'Club 70 is deel van mijn leven1
Samen uit, samen
thuis: zo
hier moeten zijn'
iWi
iVi
Leiden Regio
Eigenaar wil verder met discotheek en grand café
ie vermaarde discotheek Club
D is alweer tien weken dicht,
igenaar Ben van der Hurk zegt
-et zonder erbij na te hoeven
enken. Niet zo vreemd, want
mds een fikse brand zijn zaak
i de as legde, telt hij de dagen
tot hij van de verzekerings
maatschappij mag beginnen
[et de wederopbouw. Hij heeft
jmiddels een architect ge-
uurd, een sloopbedrijf inge-
ihakeld en vergunningen ge-
jgeld. Want wat er straks ook
de Stationsweg verrijst -
m nieuw pand of een opge
lapte discotheek - de Hage-
aar wil verder met Club 70.
/anaf vorig jaar december
eb ik de ene klap na de ande-
f gehad", vertelt de eigenaar.
Serst verloor ik mijn partner
Jet wie ik al 25 jaar samen
as. Na die klap kreeg ik half
'jlbruari een faillissementsaan-
Jaag aan mijn broek. Toen dat
!illissement was opgeheven,
ntstond de brand. Ik had bo-
1 »n net alles vernieuwd. Het
kk en de goten waren vervan-
1 >n. Op de eerste etage had ik
jn snackbar geïnstalleerd met
deuwe apparatuur. Alles is ver
band. Alleen het onderste ge-
kelte is gespaard gebleven."
e fors gebouwde eigenaar is
vijfentwintig jaar met Club
verbonden. Hij begon er als
Drtier en kreeg het pand ze-
■jjn jaar geleden in zijn bezit,
fjub 70 was zo'n beetje de eer-
e discotheek in de sleutelstad,
alf Leiden heeft er zijn eerste
tëhuchtere pasjes op de dans-
Sper gezet. De zaak was de
S[ötste jaren een echt familie
bedrijf. De partner van de Ha-
pnaar runde de zaak boven,
aan der Hurk werkte beneden,
sejjn dochter woonde boven.
""iist omdat zijn leven vervloch-
^'n is met de discotheek, wil
in der Hurk doorgaan. „An-
;rs zou ik niets meer te doen
ïbben. Club 70 is een stukje
Pijn mijn leven."
liefst zou hij een heel
6leuw pand neerzetten. Voor-
jen waren er twee disco's,
jn op de begane grond en een
(2j) de eerste verdieping. De ei-
tnaar wil de disco graag ver-
jaatsen naar de kelder. Zo
ordt makkelijker voldaan aan
fenge geluidsnormen. De rest
Ben van der Hurk voor de resten van Club 70. De eigenaar heeft
grootse plannen met de discotheek. foto henkbouwman
van het pand kan dan een
grand café worden. Een naam
heeft hij al: Benny's Restaurant.
De disco houdt zijn naam.
„Maar of ik dat plan kan uit
voeren, is afhankelijk van wat
de verzekering uitkeert. Een
nieuw pand kost meer dan
twee miljoen gulden. Herbouw
kost ongeveer 1,5 miljoen. Als
ik mijn plannen moet bijstel
len, dan blijft de discotheek op
de eerste etage. De disco bene
den maakt hoe dan ook plaats
voor een grand café."
Van der Hurk neemt nog een
slokje koffie. Hij vertelt dat hij
zich stoort aan de roddels die
na de brand de kop opstaken.
Dat de Hagenaar het vuurtje
zelf zou hebben aangestoken
vanwege de slechte financiële
situatie van zijn bedrijf bijvoor
beeld. De eigenaar ontkent dat
zijn zaak slecht liep. „Hoewel
Club 70 alleen vrijdag en zater
dag open was, had ik een ge
zond bedrijf. Van wat ik op za
terdag verdiende, kon ik leven.
Daar komt bij dat mijn zaak
goede vooruitzichten had als
het stationsplein klaar zou zijn.
Dan wilde ik beginnen met een
grand café dat ook overdag zijn
deuren zou openen.
De roddels worden wellicht
versterkt door het faillissement
dat de Hagenaar als een mo
lensteen om de nek hing. Van
der Hurk daarover: „In de week
voorafgaand aan de brand was
er een faillissementszitting. Ik
had ruzie over de afdracht van
premies met het sociaal fonds
voor het horecabedrijf en het
PVF, een fonds waaruit VUT -
regelingen worden betaald. Zij
hebben zonder vooraf met mij
contact op te nemen een zaak
tegen me aangespannen."
