(PORT 'Ik had niet zo'n jdrang om te winnen' 'Ik kan niet wachten tot ik senior word' avi Overreden IPAG 12 APRIL 1997 rite Hennie Kuiper, legendarisch winnaar Parijs-Roubaix Hennie Kuiper had al veel gewonnen toen hij op 10 april 1983 Parijs-Roubaix op zijn aam schreef. Zijn historische zege in de wedstrijd over de kasseien van Noord-Frankjijk, ei1 een koers die morgen (zondag) voor de 95ste keer op de kalender staat, maakte van een 2 mooie carrière een droomcarrière. Tijdens die gedenkwaardige, door storm en regen geteisterde wedstrijd, putte de wielrenner Kuiper oerkracht uit eerdere teleurstellingen. 106 Dat was ook zo na zijn loopbaan, waarin hij in korte tijd de dood van zijn renner Fabio Casartelli, de scheiding van zijn vrouw Ine en een afscheid als ploegleider van Motorola kreeg te verwerken. Kuiper (48) zit strak in het pak. In ibinatie met de hem zo kenmerkende inde blos op zijn wangen maakt hem „.tot een gesoigneerd heerschap. Hij 1 y'feeft de avond ervoor bij voetbalclub :a een lezing bezocht van Gerrie Kne- jann, zijn oude ploeggenoot die van iten zijn werk heeft gemaakt, heb al langer in mijn hoofd om spreek- irten te gaan houden voor bedrijven, ie vroeg of ik een keertje wilde komen een en om me een beetje te oriënteren ik eens langsgegaan. Heel leerzaam, [der doe ik wat radio- en televisiewerk ir de regionale omroep Oost en de or- lisatie van de Tour de France heeft me VIP's te gaan begeleiden. Ik iet daar nog over nadenken. Ik ben uwens ook nog bezig met het opzetten iets zakelijks, maar daarover kan ik nu niks zeggen." volg de sport op afstand. Ga wel naar ^klassiekers die nu gaan komen, maar is natuurlijk anders. Het is wel heel vol alles eens van een afstand te bekij- i na er al die jaren middenin te hebben ;eten. Vergeet niet dat er een hoop iss bij komt kijken in de wielrennerij. Er rden prestaties verlangd. Vooral van de ireurs natuurlijk. De kunst van een :r is die stress weg te nemen. Het niet verkeerd om het een keer vanuit )o andere hoek te zien. Je ziet dan an- rs."; ijs-Roubaix it gesprek is gekoppeld aan een bezoek 24U n Parijs-Roubaix, de koers over de keien Kuiper in 1983 won. Het was de wed- ijd waarin hij, op weg naar de overwin- ;i\ ig, zes kilometer voor het einde zijn si hterwiel kapot reed en smeekte om een ,91 uwe fiets. :ijs-Roubaix is voor mij de mooiste toedstrijd omdat de dramatiek zich er zo idrukkelijk manifesteert. Het was bees- C0[ ïweer die dag. Voor het eerst na tien ïr gingen we weer door het bos van Wal- i. We hadden er wel van gehoord, maar imand wist eigenlijk wat hem te wach- stond. Het was daar een ravage. We len daar met elf man weg. Moser was N> Roche ook, Madiot en Duclos-Lasal- Tel: We werden als het ware op die kassei- 455j strook in Wallers gedropt en moesten lar kijken hoe we eruit kwamen. Het een echte hel. Hondenweer! Toen de ^uitdampen waren opgetrokken, was het nr' iloton gezien. Het was vallen en opstaan, ui'mti in keer gleed ik van de ene naar de an- prme ire kant van de weg alsof er ijs op de ste- shu Duizenden kinderen in de regio sporten, misschien wel honderden van hen worden als 'talent' beschouwd. Toptalenten zijn echter schaars. In een serie van twaalf afleveringen schenkt deze krant aandacht aan deze veelbelovende sporters uit de regio. In de derde aflevering komt de 17-jarige rugbyer Peter Hudson aan het woord. Hij