Uit het Paradijs: lijden
om het geluk te verwerven
Boeken
Te voet door Nederland
met Jansen van Galen
Literatuurdat zijn streekromans die in Amsterdam spelen
Serene roman uit IJsland van Gudmundsson
De Rynck vertaalt Grieks
mythen voor zappers
DONDERDAG 1 MEI 1997
Nieuwe Noordervliet vooral een literaire roman
Je verleden als een moederkoek. Hij zwelt met de jaren,
vreet zich vol aan je verlangens en frustraties, voedt zich
met je herinneringen en als hij, net als jij, der jaren zat is,
kan het grote sterven beginnen. Schoon schip maken, het
verleden het verleden laten, een punt ergens achter zet
ten: Uit het paradijs, de vijfde roman van Nelleke Noor
dervliet, demonstreert de luchthartigheid van dit soort
goedbedoelde therapeutische clichés.
ROMAN RECENSIE
WIM VOGEL
Nelleke Noordervliet. Uit het paradijs. Uitgeverij Meulenhoff. 317 blz. 39,90 (paper
back), 55,00 (gebonden).
Nijhoff en Marsman bepalen de
metaforische sfeer van de ro
man. Dertig jaar na haar dood
meent David Berk zijn moeder
te zien. Als hij met halfbroer Cy-
rille zijn vaderlijk huis aan de
rand van Middenduin in Over-
veen heeft bekeken, weigert zijn
auto. Een bordeaux-rode Dyna
Panhard 1952 stopt, een vrouw
nodigt hen uit mee te rijden. En
zoals Nijhoff bij de nieuwe brug
bij Bommel zijn moeder ziet en
hoort zingen, zo meent ook Da
vid dat de automobiliste zijn
moeder is. 'Prijs God, zong zij,
zijn hand zal u bewaren.' Drie
honderd bladzijden lang zal die
goddelijke, die vaderlijke hand
afwezig zijn, en wordt na een
gruwelijke en gefragmenteerde
familiegeschiedenis duidelijk
dat David alleen op eigen kracht
dat verloren Overveense para
dijs kan heroveren.
Een jonge moeder, tweeën
dertig, droomt in haar huis in
Overveen van een ander leven.
Een leven als een film waarin de
heldin lijden moet om het geluk
te verwerven. Hals over kop
stort ze zich met zoontje David
in de armen van Jef, een rijke
Bmsselaar die als een moderne
Spaanse Brabander haar in
palmt met zijn geur van hoger
honing. Echtgenoot en vader,
Wouter Berk, wordt achteloos
weggeschoven.
In Brussel wacht het rijke
roomse leven, een 'grootfamilie'
waarin tantes, (heer)ooms, ne
ven en nichten, en niet te verge
ten een autoritaire pater famili-
as wel raad weten met de sen
suele lusten van de Hollandse
Gezina. Voor deze roomsen uit
de jaren vijftig heeft een vrouw
slechts twee mogelijkheden:
hoer of maagd. Dat Gezina een
sloerie is, hoef je hen niet te
vertellen en dat zal ze merken
en weten en ervaren ook. Een
schoonvader die haar gebruikt
met als ongewenst resultaat een
kind dat weggewerkt moet wor
den, een laffe Jef wiens schijn
alleen maar schoon is. Gezina's
lust, lijf en lichaam worden on
derdrukt, misbruikt en bestre
den. En omdat de liefde, waar
over roomsen zo graag praten,
ontbreekt, krijgen ze haar uit
eindelijk wel klein. In een in
richting komt zij aan haar ein
de. De manier waarop is en
blijft geheim.
