Abortusdebat moet houvast bieden i
'Uiteindelijk geven ze altijd toe'
Feiten &Meningen
Chirac krijgt
dreun na dreun
van onderdanen
Rieks Smeets slaa
gewoon keertje ovs
)kk£ f\
MAANDAG 20 JANUAR11997
152
Medische wetenschap maakt morele keuzes steeds moeilijker j
Terug van lang weggeweest: de abortusdiscussie. Jarenlang is er niks over te doen geweest. Waar
om ook? Het aantal abortussen in Nederland is laag. Zo 'n 21.000 Nederlandse vrouwen laten jaar
lijks hun zwangerschap onderbreken. Dat is 6 promille van alle vruchtbare vrouwen. Anticoncep
tie is algemeen geaccepteerd. Er zijn juist heel veel mensen die kinderen willen, en dus veel ge
wenste kinderen. En dan is er ineens een discussie over de vraag of het niet 'te gemakkelijk' is om
een abortus te krijgen.
Flet debat werd aangezwengeld door de EO,
die vorig jaar met behulp van een verbor
gen camera probeerde te bewijzen datje
zelfs voor een skivakantie een abortus kunt
krijgen. Afgelopen week barstte de bom
echter pas goed. In een documentaire van
het tv-programma Zembla zeiden twee
abortusartsen dat zij het niet hun taak vin
den vrouwen op andere gedachten te bren
gen. De vrouw heeft er volgens hen goed
over nagedacht. Zij beslist. En de arts helpt.
,,Ook al is het omdat het buiten regent", zei
abortusarts Van den Bergh. Het afgelopen
weekeinde zei hij erbij dat dat een oude uit
drukking uit de jaren zeventig is die aan
geeft dat een vrouw niet altijd zegt wat ze
bedoelt en voelt, omdat ze dat niet kan.
Hoe het ook zij, de bal is aan het rollen ge
bracht. Maar leidt het debat ook ergens toe?
Na een lange, vaak emotionele maatschap
pelijke discussie kwam in 1981 de Wet af
breking zwangerschap tot stand. In die wet
staat dat er sprake moet zijn van een 'nood
situatie', een bedenktijd van vijf dagen en
een gesprek over de keuze tot abortus.
Het begrip noodsituatie werd echter niet
duidelijk omschreven. Daarover was poli
tiek noch maatschappelijk overeenstem
ming te bereiken. Bovendien was het onbe
gonnen werk om een werkbare omschrij
ving te geven van de geestelijke en sociale
redenen die bij een individueel persoon tot
een noodsituatie leiden. De vrees is terecht
dat dat nog steeds het geval is. Ook al gaan
we nu op herhaling, het zal behelpen blij
ven in al die individuele gevallen.
Want kun je een vrouw terugsturen die
onder druk van haar man een vierde
dochter en wéér geen zoon een noodsitua
tie vindt? Terwijl je een vrouw die in de
steek gelaten door haar vriend een zwan
gerschap niet aankan, wel helpt? Minister
Borst (volksgezondheid) kan zich voorstel
len dat een abortusarts ook die eerste
vrouw helpt, hoewel de minister principieel
tegen geslachtskeuzes is. Juriste Dorien
Pessers daarentegen ziet de echtgenoot lie
ver achter de tralies. Maar geldt dat ook
voor de vriend uit het tweede voorbeeld,
wiens onverantwoordelijkheid zijn vriendin
in een noodtoestand brengt? Natuurlijk
moeten al dat soort kerels heropgevoed
worden. Maar help je als abortusarts niet
als er toch nog eentje blijkt te bestaan?
Ook al laat de wet ruimte voor interpretatie,
het heeft geen zin om hem helemaal om te
gooien. Niets wijst er op dat de 'tijdgeest'
sinds begin jaren tachtig dusdanig is veran
derd, dat abortus aan veel striktere of rui
mere voorwaarden moet worden gebon
den. Wel is het de vraag of de zorgvuldig
heidseisen (vijf dagen bedenktijd, een ge
sprek over draagkracht en het draagvlak
van de beslissing) wel worden nageleefd.
Een onderzoek van het ministerie van
volksgewondheid naar de abortuspraktijk
moet duidelijk maken of aan die zorgvul
digheidseisen wordt voldaan. De arts kan
zich volgens de wet niet aan zijn eigen ver
antwoordelijkheid onttrekken met een be
roep op het enkele feit dat de vrouw de
zwangerschapsafbreking wenst, zoals enke
le artsen in Zembla leken te doen.