maakt deel uit van de selectie van Jong Oranje. Alleen zijn leeftijd heeft tot nu toe een debuut in DIOK 1 in de weg gestaan. nen lag. Dat kwam door de klei." „Ik voelde me goed die dag. Ik dacht: zal ik nü al gaan of nog even wachten? Het was mooi om het later op televisie terug te zien. Je ziet me eerst wat drinken en wat eten en dan aanzetten. Ooit ben ik een keer de fout ingegaan door geen eten aan te nemen. Ik was overmoedig en liet de ra vitaillering aan me voorbij gaan. Stom! Dat zou me géén tweede keer gebeuren." „Toen ik weg was, dacht ik: nu nog even doortrekken en ik rij straks zo de baan in Roubaix op. Totdat die laatste kasseienst- rook in Hem eraan kwam. Ik nam elke keer de binnenbocht om af te snijden. Hup, zo van de stenen op het asfalt. Dat ging heel goed, tot die fotograaf er opeens stond. Ik zag hem en dacht: die gaat wel opzij. Maar hij had me niet in de gaten! Toen zag ik die kuil. Ik kon er niet meer omheen slingeren en sloeg er met mijn achterwiel in. De tube zat er zó strak om dat afies was geblokkeerd. Dan zie je me ook dat gebaar maken, dat in de handen 'klappen. Maar heus: ik was niet in paniek. José De Cauwer, de assistent-ploegleider, bracht me uiteindelijk een andere fiets. Die stond op het goeie verzet, 52x16. Ik heb me flink op gang laten duwen en zat zo weer op de veertig kilomter per uur. Duclos-Lasalle zei later dat hij er héél kort achter zat. 'Ik kon je verdomme zien', zei hij. Het was nog niet eens 25 meter. „Hoe lang ik daar heb gestaan? Voor mij was het niet zo erg lang, maar voor de kij kers léék het wel zo. Elke seonde duurt dan lang, maar in werkelijkeid viel het mee. Toen ik weer op de fiets zat en we bijna de piste opdraaiden kwam Lévitan naast me rijden: Monsieur Kupèr, mes fe licitations, c'estfantastique!" „Ik was een typische renner. Ik had hele maal niet zo'n drang om te winnen. Ik ken van die mannen die vreselijk pissig waren als ze niet womien. Dat begreep ik niet. Er moest voor mij echt een aanleiding zijn om te winnen. In Parijs-Roubaix wilde ik winnen omdat ik wilde afrekenen met alle pech die ik eerdere keren had gehad en met de stommiteit om niet te eten. En ik werd alleen wereldkampioen (Yvóir, Bel gië, 1975) omdat ik een jaar eerder was ge passeerd voor deelname aan het WK in Montreal omdat ik te laat was aangeko men. Dat heeft me zó geraakt. Ik had ver plichtingen voor mijn sponsor in Dort mund, maar er werd gewoon gezegd: jij rijdt niet. Ik heb daar een zware klap van gehad. Het heeft zóveel agressie in me ge kweekt dat ik een jaar later wereldkam pioen werd." „Wat ik geleerd heb is dat de wielrennerij een wereld is waar een waas omheen hangt. Iedereen houdt dat ook in stand. Iemand roept iets en een ander neemt dat over. Nu hoor ik weer die verhalen dat er geen krachtsverschillen meer zijn tussen de renners en dat dat te maken heeft met het dopingmiddel EPO. Ik denk dat de mensen te diep zoeken. Die nivellering is een gevolg van het betere rijden van knechten. Vroeger moest een knecht in de Ronde van Vlaanderen zijn kopman tot de Oude Kwaremont uit de wind houden, 150 kilometer voor de meet. Dan mocht hij af stappen. Tegenwoordig wordt een knecht veel meer gewaardeerd. En terecht. Als Museeuw er een bij zich had gehad toen hij viel in de Ronde van Vlaanderen, was hij nog terug gekomen. Nu kon hij dat ver geten." „Tegenwoordig