'zwart-zaadcircuit' Een kind uit het Verpleegkundigen dokteren nu al r ZATERDAG 18 JANUAR11997 Grote spermabanken behandelen alleenstaande vrouwen voorlopig niet meer Ongewenst kinderloos. Het overkomt zowel getrouwde paren als alleenstaanden. Een oplossing kan zich aandienen bij de spermabank. Maar niet iedereen heeft zin om een kind te verwekken met petrischaaltjes en pipetjes. Bovendien kunnen alleenstaande vrouwen bij de grotere spermabanken in ons land niet meer terecht. Daar wachten ze de resultaten af van een onderzoek of kinderen van alleenstaande moeders niet slechter af zijn dan kinderen die opgroeien met twee ouders. Wat wel altijd kan is een vent oppikken in de kroeg of reageren op een advertentie van een spermadonor. Over bevruchting door een onbekende. door HANS VAN SOEST drie te bestellen en het biologische klokje tikt verder. Ik had geen zin nog langer te wach ten. Daarom heb ik een beroep gedaan op Paul. Aanvankelijk was ik bang dat het een eng type zou zijn, maar dat is hij niet. Na brieven te hebben geschreven, spraken we telefonisch af elkaar te ontmoeten. Dat wil zeggen: hij belde mij, want ik heb zijn tele foonnummer niet. Ik ken hem ook alleen als Paul. Brieven stuur ik naar een postbus in Leeuwarden." De kinderen van Cora weten van haar kin derwens. „Ze zijn oud genoeg om te weten dat ik niet in mijn eentje een baby kan krij gen. Ik weet nog niet wat ik hen ga vertellen als ik zwanger ben. Ik zal in het midden laten wie de vader is. Paul komt alleen over de vloer als zij er niet zijn. Ik ben nu ook al een alleenstaand ouder. Een derde kind kan er best bij. Wat anderen daarvan denken, moe ten zij weten." Onderzoek De grote spermabanken in Nederland behan delen de laatste tijd geen alleenstaande vrou wen meer. Voorzitter J. de Bruyn van de Ne derlands-Belgische Vereniging voor Kunst matige Inseminatie (NBVK3) bevestigt dat ziekenhuizen veel signalen hebben gekregen dat reageerbuiskinderen van alleenstaande moeders in de puberteit moeilijkheden krij gen. „Op dit moment is een onderzoek gaan de naar de negatieve effecten van alleen staand ouderschap," zegt hij. „Tot dat is af gerond, helpen we voor de zekerheid geen al leenstaanden meer. Hoewel we de uitkomst nog niet weten, kennen we al wat tussentijd se conclusies. Er bestaat geen verschil tussen opvoeding van een kind door een homo- of een heteroseksueel stel. Het maakt wél uit of het twee ouders heeft of één. Maar dit kan heel goed te voorbarig zijn. Voorlopig nemen we het zekere voor het onzekere. Cora heeft de mogelijkheid van kunstmati ge inseminatie nooit overwogen. „Ik zie me zelf al zitten met een kind van 15 dat vraagt wie zijn vader is," vertelt ze. „En dan moet ik een verhaal vertellen over een potje en een spuitje, nee dank je. Kinderen moeten ge woon via de natuurlijke methode worden verwekt." Ze wil de vader van haar kind dan ook ken nen. „Ik had ook een willekeurige vent in de kroeg op kunnen pikken en hem verder niets vertellen. Maar daar ben ik het type niet voor. Ik ben niet iemand die gemakkelijk relaties aangaat. Bovendien is de vader in dat geval nog anoniemer. Paul is ook wel anoniem, maar toch vind ik dat minder eng. Ik ver trouw hem. Dat hij alleen een postbusnum mer heeft, kan ik best begrijpen. Hij vertelde me dat hij vaak verhuist en dat het zo makke lijker is." Eén probleem voorziet de aanstaande moeder toch wel. „Het liefst zou ik willen dat Paul niet alleen donor van het kind is, maar ook echt een vader. Maar dat zit er van zijn kant niet in. Hij wil geen contact met het kind als het nog jong is. Straks ontstaat de si tuatie dat mijn eerste twee kinderen wel een vader