PORT
'Die klapschaats,
Ihet is net meccano'
Het gelijk van de bookmakers
Pak Doo Ik
RDAG 6 DECEMBER 1997
Judith Straathof leeft onbevangen naar NK toe
Schaatsster Judith Straathof maakt zich geen illusies over haar
Irol tijdens de Nederlandse afstandskampioenschappen, die over
krap twee weken in Heerenveen worden verreden. De 20-jarige
Zoeterwoudse uit de 'kernploeg opleiding sprint' verdedigt
weliswaar haar titels op de 500,1000 en 1500 meter, maar is dit
keer wél in gezelschap van de vaderlandse schaatselite. Tijdens
de laatste editie schitterden zowel rappe allrounders (Tonny de
Jong, Barbara de Loor en Annamarie Thomas) als
gerenommeerde sprintsters (Sandra Zwolle en Marianne
Timmer) door afwezigheid.Hadden ze er maar moeten zijn.
Die belevenis kunnen ze me nooit meer afpakken", stelt
Straathof zonder enige aarzeling.
blik in de voorkamer van huize Straat-
leert dat binnen het Zoeterwoudse ge-
,iu niet alles draait om de schaatsverrich-
lingen van Judith. Waar ouders van andere
topsporters in een veredelde prijzenkast
wonen, overheerst in de Burgemeester
Doyerstraat een nuchterder kijk op het le-
ven. Aan een lamp hangt een medaille en
op een zware houten kast staat een ver-
dwaalde beker. Maar het enige nadrukkelijk
Saanwezige aandenken is de ingelijste voor
pagina van The Montana Standard van 3
naart 1997. Het blad toont een foto met
p^daarop (onder anderen) Straathof tijdens
WK voor junioren in Butte, waar ze ze
vende werd. Immers: „In een Amerikaanse
krant; dat komt misschien nooit meer
voor."
Straathof kijkt net als alle andere leden
van de verschillende kernploegen uit naar
het NK afstanden (18 tot en met 21 decem-
)er). De 'vier dagen van de waarheid' staan
nmiddels in de belangstelling als ware het
"v een WK. Daar waar de tickets voor Nagano"
vorden verdiend, zal het naar verwachting
luderwets bruisen van Oranje-gezelligheid.
Meervoudig titelverdedigster Straathof
naakt geen kans op de Olympische Winter
spelen en leeft daarom meer ontspannen
ïaar het evenement in Thialf toe dan haar
:oncurrentes. „Ik moet gewoon reëel blij
ven. Die andere meiden hebben al hard ge
reden en ik eigenlijk nog niet zo. Ik wil in
Ier geval daar mijn beste seizoentijden
■erbeteren. Timmer en Oonk zijn sneller,
raarschijnlijk Zwolle en Wijsman ook. An-
Irea Nuyt kan ik misschien hebben, maar
rieteke Cramer? Zij is nog B-juniore, maar
ook hoge ogen gooien. Ik ben tevreden
iet een plaats bij de eerste zes en hoop het
gat met de sprintsters van Peter Müller
(coach kernploeg, red.) zo klein mogelijk te
houden."
Straathof is geen nieuw gezicht aan het
topschaatsfirmament. Ze debuteerde in het
seizoen 1995/96 in de 'kernploeg opleiding
sprint' en maakte het jaar daarop te vroeg
de overstap naar de 'kernploeg sprint'. „Ik
zat ineens bij Christine Aaftink. Daar keek
ik erg tegenop. Ik durfde niet met haar te
praten en vond het moeilijk om mezelf te
zijn. Maar van kijken alleen kun je ook veel
leren." Na dat seizoen werd Straathof weer
in de opleidingsgroep opgenomen.
Pas afgelopen januari stond de Zoeter
woudse voor het eerst echt in de schijnwer
pers. Tijdens en na het gedevalueerde NK
afstanden dat tegelijk werd verreden met
wereldbekerwedstrijden in Davos. „Drie ti
tels, een hele mooie belevenis", aldus
Straathof. „Ik heb daar direct geleerd om
met de pers om te gaan. Ze vroegen me
voor de radio en de televisie. Die belang
stelling, dat vond ik spannend. Waardering
is belangrijk. Dat is toch één van de dingen,
waar je het voor doet. Oké, niet alle schaats
sters waren er. Maar dat is meer hun pro
bleem. Ik reed goede tijden en vraag me af
wat zij zouden hebben gedaan."
