ZATERDAGS BIJVOEGSEL 'Ik krijg toch geen ontslag?' ZATERDAG 7 JUN11997 ra»i«K*'<=»:W)Mailc; 1 cht voor het geluk leek hij niet ge- - i boren. Op zijn zevende overleed z'n vader, een koopman in toilet- len die het jonge gezin voornamelijk "len naliet. Kort daarop brak de Tweede loorlog uit en behoorde Hans van Ma- ïet zijn Duitse moeder automatisch tot jnsen waarmee goede vaderlanders He et van doen hadden. Na de bevrijding is luwelijks meer naar school geweest, rde voortdurend over straat en bleek ermaat van ramp nog homo ook; een tie geaardheid die in het Nederland van igen nog niet bepaald geaccepteerd nu lunch ik dan met Hillary Clinton", lij zelfvoldaan. „Niet gek hè, voor een van de straat. En dat ik homoseksueel naakt dus ook niks meer uit. Er zaten nichten bij mevrouw CHnton. Willem en ik. Maar daar was over nagedacht Iemand uit de acteurswereld, Willem, dus, ikzelf namens de danskunst, Mulisch voor de üteratuur en Rudi voor de beeldende kunst." Lachend iteert hij dat het wel een verzameling nannen is. „Ja zeg, Rudi Fuchs was de 00 Hoogleraar zijn roemrijke carrière met eindeloos apenfeiten kunnen illustreren. Dat hij an huis is bij koningin Beatrix en op je- jasis staat met Wim en Rita Kok. Dat rwijl hij nauwelijks behoorüjk kan spel- 1987 bijzonder hoogleraar werd aan holieke Universiteit Nijmegen, dat hij cwijt is geraakt bij het aantal prijzen en icheidingen dat hem sinds 1960 in bin- n buitenland ten deel is gevallen. Dat e grens zijn balletten door gezelschap- f t liefst achttien verschillende landen n gedanst en dat hij als getalenteerd laf drie fotoboeken heeft gepubUceerd, aan de reeks boeken ovet hem recent rige biografie is toegevoegd, r in weerwil van zijn ontegenzeggelijke id, pocht Hans van Manen niet open er zijn succes. Hooguit reageert hij in it van 'dat het goed is voor het aanzien danskunst'. ïeeft net weer een Itafiaanse prijs, de 'ani International, gekregen. „Echt, ik et nog steeds even leuk. Zoals ik het >g iedere keer leuk vind als ik succes et een nieuw ballet. Het schuift niks, at om de eer. Het zijn geen literaire daar zit nog wel eens een ffl vast. Maar ik vind het toch wel wat. naar Rome komen en vröeg 'mag artner ook mee?' Ja hoor. Toen vroeg wsgierig 'Goh, in welk hotel zitten we?' 'X Excelsior. 'Ooooh', dacht ik. Als ik in was, had ik altijd iets van: 'als ik daar :ns mag logeren'. En nou zitten i igen, begrijp je wel. En nog een open iusiness class ook. Iedereen vindt dat 'oonste zaak van de wereld, maar ik lus ik ga lekker mijn vakantie in Itafië Wat ik ook leuk aan de prijs vind, is keuze unaniem was. Dat zeiden ze niet zes 'ja' en vijf 'nee'. En het leuke er dat Jiri Kylian, Pina Bausch en Billy ie die prijs eerder kregen. Dat is een :hap waar ik best bij wil horen." Voorspoedig einig opwekkend zijn vooruitzichten d ook waren, zijn carrière is als 'an an dream' verlopen. Waar kunste iog wel eens tegen een inzinking wil- ïlopen of volledig opgebrand uit de verpers verdwijnen, drukt Hans al sinds het eind van de jaren vijftig m deirisbaar zijn stempel op de moderne vind^ijn loopbaan kent een korte, snel stij- lijn en is sinds de jaren zestig op ni- NatuurUjk zijn er ups en ^geweest, maar nooit van dien aard dat ook maar enigszins dreigde te ver- els- irMt I Choreograaf Hans van Manen l al 52 jaar actief I en nog lang mm niet klaar V- g»*, S5 Als iemand het gezicht van i de moderne dans in Nederland heeft bepaald, dan is het Hans van Manen. Binnenkort wordt hij 65, maar de voornaamste gedachte die hij daarbij heeft is de angst dat ze hem wel eens zouden kunnen «Hasj r ontslaan. Het succesverhaal l van een kansarm vjl straatschoffie, voor wie -t| - K woensdagavond 11 juni, in het Danstheater in Den Haag, een galavoorstelling wordt gegeven door het I Danstheater. Hans van Manen als baby. foto cpd cnikt instemmend. „Het is wat Pina chteiti ooit zei: 'üben, üben, üben', oefenen, )nariin- oefenen. En mijn grote voorbeeld 5 kun heeft het ook zo gezegd: 'Always making, making...' Zo noemde hij dat moet ook. Je moet altijd maar Je ziet het ook aan Jiri Kylian, de acht jaar altijd maar maken. Dat is led, als je altijd moet. Dan wordt je er- estuwd. Als je een tijd niet schrijft, dan uitgever op den duur een keer 'Goh lijf je?'