Vredesmissie vereist andere soldaat 7 ZATERDAG 13 SEPTEMBER 1997 Pleidooi voor aparte VN-organisatie of meer vrouwen als blauwhelm na 'Angola-affaire' De Angola-affaire is 'verderfelijk', maar zeker niet uniekElke buitenlandse missie heeft zijn excessen. Een betere selectie van militairen en aangepaste opleiding kan de kans op misdragingen verkleinen maar nooit wegnemen. Wangedrag zal altijd voorkomen, maar mag nooit in de doofpot verdwijnen en ongestraft blijven. door MONIQUE DE KNEGT e hebben wroeging. Van de dingen die ze hebben gedaan op hun mili- taire missie in voormalig Joegosla vië, ruim twee jaar geleden nu. Dingen die niet door de beugel kunnen. Thuis vragen ze zich af hoe ze ooit zo ver hebben kunnen ko men. In alle vertrouwen hebben ze erover ge praat met een dominee, psycholoog of maat schappelijk werker en straks moeten ze hun herdenkingsmedaille inleveren. De daders die slachtoffer worden. Hun biecht lucht op, maar hun wandaden blijven wellicht voor al tijd onbekend. Er zijn meer 'Angola's'. Tijdens elke bui tenlandse missie gebeurt wel iets. Van een klein vergrijp tot onvergeeflijke misdragin gen, zoals de martelingen en groepsverkrach tingen door Italiaanse blauwhelmen in So malië. De mishandelingen, illegale handel en het seksueel wangedrag van Canadezen in Bosnië. Het martelen van Somaliërs door Belgische vredesbewaarders. Van een Bul gaars bataljon in Cambodja is bekend dat het er een compleet prostitutienetwerk op na hield. Daarbij was sprake van overmatig drankgebruik terwijl in het naastgelegen Ne derlandse kamp alcohol ten strengste was verboden. Oekraïnse militairen in voormalig Joegoslavië verkochten van alles en nog wat, waaronder dieselolie aan Kroatische Serviërs. Kwalijk Bij deze vergrijpen verbleken de misstappen van Nederlandse blauwhelmen in Angola. Maar dat doet er niet toe. „Wijzen naar ande re buitenlandse militairen is van een kleuter schoolmentaliteit. Als in Angola is gebeurd wat wordt beschreven, dan is dat zeer kwa lijk", zegt dr. L. van Bergen, onderzoeker bij het Instituut voor Vredesvraagstukken in Nijmegen. „De betrokken militairen moeten worden ontslagen, zoals in elk bedrijf zou ge beuren als werknemers zich zo misdragen. En is ontslag onmogelijk dan mogen ze gedu rende hun loopbaan de kazerne niet meer verlaten. Zulke mensen zijn niet geschikt voor vredesmissies in het buitenland." Van Bergen is niet verrast door het ver meende seksueel misbruik, de smokkel en dronkenschap van een tiental blauwhelmen in Angola. „Waarom zouden Nederlandse militairen braver zijn dan anderen?" Het was wachten op een Nederlands schandaal. Er zullen nog meer incidenten volgen. In den vreemde denken mensen soms dat ze zich dingen kunnen permitteren die thuis niet aan de orde zijn. Dat geldt voor militairen, maar soms ook voor ontwikkelingswerkers, baggeraars, oliezoekers en anderen die lan gere tijd in het buitenland vertoeven. Van militairen zijn excessen extra pijnlijk omdat ze Nederland vertegenwoordigen. Van hen wordt discipline verwacht. Als strijders in oorlogstijd, maar zeker als vredesbewaarders onder de vlag van de Verenigde Naties. En op die tamelijk nieuwe humanitaire ta ken lijkt het leger niet goed voorbereid. Van Bergen: „Tot de val van de muur was het de taak van het leger de Rus buiten de deur te houden. Met die taak in gedachten hebben militairen normen en waarden meegekregen die prima zijn om te vechten, maar niet om vrede te handhaven. Een militair wil hande len, terwijl je bij een vredesmissie vooral niets moet doen. Dat geeft vaak frustraties. De militair voelt zichzelf bevrijder, vrede stichter of hulpverlener, terwijl de plaatselijke bevolking in hem een vijandige bemoeial ziet." Doeners Het niet mogen handelen, maakt een vredes missie volgens drs. J. Schoeman zeker zo in spannend als het strijdgewoel. „Het is an ders, maar zeker niet gemakkelijker. Als er niet wordt geschoten, zijn er evengoed span ningen." De ex-marinier en onderzoeker bij de stichting Maatschappij en Krijgsmacht vertelt over Cambodja en Angola waar elk moment de vlam in de pan kon slaan. Daar naast moest je altijd beducht zijn voor de mijnen waarmee de landen waren bezaaid. Dat geeft spanningen, stress. Zeker als de lo kale