'Mijn realiteit is echter dan het echte Albanië' De ondergang van Frankrijk als dé culinaire wereldmacht r Buitenland iTERDAG 9 NOVEMBER 1996 rog MOERMAN vraag wat hij als belangrijk- taak van een schrijver ziet, [kt enig gemok bij Ismail Ka- te op. „De literatuur zélf heeft n missie. Het is een grootheid zich en kan nooit in dienst an van iets anders. Ik heb it mijn literatuur in mijn land i tweede realiteit willen leppen, die reëler is dan de gelijkse werkelijkheid. Dat is taak van de schrijver. Maar renlijk heeft het woord 'taak' or mij een nare bijsmaak. Als ïethoor, ga ik steigeren." zijn halverwege het gesprek teven lijkt het erop dat hij het or gezien houdt. Er is wat en en weer gepraat nodig om sfeer enigszins te herstellen, dare luistert voortdurend op isjn kritische manier naar de en geeft soms te kennen tik explicieter moet zijn. Zijn ictie op het woord 'taak' is grijpelijk. Gedurende zijn irijversloopbaan werd Kadare mers geacht om in de geest nde 'intelligentsia' zijn in- jnningen in dienst te stellen i het Albanese communisti- ie regime. n 1960, toen hij zijn eerste 'De stad zonder reclame' Jvoltooid, kreeg hij proble- n. De directeur van de atsuitgeverij waarschuwde n dat de Albanese veilig- dsdienst Sigurimi de op- chthad gekregen het boek te bordelen. De uitgever gaf Ka- ehet advies om bladzijden zijn roman te schrappen, of in ieder geval één van de rsonages 'Leve de partij' te la- roepen. (resultaat was dat het boek gepubliceerd bleef, en Ka- e spoedig daarna tijdens een tenlandse reis serieus over- ,ê$ogzijn land de rug toe te ke- ,Het zou niet de enige keer dat hij Albanië wilde veria- Maar Kadare bleef tot 1990, :jaar waarin hij politiek asiel ivroeg. Sinds de val van het lunistisch regime in 1992 hij afwisselend in Parijs Tirana, de Albanese hoofd- De taak van gelouwerd schrijver schrijver Ismail Kadare Aanhangers van de regerende Democratische Partij in Albanië vieren feest in Tirana, nadat ze hebben gehoord dat de partij de verkiezingen van mei heeft gewonnen. Die verkiezingen waren dermate oneerlijk dat de oppositie zich terugtrok. Ook Kadare heeft kritiek op de regering: „Maar ik signaleer tegelijkertijd dat er goede dingen gebeuren. Het is te gemakkelijk om altijd in de oppositie te zitten." archieffoto epa Ismail Kadare: „Eigenlijk heeft het woord 'taak' voor mij een nare bij smaak. Als ik het hoor, ga ik steigeren." foto gpd bertjippes ervaringen tijdens het com- misme hebben overigens ook een duidelijke afkeer van woord 'links' gezorgd. „De se mensen in Frankrijk zijn heel erg trots dat ze in 1968 iben meegedaan aan de cul- ele revolutie. Maar als je die leurtenissen in een groter band ziet, is er geen enkele en om trots te zijn. Want te- 'jkertijd werd de culturele re ide in China gesteund. Door rn-Paul Sartre, bijvoorbeeld, zijn in China verschrikkelijke sdaden tegen schrijvers ge legd. En wat deed men in het ri (sten? Men jubelde. Duizen- schrijvers werden ver- ord of gek, of ze pleegden fmoord. Hoe is dat mogelijk veest! In die tijd werden ook schrijvers in Albanië uit de den verdreven. Het was voor eerste keer dat zoiets op zo'n grote schaal gebeurde. En in de Europese kranten was daarover destijds nog geen twee regels te lezen. Nu zijn ze die feiten alle maal weer vergeten. Windhanen Een schrijver moet coherent zijn, is de steevaste mening van Kadare. „De strekking van 'De adelaar' is niet anders dan die van de boeken die ik tijdens de dictatuur heb geschreven. Als er wél verschillen waren geweest, zou ik me nu onbehaaglijk voe len. Ik ben dan ook tegen de verlate moed van mensen, mensen die pas een regime aan durven vallen wanneer het niet meer bestaat. Sommige schrij vers zijn zoals vyindhanen. Ik vind dat die op een bepaald moment moeten zwijgen. Het getuigt pas van moed wanneer je kritiek hebt op een bestaand regime." 