Steeds meer meisjes zwerven
Eerste chauffeuse
op Jordaanse taxi
u
Bolkestein kiest voor de harde confrontatie met Voorhoeve
Feiten &Meningen
De euro, een
domper op de
vakantiepret
ZATERDAG 1 MAART 1997
In Duitsland gaat het slecht met de economie. De werkloos
heid rijst de pan uit. Telkens als Nederlandse nieuwslezers het
vermelden, voegen ze er waarschuwend aan toe: als het in
Duitsland zo blijft gaan, kan het land niet deelnemen aan de
Europese Monetaire Unie.
Wat dan nog, zou je kunnen denken.
Ja, maar als Duitsland niet mee kan doen met de EMU, komt
de hele euro op losse schroeven te staan.
Alsof dat erg zou zijn! Als ik iets met vrees en beven naderbij
zie komen, is het wel de invoering van de euro. Dat gaat miljar
den kosten en die kosten zullen door de bankiers op de kleine
spaarders worden afgewenteld.
Voordat de euro voordeel gaat opleveren, zal hij eerst enkele
jaren alleen maar nadelen opleveren, want de kost gaat voor de
baat uit, zoals ik een econoom laconiek heb horen opmerken.
Met andere woorden: wie bejaard is als de euro wordt inge
voerd (en tegen die tijd ben ik dat) zal nog net meemaken dat
we allemaal krom liggen vanwege die ellendige euro, maar niet
meer dat deze nieuwe munteenheid
ook nog voordeel gaat opleveren. Nee
hoor, alle bejaarden, van wie velen nu
al, zoals het Planbureau heeft uitgere
kend, geen dubbeltje meer hebben om
te poepen, zullen tegen die tijd amper
nog van de armen begraven kunnen
worden.
Ach, het lijkt zo handig, één munt in
heel Europa. Maar als 't zover is, hoeft
de olijvenoogst in de laars van Italië
maar te mislukken en zitten wij hier in
Nederland met de gebakken peren. Als
dan stakende Spaanse chauffeurs ban
den lek prikken, zijn hier de rapen gaar.
Vangen ze in Denemarken bot, dan
kunnen wij de schol van het menu
schrappen.
En dan die naam: euro! Je denkt meteen aan 't woord (e)uro-
loog, een deftig woord voor piskijker. Euro, alsof 't een soort
aandoening van de urinewegen is!
Wat is nu het voordeel van de euro? Dat je geen geld meer
hoeft te wisselen als je de grens overgaat? Maar wat is er nou
leuker dan, als je een dagje uitgaat naar Antwerpen, om eerst
wat Nederlands geld om te zetten in Belgisch geld. Je krijgt zo
verrukkelijk veel Frankskes terug voor je guldens. Het is zo ple
zant om, op een terrasje in Brugge, te betalen met die wonder
lijke Belgische flapjes met vele nullen en dan uit te rekenen
wat nu eigenlijk je kopje koffie gekost heeft dat geserveerd
werd met het doordruppelend koffiefiltertje nog bovenop je
aardewerk.
Het wisselen, de wisselkoersen, alles wat daarmee te maken
heeft, is nu juist plezier. Daar begint het avontuur al! Waar in
mijn geval dan nog bijkomt dat ik, van nature akelig gierig, veel
gemakkelijker buitenlands geld uitgeef dan guldens. Wissel je
namelijk geld, dan geef je in feite je guldens al uit. Het geld dat
je daarvoor terugkrijgt kun je toch nooit helemaal serieus ne
men, en daarom smijt je dat zorgeloos over de balk. Voor een
gierigaard zoals ik is buitenlands geld een uitkomst.
Enfin, komt de euro, dan zullen we allemaal zo verarmen dat
we helemaal niet meer op vakantie naar 't buitenland kunnen
Criminaliteit en prostitutie zijn vaak treurig eindstation
Het traditionele beeld
van de mannelijke
dakloze die de straten
van de stad afschuimt
op zoek naar eten,
warmte en een slaap
plaats gaat lang niet
altijd meer op. Steeds
vaker belanden tiener
meisjes en vrouwen,
soms met hun kinde
ren, op straat. Met hun
specifieke problemen
en hun weinige bezit
tingen kloppen zij ver
volgens aan bij een
opvanghuis. Van de
naar schatting 30.000
daklozen in Nederland
is ongeveer vijftien
procent vrouw. Een
percentage dat snel
toeneemt.
„Zwerven, dat doen vrouwen
niet zo snel, alleen in bijzondere
omstandigheden", zegt Rina
Beers van de landelijke Federa
tie Opvang. „De toename van
het aantal dakloze vrouwen is te
wijten aan gebrek aan opvang
in psychiatrische ziekenhuizen,
waar mensen niet meer einde
loos kunnen blijven. En het so
ciale vangnet is weggevallen.