bevolking je liever ziet gaan dan komen. Wat te denken van de marinier die zijn rantsoen wil delen met hongerende Koerden in de bergen van Irak, maar geen voedsel mag afstaan om zijn eigen inzet niet te on dergraven? Of erger; de militairen van het eerste Nederlandse bataljon in Srebrenica die even buiten hun mandaatgebied een groeps verkrachting zien gebeuren? „Grijp je in, dan heb je een VN-incident omdat je honderd meter verderop niets hebt te zoeken. Doe je niets, dan achtervolgen die beelden je je hele leven. Zulke dilemma's le veren gigantische spanningen op. Neder landse militairen zijn doeners, maar moeten in hun nieuwe taak gebeurtenissen de andere wang toe keren." De spanningen kunnen lang na thuiskomst psychische problemen geven. Schoeman: „Het ziektebeeld wordt dan niet zozeer be paald door de angst voor extern geweld, maar vooral door een vorm van spanning die voortvloeit uit angst de eigen agressie niet langer te kunnen controleren. De militairen zijn geprikkeld en geprovoceerd maar moes ten zowel hun vecht- als hun vluchtimpulsen onderdrukken en een neutrale opstelling be waren." Belangrijk is hoe de militairen tij dens hun missie met die spanningen om gaan. Vinden ze een uitlaatklep in een ge sprek met een kameraad, in sport of in alco holmisbruik, verkrachting en smokkel? Elke blauwhelm is volgens het buddy-systeem ge koppeld aan een maat. Ze zijn samen opge leid en vertrouwen elkaar volledig. Wanneer ze bij elkaar stress waarnemen, dan moeten ze daar over praten. Helpt dat niet, dan wordt de hulp van de commandant, arts, psycho loog of geestelijke ingeroepen opdat iemand uit de eenheid wordt gehaald voordat hij door het lint gaat. Vraag is, of een buddy niet de hand boven het hoofd van zijn maat houdt. Van Bergen: „De ene helft van de dag ben jij verantwoor delijk voor zijn veiligheid, de andere helft hij voor de jouwe. Op het moment dat er drugs of alcohol in het spel zijn, brengt hij jouw vei ligheid in gevaar en die van de rest van de eenheid. Daar doe je dan wel melding van." Maar wat als er geen eigen belangen in het spel zijn? Als een militair meisjes seksueel misbruikt? Doet een buddy daar dan melding van? De solidariteit in het leger is groot. „Een militair wil niet aan matennaaierij doen. Daarbij hebben groepsprocessen een eigen dynamiek. Ongeregeldheden worden niet zelden met de mantel der liefde bedekt. Ze zijn het geheim van de groep, waarvan de le den zich sterk verbonden voelen omdat ze dezelfde ervaringen delen. Niemand wil bui ten die groep vallen." Machtsmisbruik H. Vos (44) kent de solidariteit van een groep. Hij is als sergeant-majoor bij het korps mari niers in Cambodja (1993) en Haïti (1995) ge weest, maar begrijpt niet dat het in Angola zo uit de hand heeft kunnen lopen. „De verkla e militairen ontspannen zich op een strand van Angola, samen met de plaatselijke bevolking. ringen die worden aangevoerd zijn allemaal gelul. Het heeft allemaal te maken met machtsmisbruik. Die lui hebben zich daar Je zus gevoeld. Uit armoede doet de plaatselijke bevolking alles wat je wilt, maar je moet de discipline kunnen opbrengen om daar geen misbruik van te maken." Discipline is de kern waar het volgens Vos omdraait. Van jezelf en van de groep. In het geval van Angola ging het om een betrekke lijk kleine eenheid van 230 militairen, een derde van een traditioneel bataljon. Hoe klei ner de eenheid des te groter de kans op on geregeldheden. Vos: „Als je mensen zo geïso leerd neerzet en er gebeurt iets dat niet door de beugel kan, dan zijn mensen geneigd daar toleranter op te reageren omdat je heel erg op elkaar bent aangewezen." De kleinste eenheden van blauwhelmen vormen de waarnemers die in groepjes (bij voorbeeld een uitkijkpost) opereren. In mili taire kringen worden vooral deze uit meerde re landen samengestelde UNMO's vaak ge noemd als het gaat om wangedrag. Ze zou den regelmatig betrokken zijn bij illegale handel, diefstal en seksueel misbruik van vrouwen. Geen kwaad woord spreekt Vos over Cam bodja of Haïti. Alles ging er fantastisch. Die ene militair die op de basis werd betrapt met een fles whisky is de volgende dag zonder pardon op het vliegtuig gezet naar Neder land. Zoals dat hoort, aldus Vos. „Wij mari