De bijbel voor bijzondere elpees D Cultuur Kunst ZATERDAG 15 NOVEMBER 1997 Vinylplaten is daar nog vraag naar dan? Daar is zelfs een toenemende vraag naar, zeker als het zeldzame opnamen betreft. Medio november verschijnt zelfs een ongekend standaardwerk in het Engels: een vademecum op het uitgebreide terrein van de klassieke grammofoonplaat. Het is van de hand van een deskundige bij uitstek: de Heemstedenaar Jaco van Witteloostuyn heeft in de twaalfeneenhalf jaar dat zijn antiquariaat Polyphon bestaat tot ver buiten de landsgrenzen een geduchte reputatie opgebouwd. „Er zijn ook heel gedreven jongeren die echt vandaag met de lp beginnen. Ze hebben grondig kennis gemaakt met de cd en hem verworpen." 'Er is op platengebied sprake van een tweedeling van de maatschappij' ALBERT BRÜCGEN r e langspeelplaat is nergens zo grondig en zo snel opgeruimd als in ons land. Wij Nederlanders stikken van de vernieuwingsdrang. In andere landen zijn grammofoonplaten- antiquariaten heel gewoon. Er zijn hier wel tweedehands boekwinkels die ook twee bak ken met grammofoonplaten hebben staan, maar in ons land ben ik geloof ik de enige die zich uitsluitend met grammo foonplaten bezig houdt." Jaco van Witteloostuyn is de drijvende kracht achter het mu- ziek-antiquariaat 'Polyphon', waarvan zijn vrouw Ank direc teur is. In zijn villa aan de Heemsteedse Dreef heeft hij vier kamers en een zolder volge stouwd met grammofoonplaten die hij in maandelijkse catalogi aan een vaste klantenkring aan biedt. Ook in de stemmige huis kamer staat een grote kast vol platen voor eigen gebruik en twee torenhoge speakers. Van Witteloostuyn: „Ik heb in de loop der jaren hier mensen over de vloer gehad die me vra gen stelden over van alles en nog wat: over een matje op de draaitafel, dwarsdruk-compen- satie, persingen, labels, opna metechnieken, plaatonderhoud enzovoort. Die vragen stimu leerden me om me in allerlei technische zaken te verdiepen, hoewel ik helemaal geen bêta- man ben. Ik dacht aan het ma ken van voorlichtende stencils, maar achter de vragen bleken weer andere vragen schuil te gaan, zodat ik op het idee kwam een boek te schrijven voor de mensen die iets met de lang speelplaat hebben. Die er be lang bij hebben dat die lp nu eens op z'n poten wordt gezet. Hoe dichtbij hij ook ligt of in de kast staat: we weten er te weinig van." Producent Van Witteloostuyn toont me het typoscript van zijn naslagwerk The Classical Long Playing Re cord - design, production and reproduction. ,,Ik heb er zo'n beetje m'n hele leven aan ge werkt, maar het echte schrijven is vijf jaar geleden begonnen. Zonder 'Polyphon' was dit boek natuurlijk nooit gemaakt. Je moet tot over je oren in de lp- boel zitten, anders haal je het niet. Het boek laat zien wat die lp nu eigenlijk was op het punt van technische vooruitgang." ,,Het zou ideaal zijn geweest als men door was gegaan met de lp zoals die zich ontwikkelde begin jaren tachtig. Toen zijn er door de platenmaatschappijen ver schrikkelijk mooie producten gemaakt. De meeste mensen beseffen dat niet zo. Die platen zijn later merendeels vernietigd omdat men met de cd wilde ko men en de lp eigenlijk in de weg zat. Ze muntten uit door een nog verbeterde techniek in het wegwerken van feilen, in de prachtige vinyl-kwaliteit en goe de analoge opnamen. Het lan ceren van de cd was niet in het belang van de consument, maar van de producent." Met deze stevige uitspraak zijn we op een punt gekomen waar over Van Witteloostuyn het ei genlijk liever niet had willen hebben. „Mijn boek wil niet po lemiseren met de cd, daar heb ik geen zin in. De cd heeft zijn eigen verdienste, als we alleen denken aan de muziek van bij voorbeeld Diepenbrock en Busoni die op cd zijn uitge bracht. Ik heb zelf een