Van het onderzoek is overigens niet al te
veel te verwachten. Stel dat de officier van
justitie in actie gaat komen als artsen on
voldoende hebben doorgevraagd? Moeten
artsen doen wat de politiek niet lukte, na
melijk de normen voor een 'noodtoestand'
definiëren? Met als gevolg dat alleen vrou
wen die de 'politiek correcte' antwoorden
geven op de vragen van de dokter nog een
abortus krijgen?
Maar als artsen helemaal niks meer tegen
werpen, hebben we er dan vrede mee dat
zwangere vrouwen geheel op zichzelf moe
ten terugvallen bij het stellen van die norm?
De abortuskliniek als professioneel bedrijf,
dat klinisch geheel verantwoord vruchten
afdrijft, met naar behoefte een opbeurend
gesprek achteraf?
De conclusie dat de wet tekortschiet als het
gaat om dit soort kwesties van leven en
dood, is al vaker getrokken. Maar zonder
wettelijke kaders kunnen we niet, al was het
maar om de uitwassen te voorkomen. Daar
dient de discussie zich dan ook op te rich
ten. De opvattingen over abortus mogen
dan sinds 1981 niet schokkend zijn gewij
zigd, de medische wetenschap is wel dra
matisch vooruitgegaan. En die zorgt voor
extreme situaties.
Al heel vroeg in een zwangerschap, ruim
voor de 24ste week (de uiterste grens voor
het uitvoeren van een abortus) kan tech
nisch al worden vastgesteld of er grote li
chamelijke of geestelijke afwijkingen bij het
kind zullen zijn. Het is niet onwaarschijnlijk
dat medische onderzoekers in de toekomst
nog meer te weten komen over een jonge
ongeboren vrucht. De kans dat daaruit di
lemma's voortkomen voor de ouders neemt
dus toe. Nu nog gaat het om grote afwijkin
gen, maar wat te doen als in de toekomst
kleinere afwijkingen kunnen worden ge
constateerd? Op de echo kun je ook ziej
welk geslacht het kind heeft. De kleun<
de ogen niet, ook al waarschuwde CDA-
der Heerma daar al voor.
Het is de medische vooruitgang die toti
echte morele dilemma's leidt. Wordt hp
verleidelijk voor ouders om foetussend k
niet perfect voldoen aan het ideaalbeeli
tijdig af te drijven in de abortuskliniek? Ti
Maar ook: hoe sta je ouders bij die vooi eJ
moeilijke keuze komen te staan of ze«
kind met een erfelijke ziekte of een and
aandoening wel of niet geboren laten v u.
den?
Dat is geen abortus-discussie in de klas
ke zin. Het gaat er niet om of je een kir,;
wilt of niet. Het probleem is datje dite
kind niet wilt of het niet aankunt het op H
voeden, omdat je al op de echo hebtku ni
nen zien wat er aan mankeert. Het is te ff
pen dat de nu opgelaaide discussie ertoe
leidt dat daarover een maatschappelijk P1
bat ontstaat. w
De morele keuzes zullen er niet gemak
ker op worden. Het is onwaarschijnlijk Vf
dit soort 'noodsituaties' ooit in het kern
van een wet of regeling kunnen wordei fl
goten. Want mag een abortus wel alshe
ongeboren kind een armpje mist, man k
als alleen een handje ontbreekt? Andere tö
zonder enig houvast komen vrouwen, t d(
mannen en de artsen, die met het lood; di
re dilemma kampen, pas echt alleen te n;
staan. a2
d(
DEN HAAG ANS BOUWMANS
en MAURICE WILBRINK
Pi
Alsof hij niet meer was dan een toeschou
wer aan de zijlijn klaagde president Jacques
Chirac vorig jaar over het 'conservatisme'
van de Fransen. Treinmachinisten en
vrachtwagenchauffeurs legden het land stil
en er was niets dat de president daartegen
kon doen.
Chirac wilde het spoorwegbedrijf sane
ren, maar het personeel was tegen. Hij wil
de CIC, een groep verliesgevende banken in
de regio, privatiseren, maar de regio was te
gen. Hij had gepland om de gigant
Thomson te privatiseren, maar de bureau
cratie sprak een veto uit.
