'Het is me allemaal overkomen' Fiscus wil meevliegen met KLM I ST ZATERDAG 11 JANUAR11997 Cor Bakker, de piano en het toeval )t> eerste keer dat hij Is begeleider van Paul g Leeuw op televisie grscheen, zaten zijn uiers zich diep te hamen. Hun jongen gezelschap van die ieLeeuw, van die ttzooitrapper, van die \ezerik! In huize akker te Landsmeer 'ok een walm door de deugdelijk grvonnde sfeer. Dat or pianist geworden «s, nou ja. Maar dat it er dan van komen loest Cor Bakker zelf cht die herinnering jna vertederd weg. \ch, het was ftuurlijk allemaal itzettend wennen oor mijn vaderen veder. Wat wil je, ik. Bij mij thuis werd iet aan muziek 'daan, het ging er ook ooit over literatuur. 'IB133 Cor Bakken „Ik ben als kind ontzettend diep geraakt door de piano. Dat is alles." Foto cpd Inmiddels stralen de ouders van Cor Bakker van trots. Ze kennen de kwalifi caties die 'de rest' van Nederland hun zoon geeft. Zo'n aardige verschijning, die Cor, nog steeds een gewone jongen zonder allures, een fris hoofd, een proper voorko men en pianospelen dat-ie kan! In de door ruim Westfries polderlandschap omgevén woning lacht Cor Bakker nog even door over 'de geliefdste schoonzoon van Ne derland' en dergelijke typeringen. Allemaal flauwekul, besluit hij. In dit land wordt er al snel overdreven als een eenmaal in de schijnwerpers gekomen redelijk aardig mens gewoon een redelijk aardig mens blijft. „Wat zou er aan mij voor bijzonders zijn?", vraagt Bakker zich af. „Ik ben als kind ontzet tend diep geraakt door de piano, ik heb een soort verliefdheid met dat instrument gekre gen. Dat is alles." Dat eerste contact met de piano was op de lagere school. „Ik was tien of elf jaar en in de klas stond een piano. Zo'n echte ouwe, valse rotpiano, waarop mijn erg aardige onderwij zer heel slecht Für Élise speelde. Niettemin sloeg de vonk over. Ben ik zelf gaan zitten klooien op die piano. Lekker was dat, je hoeft immers zelf geen klank te maken op zo'n in strument, het is alleen maar een kwestie van aanslaan." Op een ouderavond stelde de onderwijzer vader Éakker voor om kleine Cor op pianoles te doen. Vader zei nee. Cor was immers geen doorzettertje. Hij had nog nooit iets afge maakt. Dan was het postzegels sparen, dan weer sigarenbandjes, allemaal bevliegingen. Melodica De onderwijzer zocht een compromis in de vorm van een Melodica, een van pianotoet- sen voorzien blaasinstrumentje. „Nou, die Melodia kreeg ik", kijkt Cor Bakker terug. „Met ook een slangetje eraan, zodat je ook op afstand kon blazen. Liet ik dus wel mijn moeder blazen. Zat dat mens d'r best te doen om mij te laten spelen en dan werd ik boos dat ze voor mij op de verkeerde momenten ademhaalde." Minutieus vertelt Cor Bakker wat er na de lagere school allemaal gebeurde. Eigenlijk ongevraagd, of het zonder meer bij een inter view hoort, dat verleden. Maar het is voor hem vanzelfsprekend om alles wat er aan zijn heden voorafging nog even op te diepen. Omdat de Cor Bakker van nu zich nog steeds verbaast over hoe het allemaal zo kon lopen. „Ik zat in een bootje dat met de stroom mee ging", zegt hij ergens in het gesprek. Maar het kostte toch een hoop geplons eer hij in Uiteindelijk wilde vader Bakker wel inzien dat de Melodica toch z'n beperkingen had. Hij beloofde zijn zoon een studeerpiano, maar dan moest er wel zonder mankeren les worden genomen. „Maar na drie maanden had ik het wel gezien", zegt Bakker. „Nee, niet met die piano, maar met de lessen. So natines van Clementi en zo, dat werk, terwijl ik heel iets anders wilde. Louis van Dijk, dat was mijn grote held. Die zat ik muziekfone- tisch na te spelen, noot voor noot. Dat is een lange weg, maar het is wel een manier om die muziek te leren begrijpen." Op de havo bracht Cor Bakker intussen niet zo'n gelukkige tijd