'Nederland is failliet' T Onbezoldi bedrijfsleic!" ZATERDAG 6 DECEMBE Dirk Horringa en de mythe van het poldermodel Het lijkt Nederland voorde wind te gaan. De Troonrede was één grote lofzang op de successen van het paarse kabinet. Maar schijn bedriegt. Achter de mooie cijfers die het kabinet presenteert, schuilt een veel somberder werkelijkheid. Nederland is in feite failliet, zegt Dirk Horringa, de grand old man van de de Nederlandse organisatie advieswereld. door SJAAK SMAKMAN ijdens het interview valt I hij slechts een paar keer te betrappen op een ver spreking. Maar verder vervangt Dirk Horringa consequent het woord overheid door overhead. De 78-jari- ge emeritus-hoogleraar organisatie processen en oprichter van het be faamde adviesbureau Horringa en De Koning (waar minister Wijers van economische zaken vandaan komt), heeft dan ook geen hoge pet op van de 'overhead'. Die heeft er namelijk een potje van gemaakt. En om dat te verbloe men verspreidt ze valse cijfers over de in werkelijkheid desastreuze stand van zaken. De werkloosheid bedraagt geen 5,3 procent van de beroepsbevolking, maar minstens het viervoudige daarvan. Hetzelfde geldt voor de staatsschuld. Neder land sluit het jaar 1997 met een schuld van 2.000 miljard gulden in plaats van de officiële 430 miljard. En daarmee, zegt Horringa, is Ne derland technisch failliet. Om de toestand te schetsen haalt hij Philips aan, tot begin jaren ne gentig symbool voor Nederlands vernuft, vakmanschap en succes. Ook voor de meeste Philips-werkne- mers kwam in 1992 als een donder slag bij heldere hemel het nieuws dat er niet de verwachte kleine winst was geboekt, maar een miljar- denverlies. „De Philips-mensen rea geerden met ongeloof: het was voor hen gewoon ondenkbaar dat hun Philips géén succesvol bedrijf zou zijn". Datzelfde ongeloof valt Horringa ten deel. Het gaat Nederland econo misch immers toch voor de wind? Komt niet iedereen vanuit het verre buitenland kijken hoe mooi we de zaken hier voor elkaar hebben? Tot nu toe is het Horringa alleen gelukt om in het internationale dagblad de Wall Street Journal een kritisch ver haal geplaatst te krijgen over het poldermodel, later gevolgd door een al even kritisch hoofdredactioneel commentaar. En verder schreef de gerespecteerde Financial Times een stuk over de Nederlandse economie waarbij dankbaar gebruik werd ge maakt van Horringa's visie. In eigen land wordt ook deze pro feet niet geëerd. De recensies over zijn net verschenen bundeling co lumns zijn tot nu toe ronduit nega tief. Horringa is er op zijn minst te leurgesteld over. Als de verslaggever zich wat kritische opmerkingen ver oorlooft, bitst hij direct: „Als u toch niet gelooft wat ik zeg, wat doet u hier dan?" Later in het gesprek, merkt hij een tikje milder op: „Het klinkt misschien wat pedant, maar het is echt allemaal waar wat ik zeg. Ik zit hier geen verzinsels te vertel len. Gelooft u dat?" Wanverhouding Horringa's visie dan. Zijn stelling dat de werkloosheid veel hoger is dan het officiële cijfer aangeeft, wordt vrij algemeen gedeeld. De twee miljoen waarop Horringa uit komt is wellicht aan de hoge kant, al hanteert ook de OESO, de denktank van de industrielanden, dat getal. Maar ook in eigen land schatte bij voorbeeld de Sociaal-Economische Raad het aantal werklozen op tegen de 1,7 miljoen. En dan is er de staatsschuld. Het ministerie van financiën kijkt daar voor alleen naar de uitstaande le ningen. Maar aan het Korte Voor hout zouden ze moeten kijken naar het totaal van de uitstaande ver plichtingen. De Staat heeft namelijk een leger ambtenaren in dienst. En ze heeft zich verplicht om alle Ne derlanders te onderhouden die het op eigen kracht niet redden, zoals