Zo vaak werd Chirac het afgelopen jaar
knock-out geslagen, dat het voorbeeld aan
stekelijk werd. Afgelopen vrijdag bezetten
werknemers van Crédit Foncier, een verlies
gevende bank, het hoofdkantoor. Hun eis:
intrekking van het door Chiracs regering
bedachte saneringsplan.
Zelfs schendingen van de wet blijven on
bestraft. Toen vrachtwagenchauffeurs eind
vorig jaar tot verbijstering van de buurlan
den half Europa ontregelden met illegale
wegblokkades, nodigde Chiracs regering
hen uit voor een gesprek. En het personeel
van Crédit Foncier verdiende zaterdag een
zelfde invitatie door hoofddirecteur Meys-
sonnier in het bezette hoofdkantoor in gij
zeling te nemen. Een actie die nog steeds
voortduurt.
Buitenlandse bedrijven en regeringen kij
ken met stijgende verbazing toe hoe Chirac,
wiens partij in het parlement een absolute
meerderheid heeft, zijn greep op het land
volkomen heeft verloren.
In november vorig jaar verkocht Jacques
Chirac de militair-electronische gigant
Thomson voor één luizige franc aan Lagar-
dère Groupe, een ander Frans concern. De
verkoop werd alom gezien als een blijk van
goed leiderschap. Door het huwelijk van
Lagardère en Thomson zou een militair be
drijf ontstaan dat zich met de grootsten ter
wereld meten kon. En Lagarère zou de ver
liesgevende elektronica-poot, Thomon
Multimedia, gewoon overdoen aan het Ko
reaanse Daewoo.
Maar luttele weken later liet president
Chirac zich al terugfluiten door een privati
seringscommissie. Die sprak zijn veto over
de transactie uit nadat het land te hoop was
gelopen tegen de verkoop van Thomson
Multimedia aan Daewoo. De commissie
achtte het niet wenselijk dat de Koreanen
een Frans bedrijf in handen zouden krijgen
dat met Frans belastinggeld groot was ge
worden. Dit speelde zich af anno 1996, jaar
van de globalisering van de economie.
Daewoo verklaarde de handelwijze, die
riekte naar racisme, 'schandalig' te vinden.
En toen Chirac vorige week een gezant naar
Seoul zond om de zaak uit te leggen, werd
de man door president Kim Young-sam op
een woede-uitbarsting onthaald. Frank
rijk", fulmineerde de Koraanse leider, „is
ons vertrouwen niet meer waardig." Ge
vreesd wordt nu dat Zuid-Korea, dat een
miljardenorder heeft geplaatst voor de aan
leg van een TGV-lijn, de Franse hogesnel
heidstrein ook niet meer wil.
Het gemak waarmee Chirac zwicht voor
zijn actievoerende onderdanen is des te
verbijsterender, omdat Frankrijk schreeuwt
om hervormingen. Elders in Europa roept
het woord 'staatsbank' slechts herinnerin
gen op aan een lang vervlogen tijd, maar in
het Frankrijk van Chirac moeten grote ban
ken als CIC en Crédit Lyonnais nog altijd
worden geprivatiseerd.
Alleen die laatste al heeft een schuld van
125 miljard franc, een erfenisje van Chiracs
voorganger Mitterrand, die van Crédit
Lyonnais Europa's grootste bank wilde ma
ken. Mitterrand plaatste een bevriende,
maar onervaren prutser aan het hoofd van
de bank, rustte de man uit met een cheque
boek, en voila de ene desastreuze deal
was nog niet gesloten of de volgende kat-in-
de-zak diende zich alweer aan.
Crédit Foncier, waar werknemers thans
hun directeur gijzelen, herhaalde op lande
lijke schaal de fouten die Crédit Lyonnais
op wereldschaal maakte. De bank leende in
het begin van de jaren negentig met grote
ruimhartigheid kapitaal aan eenieder die
maar huizen, hotels, golfbanen of winkel
centra wilde kopen, geen moment besef
fend dat een onroerend-goedmarkt ook wel
eens kon instorten. Die markt klapte enkele
jaren later inderdaad in elkaar, met als ge
volg dat de bank, ooit het neusje van de
zalm in Frankrijk, in 1995 een verlies boekte
van ruim tien miljard franc.
Chirac, ook ruimhartig, kocht de bank in
december om haar voor de ondergang te
behoeden. Achterliggend doel was de sane
ring van Crédit Foncier door een gedeelte
lijke samenvoeging met een andere bank en
de afvloeiing van de helft van het personeel.