. Maar in de danskunst is alles an te voren gepland. Je weet precies a en daar heb je je maar aan te hou- )or mij is het 't beste als ik met mijn ;n de muur sta." noment staat hij weer tegen de muur. uni gaat zijn 'Three pieces for Het' in Ire. Niet bij zijn vaste gezelschap Ne derlands Dans Theater, maar bij Het Natio nale Ballet. Daar slaat dat 'for Het' ook op, want in Amerika noemt men Het Nationale Ballet kortweg Het. Amerikanen spreken zelfs over 'The Het'. Het is 't eerste ballet dat hij voor het Am sterdamse gezelschap maakt, sinds hij er na jaar 1988 met een daverende ruzie opstapte. Hij voelde zich miskend en keerde terug naar zijn oude liefde, het Nederlands Dans Thea ter, waar hij in 1970 met minstens evenveel herrie als artistiek directeur was opgestapt. De terugkeer van de verloren zoon, stond er toen in de krant, waarop Van Manen van zich afbeet: 'Flauwekul, verloren zoon. Het is ge woon, eh, effe met het verkeerde wijf ge trouwd geweest, van het wijf gescheiden en daaaagggg allemaal Hij giert van de lach als hij het terughoort en is weer even resoluut als deze nieuwe flirt met 'het verkeerde wijf ter sprake komt. „Dit is weer voor het eerst in acht jaar dat ik een klein uitje doe. Dat is toch heel gewoon? Maar dat is niet de ware reden. De ware re den is dat Wayne Eagling (artistiek directeur van Het Nationale Ballet, C.V.) een goede vriend van me is. Toen ik bij het Royal Ballet werkte, heeft hij in zeker vijf balletten van me gedanst. En toen hij hier kwam als directeur, ontmoetten we elkaar natuurlijk weer. De eerste keer dat we met elkaar aten, heb ik hem gevraagd zo lief te zijn om geen nieuw ballet van me te vragen. Dat heeft hij vier jaar lang volgehouden en dat heb ik zeer in hem gewaardeerd. Ja, op een gegeven moment vroeg hij het natuurlijk wel. Anderhalf jaar geleden. En daar had hij ook groot gelijk in." Zijn vertrek destijds bij Het Nationale Bal let was vooral een protest tegen de manier waarop de toenmalig artistiek directeur Rudi van Danzig hem behandelde. „Met de dan sers heb ik nooit enige moeite gehad, dat is altijd ongelooflijk leuk geweest en gebleven." In die zin was zijn terugkeer nu ook heel ge- makkeüjk. „Ik kende alle dansers nog, want ik ga altijd naar de premières en dan kom ik na afloop ook even achter. Dus mijn terug keer was eigenlijk heel gewoon, ik voelde me er nog helemaal thuis." Excuus Natuurlijk was het moeilijk, die eerste dag. „Maar dat heb ik bij elke nieuwe' choreogra fie. Op de dag dat ik moet beginnen, heb ik het Uefst last van mijn knieën, zodat ik een excuus heb om die dag niet te hoeven ko men. Altijd weer als je begint, moet je je op nieuw bewijzen. Dit keer nog meer dan normaal. „Alle ogen zijn nu natuurlijk op me gericht. Maar ach, ik heb nooit angst dat ik het niet meer kan. Ik denk er wel eens over na als ik een slechte dag heb. Maar ik denk over zo veel dingen na zonder dat ik er verder onder gebukt ga. Zoals hij ook niet lang stil wil staan bij zijn aanstaande 65ste verjaardag. „Je krijgt van die brieven thuis dat je pensioen krijgt, AOW krijgt. Dat is de gewoonste zaak van de we reld. Wat? Of ik een bejaardenpas aanvraag, 65+-korting op het openbaar vervoer? Ik haat het openbaar vervoer! Ik ga zelfs naar de melkboer met de auto. Ik beweeg de hele dag al genoeg. Maar door die brieven krijg je volop gelegenheid om over die leeftijd na te denken. En het enige wat ik eigenlijk gedacht heb, is: ik zal toch