hebben die iedere vrijdag langs komt en mijn derde niet. Ik weet nog niet hoe ik dat op ga lossen." Markt Het 'zwart-zaadcircuit', zo wordt de markt van spermadonoren buiten de officiële sper mabanken ook wel genoemd. De patiënten vereniging voor vruchtbaarheidsproblema- tiek Freya is niet zo blij dat alleenstaande vrouwen er op zijn aangewezen. „Bij een spermabank wordt de donor eerst medisch onderzocht, daarna wordt het zaad ingevro ren," legt J. van der Schoor, medewerkster van Freya uit. „Na drie maanden wordt de donor nog eens gecontroleerd. Pas als blijkt dat er zich bij hem geen ziektes hebben ge openbaard, wordt het ingevroren sperma ge bruikt. Die veiligheid is er niet bij donoren die zich aanbieden in advertenties." Cora heeft aan Paul geen gezondheidsver klaring gevraagd voordat ze met hem naar bed ging. „Dat vind ik onzin. Dat vraag je toch ook niet aan je vaste partner voordat je kinderen krijgt?" „Maar ik heb zo'n verkla ring wel," zegt Paul. „Driemaal per jaar laat ik me op aids testen. Ik ben kerngezond. Mijn huidige vriendin heeft geen moeite met wat Het idee is even wennen: de tpleegkundige die het mes zet in wrat ii vat en tegelijkertijd je kussen even schudt. Het medisch handelen is niet meer alleen van de dokter. door MADELEINE ROUMEN H efronste wenkbrauwen, een vinger die I naar het voorhoofd wijst en hier en daar zelfs lichte paniek. 'Gaan verpleegkundi gen straks enge ingrepen doen?' Minister Borst van volksgezondheid kan het zo aar dig vertellen. Verpleegkundigen zijn zo handig in de vingers, dat ze best kleine operaties kunnen verrich ten, vindt de bewindsvrouw. In Engeland gebeurt dat al. Zij denkt aan moedervlekken verwijderen of vaten uit de benen halen die nodig zijn voor een omleiding aan het hart. 'Daar gaat mijn nering', denkt de dokter die vanwe ge budgettering toch al minder mag doen; 'Ook dat nog', verzucht de verpleegkundige in eeuwige tijd nood; 'Niet aan mijn lijf, roept de geschrokken pa tiënt. Maar bij het Landelijk Centrum Verpleging Ver zorging (LCW) in Utrecht - een denktank die in 1993 werd opgericht na de massale acties van verplegenden en verzorgenden - constateert beleidsmedewerker en verpleegkundige Tom Oostrom broodnuchter: „Het is helemaal geen gek idee. De voorbeelden zijn mis schien niet zo gelukkig, maar ervaren verpleegkundi gen kunnen heel goed sommige medische taken van artsen overnemen. Dat doen ze trouwens al jaren en met succes. Sommige karweitjes, zoals het aanleggen van een infuus, gaat hen va'ak zelfs beter af dan de dokter. Vroeger mochten verpleegkundigen niet eens de bloeddruk opmeten. Ook dat was strikt het terrein van de arts. Maar door de nieuwe Wet Beroepsbeoefe naren Individuele Gezondheidszorg (beter bekend als de BIG) krijgt de verpleging veel meer mogelijkheden voor medisch handelen." Grijs gebied Verpleegkundigen 'dokteren' nu ook al binnen het zo geheten gedoogbeleid van de overheid, bij voorbeeld als zij op een intensive care-afdeling werken. Om hoe veel en welke handelingen het precies gaat en op wel ke schaal dat allemaal gebeurt, is niet duidelijk. Het is een groot grijs gebied dat nog in kaart moet worden gebracht. Er staat een onderzoek op stapel van het LCW samen met de Algemene Vergadering van Ver plegenden en Verzorgenden (AVW), waar alle 43 be roepsorganisaties lid van zijn. „Dat zal een waslijst geven", verwacht Tom Oostrom. „Zo'n inventarisatie is nodig om te kunnen beoordelen wat wel en niet in het takenpakket van de verpleegkundige past. We willen geen medische taken erbij om overbelaste dokters te redden of de gezond heidszorg goedkoper te maken. Verpleegkundigen en verzorgenden