Observator en rapporteur van
die Jeroen Bosch-achtige Brus
selaars is zoon David. Zijn visie
op de Goliath-achtige clan legt
hij vast in tekeningen die naad
loos aansluiten bij de manier
waarop Nelleke Noordervliet
haar personages beschrijft: 'ge
wone mensen in hun naalrie
daagse meedogenloosheid of
weerloosheid, zo vertrouwd dat
het even duurt voor je doorhebt
welke parasiet zich in je schedel
heeft genesteld.' Van je jeugd en
van je familie, je houdt er veel
van over. Erfelijkheid bestaat,
maar de vrije wil ook. Dat
laatste, probeert David met val
len en opstaan te bewijzen.
Belangrijke thema's uit Noor-
dervliets eerdere romans ko
men ook in Uit het paradijs aan
bod. De afwezigheid van de va
der. De onmogelijkheid om uit
de brokstukken van je verleden
een objectieve waarheid samen
te stellen. De kwaliteit van de
hoofdpersoon niet in zijn lot te
berusten maar het naar zijn
hand te zetten.
Uit het paradijs vind ik vooral
een literaire roman. Ik bedoel
daarmee dat de meeste perso
nages zelden hun fictieve karak
ter verliezen: alsof ze figureren
binnen een thematiek die er
eerder was dan zij. Vooral de
Brusselaars ontkomen achter
hun bordkartonnen gevels niet
aan stereotypering en /toil
Ramdas zal zich wel weer boos
Het verloren Overveense paradijs 'Middenduin' dat een rol speelt in de metaforische roman van Nelleke Noorden/liet.
maken omdat de enige alloch
toon opnieuw niet deugt. In
haar drang moeder en zoon te
duiden vergeet de auteur naar
mijn smaak iets te vaak dat de
suggestie effectiever is dan de
analyse en zinnen als 'David
Berk moest het doen met een
leegte waar bij anderen een
vlammetje brandde. Hij hoorde
nergens bij, alleen bij het ver
langen.' vind ik eerder nietszeg
gend dan effectief. Het is de tra
gische en authentieke Gezina
die de roman een smoel geeft.
Haar poging het paradijs hier
op aarde te verwezenlijken,
heeft, zoals altijd, de hel tot ge
volg. Het is die hel waaruit
het zijn de andere mensen
wie David zich ten koste
vrijwel alles moet zien te
den.
Kleinigheid brengt stroom gedachten op gang
WANDELBOEK RECENSIE
NICO VOLKERTS
John Jansen van Galen. Wandelen. 192
blz Uitgeverij Balans. Prijs 24,90
Ons land mag dan steeds een
vormiger worden, met winkel
centra vol gekloonde winkels en
onderling uitwisselbare nieuw
bouwwijken, het landschap
daaromheen vertoont een bijna
on-Nederlandse afwisseling.
Dat althans tracht John Jansen
van Galen aan te tonen in Wan
delen.
Het boek is de weergave van
vier jaar lopen door Nederland.
In alle jaargetijden trok hij er op
uit, niet gehinderd door een
brandende zon. besneeuwde
vlakten of herfstige regenbuien
(al telt het boek twee keer zo
veel wandelingen in de zomer
als in enig ander jaargetijde).
Elk van de 31 verhalen is een
wandeling, maar met het boek
in de hand kan men er niet één
'doen'. Het zijn vooral de wan
delingen van. de schrijver zelf.
Niet opgeschreven om na te lo
pen, al mag dat natuurlijk wel
(een tip van de schrijver: ge
bruik net als hij een gids van de
Stichting Lange-Afstands-Wan
delpaden), maar zijn beschrij
vingen zijn te summier om als
leidraad te dienen.
Dat is enerzijds jammer om
dat mij regelmatig het verlan
gen bekruipt de plaats van han
deling zelf te bezoeken. Als ik
lees over 'een mooie weg met
aan de ene kant bomen met
stammen die groen uitgeslagen
zijn van het vocht en de varens
en aan de andere kant wit be
vroren akkers en weilanden', wil
Jos van Manen-Pieters, vereerd door lezers, verguisd door critici
EDE THEO HAKKERT/GPD
Jos van Manen-Pieters is een
van de meest gelezen schrijf
sters van Nederland. Van haar
dertig familieromans werden
meer dan vier miljoen exempla
ren gedrukt. In bibliotheken
nog maar nauwelijks
op de plank of ze worden al-'
r uitgeleend. Nu lijkt schrij-
iets wat je tot op hoge leef
tijd kunt doen. Maar Jos van
Manen-Pieters denkt daar an
ders over. Op haar 65ste is ze
gestopt. „Ik vond dat ik mezelf
niet moest overleven".