niers hebben het tot nu toe als beste gedaan. Als ik op televisie zie dat Willem-Alexander een bezoek brengt aan de blauwhelmen in Bosnië en samen met hen een pilsje drinkt, dan zakt mijn broek af. En dan dat gezeur over haar dat er niet af mag en een oorbel die in moet. Dan krijg je toch geen eenheid, geen discipline?" Vos wil geen maat met een oorbel, maar heeft geen moeite zij aan zij op vredesmissie te gaan met een van de militairen die zich in Angola zou hebben misdragen. „Dat is ver jaard, of beter gezegd verdaagd. Binnen 21 dagen is geen melding gedaan bij de krijgs raad en dan kun je iemand niet meer straf fen." Lustoord Wat sommigen 'de blamage van Bangkok' noemen, heet bij Vos een geslaagd verlof. Het ministerie van defensie gaf blauwhelmen de; keus om met verlof twee weken naar huis te gaan of naar de Thaise lustoorden Bangkok of Pataya (Cambodjaanse vrouwen heten preuts te zijn). Vos koos voor Nederland,} maar meer van de helft van de militairen ging volledig uit zijn dak op het georganiseer de 'rust en recreatie'-reisje van Defensie. Dat met het massale bordeelbezoek de vrouwen handel in stand wordt gehouden, leek daarbij geen overweging. Vos: „De mannen hebben zich daar helemaal kunnen uitleven en kwa men ontspannen op de basis terug. Het is ge weldig om te zien dat ze dan gewoon een knop omdraaien en zich serieus van hun taak kwijten." In een recent onderzoek onder blauwhel men gaf een kwart te kennen onvoldoende te zijn voorbereid op uitzendingen. Vos heeft geen klagen. Lezingen en films over de ge schiedenis, cultuur, godsdienst, gewoonten en gebruiken van de bewoners, gaven een goed beeld van Cambodja. Daarbij werd de mariniers goed ingeprent dat ze niet gingen om problemen op te lossen. Vos: „Wij zijn ei genlijk een aanvalseenheid. Zonder dat ie mand ons ziet, trekken we voorwaarts. Maar op een vredestaak moet je juist gezien wor- Hij heeft de vredesmissies nooit als frustre rend ervaren, laat staan als vervelend. En na tuurlijk liggen de verleidingen van misbruik (seksueel, alcohol, macht) op de loer. Maar daar is een goed militair tegen bestand. „Nogmaals, discipline. Maar ja, die jeugd van tegenwoordig heeft geen ruggengraat meer. De aanstellingseisen zijn al verlaagd om nog voldoende mensen te krijgen, maar de kwali teit van de krijgsmacht gaat er zo niet op vooruit. We krijgen mensen'met alleen lagere school, met een alcoholverleden, met een cri mineel verleden." Vrouwen Ook Schoeman vindt dat er een veel strenge re selectie moet plaatshebben. Daarbij moet het accent niet liggen op het opleidingspeil, maar op de waarden en normen van kandi daat-militairen. „In de discussie wordt veel te veel waarde gehecht aan een mavo- of havo papiertje. Veel belangrijker is de politieke correctheid van iemand, zodat je geen racis ten op vredesmissie stuurt. Een hoge intelli gentie zegt niets over medemenselijkheid." Schoeman is een groot voorstander van meer vrouwen als blauwhelm. Vrouwen zijn volgens hem beter geschikt als vredesbe waarders dan mannen, die vaak met andere motieven („meer macho-aspecten") voor het leger hebben gekozen. Van Bergen meent dat je eigenlijk helemaal geen soldaten („want die zijn opgeleid om te vechten") moet inzetten voor humanitaire hulpverlening. Daarvoor zou een aparte VN- organisatie moeten worden opgericht, met een aparte opleiding. En dan nog, voorkomen kun je excessen nooit. Overal waar mensen onder spanning werken, is sprake van misdragingen. Tevoren is niet na te gaan wie zichzelf uiteindelijk niet kan beheersen, ledereen heeft een breek punt, maar pas in praktijk wordt duidelijk waar dat ligt. Daarbij zijn de omstandighe den in elke missie weer anders. Zo is het ge makkelijker om onder een Nederlandse een heid te dienen, dan bijvoorbeeld onder een Oekraïnse waar heel andere normen gelden. Schoeman: „Soms, zoals in Bosnië, zie je om je heen orgieën van geweld. Dat wordt een onderdeel van je bestaan. Waar je in Neder land van zou schrikken, daar kun je elders in drie maanden aan gewend raken. Je verlegt grenzen. Als er dan ook nog een vriend van je gewond raakt of sneuvelt, kun je dingen gaan doen waar je geen vat meer op hebt."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1997 | | pagina 41