Volgens Van der Hurk eisten ze
een relatief gering bedrag van
hem, ongeveer vierduizend
gulden. De faillissementskamer
van de rechtbank wil geen me
dedelingen doen over de hoog
te van het bedrag, omdat het
faillissement is opgeheven. Het
horecabedrijf bevestigt dat het
vorderingen op Van der Hurk
had tot een bedrag van tiendui
zend gulden. Van der Hurk: „Ik
heb 15.000 gulden betaald aan
de curator en daarmee was het
faillissement direct opgeheven.
Maar ja, niet iedereen gelooft
me als ik dat vertel."
Van der Hurk heeft ook de
schijn tegen, omdat hij de
avond voor de brand zijn dis
cotheek bezocht. Hij wilde fo
to's laten maken van het bene
dengedeelte, omdat daar zou
worden verbouwd. „Er was
niets aan de hand. Alleen de
discolichten deden het niet.
Achteraf bezien was het wel
warm boven, maar daar denk
je op dat moment niet over na.
Dat komt pas later. Politie-on-
derzoek heeft uitgewezen dat
de brand is veroorzaakt door
kortsluiting in een koelinstalla
tie op de eerste etage. De com
pressor is oververhit geraakt."
De eigenaar verwacht niet dat
hij met zijn verhaal alle roddels
kan indammen. Maar hij weet
dat hij iedereen recht in de
ogen kan kijken. Hij vindt ook
steun bij de gedachte dat het
allemaal veel erger had kunnen
aflopen. „Mijn dochter heeft
die nacht al haar spullen en
haar kat zien verbranden. Ze
was helemaal van de kaart. Pas
een paar dagen later besefte ik
dat die brand niet een paar uur
later had moeten ontstaan.
Dan waren mijn dochter en
mijn schoonzoon er niet meer
geweest. Ze zouden in hun
slaap gestikt zijn."
LEIDEN DORITH LIGTVOET
Waarin deze week: het duo Kluck
en Kruijt, alias de Cap Gemini
Twins, vecht om een bureaustoel,
en Leiden bijgevolg geen traan
hoeft te laten over het verdwijnen
van het circus uit de stad.
Wethouder Alexander Pecht-
old wil het circus voor Lei
den behouden. Een gisse
vent, die Pechtold. Nog maar nauwelijks
op het pluche gezeten weet hij al, dat het
verstandig is jezelf bereikbare doelen te
stellen. Niet meteen de stad overhoop
gooien en de wereld op zijn kop zetten.
Nee, beginnen met een simpele missie.
Het circus voor Leiden behouden.
Het is ondenkbaar dat de wethouder
milieu en cultuur ervoor kan zorgen dat
ooit nog een circus zijn tenten zal opslaan
in Leiden. Want dankzij milieuregels, de
cibelmeters en evenementenkalenders is
die tijd voorgoed voorbij. Dat zijn niet te
omzeilen obstakels, waar zelfs een frisse,
jonge wethouder ongenadig zijn gestu
deerde hoofd tegen zal stoten. In Leiden
kan niks meer. Onweersbuien mogen on
der strikte voorwaarden nog wel blijven
woeden, twaalf keer per jaar, maar op de
bliksem mag geen donder meer volgen.
Gelukkig maakt Pechtold zelf deel uit van
een circus. Een circus van enthousiaste
amateurs. De voorstellingen die worden
gegeven in de raadszaal zijn meestal niet
om aan te zien. Zelfs de opperspreekstal-
meester valt ervan in slaap. Maar de rand
verschijnselen maken alles goed.
Er zijn raadsleden die sierlijke pirouettes
draaien, PvdA'ers die van een flinke af
stand blikken in netjes gooien of zich in
een duikersklok laten afzinken in een bak
cement, en wethouders die gehelmd uit
skaten gaan of met een hoge zijden hoed
op in een Rolls Royce plaatsnemen om te
gen de rijrichting in door een tunnel een
lint aan flarden te rijden. Deden ze dat
maar allemaal in de raadszaal. De ge
meente zou sky-boxen kunnen uitbaten.