Uw boeken zijn door litera
tuurcritici nooit serieus geno
men. Kranten besteedden er
nauwelijks aandacht aan. Stak
dat?
„Ik heb er niet onder geleden.
Ik vond het niet erg sportief,
maar ik heb een enorm groot
lezerspubliek. Ik heb dan ook
*geen reden om gepikeerd te
zijn, want waar het om gaat is
dat het publiek je boeken mooi
vindt en niet of een recensent
ze pruimt. Ik heb er voor ge
zorgd zo goed mogelijk spul te
leveren met zo goed mogelijk
taalgebruik, met een verant
woorde inhoud en met zo veel
mogelijk research. Alles wat een
boek hoort te hebben.
Maar staan lovende
niet gelijk aan erkenning?
„Misschien dat het je ijdel-
heid streelt. Maar ik hoef niet zo
nodig bij de literatuur te staan,
want wat ik aan literatuur lees,
vind ik lang niet allemaal zulke
fijne boeken. Je kunt wel zien of
iemand talent heeft, maar qua
inhoud spreekt het de mensen
vaak niet aan. Het zijn streekro
mans die in Amsterdam spelen.
Er komen dingen in voor die
voor een doorsnee mens nooit
aan de orde zijn. Wat voor ie
dereen herkenbaar is, zoals ie
mand verliezen aan de dood, je
vrouw of je man die er met een
ander vandoor gaat, iemand die
geen kinderen kan krijgen - alle
maal van die normale, menselij
ke dingen waar we vroeg of laat
mee te maken krijgen - dat le
zen de
U bent dan wel gestopt met
schrijven, maar kunt u het la
ten? Schrijven is toch iets wat uit
jezelf komt. iets wat 'moet'?
„Hoeveel mensen werken
niet voor hun plezier? Hoeveel
vinden het vreselijk
om met pensioen 'te gaan, om
dat het werk een deel van hun
leven is? Maar die moeten ook
ophouden. Ik vond dus dat ik
mezelf niet moest overleven en
dat ik beter iets te vroeg kon
stoppen dan te laat. Je merkt
ook dat je de link met het jonge
deel van de maatschappij gaat
verliezen. Als je ziet wat mijn
kinderen allemaal doen met In
ternet en al die tóestanden, dat
gaat mijn pet verre te boven. Ik
zou het misschien wel kunnen
begrijpen, maar het hoeft voor
mij niet. Het interesseert me
niet genoeg om me daarin te
verdiepen. Ik begin echt oud te
worden, want het bevalt me niet
dat er dingen veranderen."
Niet meer schrijven, bevalt
dat wel?
„Het bevalt goed. Soms mis ik
het wel, want het gaf natuurlijk
een enorme zingeving en vul
ling aan je bestaan. Voor mij is
schrijven een heel moeizaam
proces. Ik schrijf nooit meer
dan één bladzij per dag. Ik loop
daar dan dagen over te prakki
seren en ik gooi alles wel vier
keer in de prullenmand voor ik
er tevreden over ben. Ik typ.
Jos van Manen-Pieters: „Ik begin echt oud te worden, want het bevalt
me niet dat er dingen veranderen." foto cpd
Daar staat-ie. Iedereen heeft mij
al tien jaar lang gezegd dat ik
een computer moet kopen en
dat een tekstverwerker zo mak
kelijk is. Dat weet ik best, want
mijn kinderen hebben ze ook,
maar ik zeg altijd: ze kunnen
niet voor mij denken. Negentig
procent van het schrijfproces is
voor mij de problematiek uit
denken en het verhaal beden
ken. Voor dat blaadje in het net
tikken, draai ik mijn hand niet
om. Dat is de kroon op mijn
dag. Tien* minuten werk. Met
een velletje per dag heb je in
driekwart jaar een behoorlijk
dik boek klaar. Daar sta je van
te kijken. Maar je moet wel de
volharding hebben om er elke
dag aan te werken.