'De adelaar' is een korte, ge laagde roman, waarin onder meer het verhaal van Icarus is verweven. Deze held uit de Griekse Oudheid steeg op om zijn vrijheid te vinden, maar verbrandde vervolgens tegen de .zon. De hoofdfiguur Max in 'De adelaar' zoekt ook naar moge lijkheden om op te stijgen, maar komt niet eens van de grond. „Ik denk dat het probleem van Max het probleem van alle mensen is die onder een com munistisch regime hebben ge leefd. Hij wilde omhoog gaan, maar wist niet hoe dat moest. De keuze tussen slavernij en vrijheid brengt duizenden vra gen met zich mee. De meeste mensen in het voormalige Oost blok hebben te maken gehad met die vragen. Het is zelden gebeurd dat iemand een stij gende lijn kon blijven vasthou den. Max had niet de mogelijk heden en het geluk om de vrij heid te vinden. Zijn streven was heel nobel, maar gedoemd tot mislukken. Zo is het ook met miljoenen anderen gegaan. Ik heb hun levens in mijn roman gestopt." In het oeuvre van Kadare lijkt de ene roman uit de andere voort te vloeien. Zo zijn de pa rallellen tussen zijn laatste ro man en bijvoorbeeld 'Het dro- menpaleis' of'Maannacht' tal rijk. Wat opvalt is dat in alle boeken de hoofdfiguren om niets uit de maatschappij wor den verstoten. Heeft Kadare op die manier steeds zijn frustra ties van zich af willen schrijven? „Ja, ik denk het wel. En het is vervolgens altijd heerlijk om te zien dat het Albanese publiek mijn werk heel goed begrijpt." Pokerspelletjes In eigen land is Kadare onge meen populair. Toen 'Het dro- menpaleis' in 1982 in een opla ge van 30.000 exemplaren werd uitgebracht, was het binnen één uur uitverkocht. „En op het mo ment dat het werd verboden, Hij is een van de grootste naoorlogse schrijvers van Europa en zijn naam staat al jaren op de kandidaten lijst voor de Nobelprijs voor Literatuur. Ismail Kadare: Albanees in hart en nieren en schrijver van veel inter nationaal bekende romans, zoals 'Kroniek van de ste nen stad', 'De brug met drie bogen', 'Het dromenpa- leis' en 'De schemering der steppegoden'. Dertig jaar hield hij zich in zijn land als schrijver staande onder het schrikbewind van dictator Enver Hoxha (1908- 1985). Afgelopen week werd zijn laatste roman 'De adelaar' in een Nederlandse vertaling op de markt ge bracht, waarin hij het Icarus-verhaal uit de Griekse Oudheid heeft verweven met zijn ervaringen tijdens het communistische regime. „De strekking van 'De adelaar' is niet anders dan die van de boeken die ik tijdens de dictatuur heb geschreven." waren alle boeken dus al de deur uit. De uitwerking van een boek dat officieel is verboden, is natuurlijk tien keer zo groot dan normaal." Ook buiten zijn landsgrenzen werd Kadare steeds beroemder. Hij is ervan overtuigd dat zijn bekendheid in het buitenland een rol heeft gespeeld in zijn re latie met het regime. „Daardoor ben ik niet in de gevangenis be land. In een dictatuur worden voortdurend pokerspelletjes ge speeld. Niets is zeker. Er zijn be roemde mensen in Albanië in het geheim geëlimineerd. Ge lukkig had ik geen last van ang sten. Ik ben altijd rustig geble ven. Wanneer ik bang was ge weest, dan had ik mijn