteren. Ke
rels die dachten helikoptertje in helikopter
tje uit te gaan, voelen zich belazerd. Haken
gedemotiveerd af.
Niet voor niets is de commercial aange
past, zegt brigadevoorlichter Klaas Meijer.
„In de nieuwe spot laten we zien dat je heel
sportief moet zijn. Dat je eerst vreselijk veel
moet sporten voordat je een keer in een he
likopter mag zitten.