cd-speler maar die gebruik ik alleen als ik iets wil horen dat echt niet op lp bestaat. En dan vind ik het ge luid niet mooi." „Veel mensen die hier komen hebben grondig met de cd ken nis gemaakt en hem verworpen. Ze zijn over het algemeen bo ven de vijftig maar er zijn ook heel gedreven jongeren die echt vandaag met de lp beginnen. Je kunt spreken van een tweede ling van de maatschappij: zij die de voorkeur geven aan digitale opnamen en zij die zweren bij analoge opnamen. De aan spreekbaarheid ligt in een gene ratie-verschil en ook in een cul tuurverschil. De mensen die nu lp's kopen - zo wil ik het toch als een mes door de boter zeg gen - gaat het om een analoge, dat wil zeggen natuurgetrouwe weergave. Ze kennen maar één referentie: de klank die ze horen in eert concertzaal, een kerk of een andere ruimte." „En die klank is krek wat de goede opnameleiders voor plaatopname nastreefden. Voor een cd wordt een vertaalslag ge maakt, namelijk van geluid naar de nullen en enen van de digita le opslag. Helaas treden bij dit proces verliezen op. Zo ver dwijnt bij voorbeeld het gros van de zogenoemde boven tonen, waardoor de muziek overbriljant en kaler klinkt. Cd's klinken zoals ze er uitzien: klein en clean." Revival Van Witteloostuyn gaat mij voor naar zijn zolder, waar hij een pas verschenen lp heeft liggen van een nieuw label, 'Coup d'Archet', met een weergave van VARA-matinees uit 1959 en 1965. „We beleven een lp-revi- val. Het zal kwantitatief nooit meer worden wat het was, maar kwalitatief zal de lijn van eind 1980 worden opgepakt en gelei delijk verder worden ontwik keld. De lp's die nu verschijnen zijn in het algemeen heruitga ven, van oude lp's door kleine maatschappijen. Maar er ko men ook nieuwe opnamen op lp en die worden uitdrukkelijk geafficheerd als 'niet-digitaal'." In het eerst deel van zijn 450 pagina's tellende boek behan delt Van Witteloostuyn chrono- logisch de fonografische ge schiedenis en vervolgens het productieproces en zijn hoofd rolspelers (musici, opnamelei ders, technici, managers), het afspelen van de plaat en zijn onderhoud, het beluisteren van platen, de luisteraccomodatie en de hoescultuur (geïllustreerd met zo'n vijfhonderd reproduc ties in kleuren). Van Witteloostuyn: „Alles wat je over de lp zou moeten weten staat in het eerste deel. Los daarvan is er een tweede deel dat de duizenden labels inclu sief hun persingen op een rijtje zet, in de tijd ingedeeld. Er zijn mensen die het boek vooral om dat tweede deel willen hebben, dat zijn vooral de freaks. Ze kunnen met dit deel vaststellen waar een plaat precies vandaan komt. Maar ze zullen wel ont dekken hoe belangrijk ook het eerste deel is." Freaks Van jongsaf is de 58-jarige Van Witteloostuyn gefascineerd ge weest door muziek. Zijn moeder vertelde hem dat alleen het kerkorgel hem rustig kon hou den tijdens zijn doop. Zij haalde de kleine Jaco uit zijn bedje om hem te laten luisteren naar een draaiorgel op straat. Beter wat korter slapen met Eine kleine Nachtmusik dan langer slapen zonder, moet zij gedacht heb ben. Muziek werd de onafschei delijke metgezel in zijn leven. Hij werd een verwoede platen- verzamelaar. En toen de cd de lp van de markt ging verdrijven besloot hij in 1984 samen met zijn vrouw tot een tegenaanval door de oprichting van een pla ten-antiquariaat. Maar hoe belangrijk dit anti quariaat ook voor hem is, Van Witteloostuyn noemt zich op de eerste plaats schrijver. Er ver scheen van zijn hand een boek over mechanische muziekin strumenten Muziek uitstekels en gaten en zijn twèede roman staat op stapel. Tussendoor doet hij ook nog bestuurlijk werk. Zijn schrijversschap blijkt onder andere uit zijn rake kijk op mensen. Wat niet in zijn boek staat is zijn karakteristiek van de