Een goed plan, zo leek het. Maar dat was
voordat de werknemers hun directeur in
gijzeling namen.
PARUS CEES VAN ZWEEDEN
Bernard Bot bij het gebouw van de Nederlandse ambassade in Brussel. foto gpd phil nijhuis
We moeten vooral niet denken dat pre
mier Major als enige in Europa dwars
ligt. Bernard Bot, de Nederlandse per
manente vertegenwoordiger bij de Eu
ropese Unie in Brussel, geeft bij hoge
uitzondering een interview 'on the re
cord'. Een opmerkelijk inkijkje in het
Europese machtsspel met een belang
rijke speler achter de schermen. „Er is
altijd wel iemand die vervelend doet."
Bernard Bot (59) geldt in Brussel als een
van de best geïnformeerde Nederlan
ders. Wekelijks treft hij zijn collega-am
bassadeurs van de overige veertien lid
staten in een vertrouwelijk overleg. In
Eurospeak heet dat overleg 'Coreper'.
Daar wordt de Europese agenda voorbe
reid en worden de meeste besluiten
voorgekookt. Ooit zei de Franse oud-mi-
nister Cheysson: „Het Coreper is nog
machtiger dan de Europese Commis
sie".
Zover wil Bot niet gaan, maar hij erkent
wel dat in het Coreper de Europese tem
peratuur soms beter wordt aangevoeld
dan in de hoofdsteden. Zo riep zijn
voorganger Nieman in 1991 al weken
lang dat het Nederlandse ontwerpver
drag voor een federaal Europa schip
breuk zou leiden. Den Haag sloeg die
waarschuwingen echter in de wind. Uit
een rondreis langs de hoofdsteden was
toch duidelijk gebleken dat er voldoende
steun was voor het Nederlandse voor
stel, zo redeneerde men daar. Maar op
de beruchte Zwarte Maandag bleek dat
Nieman het goed had gezien: alleen de
Belgische premier Dehaene zei 'ja' tegen
het Nederlandse plan.
Bot was destijds secretaris-generaal op
Buitenlandse Zaken in Den Haag. Hij
herinnert zich de deceptie nog goed.
„Het probleem was dat de Haagse politi
ci die Europa hadden rondgereisd de
signalen die ze kregen anders interpre
teerden dan de collega's in Brussel, die
toch een vrij goede antenne hebben en
het hele veld kunnen overzien."
Hij licht toe: „Hoe gaat dat? Je bent als
minister een paar uur bij zo'n vreemde
regering die zich niet onvriendelijk wil
opstellen. Dus zegt men: dat is erg inte
ressant wat u daar voorstelt, daar moe
ten we echt nog eens op studeren. Dat
betekent: eigenlijk willen we het liever
niet op die manier. Als je dan conclu
deert dat iedereen 'ja' heeft gezegd, kom
je aan de onderhandelingstafel van een
koude kermis thuis. Want daar laat men
de beleefdheden varen en zegt men bik
kelhard waar het op staat. Dat is precies
wat er gebeurde".
Bot is inmiddels van Den Haag verhuisd
naar de hoogste diplomatieke post in
Brussel en bezweert dat Nederland zich
geen tweede keer aan
dezelfde steen zal sto
ten. „We hebben veel
van die ervaring ge
leerd. Toen hebben we
hoog ingezet en zijn we
lager geëindigd. Nu
zetten we laag in en
hopen hoog te eindi
gen. Er is veel beter en
uitvoeriger geconsul
teerd, niet alleen naar buiten toe, maar
ook binnenlands-politiek. In 1991 waè
het Nederlandse voorstel voor velen een
verrassing, nu kan iedereen weten waar
we op afkoersen. Omdat we al anderhalf
jaar aan het onderhandelen zijn, weten
we bijna tot de millimeter waar we met
de lidstaten aan toe zijn. De enige vraag
is of men in de laatste paar weken van
de onderhandelingen nog bereid is con
cessies te doen. De dierbaarste kaarten
houdt men nu eenmaal het langst aan
de borst en die komen pas in juni tijdens
doorwaakte nachten op tafel."
