terwijl je leert Dollard ietsroute Misplaatst imago van 'n 'armoedzaaiersprovincie' Bourtange: Groninger meer jor het eerst dit jaar kan de Dollard fietsrou- worden gereden, een grensoverschrijdende jtsroute van ongeveer 180 kilometer lang. ie Winschoten als uitvalsbasis neemt, rijdt ■rst naar Nieuwe Statenzijl (waar niet lang lieden - aan de soms onderlopende oever m de Dollard - een modern gelijnde vogel- Uiut werd geplaatst). Vandaar gaat het weer jdwaarts naar de Nederlands /Duitse grens- <r ergang van Nieuweschans, waarna onder eer Bunde, de heidevelden bij Stapelmoor, eren Jemgum worden gepasseerd. Ditzum dient vervolgens de veerboot naar jlfeijl te worden genomen (tussenstop in \jnden). De oversteek duurt circa twee uur. aAppingedam, het Schildmeer en Nieuwol- i wordt ten slotte Winschoten weer bereikt, leraard kan het traject ook in omgekeerde ihting worden gereden. Een brochure met beschrijving van de route (met hoteladres- en belangrijke telefoonnummers en der- olijke) is bij alle WV-kantoren in Oost-Gro- ïgen verkrijgbaar. Let op: het pontje tussen tzum en Delfzijl vaart niet elke dag en heeft beperkte capaciteit. Fietsers doen er daar- verstandig aan van tevoren een plaats te erveren. Het lage land onder de hoge lucht; deel van het traject v n de Dollard Fietsroute bij Nieuw Statenzijl, FOTO'S HANS VAN WEEL achen Een: heel enkele keer wordt er ook wel eens ie- rftand boos. Zoals die leraar die het museum Hfjvan majesteitsschennis betichtte. Natuurlijk, hij had de leerboekjes aan zijn zijde. Willem- van. Oranje schijnt inderdaad geen 'shit' te hebben geroepen toen Balthasar Gerards (ei genlijk Gérard) hem op 10 juli 1584 drie kogels door het lijf joeg. Stervend steunde de Vader des Vaderlands (vrije vertaling uit het Frans): 'Mijn God heb medelijden met mijn ziel, heb medelijden met dit arme volle'. Trillend van woede pende de waarheidsgetrouwe kinder opvoeder in het gastenboek dan ook dat 'die kwalijke grap' onmiddellijk uit de expositie verwijderd diende te worden. Het zal wel aan de naam van het voetbalstadion van Veendam lig gen: 'De Lange Leegte'. Of aan de producten die er werden (en wor den) gemaakt: strokarton en aard appelmeel. Misschien ook, zijn het de naargeestige beschrijvin gen van dorpen als Nieuwe Pe- kela, Finsterwolde en Beerta. Of was het soms toch W. F. Hermans die Oost-Groningen zijn slechte, ten hemelschreiend slechte imago bezorgde? De schrijver in zijn bekende, danig overschatte polemistenstijltje: 'Hoe kaal en plat is dit land, waar alleen de bo men in de buurt van de boerderij en uit opsteken als bossen schaamhaar'. Hoe het ook zij, van het oosten van Groningen bestaat een bééld dat in Nederland zijn gelijke niet kent. Ondanks die aantrekkelijke streek rondom Vlagtwedde (waar in Smeerling in charme niet on derdoet voor het veel bekendere vestingdorp Bourtange), ondanks Kurort Nieuweschans met z'n magnifieke Voorstraat, ondanks ook Spijk, dat schitterende, zo gaaf gebleven wierdedorpje niet ver van de eveneens altoos met wind, water en werkloosheid ge associeerde Eemshaven. Hermans kortaf: 'Een armoedzaaiersprovin cie, dat is het'. Maar zoals zo vaak, keek de au teur van één van de mooiste Ne derlandstalige boeken die na de Tweede Wereldoorlog verschenen ('Nooit meer slapen') weer eens niet verder dan zijn neus lang was. En luisterde hij aan de bor reltafel grijnzend en met instem mend geknik naar de moppen die over de streek en de mensen die er woonden werden verteld. 