bejaarden, arbeidsongeschikten, werklozen en studenten. En dan kom je volgens Horringa op een schuld uit van 2.000 miljard gulden voor de komende tien jaar. De tegenwerping ligt voor de hand: zo kan iedere Nederlander met een eigen huis (hypotheek) en kinderen (wettelijke onderhouds plicht tot 21 jaar) zich wel arm reke nen. Op zich is de vergelijking wel correct, zegt Horringa, maar waar het om gaat is de verhouding tussen de aangegane verplichtingen en het inkomen. Die bepaalt of een schuld problematisch is of niet. En bij de staat is die verhouding tussen inko men en verplichtingen volkomen zoek. De belangrijkste reden daarvoor is dat te weinig mensen werken in het particuliere bedrijfsleven. Uiteinde lijk vormt de marktsector de wezen lijke basis van de Nederlandse wel vaartsstaat. Daar moet immers het geld worden verdiend dat de staat uitgeeft. Anno nu dienen 3,5 mil joen werkenden van hun salaris via belastingen en sociale premies ook nog eens het inkomen op te bren gen van bijna zeven miljoen ambte naren, uitkeringsontvangers, ver vroegde uittreders en bejaarden. En het aantal bejaarden, benadrukt Horringa, blijft onstuitbaar groeien. Je kunt de feitelijke uitgaven be perken door, zoals in de jaren tach tig, de uitkeringen fiks te verlagen. Nog afgezien van de politieke haal baarheid daarvan, los je er het kern probleem van de wanverhouding tussen de private en de publieke sector niet mee op. Belastingen ver hogen is helemaal uit den boze. Om de verhoudingen weer gezond te maken, moeten er in het particulie re bedrijfsleven minstens twee mil joen banen bij komen. En belasting verhogingen vernietigen alleen maar banen, stelt Horringa. Vergelijking Twee miljoen banen, kunnen we die scheppen? Ja, zegt Horringa. Sterker nog: we hadden ze al kunnen heb ben: Sinds 1970 hebben bedrijfsle ven en pensioenfondsen ongeveer 500 miljard gulden in het buiten land geïnvesteerd. Was dat geld in Nederland gebleven, dan waren er twee miljoen banen meer geweest dan nu. Maar kun je - of moet je - het be drijfsleven en de pensioenfondsen die investeringen over de grens dan kwalijk nemen? Natuurlijk niet, zegt Horringa. Want waar hadden ze dat geld in moeten investeren? Drie kwart van de startende bedrijven sneuvelt in Nederland binnen de vijf jaar. Dat kun je van pensioenfond sen toch niet verwachten dat ze massaal geld gaan steken in die starters? Ze worden wél N geacht straks de pensioenen te kunnen be talen. Hij loopt naar een kast en komt terug met twee wijnglazen, Neder land en Duitsland. De kelken zijn van hetzelfde formaat, die stellen de grote multinationals voor. De voe ten zijn ook even groot: de een-en- iets-meer-mansbedrijfjes. Het gaat hem om de steel, die het aantal gro tere bedrijven voorstelt. De multina tionals van morgen, zegt hij veelbe tekenend. Bij het Duitse glas is de steel dik, bij het Nederlandse uiterst fragiel. Nederland, doceert hij met de glazen in de hand, heeft bijna geen bedrijven die de sprong heb ben kunnen maken van een een mansbedrijfje naar een onderne ming die echt banen schept. Ter verklaring vindt hij zelf de vergelijking met een opstijgend vliegtuig wel mooi. De ondernemer zit aan de knoppen en maakt vaart. Maar op het moment dat hij wil op stijgen, komt de fiscus de cockpit in en zet twee motoren uit. Het 'moor dende belastingklimaat' is volgens hem de hoofdreden waarom er van de startende bedrijfjes zo weinig van de grond komen. Al is de fiscus wel wat toeschietelijker geworden de laatste jaren, geeft hij toe, het is nog steeds huilen met de lamp uit. Verder is hij de eerste om toe te geven dat de fiscus niet de enige re den is waarom zoveel starters voor tijdig sneven. Vaak is de oprichter een