door. „Verschrikkelijk vond ik het. In negentig procent van wat ik moest doen, had ik geen zin. Godzijdank had ik een goede muziekleraar. Die man was weliswaar een beetje wereldvreemd, maar wat maakt dat uit voor iemand die intens met zijn vak bezig is. Hij kwam met dingen die ik nog nooit gehoord en gezien had. Zoals een videoband met zangeres Cleo Laine, waarop je precies kon zien hoe nauwkeurig het contact tussen haar en de haar begelei dende pianist verliep. Prachtig vond ik dat." Ballet Cor Bakker was vijftien toen die muziekleraar hem adviseerde ballet te gaan begeleiden. „Dat was weer zo'n toevalligheid. Ik had er natuurlijk nooit aan gedacht pianist bij ballet te gaan zitten wezen. Het gebeurde echter wel. Improviseren bij oefeningen van Scapi- no. Bij kleine kinderen, die bijvoorbeeld een snijboon, een tomaat of een banaan dienden voor te stellen en dan weer bij ouderen, die puur met technische oefeningen bezig wa ren. Om het allemaal fris te houden, ging ik dat langzamerhand in alle twaalf toonsoorten doen. Zes jaar heb ik dat werk gedaan. Nooit spijt van gehad." Cor Bakker, die 'zijn vingers aflikte' bij tele visie-uitzendingen waaraan het Metropole Orkest meewerkte en 'kwijlend' naar pro gramma's als 'Music all in' keek, zat intussen nog wel steeds op de middelbare school. Dat pianospelen ook zijn beroep zou kunnen worden, wilde moeilijk tot hem doordringen. „Ondanks dat de piano alles voor me was, had ik blijkbaar toch een schop onder m'n kont nodig. 'Wiens oordeel stel je op prijs?', vroeg mijn muziekleraar. Nou, natuurlijk van Louis van Dijk. Daar moest ik dan dus naar toe. Louis heeft me een hele middag bijzon der aardig ontvangen. Ik was zeventien. Tril lend van de zenuwen speelde ik van alles en nog wat. En Louis zat daar maar. Met z'n handen voor z'n gezicht. En zei uiteindelijk: 'Cor, je bent het doodtrappen niet waard als je niet het vak in gaat'. Ik dacht dat ik de he mel hoorde spreken." In bed Het Sweelinck Conservatorium in Amster dam. Na de havo de absolute zaligheid voor Bakker. „Alleen al de gehoortraining! Als kind had ik dat al gedaan, stiekem in bed. Luister de ik onder de dekens naar de radio, naar muziekprogramma's en probeerde ik al flui tend de akkoorden te onderscheiden. Mijn moeder begreep er niks van. 'Jongen ga toch slapen, morgen is er weer een hele nieuwe dag', riep ze dan." Het afstuderen bleek een fluitje van een cent. „Behalve het getuigschrift voor doce rend musicus, gaven ze me er ook maar meteen het solistendiploma bij en dat alles bovendien cum laude. Dat laatste vond ik wel erg veel eer. Maar dat was. zeiden ze, omdat ik het maximale uit de opleiding gehaald zou hebben en bovendien gaf dat cum laude kans op een beurs voor het buitenland. Dat trof. Want boven zijn held Louis van Dijk had Cor zich inmiddels ook nog een idool geschapen: de Amerikaanse componist en pianist Clare Fischer. Hij schreef hem, of hij naar Amerika kon komen. „Het duurde ruim drie maanden eer ik eindelijk antwoord kreeg. Hij had het helaas erg druk gehad, maar nu was ik van harte welkom. Het werd de meest indrukwekkende periode van mijn leven. Wat die man me niet allemaal verteld heeft. Hij heeft zó'n overzicht, dat ik het nog steeds niet allemaal kan bevatten. Heus, ook al ben ik tot mijn negentigste bezig met wat Fischer allemaal weet en kan, dan kom ik nog maar nauwelijks in zijn buurt. Etalage Dat hij verder zou gaan in de lichte muziek was zonneklaar. „Tja, wat had ik, Cor Bakker uit Landsmeer, nog kunnen toevoegen aan de klassieke muziek. Niets, dacht ik, hele maal niets." Zijn bootje voer via het cabaret. Hij bege leidde Jenny Arean, Marjol Flore, Frans Mul der en Sylvia Alberts, werkte mee aan het programma 'Podium van de lichte muziek' en gaf les op de Kleinkunstacademie. „Het