'Toen de Schepper de Groninger boer maakte, boetseerde hij als laatste de mond. En niet zodra had Hij die handeling verricht of de boer sprak: Van mien laand óf" Hermans is dood en zal niet meer met eigen ogen kunnen zien hoe misplaatst zijn mening was. Hoe heerlijk het is langs de Pekelder Aa te rijden; over de met boeren- paleizen afgezoomde Hoofdstraat van Bellingwolde; door de omge ving van Sellingen. Hoeveel meer het oude centrum van Appinge- dam te bieden heeft (Solwer- derstraat, Hoije aan het Gouden Pand) dan alleen maar die over bekende hangende keukens. Hoe leuk en origineel de musea er zijn. En - het belangrijkste misschien nog wel - hoe rustig het er is. Vo rige week van Ter Apel naar Nieu weschans gefietst. Geen tegenlig ger gezien. Informatie: Provinciale VW Groningen, telefoon 06 - 32 02 30 50. Geen haar op het hoofd van museumbeheer der John van der Spoel die daaraan denkt. Te meer daar hij al meteen bijval kreeg. Nog die zelfde dag kalkte een andere onderwijzer on der de eis van zijn collega: 'Ik zou wel eens willen zien wat jij zegt als je vermoord wordt'. Van der Spoel: „En dat is natuurlijk het beste antwoord dat je kunt geven. Dit museum pro beert op speelse, zeg maar humoristische wij ze de geschiedenis op te roepen. Wat - meen ik uit de reacties te kunnen opmaken - prima is gelukt." De naam van het museum noodt niet direct tot het maken van een omweg. 'De Slag bij Heiligerlee'; wat kan dat nou meer wezen dan een opgegraven kanon, het authentieke, met roestputjes gemazelde zwaard van Prins Adolf, een paar gravures waarop in ijzeren kleding gestoken mannen elkaar naar het leven staan en de onvermijdelijke banieren, vlaggen en andere nutteloze prullaria die bij zes- en ze ventiende eeuwse knokpartijen altijd over het slagveld werden gesjouwd? Van der Spoel: „Over de presentatie is heel lang nagedacht. Het moest vooral niet te saai worden." TI JDCAPSULE En daar zijn de inrichters uitstekend in ge slaagd. Het krioelt in Groningen van de koste lijke musea ('De Theefabriek' in Houwerzijl, 'Het Hoogeland' in Warffum, 'Het Verzamel- museum' in Veendam, 'Het Kinderwagenmu seum' in Nieuwolda, het is slechts een greep), maar deze behoren zonder enige twij fel tot de provinciale top en qua originaliteit hebben ze zelfs hun gelijke niet. In 'De Slag bij Heiligerlee', dat werd onder gebracht in een wat onopvallend pand, recht tegenover het ook al zo aanvallige, eveneens door Van der Spoel beheerde 'Klokkengieterij- museum' te Heiligerlee, brengt zelfs een klas jonge schoolkinderen met gemak een uurtje zoet. De aantrekkelijkheid van het museum zit 'm vooral in de aanpak. Bezoekers worden meteen na de entree in een 'tijdcapsule' terug geschoten naar 23 mei 1568, de dag waarop in Heiligerlee de tachtigjarige oorlog begon. Ver volgens wordt in een doolhof van gangetjes, kamertjes en zaaltjes op geraffineerde wijze uit de doeken gedaan wat zich allemaal tij dens de slag (en gedurende de jaren daarna) in de Lage Landen aan de Zee heeft afge speeld. De sleutelpositie in de presentatie wordt inge nomen door vijf videofilmpjes van Robin Plomp. Ze zijn stuk voor stuk leuk. Plomp hus selt de zegeningen van de zestiende en die van de twintigste eeuw op uiterst koddige wijze door elkaar. Met behulp van een aantal ama Beheerder John van der Spoel bij zijn twee musea in Heiligerlee. Rechts het Klokkengieterijmuse um, links het museum 'De Slag bij Heiligerlee' dat vorig jaar zijn deuren opende. teur-toneelspelers uit Heiligerlee en omge ving, maakte hij vijf NOS-televisie journaals, beginnend met de aankondiging dat 'volgens de laatste berichten een troepenmacht onder leiding van de prinsen Adolf en Lodewijk van Oranje de grens van Groningerland is overge trokken'. De journaals zijn perfect nagebootst; met de geschiedenis wordt - zonder de naakte feiten uit het oog te verliezen - hier en daar een loopje genomen. Zo kan het gebeuren dat een nerveuze Willem van Oranje zijn NOS-inter- viewer onderbreekt en opeens een mobiele te lefoon onder zijn tuniek vandaan haalt