willen meer invloed in de gezondheids zorg en dat kan alleen als ze nu aan de kwaliteit van hun beroepsuitoefening werken. Over geld en werkbe lasting praten we opzettelijk nog even niet. Eerst zien wat ze willen en kunnen." Veranderen Het LCW juicht toe dat minister Borst, zelf medicus, de discussie tussen artsen en verpleegkundigen over hun taakverdeling een zetje geeft. „Er staat veel te ver anderen. Verpleging en verzorging krijgen het nog drukker. Denk eens aan het groeiend aantal ouderen en chronisch zieken dat een beroep zal doen op ver pleging en verzorging thuis. Het ziekenhuis is er alleen nog maar voor de intensieve en zeer complexe zorg; een medisch-specialistisch bedrijf met steeds hoog waardiger medische technieken. Het klinkt allemaal mooi, maar een verpleegkundige is geen dokter. Oostrom: „Nee, en niemand hoeft bang te zijn dat verpleegkundigen de verkeerde dingen gaan doen. Maar kijk eens naar de stoma-verpleegkundige. Wanneer een stoma moet worden aangelegd, bepaalt de verpleegkundige en niet de arts de plek waar de kunstmatige uitgang moet komen. De verpleegkundi ge maakt de patiënt mee en weet of die veel loopt of zit. Zij kent de patiënt tot in elke huidplooi." Als het aan het LCW ligt, nemen verpleegkundigen in de wijk doktersconsulten voor verband- en hulpmid delen vandaag nog over. Gedacht wordt aan een spreekuur voor mensen die behandeld moeten wor den voor een open been, een operatiewond of die re validatie nodig hebben na een ongeval. Voor veel ta ken die de dokter nu uitvoert, zijn verpleegkundigen al opgeleid. Maar voor specialistische behandelingen zoals assisteren bij een operatie is aparte scholing no- dig. Oostrom: „Het unieke van verpleegkundigen is dat zij de patiënt goed kennen. Zowel in het ziekenhuis, het verpleeg- en verzorgingshuis als thuis. Juist de ob servatie van de patiënt is zo'n belangrijk kenmerk van de verpleging. In het verlengde daarvan liggen allerlei taken, ook medische: van een griepprik tot spreekuur in het verzorgingshuis. Dat doet de arts nu, terwijl er zoveel verpleegkundigen werken die de bewoners veel beter kennen. Moeten er slaapmiddelen worden voor geschreven, dan weet de verpleegkundige beter dan wie ook wat er aan de hand is. Misschien heeft iemand vooral problemen met inslapen of gaat het juist om het doorslapen." De verpleegkundige is volgens de LCW-man ook geknipt als deskundige schakel tussen ziekenhuis en thuiszorg. Omdat steeds meer ingrepen poliklinisch worden gedaan, moeten nazorg en opvang van de pa tiënt thuis beter worden geregeld. Transmurale zorg heet dat in medische vaktaal. Zelf heeft Tom Oostrom maar kortstondig de han den aan het bed gehad. Hij heeft vier jaar ervaring op gedaan in de wijkverpleging en gedurende die tijd zag hij het aantal cliënten stijgen van zes naar tien op een ochtend. „Ik ben emit gestapt omdat er te weinig per spectief in zat. Van de zes studenten uit mijn groepje zit er nog maar één in de verpleging. Bovendien vond ik het jammer dat er zo weinig een beroep werd ge daan op je deskundigheid. Een wijkverpleegkundige is zeer goed in staat om bijvoorbeeld in het weekeinde ernstige problemen bij zieke mensen thuis op te los sen. Nou, stop die verpleegkundige dan niet zo vol met allerlei verzorgende zaken. Kousen aantrekken kan de ziekenverzorgende ook. Maar ik geef toe: daar zijn er nog vaak te weinig van." Oostrom koos voor een studie beleid en manage ment gezondheidszorg. „Op de universiteit hoorde ik voor het eerst waarderende woorden over de verple ging. Dat trof me. Toen besefte ik dat verpleegkundi gen trotser op zichzelf moeten zijn." Verrijking Betty Ambaum, voorzitter