waren een soort etalages waarin ik zat te spe len. En het werd blijkbaar een heel grote eta lage toen ik zes jaar geleden bij Paul de Leeuw begon." Vader en moeder Bakker zagen daar dus niets in („Koot en Bie gingen al uit bij ons thuis, laat staan Paul de Leeuw"), maar ook collega's kwamen waarschuwend bij hem langs: 'Kijk uit hoor met De Leeuw, die is slecht voor je naam'." Cor Bakker zelf zag geen problemen. „Ik vond het leuk, ik zat me kostelijk te amuse ren. En dat ik naast Paul het keurige-jongeni- mago kreeg, dat ik me er tegenover zijn ver bale geweld toch altijd wel wist uit te redden, was weer toeval. Er is nooit een slimme regis seur geweest, of een handige vormgever, die dat op die manier in het pak gestoken heeft. Het ging zoals het ging." De sympathie die het grote publiek voor Cor Baldcer ontwikkelde, bracht zijn carrièrre in een stroomversnelling. Een eigen radio programma ('Music minded') en inmiddels ook een eigen tv-programma ('Cor Co', volgend seizoen komt er een nieuwe reeks) bij de TROS, een concertserie met Louis van Dijk, een eigen combo, een eigen orkest, een cd als opmaat voor een serie van vijf - het is Cor Bakker voor en Cor Bakker na, tegen woordig. Rimpel Als de vraag opkomt of er in het Metropole Orkest, aan welke unieke Nederlandse for matie Bakker sinds 1989 verbonden is, ook zo uitbundig wordt gereageerd op al dat succes, stokt het gesprek even. Voor het eerst. Cor Bakker denkt na. Hij weegt zijn woorden, zegt: „Ik heb me van tevoren gerealiseerd dat er altijd mensen zullen zijn die je iets niet gunnen. Precies zoals ik het verwachtte is het ook gebeurd. Zo'n orkest is tenslotte een dorp. Daarin wordt veel gekonkeld en gerod deld, alle collega's die wel van harte met je meeleven niet te na gesproken. In het begin trok ik me diverse opmerkingen nogal aan. Nu ben ik, denk ik, wat harder geworden. Want al heb ik nog maar een kwart contract bij het orkest, dat wil ik wél houden. Tenslot te vind ik het heerlijk om in het Metropole te zitten. De binding met het orkest is nog even groot als vroeger. Ik blijf het een ongekende kick vinden als bijvoorbeeld die massale, warme deken van strijkers over je komt. Die bundeling van energie is met niets te vergelij ken." Razend druk heeft hij het tegenwoordig, maar Cor Bakker zit er uiterst ontspannen bij. „Over muziek ouwehoeren is toch het mooiste wat er is. Mijn eerste solo-cd zou té commercieel geworden zijn. Begrijp ik niet. Het is een redelijk commerciële cd en daar mee bedoel ik dat-ie breed is opgezet. En over ieder stuk dat er op staat heb ik ontzet tend nagedacht." De cd gaat de speler in en door de werkka mer klinkt Bakkers versie van 'Telkens weer', een liedje (muziek Ruud Bos, tekst Friso Wie- gersma) dat volgens hem 'een wéreldhit ge worden zou zijn als het niet in Nederland was gemaakt maar in Amerika'. Tijdens het luisteren, geeft hij een oor-ge- tuigeverslag. Dat gaat ongeveer zo: „In- trootje, duidelijk het thema neerzetten, alsof het een klassiek stukje is, ik heb erg over de stemvoering via het pedaal nagedacht, nog £en keer het thema, maar dan solerend, niet te lang, hoor je. anders wordt het gedreutel, komen we bij de brug, een beetje Morricone- achtig, wordt het wel weer tijd voor het the ma, maar anders, gaan we de tunnel in, weer zoeken wat je met de muziek komt doen, einde van de tunnel in zicht, hè, hè, we zien weer licht, er is weer symmetrie, het introotje terug en het verhaaltje afmaken. Hoor je, ik doe niet zomaar wat. Onder anderen Toots Thielemans is als gast te beluisteren op Bakkers eerste cd. De Belgische mondharmonicavirtuoos die Cor een dikke strot van ontroering bezorgde toen Paul de Leeuw hem onverwachts, als 'ca deau' voor zijn pianist, de uitzending liet bin nenwandelen. Toots is