Dit seizoen traint de meervoudig natio
naal juniorenkampioene voor het eerst on
der Aart van der Wulp. De samenwerking
met de nieuwe coach, die vorig seizoen de
dames allroundploeg (lange afstand) onder
zijn hoede had, verloopt over het algemeen
gesmeerd. „Aart heeft een sterke mening
over alles en daarom botst het wel eens. Ik
houd er namelijk wel van om een discussie
uit te lokken en, omdat hij een stuk jonger
is, durf ik dat. Bij Leen Pfrommer absoluut
Judith Straathof: „Ik denk niet dat ik het in me heb om wereldkampioen te worden."
niet. Daar nam ik alles direct van aan."
Van der Wulp moet zorgen dat Straathof
haar geavanceerde klapschaats onder de
knie krijgt. De specialiste op de langere
sprints maakt in tegenstelling tot andere
kernploegrijd(st)ers gebruik van het start
blokkeringssysteem van fabrikant Duecen-
to, die deze vinding van Leidenaar Arnold
Barends 'overnam'. De schaatser vergren
delt vlak voor de start met een simpele han
deling het klapmechanisme en kan zo toch
de gunstiger puntstart maken. Na de eerste
stap op het ijs springt het blokkeringssys
teem weer los. „M'n trainer zegt dan wel
vaak: 'Judith het gaat goed'. Maar ik ben
daar zelf niet altijd van overtuigd. Mijn
techniek kan behoorlijk worden verbeterd.
Op gewone schaatsen ging het lekker, maar
ik heb op de klapschaats problemen met de
stabiliteit. Ik vind het net meccano."
Straathof, het nichtje van 1500 meter
specialist Jeroen, verwoordt zonder moeite
wat haar zo aanspreekt in de schaatssport.
„Je grenzen verleggen door de mogelijkhe
den van je lichaam te leren kennen. Door
krachttraining ben ik een stuk sterker ge
worden en mijn 1000 en 1500 meter gaan
steeds beter. Ik ben ook altijd gemotiveerd
om te gaan trainen en als ik er één moet
overslaan, voel ik me gelijk schuldig, 's Och
tends als ik wakker word, ga ik wel eens lig
gen malen. Dan denk ik na waarom een be
paalde training of wedstrijd ineens niet
goed liep. Zo kreeg ik in Inzeil op m'n kop,
omdat ik me niet aan een afspraak had ge
houden. Ik was die afspraak gewoon verge
ten en baalde daar vreselijk van. Ik ben snel
van m'n stuk te brengen, maar ik kan ook
een knop omzetten. Zo van: 'Ik zal even la
ten zien, dat ik wél kan schaatsen'."
De 20-jarige Zoeterwoudse, die haar
VWO afrondde en sinds september tevens
een basisdiploma reclametekenen op zak
heeft, schroomt niet om hardop over haar
toekomst na het schaatsen te filosoferen.
Straathof wil haar creativiteit gaan uitbui
ten en zich inschrijven voor de Kunstacade
mie. Momenteel beschildert ze in haar
schaarse vrije tijd, op verzoek van familie,
in de Weipoort een mestsilo. „Ik ben ook bij
de baas van mijn broer bezig. Hij heeft een
boerderij aan de Laan van Oud Raadwijk en
FOTO HIELCO KUIPERS
daar staat een modelmolen, die ik opschuur
en verf. Ik kom best vaak op een boerderij.
Het lijkt me mooi om er zelf te wonen. Mis
schien kom ik nog eens een rijke boer te
gen."
Vooralsnog richt Straathof zich volledig
op haar schaatscarrière. Keiharde doelen
legt ze zichzelf daarbij niet op. „Zo zit ik
niet in elkaar. Hoe hoger je die stelt, hoe
moeilijker ze te bereiken zijn. Als het niet
lukt, valt het extra tegen. Begin volgend jaar
heb je de NK sprint. Je weet niet wat de
schaatsers, die naar Nagano gaan, in hun
voorbereiding op de Spelen doen. Mis
schien liggen er voor mij daarom plaat
singsmogelijkheden voor een internationaal
toernooi. Maar er komen ook nog andere
leuke wedstrijden aan, zoals de Nordic neo-
seniorgames (in Finland, red.). Ik wil in ie
der geval steeds iets harder rijden om uit
eindelijk mee te kunnen draaien met de in
ternationale top. Ik zou graag eens een WK
sprint of de Olympische Spelen meemaken,
maar ik denk niet dat ik het in me heb om
wereldkampioen te worden."
Nieuwe skipper Roy Heiner wees eerder op tekortkoming BnmelSunergy
\cte I. De zon stond hoog aan de hemel en
intberingen als sneeuwstormen, ijsbergen,
aat staan gevaarlijk overstekende walvissen
ivaren nog lang niet aan de orde. Het was
legin juni, de pittoreske Veerhaven van
(otterdam.