Hoogtepunt in dit circus was
deze week de act van de Cap
Gemini Twins. Het CDA-duo
Kluck en Kruijt, voorheen verdienstelijke
goochelaars met briefjes die uit de bin
nenzak tevoorschijn kwamen en op raad
selachtige wijze in de mouw spoorloos
verdwenen, probeerde het eens een keer
als messenwerpers. Bij ontstentenis van
de onvermijdelijke assistente in gympakje
met glitters werd wethouder Aart van
Dit beeld verdwijnt uit Leiden. Maar het politieke circus blijft draaien, foto loek zuyderduin
Bochove bereid gevonden tegen het witte
bord plaats te nemen. Die had een glim
mend rood jasje aan; dat stond ook leuk.
Maar helaas, de Gemini Twins gooien
raak. Daar stormt het clownskoppel Herrr-
man Kuklerrr en Marjan de Jonge al met
een brancard de piste in. Van Bochove
wordt opgeraapt, maar ligt alweer in het
zaagsel voordat de kleine stoet zich goed
en wel in beweging heeft gezet. Pas buiten
de tent merken Kuklerrr en De Jonge dat
zij hun ballast zijn kwijtgeraakt.
Het tweetal rent terug naar de piste, waar
Kluck en Kruijt inmiddels in een komisch
gevecht zijn gewikkeld om een bureau
stoel op wieltjes. Om beurten kiepen ze el
kaar emit en gaan ze met de wethouders
zetel op de loop. 't Is bijna net zo hilarisch
als die keer dat paljas Hillebrand de stoel
wegtrok onder August de Goede, juist op
het moment dat die wilde gaan zitten.
Vol goede moed laden de ziekenbroeders
hun lastje weer op, maar nu rijdt Kluck,
met Kruijt in de bureaustoel, de draagbaar
uit hun handen. Voordat iedereen van de
schrik is bekomen is Van Bochove al op
eigen kracht de piste uitgewankeld. „Hier
blijven", gillen IGuck en Kruijt. „Terugko
men, jij. We hebben nog geen vervanger."
Van Bochove luistert niet meer. Die staat
buiten in het donker politiek dood te
bloeden. Hij hoort nog wel in de verte het
klaterende applaus van de tribune. Hij
hoort nog de spreekstalmeester, die roept:
„Dames en heren! Dit was het dan! Onze
sénsationele bloedgroepenstrijd!" Het pu
bliek breekt de tent af.
AAD RIETVELD
Rubriek over straten, lanen, stegen, hofjes, grachten en vaarten in Leiden en omgeving.
Bewoners vertellen over de plezierige kanten van hun woonomgeving maar ook over grote
of kleine problemen. Vandaag de Agaatlaan in Leiden.
Bij de huismeester op het prikbord hangt een sten-
ciltje:
The USA have: Bill Clinton, Stevie Wonder, Bob Ho
pe, Johnie Cash.
We have: Wim Kok, No Wonder, No Hope, No Cash.
„Gekregen van een bewoner", zegt de huismees-
De Agaatlaan in Leiden, één langgerekt flatge
bouw. De woonkolos telt in totaal 230 flats en her
bergt een grote diversiteit aan mensen: werkenden
en werklozen, ouderen en jonge gezinnen, gebo
ren Leidenaars en allochtonen, minder nette men
sen en keurige, oppassende burgers... Het flatge
bouw krijgt momenteel een verfbeurt. Fris groen
en geel, in plaats van afgebladderd en saai grijs en
blauw. Die ietwat treurige mededeling op het prik
bord van de huismeester, dat is wat veel bewoners
voelen. Maar daar moet nu maar eens verandering
in komen, vinden anderen.
„Onderling zijn er heel weinig contacten", klaagt
Adie Tegelaar, bewoonster en voorzitter van de be-
wonerscomissie. De commissie is uiterst actief,
vooral op het gebied van 'vechtklussen'. Keer op
keer gaan de leden de strijd aan, tegen huurverho
ging, omdat de stadsverwarming niet functioneert,
omdat het nu toch eens tijd wordt voor individuele
watermeters... De organisatie draagt de naam 'Sa
men Verder', maar die boodschap wil volgens Te
gelaar de meeste mensen maar niet bereiken. „We
willen zo veel doen, maar het interesseert de
meeste mensen niet. Of je nu een discussieavond
in het buurthuis belegd, of iedereen uitnodigt om
te praten over wat voor kleur verf er bij de opknap
beurt moet worden gebruikt, er komen hooguit ze
ven mensen. Een enkele Nederlander en al hele
maal geen buitenlanders.
