'De Alpen moeten nog komen' I Angst voor klonen blijft vooral steken in vaagheden i Feiten &Meningen Warmtetoeslag Titels VRIJDAG 21 MAART 1997 152 Terwijl hij zijn boterham bedachtzaam weghapte, keek Ad Melkert somber naar buiten. Het zonnetje scheen, de vogels tsjilpten en tot overmaat van ramp tekende zich een waas van ontluikend groen af tussen de kale takken. Die verdomde lente ook. Ijsberend door de gang zag hij zijn sjaal hangen. Hij grimlachte bij de her innering: amper twee maanden geleden had hij hem nog demonstratief omgehouden in het Kamergebouw bij de aankondiging dat hij toch een koudetoeslag wilde voor de minima. Hij kon zich wel voor zijn hoofd slaan. Hoe had hij zo stom kunnen zijn! Een maandje eerder had hij het toch nog zo duidelijk gezegd: de winter is nog jong en men sen die echt in de problemen komen kunnen altijd naar de sociale dienst. Had hij daar maar aan vastgehouden! De winter van '95-'96 was het van hetzelfde laken een pak geweest. Flink koud en veel gedoe over een koudetoeslag. Toen had hij zijn poot wél stijf gehouden en achteraf nog ge lijk gekregen ook. Veel gemeenten hadden toen in na volging van Rotterdam de minima een 'rilsnip' gegeven of in het vooruitzicht gesteld, maar dat was achteraf bij na twee keer zoveel gebleken als de werkelijke extra stookkosten. Deze winter was anders geweest. Door de Elfstèden- tocht bijvoorbeeld, het ultieme bewijs van een strenge winter. Bovendien zat hij nog midden in het armoede- debat én had zijn eigen fractie om een toeslag ge vraagd. Die kon hij toch moeilijk in de kou laten staan. Maar verdorie, nu bleek de winter opnieuw helemaal niet zo streng geweest. De koudetoeslag afblazen was natuurlijk ondenkbaar. Dat maakte een wel erg schrie- perige indruk. Bovendien zou hij dan achteraf zijn on gelijk bekennen. Dat doet sowieso niemand graag, maar hij zou dan bovendien die akelige Bolkestein ge lijk geven die van meet af aan niks in de koudetoeslag had gezien en nu begon te zeuren dat die er helemaal niet moest komen. De grijze cellen kraakten. Daar kwamen al wat ideetjes. Als hij nou die winter van '95/'96 er nog eens bij betrok? Hij ging zitten, pleegde wat belletjes, en zijn gezicht klaarde langzaam op. De koudetoeslag zou blij ven, omdat de vorige winter ook al zo streng was ge weest. Het sloeg nergens op natuurlijk, maar het klonk wel aardig. En had niet D66 gezegd dat ze zo graag een plus wilden voor iedereen? Die konden ze krijgen, in de vorm van een koudetoeslag voor een kou die er hele maal niet geweest was. Als dat geen plus was. Melkert kreeg het er warm van. sjaak smakman De heer, een echte, in op maat gesne den krijtstreep en met licht bekakt ac cent, overhandigde zijn visitekaartje. Meestal steekje dat ongezien weg in een borstzakje, maar ik wilde graag we ten met wie ik zo geanimeerd over de ondergang van Duitsland als grote in dustrienatie had gesproken. Hij kwam niet van de straat, Professor dr. dr. Anton Freiherr von R... Wat de baron precies deed. werd me niet duidelijk, maar het was misschien te vulgair om dat op een kaart je van fraai geschept papier te vermelden. In elk geval werd hij door de rest van het gezelschap met zeer veel égards behandeld. Ik had me laten vertellen dat ook in Duitsland het feodaal aandoende ontzag voor titels op zijn retour is, maar daar viel nu weinig van te merken. Nadere studie leerde me dat een titel, academisch of adellijk, het liefst natuurlijk beide, iemand nog altijd een voorsprong in het leven geeft. Dat is aan de ene kant wel te begrijpen. Een titel, zeg ingenieur, duidt meestal op een minimum aan vakkennis, waardoor je geneigd bent de drager de bouw van een huis eerder toe te vertrouwen dan aan iemand die leuk met zijn handen kan werken. Maar aan de andere kant meten ti- teldragers zich hier ook vaak pretenties aan die ze niet kunnen