boeken niet kunnen schrijven. Boven dien gaf het maken van litera tuur mij een bepaalde rust. Daardoor was ik in staat om de wereld om mij heen te verge ten." Het Albanese regime liet hem evenwel niet met rust. Zo werd Kadare tijdens het communis me gedwongen lid te zijn van het parlement. Er zijn mensen die hem dat lidmaatschap later kwalijk hebben genomen. „Dat heeft te maken met onnozel heid of met gemeenheid. Of misschien is het wel een erg ge makkelijke poging om mij aan te vallen. Lid zijn van een parle ment tijdens een dictatuur heeft helemaal geen betekenis. Je stond op een lijst en op een be paald moment was je aan de beurt om in het parlement te gaan zitten. Als je weigerde, ging je niet de gevangenis in, maar verloor je je leven. Alle in tellectuelen in Albanië stonden op die lijst. Of iedereen die be roemd was." Kadare pakt pen en papier en tekent een rechthoek, die hij opdeelt in vakjes. „Kijk, dit was het parlement, en dan had je hier bijvoorbeeld een afdeling met arbeiders. En daar afdelin gen voor jeugd, militairen, intel lectuelen. Voilé. Bij die intellec tuelen stopten ze historici, mu zikanten, academici, schrijvers, noem maar op. Voor de schrij vers was het niet meer dan een stukje theater. En het is zo grof om nu die schrijvers aan te val len, want ze hadden geen keu ze. Je moest natuurlijk wel gek zijn om je leven te verliezen voor zoiets onnozels als dat par lement. Journalisten in het Westen we ten wel hoe de vork in de steel zit, want ik heb later in mijn boeken over die situatie ge schreven. En de linkse journa listen weten maar al te goed dat ze destijds de dictatuur in Alba nië hebben gediend, want ze werden als vrienden ontvangen. Sommigen hadden ook heel nauwe banden met de macht hebbers en waren soms zelfs lid van de geheime dienst. Een paar weken geleden zag ik nog een foto van een Deense jour nalist die agent was geweest voor de geheime politie in Alba nië. Na de val van de dictatuur is ie dereen in het zadel blijven zit ten. En sommigen van hen heb ben allerlei geruchten over mij verspreid. Een Zweed is begon nen, Niels Anderson. Die heeft zes jaar lang in de omgeving van Hoxha géwerkt. Hij heeft ook het werk van Hoxha in het Zweeds vertaald en uitgegeven. Die Anderson is de eerste ge weest die mij heeft aangevallen, terwijl hij destijds een geheim agent van een dictator was." Middelmatigheid Zijn harde woorden over het Westen komen voort uit desillu sie en teleurstelling. Is dat de re den waarom hij nog steeds re gelmatig naar Albanië terug keert? „Het is per slot van reke ning mijn land en ik heb soms behoefte om er gewoon te zijn. Mijn vrienden en een belangrijk deel van mijn lezers wonen nu eenmaal in Albanië. Ik ga er nog steeds vaak naar toe, alhoewel ik in Parijs rustiger kan werken. Ik kende Parijs al langer, dus ik vond het heel gewoon om er te wonen. Vroeger betekende een paar we ken Parijs voor mij een enorme vreugde, want dan was ik even verlost van mijn land. Na terug komst voelde ik me dan ook vaak treurig, want dan besefte ik dat ik als het ware weer in de gevangenis was beland. En daarnaast was het gevaarlijk om een paar weken naar het bui tenland te gaan. Het regime kon dan altijd zeggen dat je met het Westen had geheuld. Veel intel lectuelen uit Albanië hebben in de tijd van Hoxha gereisd. Over mij werd in de westerse pers vaak geschreven omdat ik het meest beroemd was. Daardoor ontstond de indruk dat ik de enige Albanees was die vaak naar het buitenland