U staat erom bekend lastige
onderwerpen, zoals incest, nooit
te hebben geschuwd.
„Vooral de laatste tien, vijf
tien jaar heb ik moeilijke onder
werpen bij de kop genomen
waar vroeger een taboe op rust
te en wat de uitgever niet eens
wilde drukken. Over incest, over
het verwerken van een zelf
moord. Je moet er helemaal in
kruipen. Mijn uitgever zegt al
tijd dat ik me veel meer lq
permitteren dan een helebi
anderen. Bepaalde categorie
publiek doen bijvoorbei
moeilijk over seks in een boi
Mensen van een zware richtii
Ze weten wel dat het besta
maar ze willen er niet over lez
in een boek. De uitgever is d
wel eens bang klanten te verl
zen, maar ik schijn het zo op
schrijven dat het mensen n
ergert. Een kunst apart bü
Zijn er onderwerpen gewt
waar u wel over heeft wil
maar niet kunnen schrijven
„Ze hebben me vaak
vraagd of ik niet iets over 1
mofilie zou willen schrijven. 1
had ik in principe wel gew
maar voor uitgevers is dat i
steeds een heet hangijzer, c
dat er altijd mensen zijn die
moeilijk over doen. Ik heb
gevoel dat ik me er niet goec
kan inleven. Ik respecteer ied
geaardheid, maar ik kan me i
gewoon niet voorstellen dai
zou vrijen met iemand van 1
zelfde geslacht. Dat moet m
iemand doen die zelf home
Voor mij ligt het te ver van n
Engelen van het universum: 'En toen ik later doodging..
BOEK RECENSIE
ik daar meteen naar toe.
Maar anderzijds zou een ge
detailleerde beschrijving de
kracht uit de stukjes halen. Hij
legt zich hu volledig toe op een
sfeertekening van het Neder
land dat binnen bijna ieders be
reik ligt, maar waar we vaak zo
onachtzaam aan voorbijgaan.
Wie loopt, ziet meer. Stap maar
gewoon net als de schrijver uit
op een klein station en zoek een
weg naar een volgend dorp.
Jansen van Galen beperkt
zich in de beschrijvingen niet
tot overvliegende ganzen, glooi
ende beboste hellingen en pit
toreske 'Anton Pieck'-dorpjes.
Zoals misschien te verwachten
is bij een eenzame wandelaar is
een kleinigheid voldoende om
een stroom gedachten op gang
te brengen. Zo komt hij moeite
loos via de rups van de stippel
mot op de Brent Spar. Soms zijn
die ontboezemingen informa
tief, soms verrassend, maar net
zo vaak blijft het fragmenta
risch. En blijkbaar heeft de
schrijver iets met Den Uyl. Die
'duikt voortdurend op, of we nu
in Limburg, de Achterhoek of
Drenthe zijn.
Enige samenhang kan ik tus
sen de stukjes niet ontdekken.
Dat hoeft ook niet, maar daar
door ontbeert het boek span
ning. Het blijft een willekeurige
opsomming van feiten en ge
dachten. Vlot en toegankelijk
opgeschreven, maar geen boek
om in één ruk uit te lezen. Meer
iets voor het nachtkastje, of
voor in de trein, op weg naar
een willekeurig stationnetje er
gens in Nederland voor 2
een wandeling.