uitstekende vakman met een prachtig idee, maar heeft hij van be drijfsvoering geen kaas gegeten. De stelende boekhouder, personeel dat met de mooie ideeën wegloopt naar de concurrent, het zijn nog twee problemen die de bedrijfsadviseur zo uit zijn mouw schudt. Zweeds voorbeeld In zijn boekje 'Het drama van de hy perwerkloosheid' toont hij zich daarom een hartstochtelijk voor stander van een Zweeds initiatief, FörnyelseFöretagen AB. Deze Ver- nieuwingsondememing NV zet teams van werkloze managers op een idee voor een nieuw bedrijf. Ze moeten bekijken of het levensvat baar is en vervolgens onder deskun dige (bege)leiding een businessplan maken. Tijdens de opstartfase wordt hun WW doorbetaald en komt het bedrijf buiten hun schuld uiteinde lijk toch niet van de grond, dan kun nen ze terugvallen op hun oude WW-rechten. Cijfers over de vijf- jaarsoverleving zijn er nog niet, daarvoor is het initiatief nog te nieuw. Maar tot nu toe zijn de resul taten zeer veelbelovend. Als je zo'n initiatief in Nederland koppelt aan een veel coulanter fis caal systeem voor beginnende be drijven, dan kun je volgens Horringa een heel eind komen. Vanuit Econo mische Zaken is al eens geopperd om startende bedrijven een paar jaar vrij te stellen van de CAO, maar dat heeft het (tot nu tpe) niet ge haald. De Amerikaanse Kamer van Koophandel haalde het idee deze week weer van stal in een plan voor een beter investeringsklimaat. Mo menteel wordt bij Sociale Zaken be keken hoe je WW-geld kunt inzetten om banen te scheppen. En verder moet het ontslagrecht op de helling. Geef je iemand een vast contract, dan kom je nooit meer van hem af, geeft Horringa zijn visie op het ont slagrecht. Nederland, zegt Horringa, moet voor de toekomst zijn kaarten zetten op de informatiemaatschappij. Ne derland is altijd een draaipunt ge weest in de wereldhandel en moet die positie in de komende eeuw zien te behouden. De handel in in formatie wordt steeds belangrijker en Nederland moet zorgen daarbij de boot niet te missen. De startposi tie is niet echt slecht: enerzijds heeft Nederland, net als de rest van Euro pa, ten opzichte van de VS een grote achterstand op het gebied van de informatie- en communicatietech nologie. Anderzijds genieten Neder landse bestuurders een reputatie van betrouwbaarheid die bij elke soort van handel een factor van be lang is. Maar vóór alles moet de lasten druk voor het bedrijfsleven verder omlaag om ruimte voor investerin gen en nieuwe banen te scheppen. Want alleen met twee miljoen ba nen in het bedrijfsleven kan Neder land zijn hyperwerkloosheid te lijf gaan en de schuld terugbrengen tot een beheersbare omvang. Het is geen verhaal dat in vrucht bare aarde valt in een Nederland dat er nu juist van overtuigd begon te raken dat na de moeizame jaren tachtig de draai ten goede is ge maakt. Horringa weet het. Bij de deur zegt hij: „Nou, ik hoop dat ik in elk geval een beetje heb kunnen overtuigen". Dirk Horringa, emeri tus-hoogleraar orga nisatieprocessen: „Het klinkt misschien wat pedant, maar het is edit allemaal waar wat ik zeg. Ik zit hier geen verzinsels te vertellen." FOTO UNITED PHOTOS DE BOER RICK NEDERSTIGT Het moet even slikken zijn gew de redactie van Opzij, en met hoofdredactrice Cisca Dressell staat je blad 25 jaar, ben je al onversaagd bezig de lezeres d wenselijkheid van feministiscl door de strot te duwen, houd j quête naar de resultaten daarva blijkt? Een meerderheid van de ders (ruim 80 procent) denla heteroseksuele huwelijk met kii jg favoriete leefvorm zal blijven dan de helft van de Nederlani dat een 'zorg- en opvoedingslcffe worden ingesteld, waardoor h voor kinderen of zieke familieiet betaalde arbeid gaat vallf M ec rl 'li Pleidooien voor