PORT
Dma lenigt nood van
gedreven zeilster
Op het water
kent Femke Dekker
slechts vijanden
HET TALENT
Olympisch zilver
geen garantie voor
Margriet Matthijsse
Zoonlief
Ierdag 24 mei 1997
De grootmoeder van Carolijn Brouwer snapt
e topsport in elkaar steekt. Vorig jaar stond zij
aar auto af aan haar zeüende kleindochter,
voordat het NOCNSF het vervoersprobleem
1 de wereldkampioene in de Europese-klasse
derkende.In de oude witte Volvo van mijn
a, een stuk blik zonder trekhaak, kon ik in elk
geval de Belgische grens halen", zegt de
-jarige Leidse zeilster, inmiddels in het bezit
ran een olympische auto van het NOCNSF.
ilaar de ambities van Brouwer reiken verder
dan de Benelux. Zij boekte bijna overal ter
ireld al belangrijke overwinningen. Alleen de
rerste reis, naar olympisch goud in Sydney,
:ft zij nog voor de boeg. Om die met succes af
te voltooien is oma's Volvo niet genoeg.
Carolijn Brouwen „Ik ben altijd gewend geweest om alles alleen te doen."
FOTO THEO GROOT
Ook met de olympische auto die voor
het ouderlijk huis in Voorhout staat te
blinken, is Brouwer nog niet uit de brand.
Tot nu toe heeft de Leidse studente zich
zelf kunnen redden, maar in de aanloop
naar Sydney zoekt zij uitgestoken handen.
,,Ik ben altijd zelfstandig geweest, gewend
om alles alleen te doen", zegt zij, terwijl zij
opstaat om thee in te schenken. Geduren
de het interview piept de telefoon herhaal
delijk. Wie niet beter weet zou denken
met een jonge zakenvrouw te doen te
hebben. Dat is een wens voor later, maar
eerst wil Brouwer zeilen, in de
Europe-klasse, met de besten ter wereld.
,,De één heeft nu eenmaal meer begelei
ding nodig dan de ander. Maar hoe veel
medewerking ik ook krijg, ik wil nooit af
hankelijk worden van het Koninklijk Ne
derlands Water Verbond."
Deze zomer beraamt de gedreven Leid
se een dubbelslag. Het knullig dicht op el
kaar geplande Europese kampioenschap
in Athene (tot 20 juli) en het wereldkam
pioenschap in San Francisco (vanaf 24 ju
li) staan bovenaan haar verlanglijst. Om
tussen begin juli en begin augustus twee
keer goud te kunnen veroveren, regelt
Brouwer zich nu al een slag in de rondte.
,,Ik heb een manager nodig. In juni ga ik
met een meneer praten", zegt zij kordaat.
„Nu staat mijn moeder mij vaak bij, maar
op deze manier kom ik niet aan mijn stu
die toe."
Niets ten nadele van haar moeder, maar
Brouwer staat een professioneler aanpak
voor. Pas dan kan zij haar hoge doelen
verwezenlijken. Want niet alleen als zeil
ster, ook als studente Talen en Cultuur
van Latijns-Amerika loopt zij over van
ambities. „Dit jaar staat voor mij in het te
ken van afstuderen. Mijn «tudie-adviseur
raadt me af dat al in september te doen,
vooral omdat ik zo'n drukke zeilzomer
heb. Maar mijn afstudeerdatum kan ik al
tijd nog opschuiven naar november. Die
druk moet ik erbij hebben. Ik kan boven
dien goed plannen. Al moet ik toegeven
dat ik geen week ziek mag worden, want
dan haal ik september zeker niet."
Ook na haar studie blijft het leven van
de gedreven sportvrouw uit meer bestaan
dan alleen maar zeilen. Brouwer moet wat
om handen hebben en is energiek genoeg
om op gezette tijden flex-arbeid te ver
richten. „Je kunt een zeilster nu eenmaal
niet binden aan vaste tijden. Maar op uit-
zendbasis moet ik wat kunnnen vinden.
Het is niet waarschijnlijk dat Brouwer
dan weer op een ambassade terechtkomt.