waarmaken. In de zogenaamde kwaliteitspers vind je vaak ingezonden brieven van deftige heren zelden dames die inzichten verkopen over zaken waar ze duidelijk geen verstand van hebben, maar die opinies gewicht denken te geven door nadrukkelijk hun doctorstitel te vermelden. Zo was er een poosje geleden drukte over een tentoon stelling over de misdaden van het Duitse leger in de oorlog. Daar klopte niets van, schreef een hooggeleerde heer met een air alsof hij jaren lang in de archieven van de Wehrmacht had zitten spitten. Om zijn rammelende betoog ten slotte te ondertekenen met Dr. H. M. von Damm, vrouwenarts, Bielefeld. Zoiets zal je in Neder land niet gauw tegenkomen. Door die overwaardering van de titel kunnen Duitsers vaak niet begrijpen dat-Nederlanders er zich meestal met op laten voorstaan dat ze na acht jaar het doctoraal examen andragogie hebben gehaald. Een collega was door de voorlichtingsdienst van de regering in Bonn per abuis ingeschaald als Dr. B. Toen hij de aardige me vrouw van het Bundespresse-Amt op deze fout atten deerde, weigerde ze dat te geloven. Dat was weer iets voor die gekke Hollanders: een doctorstitel hebben, maar daar niet mee te koop willen lopen. Voor het Bun despresse-Amt is hij dus nog steeds Dr. B. peter van nuusenburg correspondent wel linker- als rechterzijde van het poli tieke spectrum vinden van niet. Ze be ginnen een ongezellig verhaal over hoe het zou zijn als er tien Saddam Hoes seins waren in plaats van één. En over hoe we het met de atoomsplitsing ook niet zo goed wisten tot Hiroshima. Dat de soorten kwetsbaar worden voor ziek ten als je hun diversiteit vermindert, be togen ze. Anderen bekijken het vanuit het stand punt van de kloon, en betogen dat de ko piemens zou uitgroeien tot een geknakt individu, dat worstelt met een voortdu rende, tergende identiteitscrisis. Het klo nen lijkt alleen maar nadelen te hebben. Maar het blijkt mee te vallen. Behalve een klompje tot wasdom gekomen gene tisch materiaal zijn we vooral het pro duct van onze achtergrond. De ene Sad dam is de andere niet - zolang je hem maar netjes opvoedt. En als er overal ter wereld klonen van Adolf Hitler zouden opduiken - zoals gebeurde in Ira Levin's ijzingwekkende bestseller The Boys From Brazil - dan zou de een misschien auto monteur worden, terwijl de ander zijn le ven zou riskeren als brandweerman. En: de kloonmensen zijn al onder ons. Eeneïge tweelingen zijn immers zó iden tiek, dat ze goed met klonen zijn te ver gelijken. Ze zijn echter geen psychisch gedeukte zielepieten, zoals sommige ethici ons willen laten geloven. Ze vor men zelfs geen duistere samenzwering tegen de mensheid, zoals de kleine Hit- lertjes van Ira Levin dat deden. Dergelijke discussies zijn niets nieuws. Ze waren er al toen Luciano Galvani in 1791 een dode kikker in beweging bracht door hem een stroomstoot toe te dienen. De morele mopperaars zijn er alleen nooit echt in geslaagd hun afkeer om te zetten in klinkende munt. Wat overblijft is een onbestemd gevoel van wantrouwen, ons ingegeven door eeuwen van godsdienst en decennia van atoomangst. Eigenlijk moeten we met onze tengels van de schepping afblijven. Maar we kunnen het maar niet laten. Natuurlijk, het wantrouwen is hypocriet. We voeden ons met genetisch gemani puleerd voedsel, behandelen de dieren alsof het voorwerpen zijn en grijpen naar de reageerbuis als het kinderen krijgen niet wil lukken. Onze wereld opgebouwd uit steeds meer gefabriceerde stukjes na- maak-natuur. Dat er tijdens het werk zo af en toe een schaap Dolly of een stier Herman opduikt, is iets waar de meesten de ogen liever voor sluiten. De discussies over het knutselen met! leven verstommen doorgaans dan ooi weer even snel als ze zijn ontstaan. Dg komt ook doordat de onderzoekers hei wantrouwen tegen hun werk doorgaan afkopen met mooie beloften, meestal