freaks: „Dat zijn de mannen met de vierkante koppen met daarop antennes. Ze kijken recht voor uit met een starende blik. Ze maken van hun huiskamer een luistercabine, hoe hun vrouwen ook tegensputteren. Van Witteloostuyn heeft er dan ook even over gedacht zijn toe spraak bij de presentatie van zijn boek te beginnen met: „Da mes en heren, we hebben het over mooie muziek tegenover een gelukkig huwelijk. Een van de twee kan maar lukken." Jaco van Witteloostuyn, The Classical Long Playing Record, 450 pagina's groot formaat, ca. 500 kleurenillustra ties, gebonden, prijs f. 195,-- (bij voor intekening f. 150,—). De presentatie is woensdag 19 november in de Doops gezinde Kerk te Haarlem tussen 16.00 en 17.00 u., waarna receptie i.v.m. het 12 1/2 jarig bestaan van 'Polyphon'. Daar kan ook een expositie van bij zondere platenhoezen worden beke- Omslag van het nieuwe standaardwerk, De Dikke Van Wit! The Classical Long Playing Record is doorspel anecdotes, Zoals de volgende, geciteerd uit T/ie| mophonevan mei 1995: „Labelmanager Marcowiez vertelt een merkwaa verhaal over de hoezen voor Karajans Zauberfli Bernsteins Vuurvogel. De opname met Karajan eerste digitale weergave van een opera worden, heel bijzondere gebeurtenis dus. Karajan stondi dat de hoes een combinatie van wind, water eni zou weergeven. Samen met de ontwerper Holge thies werkte ik allerlei ideeën uit: waterdruppels vlammen weerkaatsen, aangeblazen door de vvii water dat door de wind gaat rimpelen met vlam die er doorheen schijnenje kunt je de variatie voorstellen. Tenslotte, na 18 ontwerpen - en Kaï was nog steeds niet tevreden - werd het duidelijl een andere digitale Zauberflöteeerder op de ma j dreigde te komen. Onmiddellijk ging Karajan al met het laatst ingediende hoesontwerp: een fluit i geven door tule dat een watergolf moest verbeel1 Een paar jaar later nam Bernstein Stravinsky's I vogel op met de Israel Philharmonic. Ik maakte: schertsontwerpen en stuurde hem die samen m van de door Karajan afgekeurde ontwerpen voo: Zauberflöte ter goedkeuring toe. Bijna onmidde! meldde Bernstein me dat ik niet alleen een ontv had gevonden die van deze muziek hield, maart ook de moeite had genomen om naar zijn interj tie te luisteren en er de geest van had begrepen, i moet er nog bij zeggen dat Matthies geen enkele langstelling voor klassieke muziek had." In The Gramophone van oktober 1958 verschee f ingezonden brief van iemand wiens kamer nietj noeg hoeken had om de speakers op de voorges s ven manier te plaatsen. „De enige oplossing isl de deuren af te grendelen, maar hoe kom ik dan kamer uit om de telefoon aan te nemen? Dan isic probleem van waar ik moet zitten bij het afluislt e Ik meet de afstand tussen de speakers en bepaal de hand daarvan mijn luisterplek. Maar dan kon ra de open haard terecht. Dat is nu nog wel te doen maar als het gaat vriezen? En wat gebeurt er als: in men met wat vrienden wil luisteren? We kunnen allemaal bij elkaar in de open haard kruipen, ho dat - nu ik er goed over nadenk - best gezellig zo )V Ik zie ons al op een rijtje achter elkaar zitten, wat 'j welijks bijdraagt aan de saamhorigheid. En also ini van ons een beetje doof is aan één oor moet hijc wat uit het gelid gaan zitten? De tv-dictatuur bet d niets bij de ellende die dan losbarst." PO\AJLim.C_ Qu«tu ctgfl, «U Yr. Co jv S-ouTy*^. - isouBEOK Pm^flluhn. Sir EUGENE GOOSSENS Tftj De Heemsteedse schrijver-antiquaar Jaco van Witteloostuyn over freaks: „Dat zijn de mannen met de vierkante koppen met daarop antennes. Ze kijken recht vooruit met een starende blik. Ze maken van hun huiskamer een luistercabine." united photos de boer poppedeboer Design Production- Reproduction

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1997 | | pagina 18