THEO HAKKERT/GPD
Einar Mar Gudmundsson. 'Engelea van
het universum'. Roman. 201 blz Verta
ling Paula Vermeyden. Uitgevenj De Bezi
ge Bij. Pnjs 39.50
Wat verschijnen er toch mooie
boeken in Scandinavië en wat
mogen we ons gelukkig prijzen
dat diverse Nederlandse uitge
verijen een actief vertalingenbe-
leid voeren om ons die pracht
voor te schotelen. Met de Scan
dinavische reeks van De Bezige
Bij als voornaamste bron van
genot. Vorig jaar verscheen in
die reeks bij voorbeeld Het Licht
van Torgny Lindgren. Helaas
werd de Mekka-prijs van de lite
raire critici afgeschaft, maar an
ders had Lindgren een goede
kans gemaakt. Het boek ver
scheen vorige maand in een
goedkope editie.
Een boek dat qua kwaliteit
met Het Licht kan wedijveren, is
Engelen van het universum, de
roman waarmee De Bezige Bij
de IJslandse schrijver Einar Mar
Gudmundsson (1954) bij het
Nederlandse publiek introdu
ceert. Het is Gudmundssons
vijfde roman. Het boek stamt
uit 1993. Het jaar daarvoor stierf
een broer van de auteur en hij
heeft niet alleen het boek aan
hem opgedragen, maar uit ver
scheidene details valt op te ma
ken dat het, in ieder geval deels,
op het leven van deze Palmi
Om Gudmundsson is geba
seerd.
Hoofdpersoon van Engelen
van het universum is Paul, een
schizofrene man die op zijn le
ven terugblikt. Verwacht echter
geen overspannen of verwarde
taal. Ook het verhaal is niet war
rig. Eerder is er sprake van een
serene vertelling. Dat is op zich
al een van de vele, vaak won
derlijke tegenstellingen in dit
boek.
Het wonderlijkst echter is het
perspectief. Paul treedt zelf als
verteller op, maar laat er geen
twijfel over bestaan dat hij in
middels overleden is. Zo schrijft
hij over een vriend: 'Arnor sloot
zijn theologische studies af en
aanvaardde het ambt van predi
kant en toen ik later doodging,
leidde hij de begrafenisdienst
en voor zover ik het kan beoor
delen heeft hij dat uitstekend
Gudmundsson draagt met dit
soort verspreide opmerkingen
stapje voor stapje de oplossing
voor het knellende perspectief
aan. Op dezelfde wijze, net zo
fijntjes gedoseerd, zet hij Paul
neer. De aanwijzingen dat hij
een artistiek type is, worden
steeds sterker. Eerst heeft hij
belangstelling voor tekeningen
en schilderijen. Later vallen de
namen Gauguin en Van Gogh,
met wie Paul zich identificeert
tot aan het afsnijden van het
De wijze waarop de roman
begint, zegt alles over Pauls le
venshouding. Hij lijkt zich van
meet af aan te schikken in zijn
lot. Het is alsof hij altijd al ge
weten heeft ooit in Kleppur, de
psychiatrische inrichting nabij
Reykjavik, te zullen belanden.
Vechten tegen zijn schizofrenie
doet hij niet. Al op de tweede
bladzijde merkt Paul op: 'Ik
snap even weinig van de werke
lijkheid als de werkelijkheid van
mij. Wij die in inrichtingen
worden opgenomen en in in
stellingen zijn ondergebracht,
wij hebben geen antwoorden
als onze ideeën niet met de
werkelijkheid overeenstemmen,
want in onze wereld hebben an
deren gelijk en zij kennen het
verschil tussen goéd en fout.'
Ook het gegeven dat zijn
moeder in de nacht voor zijn
geboorte droomde over vier
paarden, waarvan er één het
BOEKEN RECENSIE
HANS WARREN/GPD
Patrick de Rynck. De knipoog van Medu
sa. Avonturen van oude Grieken 164 pag.
Uitgeverij Davidsfonds/Clauv
28,50
Prijs
Rynck is uit de ivoren tc
waarin de meeste classici
altijd verblijven afgedaald
heeft zich enthousiast in
straatgewoel gestort.