de vorm van beloften over nieuwe me cijnen. Dolly het schaap zorgt behalve voor veel verwarring ook voor nieuwe zichten over orgaan-transplantatie, be gen de wetenschappers. Dat'het alsim oprekken van het leven zo nu en dam serieuze teleurstelling oplevert, van atoombom tot softenon, moeten we maar voor lief te nemen. Het debat verstomt, de keuze lijkt ge maakt. Het gefrustel met genen is wee verdwenen naar de hobbykamers van geleerden. Om pas weer tevoorschijn] komen als er in de stal achter het labi nieuw wonderdier verrijst. Of het goed of slecht is, lijkt er niet mi toe te doen. Laten we hopen dat er h; verwege de vooruitgang niet een écht monster van Frankenstein huist. MAARTEN KEULEMANS» D66-top ligt niet wakker van lage peilingen Saddam en zijn kloon: gelukkig is er nog de opvoeding. Namaakschapen en menskopieën? Sinds Schotse onderzoekers erin zijn geslaagd een exacte replica van een schaap te maken, is de kwestie van het kopiëren weer gespreksvoer voor de praatprogramma's. Het is echter maar voor even. Want opnieuw lukt het de ethici niet hun twijfel om te zetten in wetgeving, onderzoeksbeperkingen of - op zijn minst - een goed gesprek over biotechnologie. Het was een merkwaardig gezicht: foto grafen, hele filmploegen zelfs, kropen door het Engelse stro in een poging het wonderdier vast te leggen. 'Dolly', heette ze. Dolly, het eerste gekloonde schaap te wereld. Het Schotse schaap bezorgde veel men sen een wat ongemakkelijk gevoel. Dat werd nog versterkt toen de bevestiging volgde: inderdaad, het is nu ook mogelijk om een mens te klonen. De kwestie van het kopiëren was weer even in de aandacht. De centrale vraag was dezelfde als drie jaar geleden, toen een Amerikaans onderzoeksteam erin slaagde een menselijke foetus te verdub belen: Moet Klonen Mogen? Ethici, gelovigen en volgelingen van zo Het vertrouwen tekent jullie, maar veertien zetels wat vinden jullie daarvan? In koor: „Niet leuk!" Van Boxtel: „Maar een land bestuur je niet met paniek zaaiers." De Graaf: „D66 is goed voor vijftien tot 25 zetels. We staan nu op veertien, we raken pas in paniek als we op drie on der nul staan." Van Boxtel:Als je naar peilingen kijkt, zit de winst bij de WD. Maar het is net als bij de Tour de France: Je hebt nu een koploper en een peloton en het is absoluut niet gezegd dat er geen massasprint komt." Bakker: „De Alpen moe ten nog komen." Van Boxtel, Bakker en De Graaf zijn bezig aan hun eerste perio de op het Binnenhof. De D66- woordvoerders van respectieve lijk volksgezondheid, sociaal- economische en binnenlandse zaken hebben het uitstekend naar hun zin. En waarom ook niet? Gedrieën lid van het frac tiebestuur koesteren ze de suc cessen van D66: Ruimere win keltijden, een soepeler arbeids markt en minder overheidsre- geltjes. Maar de kiezer ziet het niet, blijkt uit de peilingen De Graaf: „Dat kun je de PvdA ook voorhouden. De PvdA met een minister-president die elke vrijdagavond het beleid mag komen uitleggen en applaus krijgt, slaagt er niet in om onge looflijk uit te lopen." Van Box tel: „De WAO is door ons in het Torentje verbeterd. Dat stond ook het eerst in de kranten: Dankzij D66. Vervolgens loeien de anderen daarover heen en claimen het opeens als succes voor de PvdA-minister van soci ale zaken. Dat is een beetje de makke van D66. Het ligt niet in onze aard om dagenlang van de daken af te schreeuwen: Dat hebben wij gedaan." Bakker: „Daar generen we ons een beetje voor." Van Boxtel: „Mis schien moeten we wat harder van de daken toeteren. Dan komt het beter over. Maar wij wilden dit kabinet. Het is ons kind en dat kun je dan niet zo maar afkraken of de deur uit schoppen. Bovendien: negen van de tien kabinetsbesluiten komen exact overeen met het D66-standpunt. Wij zitten echt precies in het midden." Bakker: „We zijn het scharnier van de coalitie. Dat