Bij Adie Tegelaar in huis is alles kraak- en kraak
helder. Geen stofje op de meubels, de ramen blin
kend schoon. De voorzitter van Samen Verder
houdt niet van troep, dat is meteen duidelijk. „Ik
wil niet discrimineren. We zijn allemaal mensen",
zegt ze. „Maar veel buitenlanders leven toch an
ders dan wij. Er zitten er tussen, die gooien hun
troep gewoon buiten. Die mensen moeten zich
wat meer aan de gemeenschap aanpassen. Oké,
sommige Nederlanders doen het ook, hoor. En
daar heb ik ook de pest aan."
Maar vaak is het vechten tegen de bierkaai, vindt
Tegelaar. Ze heeft net de koude oorlog opgegeven,
die ze voerde met de 'plassers' in de lift en de hal.
De briefjes 'verboden te zeiken' zijn weg. „Het had
geen zin", zegt Tegelaar. „De briefjes lagen telkens
op de grond en er wordt nog steeds geplast."
Treurigheid troef? Nee, niet altijd. Tegelaar zelf
moet eerlijk bekennen: „Ik hoef hier niet weg, ik
zou hier wel willen blijven wonen. Moet je kijken
wat een mooi ruim huis... Het liefst zou ik willen
dat leeggekomen flatjes worden toegewezen aan
vestigers, aan mensen die niet binnen een jaar,
twee jaar vertrekken. Want als je van plan bent
heel snel weer te verhuizen, ga je niet in je buurt
De Agaatlaan in Leiden, één langgerekt flatgebouw.
investeren, maakt het je.niet zo veel uit hoe de
boel er hier uitziet."
Soms, soms zit het gewoon ineens goed met de
onderlinge verhoudingen. „Ik heb met niemand
problemen", zegt mevrouw E. Kastermans, een
wijze dame van 63 jaar. Ze woont al 27 jaar in de
Agaatflat en volgens haar is het geven en nemen.
Die jongeman, die op Koninginnedag op zijn
brommertje langs de afzetting voor het feest
scheurt? Die spreekt zè gewoon aan. „Ik weet best
wat er aan de hand is", zegt ze. „Die wil gewoon
indruk maken op de meisjes. Ik heb tegen hem ge
zegd dat hij dan beter gewoon langs kan komen
lópen. 'U heeft eigenlijk wel gelijk, mevrouw", zei
hij. Weet je wat het is met verstoorde verhoudin
gen? Het ligt altijd ook een beetje aan je zelf."
Mevrouw Kastermans past elke middag op haar
kleinkinderen, als die uit school komen. „Mijn
kleinzoon wilde vorig jaar niet meer buiten spelen.
Hij werd telkens gepest door een iets ouder meisje.
„Dan loop je toch om", heb ik tegen hem gezegd.
Laatst stonden we met zijn tweeën bij de Digros.
Het meisje voor ons in de rij had vijf cent te weinig
bij zich voor de boodschappen. De kassajuf was
heel streng, het kind moest naar huis om die vijf
cent te halen. Dus heb ik maar een stuiver gege
ven. Mijn kleinzoon reageerde heel verbaasd. „U
bent net Jezus, oma. Dat was dat meisje dat me al
tijd pestte." Ze heeft nooit meer vervelend gedaan.
En laatst gooide ze een halve rol pepermunt naar
foto hielco kuipers
beneden, toen we langsliepen. Voor mijn klein
zoon."
Een halfjaar geleden is er een videofilm gemaakt
in de Agaatflat. 'De wijk is van ons allemaal' heette
het project en de bedoeling was dat mét de film
ook de onderlinge verhoudingen zouden verbete
ren. De aanleiding was ronduit negatief. De Turkse
arbeidersvereniging HTIB wilde een onderkomen
laten bouwen aan het Maansteenpad, onder de
flat. En dat stuitte op herige protesten uit de
buurt. Een groep bewoners van de Agaatflat vindt
dat de verhoudingen zoek zijn, dat er te veel men
sen met een ander kleurtje in de flat zijn komen
wonen en dat buitenlandse organisaties geen ei
gen gebouw hoeven te hebben maar ook best in
het buurthuis terecht kunnen.