geen ontslag krijgen? Nou ja, ik heb niks gehoord. Anders moet ik gaan free-lancen." Van stoppen is geen sprake. Integendeel. Hans van Manen is met zijn gedachten louter bij nieuwe balletten. „Op mijn dertiende ben ik begonnen als grimeur-toneelkapper. Dat betekent dat ik vandaag de dag al 52 jaar in het theater werk. Dat is meer dan een halve eeuw. Verdomd lang. Ik denk dat er weinig mensen zijn die op hun 65ste al 52 jaar aan hun carrière bezig zijn. Campers, vrijetijds- kleding, ik moet er niet aan denken. Ik zou gek worden. Ik ben niet van plan ooit op te houden met werken. Trouwens, als ik van mijn pensioen zou moeten leven, kan ik net zo goed meteen uit het raam springen. Dan moet ik dit huis verkopen, want dat kan ik dan niet meer betalen. Ik heb mijn hele leven alles wat ik verdiende altijd meteen uitgege ven. Ik vind alles leuk... eten, vrienden... Ik heb altijd gewoon van de ene dag in de ande re geleefd." Stokoud Hij reafiseert zich wel dat hij in de ogen van de meeste dansers een oude man is. „Voor een 19-jarige is iemand van 65 natuurlijk stokoud. Ik denk wel eens, stel ik was niet ho moseksueel, en ik was getrouwd en ik had kinderen en die hadden ook weer kinderen en die waren dan nu gekomen: 'Opa, opa'. Ik zou gek worden. God zij gedankt! Ik zou trou wens meteen zeggen: 'Opa, niks opa. Ik heet Hans'. Het leuke van het vak choreograaf is dat ik de hele dag met jonge mensen omga. Maar iedereen zegt 'je' en 'jij' tegen me. Ik wil geen Mister B. genoemd worden, zoals Balanchi- ne. Ik dank je feestelijk. Ik denk ook niet dat veel dansers zich realiseren dat ik al zo oud ben. Ik koop nog meteen de nieuwe Prince. Ik kan zelf nog goed dansen, vooral op oude jazz. In de disco doe ik zó." Hij gaat staan en begint meteen met zijn armen en hele lijf te swingen. „Ik ga niet meer zo uit mijn dak. Het hoeft niet meer zo uitbundig als vroeger, ik ben veel bescheidener. Maar ik ga meteen de dansvloer op, naast een knul van 18." Het is overigens niet zo dat hij nog voort durend in disco's rondhangt. „Ik kom nog wel eens in gelegenheden waar je ook kunt dansen. Maar ik zou niet meer naar de It gaan. Dat heeft geen zin meer. Ik heb een vriend van 45, dat is voor mij dus eigenlijk een snotneus. Ik denk wel eens, waar haal ik de moed vandaan? Ach, je doet een hoop dingen in het leven waar je niet bij nadenkt. Over alles steeds nadenken, dat vind ik ook niet goed." Toch komen de momenten dat hij nadenkt over zijn eigen sterfelijkheid vaker voor. De eerste pionier van het Nederlands Dans The ater, Carel Birnie, is alweer ruim twee jaar ge leden overleden. ,*,En denk je dat als Benno Premsela doodgaat, ik niet met de dood be zig ben? Maar het ergste is dat ik meteen denk: Benno was bijna 76, dus ik heb nog tien a elf jaar. Zoiets heb ik dan. En dan denk ik wel: Benno mankeerde eigenlijk nooit wat, maar plotseling kreeg hij wat. Dat kan mij nu ook overkomen. Alleen ben ik niet van plan me bezig te houden met plotseling. Dan moet ik ook na gaan denken over de straat oversteken en hoe je van de Eiffeltoren kunt vallen. Dan kun je wel aan de gang blijven." Homoseksualiteit Hans van Manen wil zich gewoon niet teveel sores maken. Dat heeft hij nooit gedaan. Zelfs de ontdekking van zijn homoseksuali teit (al op zijn elfde had hij contacten met mannen) heeft hem geen moment gehinderd of gefrustreerd. Waar anderen hun geaard heid angstvallig voor familie en de maat schappij verborgen, was het voor Hans van Manen de gewoonste zaak van de wereld. „Ik had al snel zoiets van dat ik duidelijk niet de enige op de wereld was. Mijn moeder vroeg toen ik een jaar of vijftien was of ik homo seksueel was. Ja, zei ik. Vind je het erg?, vroeg ze. Nee, zei ik. Nou, gelukkig dan maar. En dat was het." In de kring van vormgever Benno Prem sela, belangrijk strijder voor homo-emanci patie, leerde hij ook