moeten we beter uitventen. Wij formuleren straks opnieuw hoe het regeer akkoord eruit ziet. De grootste gemene deler ligt bij D66. Niet als een soort grauw midden, maar als bron van inventiviteit waar de oplossingen liggen." En Van Mierlo wordt lijsttrek ker? Van Boxtel: „Ja, tot het tegen deel is bewezen." De Graaf: „Er is geen enkele reden om af scheid van hem te nemen. Als Van Mierlo zegt: ik wil jullie nog een keer aanvoeren, gaat de par tij als één man achter hem staan." Van Boxtel: „We hebben geen enkel signaal gekregen dat hij het niet zal doen. Hans Van Mierlo heeft een herijking van het buitenlands beleid gereali seerd die uniek is in de Neder landse geschiedenis. Uniek. De manier waarop hij binnen Eu ropa functioneert, zijn mensen- rechtenbeleid Ik hoor het me neer Van Traa (PvdA) vorig jaar nog roepen: We horen niets meer over mensenrechten. Maar Van Mierlo is met niks an ders bezig. Alleen doet hij het op zijn manier. En hij incasseert zijn successen." Bakker: „Er zijn nu zelfs 1,2 miljard Chinezen boos op hem." De Graaf: „Dat is een wel een enorme prestatie, hè. Dat kan Bolkestein niet zeg gen." Bakker: „Als ze maar niet allemaal tegelijk gaan springen. Of door elkaar heen praten." Van Boxtel: „Boos zijn mag, maar wel daar blijven." De PvdA zet de kiezer straks voor het blok: Iedere stem die niet naar Kok gaat, is een stem op Bolkestein. En als de WD de grootste wordt, is Kok - die 'fan tastische' minister-president - weg. Van Boxtel: „Als je zeker wilt zijn van het kabinet Kok-II, moet je D66 stemmen." De Graaf: „Ik ben er heilig van overtuigd dat je de kiezer dui delijk kunt maken dat het om meer gaat dan de strijd tussen Bolk of Kok. Dat het gaat om de vraag: Wat voor een kabinet wilt u eigenlijk? Onze rol is de kiezer straks voor te houden: Wilt u niet Kok of Bolkestein maar die goede ploeg terug, dat moet u D66 stemmen." Kies Kok-II, stem D66', lijkt ons een geweldige verkiezingsleus. De Graaf: „Hallo, dat wordt ook niet de leus. Wij zetten ip op onze lijsttrekker. Van Mierlo zal vanaf het moment dat het EU- voorzitterschap is afgelopen, veel zichtbaarder zijn. Ik kan nu toch moeilijk tegen Van Mierlo zeggen: Je mag niet naar Alba nië of China omdat de peilingen hier tegenvallen. Dat is krank zinnig. Ons profiel zal echt veel krachtiger worden. Op dit mo ment heeft onze politieke leider gewoon een klus te klaren. Dan is hij minder bezig met profile ren via de media door weer eens een debat op te roepen. De mensen zijn nu helemaffi gek van de magnetische aantrek kingskracht van Bolkestein. Dat gaat weer over, dat duurt geen jaren. Daarom raken wij niet in paniek." De peilingen voorspellen al ge ruime tijd een fors grotere VVD, een wat grotere PvdA, en een kleiner D66. Is dat voor jullie een basis voor Paars-II? Van Boxtel: Veertien zetels is voor ons niet acceptabel, en net zei hij min drie?" „De Graaf: „In een drie-partijen-kabinet moe ten partijen een beginsel van gelijkwaardigheid hebben. Dat betekent dat D66 nodig moet zijn voor de meerderheid. Is dat niet het geval dan moet D66 zich grondig afvragen of zij be reid is in een kabinet te zitten en genadebrood te eten. En de kans te lopen voortdurend te worden overstemd." Die situatie is niet denkbeeldig, dat PvdA en WD samen zo'n tachtig zetels halen. De Graaf: „Dan staat D66 voor de afwe ging: Wat kunnen we toevoe gen, wat is onze positie in kabi net. Wat kan D66 in het regeer akkoord krijgen en vervolgens ook waarmaken." Van Boxtel: „Aanschuiven met één staatsse cretaris en in de stemverhou ding verder geen rol spqlen, heeft geen zin." Bakker: „Dan moet je het niet doen. Dat is niet aantrekkelijk. In de coalitie PvdAJCDAJD66? Van Boxtel: „Niks is uitgesloten, maar als paars succesvol is zet je eerst daar op in." Bakker: „Mijn enthousiasme voor de combinatie PvdA/CDA/D66 zou niet al te groot