De BrunelSunergy had zojuist de eerste
;tappe van de Round Europe Race gewon-
ïen, een tochtje van 37 uur en 54 minuten
ranuit het Franse Cherbourg. Groot was de
luforie bij de Nederlandse Whitbread-deel-
ïemer. Vier maanden voor de start van de
)ceaanrace al zó'n vorm.
Arend van Bergeijk was destijds de eerste
•kipper van de BrunelSunergy, ondanks al
:ijn onervarenheid. Die post raakte hij een
naand voor de Whitbread-start in
iouthampton al kwijt. Hij was te democra-
isch, zei men, in een wereld van zestigvoe-
'ers waai- absoluut geen plaats is voor over-
egorganen. Hij werd wachtleider, maar
nag nu - begin december - blij zijn dat hij
log 'gewoon' bemanningslid is. Zo groot is
iet verloop.
Acte II. De zon stond nog steeds hoog aan
le hemel en het gevecht met de elementen
noest nog losbarsten. Medio september, de
laven van het Engelse Southampton. Tien
W60-racemachines lagen er klaar, klaar
'oor de Whitbread. Het stoorde Hans
5ouscholte, de nieuwe schipper van de
IrunelSunergy, dat de bookmakers geen
'ertrouwen hadden in zijn boot inclusief
lemanning. Die het goedkoopst van alle
iet water was ingegleden. Bouscholte
suchtte en verzuchtte: „Het gaat niet om
lie grote zak met geld. Wij hebben veel ma-
erialen kunnen aankopen omdat we die
ledrijven met hun producten lieten spon-
•oren. De andere syndicaten hebben peper-
lure materialen laten aanrukken, maar
«ebben ook veel geld over de balk gegooid.
B)nnodig. Wij hebben 't op z'n Nederlands
«edaan. Zuinig. Verstandig. Wacht nou
naar af."
Bouscholte zit inmiddels - tweeënhalve
niaand later - thuis. Ontgoocheld. Met twee
aatste plaatsen in twee Whitbread-etappes
ip zijn erelijst. De rest van het avontuur
'an de BrunelSunergy moet hij voor de tele-
dsie of via Internet volgen.
Acte III. Twee etappes is de Whitbread in-
niddels gevorderd, van Southampton via
kaapstad naar het Australische Fremantle.
de Nederlandse eindoverwinning na ne-
[en etappes hoeft niemand meer te reke-
»en, de nummer laatst is voorlopig slechts
De BrunelSunergy bij de start in Southampton.
stof tot goedkope grappen. Het enige dat er
nog aan ontbrak is dat de W60 van ontwer
per Rolf Vrolijk zonk. Voor de rest is het tot
op heden een 'rampexpeditie'.
Een aanvaring met de walvis, daarom een
reparatie-tussenstop in Brazilië, bijna de
halve bemanning al gewisseld, drie schip
pers in een half jaar tijd, verkeerde koersen,
matige tijden, laatste plaats. Waar is het
misgegaan?
Maar stoppen, nee. De projectleiding zei
eerder deze week dat ook de ambities niet
omlaag kunnen worden gedraaid. Genoe
gen nemen met een klassering in dé achter
hoede, de komende zes maanden mis
schien maar één of twee plaatsen opschui
ven in het klassement? Ook dat niet. Daar
om werd gekozen voor optie drie: een nieu
we schipper en opnieuw wisselingen in de
bemanning.
Bouscholte's opvolger heet Roy Heiner,
zeilfanaat in bijna alle denkbare disciplines,
maar juist weer niet in de Whitbread. Zeilde
wel veel in matchraces, in hoge snelheid
van boei naar boei. „Ik weet dus dat één be
slissing grote gevolgen kan hebben, bijvoor
beeld een achterstand. Hoewel je in mat
chraces nog veel minder tijd hebt dan in
een Whitbread."
Iemand die bereid is om zijn eigen zeil-
academie gewoon een half jaar dicht te
houden om deze boot te leiden. „Of ik
daarna mijn klanten nog heb? Diezelfde, die
ik nu heb moeten teleurstellen door hen af
te bellen? Och, als ik succes heb in de Whit
bread, zullen ze toch wel terugkomen."
Hij zei dat deze week lachend, vlak voor
dat hij zich bij het restant van het Whit-
bread-team in Fremanüe voegt. Als een
soort Leo Beenhakker, die met zalvende
woorden het zelfvertrouwen van zijn équi
pe moet zien op te vijzelen. En het liefst al
binnen enkele dagen, want de derde etappe
start al 13 december.