In het kader van haar studie liep zij drie
maanden stage op de Nederlandse am
bassade in Brasilia, de hoofdstad van haar
geboorteland. Ondanks de haar onbeken
de regelmaat (opstaan, werken, hardlo
pen, eten, slapen) en het alleraardigste
Braziliaanse gastgezin („Kennissen van
mijn ouders") miste de studente wat in
Brasilia. „De sfeer op de ambassade vond
ik heel formeel. Ik had me willen mengen
onder de Brazilianen, maar verkeerde in
een gesloten Hollands wereldje. Daarbij is
Brasilia een saaie, 'gemaakte' stad, die tij
dens het carnaval helemaal leegstroomt.
Jammergenoeg had ik geen tijd om mijn
geboorteplaats Rio de Janeiro te bezoe
ken."
Brouwer, als 'die lange Hollandse' een
bezienswaardigheid in Brazilië, had tij
dens haar stage slechts tijd voor één uit
stapje. Zij aanvaardde in dank een uitno
diging van de Griekse zeilbond om deel te
nemen aan Eurolympische wedstrijden in
Atiiene. „Mijn ticket lag klaar, al ging dat
niet verder dan Amsterdam. Het verschil
met Brazilië heb ik uit eigen zak betaald.
Ik hoopte dat ik dat op het water zou te
rugverdienen." Dat gebeurde. Brouwer
vloog, zeilde en won zonder training de
hoofdprijs in een speciaal voor haar ge
charterde boot. Bij terugkomst in Brasilia
moest zij de gemiste week op de ambassa
de wel inhalen. Geen probleem. „Maar het
bedrijfsleven trekt mij meer dan de diplo
matie. Ik verwacht er meer actie."
Net zoals op de wateren van het Zuid-
-Franse Hyères, waar Brouwer tot ieders
verbazing vrijwel onvoorbereid de hoog
aangeschreven internationale regatta op
haar naam schreef. „In een olympisch jaar
had ik me zo'n voorbereiding niet kunnen
permitteren. Ook andere topzeilsters had
den zich minder goed voorbereid dan an
ders. De subtop daarentegen was een stuk
dichterbij gekomen. Door mijn eerste
plaats zit ik in de A-kernploeg van het
Verbond en kwam ik bij het NOCNSF op
de wachtlijst voor een olympische auto."
Brouwer had in Hyères net zo min als
deze week bij de Spa Regatta in Medem-
blik iets te vrezen van haar vriendin en ri
vale Margriet Matthijsse. De Maasdamse,
tweede tijdens de Olympische Spelen,
herstelt van een hardnekldge schouder
blessure die zij afgelopen winter met haar
snowboard opliep. Noodgedwongen
houdt Matthijsse zich onledig met bezig
heden op de wal, zoals de coaching van
haar rivale. Brouwer, die verwacht dat zij
Matthijsse bij de Kieler Woche weer als
concurrente aantreft: „Op het water gaat
het hard tegen hard, maar aan wal drin
ken wij samen een biertje."
Nu al weten beide zeilsters, dat hooguit
één van hen in Sydney in de Europe-klas
se mag uitkomen. Atlanta ging aan de
Uitgerekend de succesvolste Oranje
zeilster van het olympische water van
Savannah staat het zwaarst onder druk.
Margriet Matthijsse pakte zilver op de
Atlantische Oceaan nabij Atlanta, kon
daardoor de prestigieuze Conny van
Rietschoten-trofee in haar prijzenkast
bijschuiven, maar de Maasdamse voelt
in haar Europe-klasse de hete adem
van Carolijn Brouwer in de nek. Zo de
Leidse studente zich nu al niet de beste
Nederlandse zeilster in die bootklasse
mag noemen.
Achter de naam van Brouwer staat
inmiddels een lijst vol overwinningen,
waar Matthijsse (20) alleen de tweede
podiumplaats in Savannah tegenover
kan stellen. Maai- die zilveren plak
straalt nu eenmaal feller dan Brouwers
eindzeges in Hyères (vorig en dit jaar),
de Spa Regatta 1996, de Christmas Race
Palamos in Spanje, het wereldkam
pioenschap 1996 bij Palma de Mallor-
ca, waar de meeste olympische deelne
mers overigens ontbraken, en de voor-
jaarswedstrijd in Athene 1997.
neus van Brouwer voorbij omdat zij zich
ten tijde van de extreem vroege selectie
nog aan het omscholen was na een mis
lukt uitstapje in de 470. „Dat heeft haar de
Spelen gekost", beweert Roy Heiner, die
wel in Savannah was en olympisch brons
in de Finnjol won. „Maar ik vind Carolijn
toch beter dan Margriet. Zij zal heel hard
moeten werken om Carolijn bij te hou
den."