van de Vereniging van On cologie Verpléegkundigen, reageert vragend. „Is al dat medisch handelen nou werkelijk een verrijking van ons vak en is het beter voor de patiënt? Wij hebben nauwelijks tijd voor gewone dingen zoals een voor- lichtingsgesprek met de patiënt of voorkomen dat ie mand doorligt. Verpleegkundigen aan het bed rennen van het ene infuus naar het andere. Soms wordt het ze wel eens te veel. Door al dat technisch handelen heb ben ze dan geen tijd meer om te reageren op emoties van patiënten. En dat frustreert behoorlijk." Toch kan ze een eind meegaan met 'dokterende' verpleegkundigen. „Degenen die zich verder willen bekwamen, verrijken daarmee hun vak. Soms kan bij kanker een complicatie optreden met vocht in de buik. Dat is zeer belastend voor de patiënt. Misschien kan de verpleegkundige de ontlastende puncties uit voeren die nu alleen door de arts worden gedaan. Dat geldt ook voor het onderzoeken van de nierfunctie bij het toedienen van cytostatica. En wellicht kan de ver pleegkundige ook bekijken of een patiënt een bloed transfusie nodig heeft". Het is een hartenkreet van Ambaum: „Vergeet bij al die ontwikkelingen om het vak te professionaliseren niet waarom je verpleegkundige bent geworden. Het gaat om aandacht en betrokkenheid, meevoelen. Die fatsoenlijke begeleiding van de patiënt mag niet in het nauw komen." I ongeman, bl. sl. stelt zich beschikb. als I spermadonor (nat. meth.), heel NI. en W B.' Met deze advertentie bood Paul uit teeuwarden zich tot voor kort aan in diverse dag- en maandbladen. Of hij echt Paul heet, is onduidelijk. „Want ik wil absoluut voorko men dat iemand weet wie ik ben," vertelt hij. Een echte jongeman is hij in elk geval niet. „Ik ben 46. Maar ik zie er goed uit. Het is misschien wat raar om het van jezelf te zeg gen, maar ik lig goed in de markt bij vrou- Paul is al spermadonor sinds zijn 22ste. Er lopen in Nederland nu acht kinderen rond van wie de moeder door hem is bevrucht. De negende is op komst. „Het eerste kind moet nu 24 zijn. Ik vind het geen raar idee dat hij of zij daar ergens is; ik heb er geen emotione le band mee. Ik heb de moeder nooit meer gesproken." De eerste keer dat hij zijn zaad doneerde, was in een hotelletje in Zwolle. Paul had een artikel gelezen over een echtpaar dat geen kinderen kon krijgen. Hij vond dat zielig. „Het was een tragisch relaas en ik wilde hel pen. Ik schreef ze een brief dat ik wel als do nor wilde fungeren, maar daar heb ik nooit meer wat op gehoord. Toen las ik een adver tentie van een echtpaar uit Zuid-Holland dat een donor zocht. We spraken af in een weg restaurant, op een datum dat de vrouw op haar vruchtbaarst was. Ter plekke besloten we het te doen. We gingen naar een hotel. De man bleef buiten in de auto zitten wachten. Ze hebben me achteraf nog laten weten dat het gelukt was, maar meer weet ik niet. Niet eens of het een jongetje of een meisje is ge worden." Wat beweegt een man om anoniem met vrouwen naar bed te gaan? Gratis seks? „Absoluut niet," zegt Paul. „Ik doe het uit sluitend om die vrouwen te helpen. Het is echt niet altijd een pretje hoor, met vreemde vrouwen naar bed gaan. Ze zijn niet allemaal even aantrekkelijk. Dat waren er maar twee. Bovendien gaat het er tijdens zo'n bevruch ting koel en afstandelijk aan toe. Neem die eerste keer in het hotel. Ik had al mijn kleren uitgetrokken. Die vrouw trok alleen haar broek uit en bleef passief op het bed liggen wachten. Ze had zelfs haar jas nog aan. Ei genlijk wel lachwekkend allemaal." Het is dus niet zijn libido, maar zijn idealis me dat bij Paul de doorslag gaf zich als sper madonor aan te bieden. „Bovendien ben