zijn." Met wie voelen jullie je meer verwant: PvdA of WD? De Graaf: „In het stemhokje, met het pistool op de borst en zonder D66, kies ik program matisch voor de PvdA. Maar voel ik me cultureel eerder bij de WD thuis. In mijn politieke carrière van afgelopen twintig jaar, ben ik bij de PvdA altijd te gen dat machtsdenken aangelo pen. Een keiharde interne cul tuur, van ruzies en elkaar de maat nemen. Typisch PvdA. Daar voel ik me absoluut ni thuis. Onze eigen fractievoo ter Gerrit Jan Wolffenspei trekt een harmonieuze frac Maar zo'n Wallage bijvoort ePvi nini Bakker: „Zouden wij Wallaj fractievoorzitter kiezen? Ad woord: Nooit." Van Boxtel: „PvdA en WD dwijnen weer in het hanenj drag van voor paars. De P heeft een fantastische min president. Maar als ik kijki PvdA-fractie, dat is één gi kermisfestijn. Vreeman g weg, vindt het eigenlijk nil Vliegenthart wordt vice-fa voorzitter, andere fractiele beklagen zich. De PvdA-fa is een optelsom van deelb getjes. De WD op haar be één groot solonummer v kestein. De rest van de frai bestaat nauwelijks. Als Bol stein 'nee' zegt, gebeurt h niet." De Graaf: „En hij zegt vaal 'nee'. Bolkestein is een typ conservatieve WD'er, daal weinig liberaals aan." Van Boxtel: „'Niet doen, d een gevleugelde uitdrul binnen de WD. Het wordt de titel van hun verkiezinj gramma. Lekker kort. En( vlak voor de verkiezingen schijnt een bijlage: Altlian niet." De Graaf: „En dankt wij: Bolkestein, niet doen i j| DEN HAAG MARC PEEPERKORN Bol) the W ■aal I aen, di Irukkii P wordt 'ac 'I Geen haantjesgedrag bij de fractietop van D66. Ook al staat de dit weekeinde congresserende partij op min tien in de peilingen. De mocraten houden van een prettige sfeer en verweren zich met argumenten. Zoals: Met een gedecimeerd D66 komt er geen Paars-II. En natuurlijk met Hans van Mierlo, de nieuwe lijsttrekker. Onrust? Welnee. D66'ers worden pas zenuwachtig als ze in de peilingen op drie onder nul staan. De vrije val van 24 naar 14 Kamerzetels die het meest recente opinieonderzoek hen voorspiegelt, doet de wenkbrauwen slechts licht fronsen „De kunst is je niet gek te laten maken door slechte peilingen." Roger van Boxtel (43), Bert Bak-» ker (38) en Thom de Graaf (39) zijn het supertrio, de angry young men van D66 in de Twee de Kamer. Ze maken zich niet druk om hun herverkiezing. Godfather Hans van Mierlo zal tijdig van zijn Europese plicht plegingen verlost zijn om D66 als 66-jarige in 1998 opnieuw naar 24 zetels of meer te leiden. Het partijcongres dit weekeinde in Noordwijkerhout wordt dus hartstikke gezellig. Zoals altijd. Nee, dan het CDA. Daar is pas ruzie en achterklap. De Graaf: „D66 heeft geen partijbaronnen die roepen om dwaze acties." De overeenkomsten?Alle twee de partijen staan op verlies in de peilingen." Van Boxtel: „Maar bij ons is het tijdelijk en bij het CDA structureel. Dit is een momentopname, waarin de vleugels van paars, PvdA en WD, zich extreem profileren. Terwijl wij de kwaliteiten van dit kabinet koesteren. Boven dien, vier, vijf weken geleden stonden we nog op 22 zetels." Is dat niet de ernst onderschat- fe«?Van Boxtel: „Nee. Uitein delijk wordt de balans opge maakt bij verkiezingen. Dan wordt duidelijk of het nuttig en zinvol is om veel debatjes aan te zwengelen, zoals de WD doet. Of, zoals wij, gewoon vier jaar lang bijdragen aan goed kabi netsbeleid, waarin de D66-be- windslieden excellent functio neren." De Graaf: „We hebben een fractie die gewoon werkt en scoort, al is het niet voortdu rend met de lawaaimachine aan zoals bij PvdA en WD." Bakker: „Wie hard schreeuwt, vestigt de aandacht op zich. Maar dat wil nog niet zeggen dat de WD het resultaat uit de peilingen ook zal verzilveren." De hemelbestormers van D66. Van Boxtel, De Graaf en Bakker (vlnr). foto cpd cffi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1997 | | pagina 2