De oergod Zeus wordt g<
rakteriseerd als een 'pracl
joker' en als een 'Latin lover
enig formaat'. Een tegenstar
van hem krijgt fruit aangebo
'dat zogezegd krachtige anal
steroïden bevatte'. Hera
heet in dit boek 'Rambo,
Hulk, Robin Hood, Casan
een seriemoordenaar, psyc
trisch patiënt en wonderkin
één persoon'. Zonnegod H<
zit 'achter het stuur van de
den zonnewagen, voor een
en tegenliggerloosi dagje
rond de aarde, met' frigobo
's avonds warm eten',
bloedmooie koningsdochte
beweert De Rynck, 'haalde
telijke covers met smake
verhalen over vermeende
spoor bijster raakte, is veelzeg
gend. Ze kreeg vier kinderen.
Paul voelde zich dat vierde
paard.
In het tweede deel van de ro
man, getiteld Dolende zielen,
gaat het verhaal voornamelijk
over Pauls kennissenkring,
waardoor we helaas het zicht op
Pauls eigen geestelijke ontwik
keling deels kwijt raken. Er zit
een aantal onthutsende scènes
in, maar waarschijnlijk heeft
Gudmundsson ons, en zichzelf,
de complete aftakeling van zijn
broer willen besparen. Daar
door is het een liefdevol monu
ment geworden.
De Vlaamse classicus Patrick de
Rynck (34) werd bekend door
de bibliografische gids De Oud
heid in het Nederlands en door
de bloemlezing uit de Latijnse
poëzie Op de snaren van Apollo.
Twee mooie boeken, bolwerken
van een bijna ouderwetse ge
leerdheid. In De knipoog van
Medusa gebruikt hij zijn kennis
van zaken op een andere, juist
heel moderne wijze. Hij vertelt
in deze bundel de Griekse my
thologie na op een manier die
een enkeling zal ergeren, maar
vele anderen zal bevallen. De
oeroude verhalen hebben hier
een eigentijds aanzien gekre
gen. Zonder ze geweld aan te
doen, weet hij de mythen te
vertalen voor de zappende ge
neratie.
De Rynck maakt zijn vertel
lingen over de avonturen van
antieke Grieken oorspronkelijk
voor een radioprogramma. Nu
zijn teksten gebundeld zijn,
blijkt dat hij literatuur van een
aantrekkelijk en aanstekelijk
soort bedrijft. Natuurlijk zijn in
de hedendaagse letterkunde
heel wat mythologische invloe
den aan te wijzen, maar wat
hier gebeurt is nog nooit ver
toond. Als je zijn proza dan toch
ergens mee moet vergelijken,
kom je in de buurt van Herman
Brusselmans of Tom Lanoye te
recht. Verwantschap is er ook
met de Italiaanse auteur Lucia
no de Crescenzo die figuren uit
de oudheid laat rondlopen in
het Napels van vandaag. Van de
plechtstatigheid die de mythen
gewoonlijk omgeeft, is in dit ge
val geen sprake. Ze klinken juist
heel oneerbiedig en fris. De
Zulke speelse anachronis:
zijn typerend voor deze ve
len. Griekse mythologie j
voor menigeen als het s
mogelijke onderwerp, in
knipoog van Medusa wordt
getoond dat het tegendeel1
is. Of je nu wilt of niet, st
weet De Rynck trucs te ve
nen om je aandacht vast te
den.
'Vandaag bevat mijn vei
een oplossing voor het n
overschot', zegt hij aan he
gin van een stukje over Hi
les. In een ander verhaal v
geconcludeerd: 'Toen ze
hadden afgedroogd, herir
den ze zich niets meer var
er gebeurd was. U hebt da
getwijfeld ook ooit als ex
gebruikt, na een alcoh
avondje-uit'. Patrick de B
heeft in zijn boek de Grieks
den en helden in herken
flitsende, een tikkeltje uitdj
de kleding gehuld.