Bot wijst er op dat de Europese rege
ringsleiders en staatshoofden Nederland
mooi voor het blok hebben gezet. „Wij
hebben in het begin nog laten blijken
dat we graag bereid waren om de herzie
ning van het verdrag van Maastricht
door te schuiven naar Luxemburg,
mocht dat nodig zijn. Maar nee, tijdens
diverse Europese toppen is steeds her
haald dat de kogel in Amsterdam door
de kerk moet. Dat is een probleem, want
het legt een enorme prestatiedruk op het
Nederlandse voorzitterschap. Terwijl wij
niet kunnen bepalen of het ook lukt.
Daarvoor moet je alle veertien andere
lidstaten meekrijgen."
Toch is de diplomaat niet pessimistisch:
„Iedereen ziet de noodzaak van een
nieuw verdrag en er zit nu al genoeg
vlees aan de botten om een aanpassing
interessant te maken. Ik zou zeggen: het
is 99 procent zeker dat we in juni een
Verdrag van Amsterdam hebben
Voor het zover is, moet wel de Britse re
gering tot meer inschikkelijkheid wor
den verleid. Niemand verwacht dat dit
voor de Britse verkiezingen in mei zal
gebeuren. Bot tekent
aan: „Het is waar dat
de Conservatieve rege
ring nogal wat zand in
de Europese raderen
strooit. Maar we moe
ten niet denken dat de
Britten de enigen zijn
die dwarsliggen. Nogal
wat lidstaten vinden
het heel prettig dat
Major nu de oppositie voert; dan hoeven
zij het niet te doen. Het is niet zo dat
veertien lidstaten dapper voortmarche-
ren en dat alleen de Britten achterblij
ven. Op sommige punten zijn het maar
tien of twaalf regeringen die vooruitgang
willen boeken".
Naar een voorbeeld hoeft hij niet lang te
zoeken. „Neem het gezamenlijke bui
tenlandse en veiligheidsbeleid. Daar wil
len we af van het vetorecht en besluit
vorming met algemene stemmen. Maar
de waarheid is dat de grote lidstaten op
dit punt niet willen bewegen. De Fran
sen liggen even dwars als de Britten, om
van een paar anderen nog maar te zwij
gen. De grote lidstaten blijven het toch
erg prettig vinden om hun eigen buiten
landse politiek te blijven voeren."
Meer vooruitgang verwacht Bot in de
justitie- en asielpolitiek, wat in het Ver
drag van Maastricht de 'derde pijler'
heet. „Dit is voor ons heel belangrijk
omdat het de Europese burgers zo direct
raakt. Het bestrijden van de georgani
seerde misdaad, mensensmokkel, drugs
handel en het reguleren van asielstro
men is in ieders belang. Hier kan de zo
geheten 'flexibiliteit' uitkomst bieden.
Een aantal lidstaten dat op deze terrei
nen verdergaand wil samenwerken,
moet daarvoor de mogelijkheid krijgen."
Premier Major heeft tijdens zijn bezoek
aan het Catshuis laten weten dat hij op
dit punt 'constructief wil meewerken.
De duivel bleek echter zoals zo vaak in
het detail te zitten: terug in Londen zei
Major dat het Verenigd Koninkrijk wil
kunnen bepalen op welke terreinen wel
en geen flexibiliteit wordt toegestaan.
Bot: „Dat wordt nog een groot pro
bleem, want met zo'n vetorecht komt er
van de hele flexibiliteit natuurlijk niets
terecht. Maar hoe dan ook: links of
rechtsom moeten we trachten de Britten
aan boord te krijgen". Het onderhande
lingsklimaat is volgens Bot sedert 1991
niet wezenlijk verslechterd. „Ik loop met
enige tussenpozen al sedert de jaren
zestig mee in Brussel en ik kan zeggen:
er is altijd wel iemand die vervelend
doet. We hebben de Fransen gehad die
dwars lagen bij de Britse toetreding, de
Denen die het Verdrag van Maastricht in
een referendum verwierpen, de Grieken
die de samenwerking met Turkije sabo
teerden. Wij ontkomen niet aan de Eu
roscepsis, dat is waar. Maar het is een
normale reactie op elke stap voorwaarts.
Mensen zijn van nature conservatief en
het is aan de politici om af en toe iets uit
te proberen. Ik bedoel: het heeft in En
geland vijftien jaar geduurd om de me
tro te kunnen aanleggen. Waarom? De
dominees dachten dat je dichter bij het
vagevuur kwam als je zo diep ging gra
ven. Als de politici daar indertijd hun
oren naar hadden laten hangen, reed
men er nu nog met paard en wagen."