een onvergelijkbaar goede muzikant. Hij had overigens geen tijd om voor de opnamen van mijn cd naar de studio te komen. Zijn we dus naar hem ge gaan. Met de band al grotendeels klaar. Thuis heeft Toots, met koptelefoon op, liggend op de bank zijn bijdrage ingespeeld. Heel ont spannen, heel ongelooflijk, het is zo heerlijk dat die man nu op mijn plaatje staat." Aspirientjes Dat zijn cd 'te commercieel' wordt genoemd, zit hem toch nog even dwars. „Op deze eer ste cd heb ik geprobeerd een paar aspi rientjes tussen de snoepjes te stoppen. Op de volgende cd's zullen het gaandeweg meer as pirientjes en minder snoepjes worden. Ik probeer op een goede manier prettige mu ziek te maken. Zoals onder meer ook in de concertserie met Louis van Dijk. Louis stu deert nog steeds keihard, nog stééds. Ik hoop dat ik dat enthousiasme ook nog kan opbren gen als ik zo oud ben." „En wie heeft er nou gelijk? De pure jazz mensen die in de BIM-kelder depressief zit ten te wezen, of muzikanten zoals Louis en misschien ook ik? Er wordt ook gezegd dat ik bepaald niet vies van geld verdienen ben. Nee, daar ben ik niet vies van. Wie dat wel is, is een vijand van zichzelf. Ik vind het lekker in een mooi huis te wonen en in een mooie auto te rijden. Dat kan niemand me verwij ten. Want gelukkig kan ik mezelf nog steeds aankijken in de spiegel. Dan zie ik een muzi kant, die het voorrecht heeft gehad, dat er mensen in zijn leven zijn geweest die hem in het goede bootje hebben geholpen." Cor Bakker en Louis van Dijk, zittend, vormden samen met Edwin Corzi- lius en Frits Landesbergen de 'Sultans of Swing'. Van Dijk bracht Bakker ertoe 'beroeps' te worden. Foto opd De fiscus ziet het (bijna-) gratis vliegen als loon in natura en gaat dat belas ten. Het is echter nog volstrekt on duidelijk hoe hoog de heffing zal zijn. De fiscus spreekt over de waarde van het ticket in het eco nomisch verkeer als maatstaf. Maar wat is de exacte waarde van een ticket wanneer je soms da gen moet wachten voordat je een keer meekunt? Als dat op Schiphol gebeurt, kun je 's avonds weer naar huis. In het buitenland komen de. extra kos ten geheel voor rekening van de werknemer. Dat kan oplopen. Vliegersvoorzitter Benno Bak steen kan erover meepraten. Vier dagen en nach ten moest hij met zijn gezin in Curasao wachten voor er plek was in het toestel naar Nederland. Dat kostte handen vol geld aan hotelrekeningen, maaltijden, etc. Zijn die extra kosten straks dan af trekbaar voor de belasting, vraagt hij zich af. Bak steen meent dat de economische waarde van een IPB-ticket overeenkomt met de prijs die de KLM de werknemers berekent, zo'n vijf procent van het hoogste economy class tarief. Omdat de vliegtuigen tegenwoordig bomvol zit ten, wordt het IPB-en steeds minder aantrekkelijk. Achteraf bekeken had Baksteen beter een goedko pe charter kunnen boeken. Dan was hij minder geld kwijt geweest en was hij bovendien verzekerd geweest van een plaats aan boord van het vlieg tuig. En dan is Baksteen nog captain met meer dan acht dienstjaren. Dat geeft bepaalde voor rechten. Baksteen, de meeste van zijn collega's en het management krijgen voorrang op vliegtuig Stewardess Marjolein en vriend Rob doen hetzo'n nvaalf keer per jaar. Lekker weg, voor een grijpsmiver de wereld rond. Even een weekendje winkelen in New York, een duik nemen bij de Malediven, op safari in Kenya, de Chinese Muur beklimmen. Of gewoon heerlijk in Zwitserland de pistes afzeilen. Het kan allemaal dankzij de KLM. Als er tenminste nog stoelen vrij zijn aan boord van het vliegtiug. IPB-en, heet 't in het jargon: Indien plaats beschikbaar. Marjolein en met haar veel andere personeelsleden van de KLM maken er gretig gebruik van. Zolang het nog kan dan. Want de fiscus gooit misschien roet in het eten. monteurs