Volgens de bestuursleden van 'Samen Verder' is
het project 'De wijk is van ons allemaal' min of
meer mislukt. De videoband stond vol negatieve
uitlatingen en tijdens de première in buurthuis De
Morschwijck kwam er geen kip opdagen. „We wil
den zo heel graag dat het gesprek een beetje op
gang kwam door 'De wijk is van ons allemaal'",
zegt Petra van Bakkum, een actieve bewoonster.
„Maar zelfs de Nederlandse bewoners kwamen
niet opdagen. En de allochtone bewoners? Ik weet
het niet. Misschien durfden ze niet. We hebben zó
ons best gedaan."
„Ik kom nooit in het buurthuis", zegt mevrouw
Kestermans. „Maar ik houd van mensen. Ik heb
geen hekel aan Nederlanders, ik heb geen hekel
aan buitenlanders. Ik maak met iedereen in de lift
een praatje. Weet je wat mijn buren hebben ge
daan toen mijn man stierf? Toen hebben ze een
half jaar lang voor mij gekookt."
Bony Cordelia, geboren op Curasao, krabt zich
eens over het hoofd. De muzikant woont al ruim
twintig jaar in de Agaatflat en is getrouwd met een
Nederlandse. Soms.voelt hij zich niet zo welkom.
„Veel mensen hier praten wel open, maar ze zijn
dicht. De Hollandse mentaliteit is dat", zegt hij.
„Ze laten nooit het achterste van hun tong zien.
Soms hoor ik ze wel eens roepen 'oprotten'. Zeg
gen ze gelijk 'geintje' erachter aan." Zijn dochter
Mistica: „Ik ben gewoon een Nederlandse. Maar
zo word ik vaak niet beschouwd."
Toen Bony zijn woning betrok, was hij zo ongeveer
de enige 'met een kleurtje'. „Verder waren het alle
maal Hollanders", zegt hij. „Het veranderde toen
de Stevenshof gebouwd werd. Heel veel Hollan
ders vertrokken. En toen kwamen hier Marokka
nen, Turken, Antillianen, Surinamers... Veel Hol
landers klagen. Ze hebben het zelf gedaan, vind ik.
De Hollanders wilden hier toch niet meer wonen?
Ik zie het niet als een probleem. Als hier een
Marokkaan komt wonen, is hij hartstikke blij dat
hij een huis heeft... Weetje, de 'normale' Hollan
ders blijven hier wel wonen. Die praten met de
kinderen, met de jongeren en die leven gewoon
mee."
Even later klinkt Caribische muziek uit de boxen.
De muziek van Bony. 'Samen uit, samen thuis'
heet het nummer. Klinlct gezellig... „Zo zou het
hier misschien wat meer moeten zijn. Samen uit,
samen thuis", zegt Bony. „Ik hoop dat het ooit
eens lukt. Verder woon ik hier prima naar mijn zin.
Veel mensen denken over de Agaatflat als een
slechte buurt. Maar dat moet ik toch ontkennen."
Mistica: „Criminaliteit? Ik merk daar niks van. Er
gebeurt hier niet veel. Ja, dat plassen in de lift, dat
is smerig... Maar dat is toch geen criminaliteit? Die
jongeren, die hier beneden rondhangen? Ze ma
ken nu en dan eens lawaai maar dat is toch ook
geen criminaliteit?"
Het omslagpunt moest deze week komen. Voor
het eerst in vele jaren was er weer een Koningin-
nedagfeest onder het flatgebouw. Zo'n twintig
mensen hadden zich uit de naad gewerkt. Kraam
pjes met spelletjes voor de kinderen, pannenkoe
ken, een optreden van een groep country dansers,
een rad van fortuin en touwtrekken voor volwasse
nen. „Eindelijk weer eens iets opbouwends", ver
zucht buurtwerker Tony van der Haar, die zich in
tensief met de Agaatflat bezighoudt. „De mensen
verdienen hier gewoon eens een succesje."
„Ik heb er een slapeloze nacht van gehad", ver
zucht Petra van Bakkum op de grote dag. Ze rent
van hot naar her. De angst dat er weer eens nie
mand zou komen opdagen, bleek onterecht. „Ge
zellig, hè", zegt Petra. „De eerste keer na zo veel
jaren... Het is nog een beetje een klein feest maar
misschien kunnen we het elk jaar groter maken."
vTERDAG3 MEI 1997