ik dol op kinderen. In mijn achterhoofd speelt wel mee dat het een leuk idee is veel nako melingen te hebben. Je hebt toch een beetje het gevoel dat je zo voortleeft in een volgend persoon. Je geeft jezelf door aan je kinderen, aan een volgende generatie." Maar waarom wil hij dan geen contact met de door hem verwekte kinderen? „Ik heb met de vrouwen de afspraak gemaakt dat, moch ten de kinderen meerderjarig zijn en de be hoefte voelen me te ontmoeten, ik daar geen bezwaar tegen heb. Als de kinderen nog jong zijn, wil ik absoluut geen contact. Ik wil me niet emotioneel aan hen binden. Ik heb zelf een dochtertje uit een eerder huwelijk. Dat is genoeg." Cora heeft onlangs gereageerd op de ad vertentie van Paul. Ze is 35 en sinds zes jaar vrijgezel. „Ik heb twee kinderen uit een eer dere relatie. Ik wil al heel lang een derde, maar een nieuwe partner is niet zo één twee ik doe. Ze weet dat ik geen ziektes oploop en ze begrijpt mijn redenen om het te doen. Ik weet heel goed waar ik mee bezig ben. Het enige dat ik van de moeder waag is of ze me na de komst van de baby een ge boortekaartje stuurt. Zo houd ik een bestandje bij van mijn kin deren. Als een van hen later verkering krijgt, kan de moe der altijd via mij controleren of het geen familie is." Selecteren FOTO GPD Het is Paul na al die jaren hulpverlening niet duidelijk waar moeders bij het selecte ren van een vader op letten. „Sommigen vragen naar mijn gezondheidsverklaring, anderen niet. Ik heb een goede opleiding, maar ook dat interesseert de meesten niet. Ik denk dat ze ge woon op mijn persoonlijkheid let ten." Volgens Van der Schoor van Freya is ongewenste kinderloosheid een groot probleem in Nederland. Bij de vereniging zijn 2500 leden aangesloten. Zij krijgen informatie over de verschil lende mogelijkheden die er zijn om als nog zwanger te worden of om eventueel op adoptie over te gaan. „Er is een groot tekort aan spermadonoren," weet ze. „Sinds de po litiek enkele jaren geleden de anonimiteit van spermagevers op wilde heffen, zijn er veel minder mannen die hun zaad willen afstaan. In zo'n geval gaan artsen prioriteiten stellen. Alleenstaande vrouwen worden dan overge slagen. De oorzaak van hun kinderloosheid is namelijk niet medisch, maar sociaal. Die vrouwen zijn dus gedwongen andere oplos singen te zoeken." Iedere keer als Paul een advertentie plaatst, krijgt hij twee tot vier reacties. Naar eigen zeggen is dat aantal flink afge nomen sinds eind ja ren tachtig de angst voor aids de kop op stak. „Maar niet iede re reactie leidt ook tot een afspraak. Boven dien lukt de bevruch ting niet altijd." verwekken, via geslachtsgemeenschap. Ik heb moeite met een potje. Bij masturbatie komen er bij mij enorm eenzame gevoelens boven uit mijn puberteit. Daar heb ik grote moeite mee. Ik ben er ook voor behandeld. Bovendien is het kind niet gediend bij die kunstmatige bevruchting. Cora is momenteel nog niet zwanger. Ze houdt met temperaturen de dagen bij waar op Paul het beste langs kan komen. Waarom heeft hij eigenlijk gekozen zichzelf aan te bieden in een advertentie en geeft hij zijn goedje niet af bij een spermabank? „Ik wil de moeder van mijn kinderen zien. Ik wil weten wat voor soort mensen het zijn. Zelf heb ik ook wel eens geweigerd om mee te werken omdat ik de moeder niet serieus ge noeg vond. Eén keer heb ik een vrouw in Den Bosch geholpen door bij haar thuis een potje af te geven. Zij wilde mij niet ontmoeten en zat in een andere kamer waar zij het zaad zelf inbracht. Dat vond ik vreselijk. Ik vind dat je kinderen op een natuurlijke manier moet

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1997 | | pagina 37