reisde, maar dat was helemaal niet zo." Heeft de grotere vrijheid een opleving van het literaire kli maat in Albanië opgeleverd? „In feite wel. Maar het is op dit mo ment nog te vroeg om echte conclusies te trekken. Het is wel zo dat het Albanese publiek een te fraai beeld had van de wes terse literatuur, omdat die altijd verboden was. Nu zijn ze teleur gesteld. De mensen zien nu dat ook in het Westen de middel matigheid overheerst. En de ergste Franse boeken zijn nog erger dan de ergste Albanese boeken. In het Westen wordt duizend keer zoveel uitgegeven. En dus ook duizend keer zoveel rommel." Te makkelijk „Alle problemen van de landen uit het voormalige Oostblok zijn momenteel in Albanië aanwe zig. Maar ondanks de moeilijk heden op het economische en morele vlak is het land er de af gelopen jaren op vooruit ge gaan. Ik begrijp dan ook niet waarom de westerse pers altijd zo'n zwart beeld van Albanië geeft. Het land staat alleen in het nieuws wanneer er iets slechts gebeurt. Het beeld is dus erg negatief, maar dat is objec tief gezien niet juist. De mensen in het Westen moeten niet neerbuigend doen over een volk dat zoveel heeft geleden. Ik geef ook kritiek op Albanië en op de huidige regering. Maar ik signa leer tegelijkertijd dat er goede dingen gebeuren. Het is te ge makkelijk om altijd in de oppo sitie te zitten." Met dank aan Pauline Sarkar, die tijdens het gesprek als tolk aanwezig was. De boeken van Ismail Kadare worden in Ne derland uitgegeven door uitge verij Van Gennep. 'De adelaar' kost 24,90. Tot 1 januari 1997 is er een actie rond de schrijver. In het boekje 'Een masker voor de macht' dat Piet de Moor over Ismail Kadare schreef (en dat tot 1 januari f2,50 kost), zitten kortings bonnen voor de andere titels van de schrijver. Parijse bistro met boeuf bourguignon op menu bestaat niet meer US CEES VAN ZWEEDEN met heel diepe zakken, eens bij Hotel de Paris in. Monte Carlo dineerde, was hij zo onder de indruk van de Franse keuken dat hij de kok in zijn jet mee naar huis troonde. Het culinair imperium van de Fransen was zo immens dat de zon er nim mer onder ging. Hunlégionnaires, kortgebroek: te mannen met omgekeerde melkpannetjes op het kaalge schoren hoofd, waren veroor deeld tot een bijrol in enkele Afrikaanse landjes. Hun taal werd niet meer gesproken. Hun filosofen waren uitgedacht. Maar Franse chefs maakten de dienst uit tot in de stoffigste uit hoeken van de aardkloot. Kom daar nu nog eens om. In Nederland groeide het aantal Thaise en Japanse restaurants tussen 1991 en 1995 met 75 procent en het aantal Italiaanse en Spaanse restaurants met 28 procent. Het aantal eethuizen dat Frans voedsel voorschotelt, meestal ook nog bereid door Nederlandse koks, steeg maar met een luizige 2,8 procent. Frans eten is uit, en niet alleen in de Nederland. In Amerika is de Franse cuisine hard op weg geheel te verdwijnen, zo waar schuwde onlangs de culinair criticus van de International Herald Tribune. „De reden is overal dezelfde", zegt Henri Gault, gezaghebbend auteur van restaurantgidsen. „De Franse keuken wordt be schouwd als te duur, te rijk, te verfijnd. Onze cuisine is mis schien dan de grootste ter we reld, maar er zijn geen klanten meer voor." Heel langzaam begint in Frank rijk het besef door te breken dat De Franse eetgoeroe Henri Gault: iets simpels te bereiden." het land een fabelachtige ex portmarkt - de Europeanen al leen al geven jaarlijks meer dan twinig miljard gulden uit in res taurants - aan het verliezen