Het aardige is dat Roy Heiner enkele ja
ren geleden al heeft aangegeven waar het
nü fout is gegaan. De bronzen medaillewin
naar van Savannah'96 - op de oceaan bij
Olympisch Atlanta - is destijds de boer op
gegaan met de plannen voor het Neder
landse Whitbread-team. Hij wist wat hij wil
de: geen figurantenrol, dus een gedegen
voorbereiding, een tweede boot om mee te
oefenen, de beste mensen en 't liefst uit ei
gen land - kortom, voldoende pecunia.
Die kwamen er te weinig, naar zijn zin.
Het geld kwam niet in de buurt van het
budget van grote syndicaten als Toshiba, EF
of Innovation Kvaerner. Samen met mede-
zeilfanaat Benno Wiersma liep Heiner de
deur plat bij bedrijven, maar zijn doel haal
de hij niet. Hij haakte af voor het project,
dat later onder Wiersma als BrunelSunergy
toch zou leiden tot de eerste Whitbread-
deelneming uit de Lage Landen sinds de
Equity Law van Dirk Nauta.
Maar, zoals gezegd, met een laag budget.
Dat blijkt doorslaggevend. De BrunelSuner
gy heeft niet kunnen putten uit de beste
mensen en de allerbeste materialen. Heeft
dus nooit serieus kunnen meevaren voor de
eerste plaats in de Whitbread.
Waarom Roy Heiner, de scepticus van
destijds, nu toch 'ja' heeft gezegd? Omdat,
zei hij, zijn handen jeukten bij het zien van
de slechte resultaten. Omdat hij een zeilfa
naat is, die altijd al droomde van de Whit
bread. Maar vooral ook, opnieuw naar ei
gen zeggen, omdat de sponsors hebben
aangegeven dat men een structureel Whit-
bread-project nastreeft. Dus ook met het
oog op de volgende campagne, over vier
jaar.Als we laatste blijven," zegt projectlei
der Paul Dieleman, „zal de animo van
sponsors om er volgende keer veel geld in
te stoppen, helemaal minder zijn. Daarom
moeten we al beter gaan varen. Maar als we
nu waren gestopt met deze race, hadden we
't de volgende keer wel helemaal kunnen
vergeten."
Roy Heiner: „Nieuw-Zeeland heeft drie
keer aan America's Cup meegedaan, voor
dat ze 'm een keer wonnen. Toen stond
heel het land op z'n kop. Je moet niet bang
zijn om laatste te worden. Als je er maar be
ter van wordt, zodat je 't de volgende keer
niet meer bent."
De BrunelSunergy' heeft de eerste twee
etappes veel aantoonbare fouten gemaakt
in de navigatie, de koersbepaling. De beste
navigator zit, afgaande op de resultaten, op
het Noorse schip Kvaerner Innovation.
Marcel van Triest, Nederlander, al ziet hij
zichzelf meer als een wereldburger. Bijna
alle zeilsyndicaten klopten op zijn deur,
maar Van Triest koos al in een vroeg stadi
um voor de aanbieding van de Noren. Hij
mocht zijn eigen programma bepalen, zijn
eigen computers in elkaar zetten, hoefde
niet elk dubbeltje om te draaien.
Dieleman: „We hebben hem niet eens
hoeven benaderen voor onze boot, want
toen lag hij al vast bij 'Kvaerner'. Dat pro
ject heeft twintig miljoen om uit te geven en
Marcel heeft twee jaar lang kumien werken
naar deze race. Dat is het goede voorbeeld,
waaraan we ons voor de toekomst kunnen
spiegelen." Bovendien zorgt de geboren
Rotterdammer ervoor dat het Nederlandse
zeezeilen niet alléén gepaard gaat met
goedkope grappen. „Doodzonde dat de Ne
derlanders achteraan varen," zegt Van
Triest in Fremantle. „Ik hoop dat de spon
sordeuren hierna niet weer dichtklappen."
Vanuit diezelfde aanlegplaats in het zuid
westen van Australië liet Hans Bouscholte,
die minder vrijwillig is afgetreden dan de
projectleiding beweert, weten dat zijn am
bities als skipper zijn vastgelopen door de
beperkte financiële armslag.
Hadden die bookmakers het, daar in
Southampton, toch niet zo gek gezien.
Huize Snoeks explodeerde zowat
van vreugde toen Marius Trésor
ons de Koreanen in de schoot
wierp.
(Trésor vonden wij, geloof ik, al
tijd al een prachtige voetballer,
al weet ik dat niet meer zeker.
Maar zijn loten, daarvoor kre
gen wij in elk geval spontaan de
handen op elkaar. Korea!!!).