Misschien beschikt Matthijsse ook niet
over zo'n meelevende grootmoeder als de
inmiddels 88-jarige oma van Brouwer.
Want zij gaf haar niet alleen haar auto ca
deau, maar betaalde ook de verzekering
en de belasting tot en met 31 december.
Een tegenprestatie hoeft kleindochter niet
te leveren. Brouwer: „Wel ga ik soms op
bezoek bij mijn oma in Voorschoten. Dat
kost mij geen enkele moeite, want ik kan
het goed met haar vinden. Zij vindt het
prachtig als ik kom. Door zo'n bezoekje
van een half uur leeft zij volgens mij weer
een jaar langer."
azenden kinderen
de regio sporten,
misschien wel
inderden van hen
orden als 'talent'
beschouwd.
Toptalenten zijn
chter schaars. In
n serie van twaalf
ïveringen schenkt
ze krant aandacht
aan deze
veelbelovende
srters uit de regio.
In de derde
levering komt de
17-jarige Leidse
roeister Femke
Dekker aan bod.
'liker boekte zowel
Ide junioren als bij
de senioren
verwinningen op
Ie internationale
Kit eren, met als
voorlopig
hoogtepunt de
wereldtitel voor
junioren in de
dubbel-vier.
Femke Dekker prijst zich in het geluk
kige bezit van drie ouders. Behalve op
haar vader Tony en moeder Mary kan
de 17-jarige Leidse roeister altijd terug
vallen op haar coach Marion Lange-
zaal. Die ziet de HAVO-scholiere na
melijk net zo vaak als haai' ouders,
want als Dekker niet eet, slaapt of naar
school gaat, is zij op het water te vin
den. „Marion is als een tweede moeder
voor mij."
Wat dat inhoudt blijkt tijdens het ge
sprek met de fanatieke wereldkam
pioene bij de junioren (dubbel-vier) in
bijzijn van 'moeder één' en vader op
een zonnige namiddag in mei. 'Bemoei
je daar nou niet mee' en 'daar weten
jullie niets van' zijn zón beetje de aar
digste teksten die de 1,87 lange roeister
haar ouders naar het hoofd slingert.
Femke Dekker flapt er nu eenmaal ge
makkelijk wat uit, maar ze bedoelt het
- zegt ze - niet vervelend. Het zit in
haar karakter opgesloten en bovendien
was het vroeger veel erger. „Mensen
die me kennen, weten dat ik het niet
meen. Al heb ik wel eens medelijden
met Marion, want die krijgt bij het
roeien ook heel wat over zich heen.
Hoewel dat er niet altijd van af
straalt, beleeft Dekker al zeven jaar veel
plezier aan de roeisport. Toen zij zich
door buurjongen Victor Visser liet ver
leiden tot haar eerste halen („Het
duurde wel lang voor ik los op het wa
ter was"), was de dochter van de voor
malige wedstrijdzeiler Tony Dekker
meteen verkocht. Van huis uit kan zij
zo naar Die Leythe varen en bij die
roeivereniging zagen kenners het in
een oogopslag: hier hebben we een ta
lent.
Maar de weg naar de wereldtop is
lang, zeker voor een ongeduldig type
als Femke Dekker. Haar loopbaan ver
toont weliswaar gelijkenis met een lei
en dakje, maar toch kent ook de num
mer drie van het junioren-WK 1995
(dubbel-twee) en de kampioene van
1996 haar sombere momenten. Na de
wereldtitel had zij even een dip. Het
strakke schema van hoofdcoach An
dreas Leichtfuss, waarin nauwelijks
plaats is voor uitgaan, McDonalds en
vakantie met haar ouders, kwam haar
even de neus uit. „En dan die eeuwige
vermoeidheid, waardoor ik soms maar
met één oog tv zit te kijken. Al moet ik
toegeven dat je de vermoeidheid min
der voelt als je wint."