is. ,Het is voor een Franse kok moeilijk foto gpd Aan wie? Henri Gault: „Aan de Chinezen, Vietnamezen, Thais, Italianen. Aan iedereen. Weet u, in Parijs hebben we tegenwoor dig Afghaanse restaurants. En er Naast de Chinese, Vietnamese, Thaise, Afghaanse en Italiaanse restau rants rukt ook het Griekse eethuis op in Parijs. foto gpd zijn vier Tibetanen. Maar een ouderwetse bistro, zoals we die in de jaren '60 bij de vleet had den in Parijs, bestaat niet meer. Er is geen plaats meer in Parijs waar je nog 'boeuf aux carottes' kunt eten, of'boeuf bourguig non', of 'ragoüt de mouton'". Henri Gault legt een brochure op zijn bureau, en zegt: „Voila. Dit wordt uitgegeven door een bedrijfje dat maaltijden aan huis bezorgt. Er doen veertien restaurants aan mee, die door mij zijn geselecteerd. We heb ben een Chinees, een Libanees, een Rus, een Deen, een Indiër, enzovoort. En we hebben twee Franse restaurants. Die Franse restaurants zijn de enige waar weinig vraag naar is". Is dit een fenomeen dat zich in Frankrijk misschien tot Parijs, stad met een hoog snobgehalte, beperkt? Gault: „Luister, ik ben opgegroeid in een stadje van 15.000 inwoners in de Vendée. Daar is een gastronomisch res taurant, twee of drie hotel-res taurants, een Chinees en een Arabier. Mensen hebben er geen geld, maar als ze uit eten gaan, gaan ze naar de Chinees of de Arabier." De grote vraag is waarom. Sopexa, een organisatie die Franse levensmiddelen in het buitenland aanprijst, deed in 23 landen een onderzoek naar de Franse cuisine. In zestien daar van bleek die keuken een volko men fout imago te hebben: te duur, te elitair, te gecompli ceerd, te ontoegankelijk. Een aantal trends werken tegen de Franse cuisine, aldus Sopexa. Een ervan, vooral in Amerika, is de feminisering van het buiten- de-deur-eten. Franse restau rants worden geassocieerd met dierlijke vetten en 'crème frai- che', de twee ingrediënten die bij uitstek dik maken. Maar een enorme handicap is vooral ook de formaliteit. Vol gens onderzoeker Bernard Boutboul, die een boek schreef over de veranderde gewoonten, brengt de moderne mens ge middeld nog maar 35 minuten per maaltijd in een eethuis door. Twintig jaar geleden, zo constateert hij, was dat zeventig minuten. Wat de vraag doet rij zen: kan de mens in 35 minuten een voorgerecht, hoofdgerecht en dessert nuttigen, en ook nog enkele van De Gaulles driehon derd kazen in de keel laten glij den? „Veel Franse restaurants bieden tegenwoordig een 'formule deux', waarbij je een voor- en hoofdgerecht kiest of een hoof- gerecht en dessert", zo zegt Henri Gault enigszins verdedi gend. „Maar, nee in 35 minuten kan je niet in een Frans restau rant eten. Het is nog altijd zo dat je voor een dwaas wordt versleten als je maar één ge recht neemt. Bij een Chinees daarentegen is dat volkomen aanvaard." De wereld is veranderd, maar de Franse keuken is hetzelfde gebleven. „Het is voor een Franse chef heel moeilijk om gewoon iets simpels te berei den", zegt Gault. „Niet omdat hij dat niet kan, maar omdat hij zich daarvoor te goed acht." Wat Henri Gault betreft nemen de Franse koks een voorbeeld aan hun Chinese collega's. „Toen enkele jaren geleden Thais eten in Parijs plotseling erg populair werd, voegden de Chinezen gewoon enkele Thaise gerechten aan hun menukaart toe. En ze herdoopten hun zaak in 'Chinees-Thais restaurant'. „Kunt u mij één Frans-Italiaans restaurant in Parijs aanwijzen?"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1996 | | pagina 7