om verbinding te zoeken met zijn op het slagveld strijdende broers. Adolf krijgt hij niet te pak ken ('Dit nummer is op het ogenblik niet in gebruik, probeer het later nog een keer'); van Lodewijk verneemt hij het trieste waarom: Adolf blijkt gesneuveld. HILARISCH Lachen terwijl je leert. Politiek, achtergronden, de manier waaróp en de wapens waarméé men elkaar aan het eind van de zestiende eeuw in de pan trachtte te hakken... alles wordt op een dan weer serieuze en dan weer hilarische manier gepresenteerd met 'corres pondent' Maarten van der Berg als anchor man. De razende reporter is iemand die bang is voor niemand en deinst er zelfs niet voor te rug onmiddellijk af te reizen naar Oost-Gro ningen als de eerste berichten over de nade rende veldslag Hilversum hebben bereikt. He laas, de verbinding met de dappere, midden tussen het strijdgewoel staande Van der Berg is nog maar net tot stand gebracht of zijn in derhaast opgestelde straalzender wordt ge raakt door een verdwaalde kanonskogel. Waarna een hevig geëmotioneerde journaalle zer de zaak overneemt. Een les in geschiedenis en het is nog leuk ook. Jolm van der Spoel, tot aan zijn VUT werkne mer van Hoogovens, maar nu met hart en ziel verknocht aan het museum: „We zijn pas vo rig jaar maart officieus opengegaan - de offi ciële opening is 6 juni - en publiciteit hebben we nauwelijks gehad. Toch zijn er in dat eerste jaar al veel meer mensen geweest dan we had den verwacht. En dit jaar is het duidelijk nóg drukker. Mond-tot-mond reclame waarschijn lijk. Ik heb al eens gezegd: dit museum ver koopt zichzelf." Informatie: Museum 'De Slag bij Heiligerlee', Provincialeweg 55, 9677 PB Heiligerlee, tele foon 05 97-41 81 99. het ballingsoord voor Oranje-lovers Oost-Groningen kent maar een paar toeristi sche trekpleisters. Bourtange is daarvan zonder enige twijfel de bekendste en daardoor ook het drukbezochtste. In de jaren zestig nog leek het op initiatief van Willem van Oranje opgewor pen vestingdorpje door vergrijzing en ontvol king ten dode opgeschreven. De in 1967 opge richte Stichting Vesting Bourtange echter slaag de erin zoveel geld bij elkaar te schrapen dat in 1972 kon worden begonnen met een zorgvuldi ge reconstructie, die nu zo goed als afgerond is. Hoe naargeestig het ,ooit tussen voormalige, uitgestrekte moerassen gelegen plaatsje moet zijn geweest, blijkt uit het dit voorjaar versche nen boek 'Liefdesleven en -leed van de Oran jes' van Ilona Stein. Daaruit komt naar voren dat Bourtange in de eerste helft van de negen tiende eeuw nog een tijdje als ballingsoord heeft gefungeerd voor lieden die zich door prinses Marianne (zuster van Koning Willem II) het hoofd op hol hadden laten brengen. Al te heetgebakerde lovers werden zonder pardon van het hof verwijderd en voor een afkoelings periode naar de 'desolate Oost-Groningse ves ting Bourtange' gestuurd. Zoals het er nu naar uitziet, gaat het aange zicht van Oost-Groningen omstreeks de eeuw wisseling ingrijpend veranderen. Het tussen Winschoten, Midwolda, Oostwold en Finster wolde ingeklemde akkerland, eigendom van ongeveer vijftig boeren, zal plaatsmaken voor een groot, anderhalve meter diep meer. Dat meer krijgt een oppervlakte van circa achthon derd hectare, ongeveer zo groot als de Loosd- rechtse Plassen. Voor de oevers staan naast 1.800 woningen ook natuurgebieden, recrea tievoorzieningen en jachthavens geprojec teerd. De kosten van aanleg, waarmee in de tweede helft van 1999 dient te worden begon nen, zijn geraamd op om en nabij de vijfhon derd miljoen gulden. In 2002 moet alles klaar zijn. Berekeningen hebben uitgewezen dat het zogenoemde 'Blauwe Stad Project' circa vier honderd nieuwe banen oplevert.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1997 | | pagina 47