verder op zelfbewuste manier met zijn homoseksualiteit omgaan. „Ik heb het nooit onder stoelen of banken ge stoken. Wanneer dan ook. In de ogen van de mensen die mijn vriendert waren, moest dat ook. Als je A zei, moest je B zeggen." En dat deed hij. Het leidde in het Amsterdam van de jaren vijftig wel regelmatig tot macho-agres sie. „Nou dan zette ik mijn handen in mijn zij en dan ging die bek open. Wat ik zei, zal ik maar niet herhalen. Schelden. Dan was ik een straatjongen hoor! En als dat niet hielp, dan kon ik ontzettend hard lopen." Later schuwde hij de homo-erotische the matiek ook niet in zijn balletten. „Ik heb na tuurlijk een vak, waarin homoseksualiteit al tijd vanzelfsprekend was. Vooral de buiten staanders dachten toch al dat alle dansers nichten waren. Nou, als ze dat toch dachten, was het helemaal makkelijk. Tegenwoordig is de danswereld zo hetero als de. klere. Maar als je hetero bent en je zegt dat je danst, moet je eens kijken wat voor gezeik je dan krijgt. Die jongens hebben pas echt iets uit te leggen. Het beste wat ze kunnen doen, is zeg gen: mag ik je even aan mijn vrouw voorstel len." Boek Hij heeft geen bijzondere wensen meer, geen specifieke doelen die hij nog wil bereiken. „De eerste keer dat ik door Bibeb werd geïn terviewd, ik was zo trots als een pauw. Wat dacht je. En het gevoel als er voor de eerste keer een ballet van jou gaat in de Parijs Ope ra. Dat heb ik bij alle grote theaters gehad. Maar ach... ik vind een herhaling van een ballet nu ook leuk. En zoals die Italiaanse prijs. Ik ben nooit bezig geweest met het win nen van prijzen. Kijk, bij tennis, als je hebt gewonnen, krijg je de prijs. Zelfs als je hebt gewonnen, omdat de tegenstander slecht speelde. Maar je ballet-kan nog zo goed uit vallen, je kan een meesterwerk maken, dat betekent nog niet dat je er een prijs voor krijgt. Ik heb ook nog nooit iets gemaakt en daarbij gedacht aan een prijs. Dat zal ook wel de reden zijn waarom ik het nog steeds leuk vind als ik iets krijg. Van Manen heeft nog voldoende wensen, maar niet dit soort dingen. „Ik ben toch ook nooit bezig geweest te bereiken dat er een boek over mij werd geschreven? Zoiets is na tuurlijk buitengewoon eervol, maar ik heb het boek nog steeds niet gelezen. Ik voel me wel verplicht om dat op een gegeven mo ment te doen. Ik zag het laatst liggen hij mijn boekhandel, twee exemplaren, en had toch een soort verlegenheid. Maar toen kwam ik bij The American Bookshop en daar liggen nu vijf verschillende biografieën over Tiger (Woods), 21 jaar en US Champion golf. Vijf van zulke pillen. Nou dacht ik, ik hoef me geen enkele zorg meer te maken. Ik voelde me niet meer schuldig, niks meer." Het kwetst hem ook helemaal niet dat het boek zo slecht is gerecenseerd. „Ik vind het wel vervelend voor Eva van Schaik, maar ik ben alleen het onderwerp. Niet meer. Als mijn eigen fotoboek bij De Slegte zou liggen, zou ik dat vreselijk vinden. Maar als dit boek bij De Slegte komt, heb ik zoiets van oh gut, helemaal niet erg. Dan wordt het tenminste flink verkocht." Nee, als er nog. een vorm van ijdelheid is, die hem sterk bezig houdt, dan is het zijn in Armani-pak gestoken verschijning. „Ik hen dol op kleren. Ik vind het leuk om mooie kle ren te kopen, ik vind het leuk om er goed uit te zien. Daar doe ik ook serieus mijn best voor. Ik eet weinig. Ik ga op mijn manier in concurrentie met de dansers. Enig vind ik het als ik een zaak binnen ga waar ze je zo van boven naar beneden bekijken en dan zeggen: 'Maat 52'. En dan zeg ik: 'Nee hoor, 48'. Daar geniet ik van. Willem Nijholt vroeg of ik ook zo'n last had van het ouder worden. Ik heb er nooit last van. Ik voel me goed, gezond. Ik zie wel in de spiegel dat ik ouder word. Dus ik kijk gewoon niet meer zo vaak in de spiegel."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1997 | | pagina 33