zorgloon klinken fg stens twintig jaar, maar zijn doo minisme altijd als 'fokpremie' very gy omdat het vrouwen maar zou vast] hun vermaledijde rol als moeder. gloon nu voor steeds meer Nederla aantrekkelijke optie blijkt te zijn, gf een groeiend realisme. De moeden nelijk een niet uit te roeien behoef! fa vrouwen, evenals het zelf opvoedei kinderen. En die laatste behoefte s| j hoogstwaarschijnlijk niet alleen vo vermoeiende weerbarstigheid van natie zorgen en werken, hoewel er bied van voorwaardenscheppend t wel een en ander te verbeteren valt Het 'Noorse model' is daar het duii wijs van. Vaders zijn daar verplicht boorte van hun kind (doorbetaald) schapsverlof op te nemen. Beide ot nen daarna doorbetaald deeltijdve maat krijgen, dat wil zeggen op eet die het beste bij hun situatie past. 1 Europees land - op Ierland na - is 2 schaps-, ouderschaps- en zorgverlt regeld dan in Nederland. aar Nederland is in zoverre een ring omdat wij, dankzij de web de Gouden Eeuw, een lange traditi werkende huisvrouwen en moeder 1 Dat Nederlandse vrouwen kampio time-werken zijn, dat slechts zo'nt van de vrouwen met kinderen in 0 fulltime werkt, dat ons land boven twaalf nagenoeg maar één sekse h< lijk de mannelijke, dat er zelfs een groep vrouwen is die helemaal sto] werken als er kinderen komen, hee leen met allerlei discriminerende b ringen van doen. De drang van veel vrouwen om ini parttime te moederen, en de hare waarmee de meeste mannen mat perkt aantal zorgtaken op zich nen time blijven werken, zou wel eens kunnen hebben met het positief w van deze traditie die een natuurlijk van beide partijen honoreert. Uit e r zoek van het CBS bleek dat zelfs vn 1 met een voltooide opleiding aan ui of hogeschool zich als huisvrouw g voelen dan vrouwen met een baan et een zorgloon snijdt het mes kanten. In een economie waar mechanismen en liberalisme domi raakt de ethiek van zorg - en de ea dimensie daarvan - volledig onder] sneeuwd. Economie is een wetensi der liefde geworden die lak heeft a meenschapszin. Erger nog: alles w naam van het hart wordt verricht,! welijks status en wordt niet of sled Ook het emancipatiedenken verra< waarden: niet het persoonlijk gelul wen staat centraal, nee, de ultieme van het emancipatieproces is het a vrouwen dat fulltime werkt - en da in leidende functies. Een vrouw in mijn omgeving onlangs 'onbezoldigd bedrijfslei was niet alleen manager van een g< verleende ook nog hand- en spand aan haar bejaarde ouders. Maar ze die zorg voor zieke familieleden zij houding en kinderopvoeding aanz veeleisender geworden dan vroege trokkenheid van ouders, doorgaan der, wordt gevraagd op de peuters] op school, bij het halen en brenger clubjes, kortom bij iedere stap die buitenshuis zet. De maatschappij s voeders verantwoordelijk voor een lichamelijke en psychologische om van een kind die door deskundiger getoetst: groeicurves, tandenstand schat. De tere kinderziel vraagt vee J knuffels; de veeleisende prestatiën pij de juiste sociale vaardigheden, weerbaarheid en scholing; het hui comfort; intieme relaties en vriend veel meer'emotioneel onderhoud' Moederschap maakt kwetsbaar, fy )W1 tioneel en financieel. Ook dat is eeEn- dat binnen de 'gelijke behandeling erie wordt genegeerd. Kinderen krijgen en opvoeden is b niet alleen iets wat je voor jezelf d( het is ook van groot belang voor d< Is I ving en de toekomst van een land. !2 erkent deze inspanningen. Het stei g, in staat ook op een andere manier sche zelfstandig te zijn, dan alleen buitenshuis. Maar bovenal maaktrKel echte vrije keuzes mogelijk. Dat lijl r>n wezen van emancipatie. hor hel nel HELEEN CRUL ai GS dsl;

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1997 | | pagina 34