Desondanks kan haar moeder het
niet over haar hart verkrijgen om doch
terlief na een zware reeks wedstrijden
bij thuiskomst aan de afwas te zetten.
„Eén keer was Femke zelfs zo vermoeid
dat we haar naar bed hebben moeten
dragen. Dan kun je haar toch ook geen
baantje laten nemen. Wij als ouders
zijn er voor de feedback, dat ze zich
kan afreageren, voor de voeding en
voor de financiën. En we volgen haar
bij haar wedstrijden. Als ouder ben je
apetrots als je daar staat." Het genoe
gen blijkt niet altijd wederzijds. „Als
mijn vader tijdens een wedstrijd
meefietst, geeft me dat een fijn gevoel,
maar vlak voor de wedstrijd hoef ik
mijn ouders niet te zien."
Als zij in een roeiboot stapt, wordt
Dekker een ander mens. „Ik haat ver
liezen. Op het water heb ik vijanden.
Iedereen vindt mij dan arrogant. Maar
ik moet mij concentreren. Eigenlijk
ben ik dan relaxed. Na een wedstrijd
ben ik niet snel tevreden. Wel probeer
ik positief te blijven denken. En een
maal uit de boot ben ik een vrolijke
meid. Door het roeien ben ik ook veel
socialer geworden.
Haar ouders wisselen een vluchtige
maar veelbetekende blik uit. Socialer,
vrolijk, nu ja, af en toe, als de goudvink
met de olympische roeiers een zege
tocht maakt door de Amsterdamse
grachten. Maar een eigenschap die
haar dochter veel meer typeert is haar
onverzettelijkheid. „Femke is niet tut-
terig", zegt moeder Mary. „Een door
douwer, net als de rest van het gezin.
Haar zus Annelieke heb ik eens onbe
wust drie dagen met een gebroken
hand laten doorlopen, tot zij van
school naar huis werd gestuurd. Verder
lijken die meiden niets op elkaar. Han-
nelieke (21) is helemaal niet sportief.
Met haar kan ik lekker winkelen of naar
het strand gaan."
Dat gaat Mary Dekker gemakkelijker
af dan een tochtje in een werry. „Dat
heb ik ook eens geprobeerd. Wat is dat
zwaar om die bladen tegelijk in het wa
ter te krijgen. Ik ben sindsdien nog
trotser op Femke. Dat mijn kind dat
kan! Van dat ene tochtje heb ik weken
spierpijn gehad."
Maar moeder Dekker bracht het er in
elk geval nog altijd beter vanaf dan de
meeste klasgenoten van Femke, die
eens een kijkje bij Die Leythe kwamen
nemen. „Van de dertig durfden er
maar tien in te stappen. Roeien is nog
steeds een weinig bekende sport, al
wordt het beter door de olympische
successén."
Daaraan wil Femke Dekker in 2000
in Sydney ook deelhebben. Hoewel ze
in augustus in het Belgische Hazewin-
kel eerst nog haar derde junioren-WK
wil afwerken, meldt zij zich nu al aan
voor seniorenwedstrijden om zich te
harden. In Keulen won zij in haar ge
liefde skiff de internationale regatta
voor roeisters onder de 23 jaar. De bes
te race van mijn leven, jubelde zij na
afloop.
„Maar", relativeert zij, „het echte
roeien ken ik nog niet. Bij de senioren
krijg je aandacht van de media, kle
ding, sponsoring. Dat zou ik ook wel
willen. Ik vind het namelijk niet leuk
om altijd maar op mijn ouders zak te
teren."
23
Ruzie in de familie Bleeketnolen!
Oplettende buurtbewoners ver
trouwden het zaakje al enige tijd
niet. Ze vingen soms bij het uit
laten van de hond, terwijl ze het
landgoed van de Bleekemolens
passeerden, de wildste geruchten
op. Zou er iets zijn met de
Bleekemolens? Men kon het zich
moeilijk voorstellen en haalde
daarom cle schouders erover op.
De Bleekemolens staan goed be
kend. Perfecte lui. Geen centje
last van. Vooral vaderen zoon.
In één woord: grandioos. Wat je
noemt: zo vader, zo zoon. Kijk
niet raar op als die het nog eens
gezellig met zijn tweetjes tot Zo
VaderZo Zoon brengen. En die
geruchten Verbeelding allicht.