Volgens Bot wordt het Europese project
steeds weer op het allerlaatste moment
gered doordat de regeringsleiders en
staatshoofden beseffen dat er geen alter
natief is voor verdergaande samenwer
king. „Daarom geven ze uiteindelijk al
tijd toe."
BRUSSEL PAUL KOOPMAN
CORRESPONDENT
Ambassadeur Bot
geeft Verdrag
van Amsterdam
99 procent kans
Tsjetsjenië kiest eind deze maand een nieuw
ment. De verkiezingen in de seperatistische Russia
deelrepubliek zijn een uitvloeisel van het vredesal-
koord dat Aleksandr Lebed vorig jaar bewerkstellig
De Organisatie voor Veiligheid en Samenwerkingc
ropa (OVSE) heeft Nederland gevraagd waarnema
naar de Kaukakus te sturen. Den Haag heeft echte
moeite om vrijwilligers te vinden. Leidenaar Rieks
Smeets legt uit waarom hij dit keer thuis blijft.
Controleren of de 'nieuwe naties' wel netjes metli
kieswet omgaan. Vooral na het uiteenvallen vandt
jetunie en Joegoslavië is het waarnemerschap bijn
kiezingen boomingbusinessvoor landendeskundig
Na missies in Georgië, Armenië en Rusland laat de
Leidse wetenschapper Henricus (Rieks) Smeets de
beurt nu eens aan zich voorbijgaan. De verkiezing
Tsjetsjenië, zondag 27 januari, zullen ook zonder;
aanwezigheid wel 'rustig' verlopen.
Waarnemers moeten een oordeel vellen overhebt
loop van de verkiezingen. Aan het oordeel van deO
het orgaan waarvoor de waarnemers werken, word
veel waarde gehecht. „Als je zegt dat de verkiezing
free and fair (vrij en eerlijk, red.) verliepen, stel jed
volking teleur. Die heeft met eigen ogen kunnena
wat er allemaal fout ging", weet Smeets. Keurt deC 11
de gang van zaken af, dan verliest de winnende pa v
elke legitimatie. „Vaak zit het geheel wel snor", aid
Smeets, „maar zijn er toch kleine oneffenheden.'
moet je dan zeggen?"
Smeets, universitair docent vergelijkende taalwet
schappen, heeft op het ministerie van buitenlands
ken naam gemaakt als Oost-Europadeskundigei
ervaren waarnemer van verkiezingen. Met de
Tsjetsjeense stembusgang in het verschiet hebben
hem nu ook weer gevraagd. „Ze bellen op en vn
kun je? Daarmee is normaal de kous af." Ditmaal!
Smeets (50) de beurt echter aan zich voorbijgaan
Volgens een recent artikel in De Volkskrant zou
wege de onzekere toestand in Tsjetsjenië nee hel
gezegd. De Leidenaar werd afgeschilderd als 'toti
geraar'. Zelf legt hij uit: „Ik heb alleen maar bei'
dat doe ik heus wel vaker". De ene keer is er net
kantie geboekt, de andere keer zit hij midden in ei
tentamenperiode. „Alleen nu vind ik de situatie te
plekke ook iets te gevaarlijk", verduidelijkt hij. In®
cember zijn zes medewerkers van het Rode Kruisi
Tjetsjenië vermoord en een paar dagen geleden
een priester ontvoerd.
Het waarnemerschap heeft in de beeldvorming ha
sche trekjes. Iets voor stoere mannen die huis enh
verlaten om het recht te do.en zegevieren. „Ach,hi
wel mee. Het is niet bepaald een zeemansbestaari
ontmantelt hij de sokkel waarop hij wordt geplaats
Wetenschapper Smeets wordt vooral aangetrokkes
door de exclusieve inkijkjes in de Oost-Europeses J]
menlevingen die hij zich als waarnemer kan pei
ren.
Voor het voorspellen van het verkiezingsverloopi rj)
Tsjetsjenië hoeft hij overigens geen glazen bolleni V
raadplegen. Zo'n 350.000 Tsjetsjenen zijn de gren-
gevlucht. Hun registratie in het kiesregister baart m
Smeets grote zorgen. „De verkiezingen zullen was
schijnlijk niet eerlijk verlopen en dat wordt dan po
afgedekt", voorspelt hij.
LEIDEN MARCEL SMEETS l Rl
mal! J
eses j
-
Smeets: niet naar Tsjetsjenië.