Vroeger werden psychiatrische
patiënten regelmatig opgevan
gen door hun familieleden. Nu
kunnen of willen familieleden of
vrienden deze vrouwen vaak
niet meer opvangen."
Het echtpaar Germen en Sjouk-
je Stoffers heeft dagelijks met
dakloze vrouwen te maken. De
beide kapiteins van het Leger
des Heils runnen het opvang
huis The Village in Rotterdam.
„Van allochtone vrouwen hoor
den we nooit iets over echt
Overdag stopt ze een revolver onder haar zit
ting. 's Nachts verstopt ze vaak een mannelij
ke vriend in de kofferbak. Je weet maar nooit.
Als eerste vrouw onder de ruim honderddui
zend Jordaanse taxichauffeurs is het werk voor
Myassar Abul-Hawa nogal avontuurlijk. Mo
gen vrouwelijke taxichauffeurs in het Westen
gemeengoed zijn geworden, in de Arabische
wereld baren ze opzien. „Eerst wrijven de
mensen op straat eens goed in hun ogen,
daarna klappen en juichen ze me toe. Ze kun
nen niet geloven dat een vrouw achter het
stuur zit van een taxi", zegt Abul-Hawa.
Ze is 52 jaar, studeerde Engelse literatuur en
werkte als lerares in Beiroet. Door de burger
oorlog in Libanon moest ze in 1975 vluchten
en sindsdien vond ze geen geschoold werk
meer. Ze werd taxichauffeur omdat ze geld
nodig had. Abul-Hawa is moeder van acht
kinderen.
Na een maand achter het stuur is Abul-Hawa
inmiddels een bekendheid in de hoofdstad
Amman. Kinderen rennen achter haar auto
aan en vrouwen proberen gesprekken met
haar aan te knopen. Ook de Jordaanse Vrou
wenfederatie is trots op haar. „Ze is het unieke
voorbeeld dat aantoont dat vrouwen in staat
zijn traditionele mannenbanen uit te voeren",
aldus federatie-directeur Nadia Shamloukh.
Slechts 14 procent van de één miljoen tellende
Jordaanse beroepsbevolking is vrouw. Vrou
wen worden geweerd uit vermeende gevaarlij
ke beroepen en beroepen waarbij 's nachts
moet worden gewerkt.
Gelukkig voor Abul-Hawa wordt de wet over
nachtwerk zelden toegepast. Ze zegt in de
nacht geen onoverkomelijke problemen te
hebben, behoudens verwilderde politieagen
ten die haar taxi aanhouden. „Zij denken dat
ik in een gestolen auto rijd. Nadat ze mijn
taxivergunning hebben gezien salueren ze en
mag ik doorrijden."
De revolver hoefde Abul-Hawa tot nu toe nog
niet te gebruiken. En haarvriend in de koffer
bak is haar nog geen enkele maal te hulp ge
schoten. Een keer moest hij uit de kofferbak
klimmen, maar dat was om een politieagent
ervan te overtuigen dat Abul-Hawa geen ge
vaar liep in de nacht.
Het werken in een door mannen gedomineer
de maatschappij heeft voor Abul-Hawa ook
voordelen. Veel diep gelovige moslimmannen
hebben het niet graag dat hun vrouwen en
dochters alleen in een taxi zitten met een
mannelijke chauffeur. „Dus bellen ze mij."
AMMAN JAMAL HALABY/AP
Het percentage vrouwen onder de Nederlandse daklozen neemt in ras tempo toe.
scheiding, want dat paste niet
in hun cultuur", aldus Germen.
„Maar zij stappen nu ook uit
hun relatie. Ze gaan dan niet
onmiddellijk naar een advocaat.
En als zij niet kunnen aantonen
dat de echtscheidingsprocedure
in gang is gezet en dat ze zelf
standig wonen, krijgen zij geen
uitkering. Dan staan ze gauw op
straat en is begeleiding en op
vang nodig. Steeds vaker zien
we illegale vrouwen die op
straat staan."
Onder zwerfjongeren groeit het
aantal dakloze tienermeisjes.
.Aanvankelijk waren het vooral
autochtone jongens, blond en
blank. Langzamerhand zie je
verschuivingen: steeds meer
meisjes, maar ook allochtonen,
gaan zwerven", zegt Frans van
de Ven, voorzitter van Stichting
Zwerfkinderen Nederland. „Dat
is vooral een algemeen emanci
patorische ontwikkeling. Aan de
ene kant zie je steeds meer
wouwen aan de universiteit of
met een hoge baan. Zwervende
meisjes zijn de negatieve gevol
gen van deze emancipatie."