stappen knechten niet meer af. Die moeten ook punten halen, want anders zijn ze niet meer interessant. Ach, die verhalen over doping.... Als ik het allemaal goed beluister, zou iedereen een klassieker kunnen winnen als hij maar de beste dokter heeft. Onzin. Moet je eens kijken naar die gedrevenheid van Rolf Sö- rensen. Wat hij er allemaal voor doet om te winnen. Dót zou wat meer benadrukt moeten worden!" „Ik vind het belachelijk dat er zo maar ge roepen mag worden dat 25 renners zijn overleden door gebruik van EPO. Waar zijn de bewijzen? Je doet de nabestaanden er ook te kort mee. De dood van Joannes Draayer is ook in veband gebracht met EPO. Maar als ik goed geïnformeerd ben, kwamen er hartafwijkingen in zijn familie voor." Bernard Thevenet heeft een paar jaar gel den toegegeven dat hij in de door hem ge wonnen Tour van 1977 doping heeft ge bruikt. Hennie Kuiper werd toen tweede op 48 seconden. „Ach, wat moet ik daar van zeggen? Het wordt mij vaker ge vraagd. Moet ik daar mijn hele leven over blijven zeuren? We rijden allemaal wel eens te hard, maar als iemand daar stoer over doet, vind ik wel dat er iets van ge zegd moet worden. Met andere woorden: Thevenet zou op het matje moeten komen bij de UCI. Ik stoor me eraan dat ze hem niet ter verantwoording hebben geroepen. Ik vind dat hij zijn mond had moeten hou den. Welk doel dient hij?" Scheiding Tweeënhalf jaar geleden kreeg Kuiper de grootste klap uit zijn privé-leven te ver werken: de scheiding met zijn Ine, een ge- Hennie Kuiper: „Parijs-Roubaix is voor mij de mooiste wedstrijd omdat de dramatiek zich er zo nadrukkelijk manifesteert." foto cor vos/gpd beurtenis die diepe sporen achterliet. „Het doet nog steeds veel pijn. Want je gaat niet trouwen om te scheiden. Als wielren ner en ploegleider heb je een apart leven. Heel enerverend. Je bent altijd weg. Een vrouw moet helemaal achter de renner staan, anders wordt het niks. Dat heeft zij altijd perfect gedaan. We hebben samen veel beleefd. Ine zag het niet meer zitten. Het was hóór keuze. Dan is het des te pijn lijker." „Ik heb er alles aan gedaan om weer bij el kaar te komen, maar ze was heel resoluut. Ik vind het vooral erg voor de kinderen (jongens van 22 en 17) want er veranderde heel veel voor ze. Maar ik heb de keuze van mijn ex-partner te respecteren. Ik wei ger te accepteren dat de scheiding door mijn liefde voor het wielrennen komt. Er zijn wel meer beroepen waarbij de man nooit thuis is. Het heeft ook met de tijd te maken. Vroeger was er misschien een gro tere financiële noodzaak om bij elkaar te blijven. Gelukkig is het contact met Ine en de kinderen goed. Ik kan er nu over praten en dat is een goed teken. Dat betekent dat je er aardig overheen bent. Ik heb nu ook een heel leuke vriendin met wie ik het pri ma naar mijn in heb. Ik heb een nieuwe start gemaakt." De 17-jarige Peter Hudson is een product van twee culturen. Geboren en getogen in Nederland als kind van Engelse ouders. Tweetalig opgevoed en in het bezit van twee paspoorten. Zit op een Nederlandse school, 't Rijnlands, waar Engels de voer taal is. Doet aan een typisch Angelsaksi sche sport waarin hij Oranje vertegen woordigt, net als zijn twee broers Chris (19, onder 21-team) en Tim (14, 'pril- Oranje'). „Toch is rugby niet iets wat we van huis uit hebben meegekregen", zegt Ffudson. „Je zou inderdaad kunnen denken, het