„Weet jij iets van die Koreanen?"
vroeg mijn lief.
Natuurlijkdaar weet ik alles
van hoorde ik mijzelf zeggen
en ik vulde de glazen. Op Korea.
(Eerlijk gezegd weet ik helemaal
niets van het Koreaanse voetbal.
Even overwoog ik bij wijze van
draakstekerij mijn beide wijs
vingers onder de uiteinden van
mijn wenkbrauwen te plaatsen
en deze iets omhoog te duwen,
maar bedacht me bijtijds. Dat
maar beter niet gedaan. Je weet
nooit hoe zoiets nog eens tegen je
gebruikt kan worden. Daarom
leuterde ik maar een end weg
over „Korea, altijd lastig", „niet
te onderschatten modern
voetbal" en „als ze achter staan,
gaan de koppies hangen.
Netjes opgelost, dacht ik al, toen
mijn lief begon door te vragen
(o, zij kan zo doorvragen, soms).
„Zeg, Korea, speelt dat met bui
tenspelers, zoals Ajax?"
Ik imiteerde een Leo Beenhak
ker-pose, duim onderkin en
wijsvinger langs de rechterslaap,
om tijd te winnen, waarbij mijn
wijsvinger onbedoeld weer bijna
mijn wenkbrauw raakte en
werd gered door een deskundige,
die op televisie over Korea begon
uit te weiden. De deskundige,
hoewel het Leo Beenhakker zelf
geloof ik niet was, bediende zich
van dezelfde Leo Beenhakker
pose als ik, duim, wijsvinger,
enz. en zei toen: „Lastig te be
strijden. Als ze achterstaan is
het gebeurd, daar staat Korea
bekend om. Maar onderschat ze
niet. Ze spelen goed Georg....
(De deskundige was nog lang
niet klaar, maar mij schoot nu
1966 te binnen. Die ene wed
strijd van Noord-Korea. In Enge
land klopten de Aziaten met 1 -0
Italië. Doelpunt van, nooit zal ik
die naam vergeten: Pak Doo Ik.
De Koreanen gingen door, Italië
eruit. Korea verloor later van
Portugal. Eerst werd het 3-0 voor
Korea, daarna alsnog 5-3 voor
Portugal. Opvallende wedstrijd,
daar niet van, maar dé Ko
reaanse heroïek lag natuurlijk
besloten in dat doelpunt van
Pak Doo Ik. (Wanneer een
zwaar favoriet geacht elftal door
onderschatting verliest, heet dat
in het Italiaans tot de dag van
nu een coreaj.
Nog altijd voerde de deskundige
het woord.weet nog.... Zuid-
Korea 3-0 voor.... Italië.... toch
nog 4-3...."
„Dat was Nóórd-Korea", brulde
ik terug. „En het was 5-3! Voor
Portugal! Maar daar ging het
niet om! Het ging om die 1 -0 te
gen Italië en ten vijfde, waarom
valt de naam Pak Doo Ik niet,
nu we het toch over Noord-Ko
rea hebben?".
Guus Hiddink vulde nu het
beeld, onmiddellijk was mijn
kwaadheid bekoeld. Wat zou
Hiddink a l'improvise van de
Koreanen weten, was ik be
nieuwd. Hiddink: „De Belgen:
weten we. Qua Mexicaans voet
bal maak ik een golfafsprciak
met Don Leo en wat Korea be
treft, die informatie ga ik bin
nenkort ophalen.(George Leek-
ens, de Hiddink van België, die
naast Hiddink stond, knikte, ook
hij gaat de informatie ophalen.
Kennelijk is daar een speciale
winkel voor).
Er volgden meer reacties.
Bergkamp, telefonisch: „Korea?
Uit of thuis?'' Bergkamp geeft de
telefoon aan De Goey, Ed nu:
„Korea? Oost of west?". Cocu in
de studio„Korea schijnt een
voetballende ploeg te hebben.
(Allicht, als ze goed konden
pingpongen waren ze dat wel
gaan doen, ze zijn daar niet
gek).
Tenslotte nog een item met de
aanvoerder van Oranje.
„Gunstige loting, Frank?"
De aanvoerder knikte beheerst,
het had beroerder gekund. Iran
bijvoorbeeld. (Schijntgéén voet
ballende ploeg te zijn).
„Wat weet je van Korea, Frank?"
De aanvoerder keek baldadig de
camera in. Zou hij het zeggen?
(Gelukkigzei hij het, het woord
lag al de hele a vond op ieders
lippen). „Ze hebben spleetogen",
zei Frank de Boer.
Frank
Snoeks is
verslagge
vervan
Studio
Sport