De stap naar een leven op straat
is meestal het tragische gevolg
van een dramatische jeugd. Van
de Ven: „Er is verschrikkelijk
veel gebeurd als meisjes gaan
zwerven. Vaak zijn ze ook
slachtoffer van incest of seksu
eel misbruik. Als ze dan uit huis
worden gezet of als vluchten
komen ze regelmatig in de
prostitutie terecht. Wéér in een
situatie waarin ze worden uitge
buit."
Omdat meisjes vaak met seksu
eel misbruik te maken hebben
gehad, moeten zij gescheiden
van jongens worden opgevan
gen. Van de Ven: „Ze moeten
een veilige plek hebben, een
ruimte waar ze de keuze heb
ben of ze jongens willen zien of
niet."
Hetzelfde geldt voor volwassen
vrouwen. Germen Stoffers:
„Vrouwen hebben doorgaans
behoorlijke relatieproblemen
achter de rug. Als ze bijvoor
beeld zijn mishandeld, hebben
ze geen behoefte om mannen te
zien."
Veiligheid is voor op straat le
vende vrouwen een probleem.
Rina Beers: „Op straat worden
je spullen gestolen, je kan wo
den aangevallen. Maar voor
vrouwen is er nog een extra
vaar. Ze kunnen ook seksuee
worden misbruikt.Vrouwer
op straat zijn veel kwetsbaarc
dan mannen, vindt ook Sjoul
Stoffers. „Maar een dakloze
vrouw krijgt vaak beschermii
van drie of vier zwervende m
nen. Vaak leven ze dan in eei
groepje op straat, vormen ze
een soort gezinnetje."
Veel hulpverleners klagen dal
te weinig opvangplaatsen zijl
voor dakloze vrouwen. „Vorij
jaar moesten we meer dan d\
zend keer nee verkopen", aid
Germen Stoffers.
Beers: „Voor zwervende man
nen is er altijd opvang gewee
die konden altijd ergens tere<
Vrouwen werden geweigerd.
Die moesten ergens anders e
beroep op doen, op hun famj
bijvoorbeeld. De laatste jaren
worden steeds meer sociale
pensions voor vrouwen opgé
zet, maar er zijn nog steeds t
weinig plaatsen. Daardoor zi
vrouwen vaak 'draaideur-clië
ten'. Ze slapen een paar nacli
ten bij vrienden, gaan een pa
dagen naar de vrouwenopvai
dan weer even op straat, zo 1<
pen ze het hele circuit door.'
Vrouwen kunnen over het alj
meen genomen makkelijker
weer zelfstandig wonen, stelt
Rina Beers. „Zij hebben van
huis uit meer huishoudelijke
vaardigheden. De meeste zw
vers zijn traditiegetrouw oud
re, alleenstaande mannen en
die moeten eerst leren koken
huishoudelijk werk te doen.
Daarom verblijven vrouwen
vaak korter in een opvanghui
Ook meisjes verdwijnen vaal
eerder uit het zwerfcircuit da
jongens. „Ze gaan veel eerde;
een relatie aan en bij voorbef
bij hun vriend wonen", weet
Van de Ven. „Vaak belanden
dan in het criminele circuit o
de prostitutie en of dat nou 2
veel beter is? Daarom moet ji
snel ingrijpen als je ze wilt h<
pen."
ROTTERDAM CINDY DEUMERS
TOM JANSSEN
Zijn WD-leider Frits
Bolkestein en defensie
minister Joris Voorhoeve
rebels without a cause,
twee coureurs die op de
afgrond afstormen en
kijken wie het langst
durft door te rijden? Of
is het meningsverschil
over de NAVO-uitbrei-
ding tussen de liberale
voorman en zijn partij
genoot in het kabinet
niet meer dan een teken
van gezond dualisme?
Dinsdag, als de Kamer
over de NAVO-uitbreiding debatteert, moet het ant
woord komen. WD-minister Dijkstal van binnen
landse zaken sprak donderdagavond sussende
woorden: men zal in het debat zo dicht mogelijk
naar elkaar kruipen om voor alle partijen zoveel mo
gelijk gezichtsverlies te voorkomen. Dan hoeft Voor
hoeve niet weg.
De WD is tot nog toe opmerkelijk kalm gebleven
onder de aanvallen op haar eigen minister. Libera
len vinden het nog steeds prachtig dat hun leider
Bolkestein de politieke agenda weet te bepalen. Dat
op zo'n wezenlijk punt van buitenlands beleid plot
seling wordt afgeweken van wat prominenten in de
partij al jaren vinden, moet maar op de koop toe
worden genomen.