zijn Engelsen, vandaar dat ze voor rugby hebben gekozen. Nou, onze ouders had den liever gezien dat we iets anders de den. We zijn bij De Does in Leiderdorp met wedstrijdzwemmen begonnen maar keken op tv altijd naar rugby. Een team sport trok ons toch meer en uiteindelijk mochten we naar DIOK. Ach, ouders zijn ouders. Inmiddels is mijn vader jeugd- voorzitter en heeft mijn moeder geholpen bij het maken van een boekje voor de club." Hoewel de broers pas een jaar of vier geleden het groene licht kregen om het geelblauw van de Smaragdlaan te verdedi gen, maakt het trio inmiddels al geruime tijd deel uit van verschillende vertegen woordigende vijftientallen. Peter, volgens insiders bij DIOK de meeste getalenteerde van de zoons, heeft er net een trip naar Chili opzitten met Jong Oranje. Hij is flan- Peter Hudson: „Van Nederlandse coaches heb ik sowieso niet zo'n hoge pet op." ker, wat inhoudt dat hij zowel hard moe ten kunnen lopen als fel de tackels ingaan. Zijn postuur is er naar. „Ondanks mijn maat 47 kost het geen moeite om rugby- schoenen te vinden. Er zitten op de club zelfs oudere spelers met maat 51. Mast er- foto henk bouwman op en varen maar. Maar om bijvoorbeeld een paar goede schaatsen in mijn size te vinden, dat is een veel groter probleem", aldus de 1.91 lange en zwaar gebouwde Hudson. Bij de zogeheten Colts, zoals zijn leef tijdscategorie in het rugby wordt uitge drukt, heeft hij inmiddels alles meege maakt. Zijn grootste frustratie is dat hij als 17-jarige niet in het eerste van DIOK mag uitkomen. „Dat is in Nederland verboden, moet je 19 voor zijn. Komend seizoen wil ik dispensatie aanvragen bij de bond. Nu ik ben uitgegroeid, ga ik deze zomer ook voor het eerst intensief aan krachttraining en duurwerk doen. Met DIOK het tiende kampioenschap op rij halen, ja, dat lijkt me wel wat." Hudson heeft een uitgesproken mening over hoe rugby in zijn ogen moet worden gespeeld. „Ik hoop dat we ergens een Zuid-Afrikaanse of Nieuw-Zeelandse coach vandaan kunnen halen. Die predi ken een avontuurlijke en open speelstijl, kortom modern rugby waarbij de voor- waartsen met de driekwarten meespelen. Daar zijn ze in bijvoorbeeld Engeland nog maar net aan toe en in Nederland hebben ze daar, uiteraard, nog nauwelijks kaas van gegeten. Van Nederlandse coaches heb ik sowieso niet zo'n hoge pet op." De bij DIOK tot jeugdspeler van het jaar uitgeroepen Hudson heeft één grote droom. Dat is binnen enkele jaren een profcontract bemachtigen bij een grote club in Engeland. Na zijn middelbare school hoopt hij in zijn tweede vaderland met een studie bouwkunde te beginnen en zich via een universiteitsteam in de kij ker te spelen. Voorlopig richt hij zich op de hoofdmacht van de Nederlandse lands kampioen. „Betere tegenstand, veel meer strijd. Ik kan niet wachten tot ik senior word." Yogi Berra, een legendarische catcher van de New York Yankees, deed eens de uitspraak: „It ain't over, untill it is over." Wanneer Berra op deze gedach te kwam, in welke wedstrijd, bij welke stand, scheen de zon of was het fris voor de tijd van het jaar, sloeg Berra zelf de home run die de wedstrijd van een face-lift voorzag, waren het let terlijk Berra's woorden en zo ja, aan wie richtte hij ze, aan de pers, aan zichzelf aan de pitcher die Berra juist met twee uit in de negende innings op twee slag had gemanoeuvreerd of aan me