Nee, met de Bleekemolens zit het
wel goed: een beste familie.
Maar juist in de beste families
komt ruzie voor.
In het Haarlems Dagblad las ik
er dinsdag het fijne van.
Het bericht van de familieruzie
in de familie B. (de advocaat
van cle krant verbiedt mij de fa
milienaam van de familie B. in
dit verband voluit te noemen)
houdt mij cle hele week al bezig.
Erboven stond: 'Familieruzie in
Zandvoort'.
Het bericht laat zich lezen als
een ingewikkelde puzzel, waar-
schijnlijk om repressailles van
de familie B. te voorkomen.
Op het circuit van Zandvoort
waren 12.000 bezoekers onge
wild getuigen van cle ruzie, zo
begint het bericht. Hierna volgt
het gehele programma van de
Pinksterraces. Hoogst interes
sant. Maar hoe zit het nu met cle
familieruzie, vraag ik me af.
Zijn er nog overlevenden van cle
familieruzie? In de Tarzanbocht
moest RolfEimermacher uitzijn
bolide worden gezaagd, neemt
het berich t plotseling een andere
wending. Hij brak zijn been. Lo
gisch! Buitengewoon gevaarlijk,
dat gezaag. Maar hoe zit het nu
met die familie? Wie begon? Wie
kwam er van rechts?
Het bericht pakt nu de Formule
Ford beet:Vier rijders werden
gediskwalificeerd vanwege hun
gedrag op de baan.
Meer niet.
Welk gedrag?
Geen voorrang verleend? Rechts
ingehaald? Te hard gereden? De
wegenbelasting te laat overge
maakt? Hinderlijk getoeterd?
Het bericht laat mij in het onge
wisse en gelukkig ook maar. Ik
ben slechts geïnteresseerd in het
wee van de familie B.
Maar cle autosportmedewerker,
een verre neef van Hitchcock en
- niets sluit ik uit - mogelijk door
dezelfde advocaat van de krant
tot enige beheersing gemaand,
houdt ons in een onmenselijke
spanning en schudt nog een
anekdote uitzijn mouw. De
winnaar van een race in België
vergiste zich bij de start: ,,Ik zag
een '5' op een bord en in België
beduidt clat het aantal minuten
tot cle start. Op Zandvoort gaat
het 'awel om seconden'.
Ja, zal best. En op de Bahama's
gaat het altijd om dagen, maar
hoe zit het nou met???
Eindelijk!
Vader Michael en zoon Sebcisti-
aan streden om cle derde plaats.
Uit het artikel: ,,De kansen van
B.-senior om de kop te benade
ren werden cloor zoonlief geblok
keerd.
De zoonlief-in-kwestie noemde
de blokkade verdedigend rijden.
Mijn och tendblad drukte zich
iets preciezer uit: voortdurend
zigzaggend pa achter zich ge
houden. Een andere krant:
zwabberend van rechts naar
links. De vaderlief-in-kwestie
stelde zoonlief via cle krant huis
arrest, zakgeldinflatie en drie
weken zoncler-verhaaltje-naar-
bed in het vooruitzicht.
Zoonlief antwoordde dat hij pa
zo gauw niet had herkend.Was
dat mijn vacler dan, die in mijn
vaders racewagen, met mijn va
ders racenummer, vlak achter
mij racete?" De vader: ,,Hij wist
het!Hij heefteen nieuwe bril.
Die heb ik zelf betaald. Een rib
uit mijn lijf.
Nadien zijn u en ik on thouden
van nadere berichtgeving over
cle familietwist in cle familie B.
Ik heb cle overlijdensadvertenties
erop nagelezen. Taal noch teken
over de B. 's.
Maar géén bericht is goed be
richt. Hqpelijk komt junior er
nog dit raceseizoen op om de
suikerpot in seniors benzinetank
te ledigen en maakt senior van
juniors verzameling Michel
Vaillant-stripboeken nog eens
een mooie brandstapel.
Elkaar eikaars pitspoezen af
pakken, prima gedachte. Gooien
met taart desnoods. Alles mag!
Femke Dekker rust in de achtertuin van haar ouders Tony en Mary uit van alle roei-vermoeienissen.
FOTO LOEK ZUYDERDUIN