Sari van Heemskerck is het enige Kamerlid dat
openlijk durft te bekennen dat ze het 'fundamen
teel' met Bolkestein oneens is en dat Polen, Honga
rije en Tsjechië wél lid moeten worden van het At
lantisch bondgenootschap. De rest huppelt, net als
bij de EMU, vrolijk achter de leider aan.
Bolkestein zelf wuift alle kritiek minzaam van de
hand. In zijn boerderijtje in Frankrijk heeft hij in alle
stilte nagedacht over de kwestie en dit is zijn me
ning. Dat het kabinet - inclusief zijn eigen WD-mi-
nisters - er anders tegen aan kijken is jammer. Voor
Bolkestein is dit gewoon gezond 'dualisme'.Na
dinsdag gaan we gewoon weer over tot de orde van
de dag.
Hoe vernieuwend zijn verschijning in de Nederland
se politiek ook is, in zijn opvatting over de vrijheid
van kabinet en Kamer om zonder poespas met el
kaar van mening te verschillen, volgt Bolkestein een
oude liberale traditie. Vanaf Thorbecke (halverwege
de vorige eeuw) geldt dat de regering regeert en de
liberalen wel zien of zij het er mee eens zijn. Na
tuurlijk is het regeerakkoord een zeker bindmiddel.
Maar daarbuiten is alles mogelijk.
In het parlementaire verleden is dan ook geen voor
beeld te vinden van een liberale minister die moest
vertrekken omdat hij een andere mening had dan
zijn politiek leider. De toenmalige WD-fractievoor
zitter Oud keerde zich in 1951 wel tegen het beleid
van minister van buitenlandse zaken Stikker over
Nieuw-Guinea. Maar Oud had vooral problemen
met het kabinet dat hij in zijn motie van wantrou
wen 'veel te zwak voor de ernstige tijd' noemde. Hij
kreeg geen Kamermeerderheid achter zich, maar
voor Stikker was de kritiek van zijn eigen WD ge
noeg. Hij vertrok, om overigens in een nieuw kabi
net gewoon weer op zijn post terug te keren.
Niet een meningsverschil, maar het opzeggen van
vertrouwen in de ministers (ploeg) is volgens dualis
ten reden om af te treden. Het is deze zogeheten
vertrouwensregel die de kern van het ongeschreven
staatsrecht vormt. In 1988 speelde zo'n conflict zich
af tussen de WD-ministers in het kabinet-Lubbers
II en fractieleider Voorhoeve
Het kabinet sneuvelde officieel over iets onbenulligs
als het reiskostenforfait, maar in feite was de WD
het kabinet onder CDA-dominantie zat.
In het geval van Voorhoeve bezweren WD'ers - Bol
kestein voorop - dat er geen gebrek aan vertrouwen
is. Hij mag dan flink beschadigd zijn door het echec
van Dutchbat in Srebrenica, verder zijn er geen
klachten. Al blijft het opvallend dat geen enkele W-
D'er Voorhoeve te hulp schoot toen de minister
laatst over zijn tanende gezag bij defensie door het
CDA aan de tand werd gevoeld.
Daar ligt dan ook het grootste risico van Bolkesteins
kruistocht tegen het 'onbezonnen' kabinetsbesluit
over de NAVO. Van mening verschillen met een
krachtig en populair minister over een onschuldig
voorstel is niet meer dan een politiek steekspel. Zie
de 'aanvaringen' tussen de WD-fractie en ministers
als Jorritsma en Zalm. Maar een zwak minister als
Voorhoeve aanpakken op een belangrijk onderwerp
is spelen met vuur.
Bolkestein mag dan beweren niet op de val van zijn
minister uit te zijn, het hangt van Voorhoeve af of
dat inderdaad niet gebeurt. De minister kan het me
ningsverschil glimlachend accepteren en zo een
frontale botsing voorkomen. Voorhoeve kan ook te
gensputteren of zelfs een
'onaanvaardbaar' uit
spreken. Als Bolkestein
dan nog zijn stoere taal
weigert in te slikken, valt
het doek voor de minis
ter of wellicht het hele
kabinet-Kok.
Gezien het gedrag van
Bolkestein van de laatste
dagen wil hij het op een
harde confrontatie laten
aankomen. In plaats van
gas terug te nemen en de
hoopvolle ontwikkelin- jno
gen tussen NAVO en blij
Rusland toe te juichen, deed hij er een schepje bo-poi
venop door de NAVO in de plannen van het kabin^oi
maar 'slappe hap' te vinden. onj
gar
DEN HAAG WILFRED SCHOLTENTor
litl