vrouw Berra, vlak voor het sla pen gaan (wat een nieuw licht op de beroemdste zin van Berra werpt), dat is mij allemaal on bekend, maar Berra schijnt het op een dag te hebben gezegd en is er beroemd mee geworden, zó beroemd dat er geen honkbal- wedstrijd op de Amerikaanse te levisie uitgezonden kan worden of de commentator van dienst draagt minstens eenmaal voor uit de Verzamelde Werken van Yogi Berra:It ain't over, untill it is over. Ajax heeft met 2-1 verloren van Juventus. De kranten voorzagen hetAjax- spel onder meer van de volgende kwalificaties: Weggespeeld. Schokkend. Onder de voet gelopen. Leek nergens op. Overklast. Op alle fronten. Niet top. Helaas. Vernederd. On- Ajax'. Dolend. Demasqué. Door angst overmand. Finale buiten bereik. Ontluisterend. Kluivert, Knie. Geen schijn van kans. On nadenkend. College aan de ho geschool van voetbalkunsten. Zeldzaam. Nimmer. Twee stap pen te kort. Voortdurend hun mannetje kwijt. Op de feiten ge drukt. Met de neus. Bij de neus. Genomen. Grotesk. Serie B. Rampseizoen. Een glazen huis, gebouwd op illusies. Ongelijke strijd. Moppersmurf. Vermor zeld. Schrijfiend. Geen vat. Murw gebeukt. Zwanenzang. (En aan de kust regent het, je zult een strandhuisje hebben!En als het eens niet regent, stormt het wel. En de kat is verkouden. En de benzine is weer duurder geworden. En heb je Ajax nog gezien?Erg, hè?). In principe hebben de kranten gelijk. Erg was het. Natuurlijk, wij zijn niet gek. Het klopt wel, in grote lijnen, wat er over Ajax geschreven is. Maar wordt het misschien niet ook een klein beetje overdreven? Schieten we niet een klein beetje door metz'n allen, hier en daar? „It ain 't over, untill it is over. Deze krant schreef nog: ,Ajax werd door Juventus meegesleept op een negentig minuten duren de rondleiding in topvoetbal. (Is waar). De Volkskrant over de gevolgen voor Ajax: „Geen deelname aan de Champions League, met als consequentie dat de begroting ingrijpend zal moeten worden aangepast.(Is niet onlogisch ge redeneerd). La Repubblica: „Ajax bestond praktisch gesproken niet.(Door een Italiaanse bril bekeken, dat wel). Corriere dello Sport: „Ajax is een vormloos en ongecoördineerd elftal waarmee je medelijden moet hebben.(Ach, die Italia nen toch). Het Parool overziet in zijn 'in memoriam' alvast de erfenis en heeft ook daar weinig fiducie in: „De opvolger van Van Gaal (Morten Olsen) daalt met zijn nieuwe club af naar de tweede divisie van Europa en moet vre zen dat Ajax ook in eigen land voor langere tijd naar de sub top wordt verwezen.(Te veel Italiaanse kranten gelezen). Waar ik heen wil is, dat de te neur van de krantenverslagen van Ajax-Juventus, onbedoeld, in feite a lleen maar illustreert dat niet Ajax maar juist Juven tus zich zorgen moet maken. Ajax-Juventus 1-2 is een goede uitslag voor Ajax, een slech te voor Juventus. Ajax is overreden dooreen intercitytrein, we kun nen niet anders dan dit bevesti gen, maar de schade valt mee: twee blauw geslagen ogen en wat hoofdpijn. Lippi, de coach van Juventus, voorspelde clatAjax-Juventus in Turijn beslist zou worden. Hij krijgt ongelijk. De beslissing is in Amsterdam gevallen. Juventus had met 5, 6-1 moeten winnen, maar deed dit niet. „It ain't over, untill it is over." Yogi Berra en ik voorspellen een zege van Ajax in Turijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1997 | | pagina 25