of bagage-afhandelaars. Als er een be perkt aantal stoelen vrij is, gaat een captain met zijn vrouw en drie kinderen voor de grondwerk- tuigkundige met twintig dienstjaren. Dat zet kwaad bloed bij het voetvolk, dat toch al van mening is dat piloten een vorstelijke beloning ontvangen voor een luizenbaantje. Reden waarom de officiële KLM-woordvoerster uiterst terughou dend is wanneer gevraagd wordt naar de ins en outs van de IPB-regeling. „Dat is een zaak tussen de KLM en het personeel", antwoordt zij bits. „Het is een gunst van de werkgever aan de werk nemer. Op basis van senioriteit (het aantal dienst jaren, red.) en rang of positie. Meer valt er niet over te zeggen." De regeling beslaat overigens zo'n 27 pagina's tekst. Daar staan de leukste dingen in te lezen, die zo lijken overgenomen uit het handboek van de beginnende BVD-spion: „IPB-reizigers moeten zich correct kleden overeenkomstig de daarvoor gestelde regels en zich hoffelijk gedragen. Zij die nen zeer voorzichtig te zijn met het voeren van gesprekken, vooral betreffende de luchtvaart in het algemeen en de KLM in het bijzonder." Corrie, vrouw van een technicus bij de KLM, zelf werkzaam in een Haarlemse bedrijfskantine, weet daaraan toe te voegen dat het strikt verbo den is je tegenover andere passagiers als KLM-er bekend te maken. Blijkbaar- vindt de zakenman die net drie mille voor zijn business class stoel heeft betaald 't niet leuk om te horen dat zijn buurman voor acht tientjes dezelfde behandeling krijgt. Overigens maken lang niet alle KLM-ers gebruik van de regeling. Volgens José Smeets van de Ver- voersbond FNV is het vooral het vliegend perso neel dat veel op pad gaat. En dan voornamelijk vrijgezellen of jonge stellen zonder kinderen. „Voor veel KLM-ers valt het IPB-vliegen toch duur uit. Je moet je eigen hotel-, verblijfs- en vervoers kosten betalen. Dan is een paar weken op de cam ping in Nederland toch een stuk goedkoper." De KLM wil niet zeggen hoeveel IPB-reizen op jaarbasis worden gemaakt. Maar het moeten er ondanks alle 'nadelen' die er blijkbaar aan ver bonden zijn, tienduizenden zijn. Zo moest de KLM ooit een extra toestel naar Singapore sturen om daar zo'n honderd medewerkers en familiele den op te halen die gewoon niet wegkwamen om dat de lijnvliegtuigen vol zaten met betalende pas sagiers. In het hoogseizoen is het helemaal moei lijk om weg te komen. Maar cabinepersoneel en vliegers kennen vaak de bezettingsgraad op de vluchten. Skiën hoeft natuurlijk niet per se in Oos tenrijk. Je kunt ook naar Colorado in de VS of Van couver in Canada gaan. Bestemmingen die in de winter toch niet zo goed lopen. Wegkomen kun je altijd, als je tenminste niet aan schoolvakanties gebonden bent Tal van KLM-ers in lagere salarisschalen zien de IPB-regeling overigens als een verworven recht. Zij accepteren naar hun gevoel een laag salaris, omdat daar in de vorm van 'goedkoop reizen' veel tegenover staat. Het verklaart de ongewoon hefti ge tegenstand van veel KLM-ers tegen de verzelf standiging van hun bedrijfsonderdeel. Deson danks is het IPB-en in de ogen van de vakbonden en de KLM een gunst. Het wordt ook bewust bui ten de CAO-onderhandelingen gehouden. Als de KLM wil, kan ze morgen de IPB-regeling opheffen. Misschien wel zo verstandig gezien alle kritiek op de regeling. Hoe de fiscus de naheffing op de gebruikte tic kets gaat innen, is nog onderwerp van gesprek. Vermoedelijk wordt de KLM aangeslagen en moet zij zelf weten of zij de heffing aftrekt van het loon van de individuele werknemer. In alle gevallen is er sprake van een hoop extra administratieve rompslomp en kosten. En daar wil de luchtvaart maatschappij in deze tijd van tegenvallende op brengsten juist vanaf.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1997 | | pagina 43