Sport 'Marco Akerboom is zeldzaam talent' De idealist Jos Hermens rust nooit Dannie ÏATERDAG 2 NOVEMBER 1996 Er waren de afgelopen jaren wat contacten. Zo benaderde FC Den Haag hem toen hij nog in de jeugd van UVS actief was. Ook zou SC Cambuur eens naar zijn adres hebben geïnformeerd en gingen er twee jaar terug geruchten dat scouts van Feyenoord hem volgden. Concreet werd de belangstelling echter nimmer. Dus zijn spelers als Gert Aandewiel, Pim Langeveld en Peter Kruit (om maar een paar recente voorbeelden uit de Leidse regio te noemen) nu bezig naam te maken in het betaald voetbal. En is Marco Akerboom, 22 jaar nog pas, dit seizoen begonnen aan zijn vierde jaar in de hoofdmacht van UVS. Een opmerkelijke gang van zaken, vindt ook Wim van Zwam, de trainer van die Leidse hoofdklasser. Zo liet Van Zwam zich dit seizoen al eens ontvallen dat hij Akerboom 'desnoods persoonlijk' aan een plek bij een bvo zou helpen, 'hoe jammer dat voor UVS ook is'. Betaald Nederland slaapt, zo ongeveer luidt de boodschap van Van Zwam. De voetballer waar het allemaal om gaat, was nog geen vijfjaar jong toen hij zich als lid aanmeldde bij Oranje Groen. Op zijn achtste stapte hij over naar LDWS, de ver eniging van zijn oom Wil waar hij direct al op had willen gaan, maar die op dat mo ment geen jeugdteam voor Marco Aker boom voorradig had. De tussenstop bij het huidige UDWS duurde overigens slechts vier jaar. Het ta lent van Marco Akerboom was bij UVS niet onopgemerkt gebleven en ook omdat hij zelf hogerop wilde, werd de oversteek naar de Kikkerpolder gewaagd. Hij kwam bij de blauwwitten als veel scorende spits. Maar al in de Cl veranderde dat. Ted van Berkel, toen de verantwoordelijke trainer voor de C-jeugd van UVS, zette hem laatste man en vertelde daarbij dat Akerboom later de laatste man van UVS één zou worden. UVS-aanvoerder Gerry Jansen begrijpt absoluut niet waarom Akerboom nog im mer wekelijks dat blauwwitte shirt aan trekt. „Als je kijkt naar de jongens uit deze regio die de laatste jaren die stap wel heb ben kunnen zetten, zeg ik: daar hoort Marco zonder meer bij. Ik ken echt nie mand die zo'n gave traptechniek heeft. De enige minpunten die ik kan bedenken is dat hij wel eens een onnodige gele kaart krijgt en dat hij positiever kan coachen. Maar ik kan me echt niet voorstellen dat dat een reden wordt gevonden om zo'n goede voetballer niet aan te trekken." „Toen vond ik het helemaal niet leuk dat ik laatste man moest gaan spelen. Ik scoor de gewoon graag. Maar nu mag je wel zeg gen dat Van Berkel het toen goed heeft ge zien. Ik ben op m'n best als ik het spel voor me heb, als ik achter de bal te vinden ben. Ze hoeven me de diepte niet in te sturen, want dan doe ik echt bijna alles fout. Loop de verkeerde hoeken in, de gaten voor an deren dicht. Dan wil ik gewoon te veel doen. Dat ik nu de gevaarlijkste aanvaller van UVS word genoemd, vind ik leuk, maar het is niet waar. Goed. ik ben topsco rer. Maar een echte aanvaller ben ik niet. Kijk maar naar de doelpunten die ik heb gemaakt. Twee vrije trappen, twee keer met een kopbal, ook uit dode' momenten. De deze week op onprettige wijze bij FC Lisse vertrokken trainer Paul Bahlmann kent Akerboom 'een beetje' uit de periode dat hij met Alphense Boys tegen UVS aan trad. „Maar niet goed genoeg om een eer lijk oordeel te kunnen vellen. Daar ken ik de persoon Akerboom niet voldoende voor en dat is ook een belangrijk gegeven als je iemand beoordeelt. Wat ik wel kan zeggen is dat zijn lange bal uitstekend is. Dat hij tegen gele kaarten aanloopt, lees ik wel eens in de krant. Maar nogmaals, daar kan ik niets mee, daarvoor ken ik hem als speler en als persoon gewoon niet genoeg." „M'n trap- en koptechniek zijn goed, dat zijn sterke kanten van mezelf. Specifiek er op trainen doe ik nauwelijks. Ook op vrije schoppen niet. Je kunt daar ook moeilijk op trainen. In een wedstrijd is het heel an ders dan op een training. De spanning die er bij komt kijken, kun je niet nabootsen. Ik voel voordat ik een vrije schop vaak of het een goede wordt. Dan denk ik: die gaat op de goal en dan gebeurt dat ook. Trouwens, de jongens uit m'n elftal w dat ook. Het schijnt dat ik er dan een of ander zenuwachtig huppeltje uitgooi, voordat ik de bal neem. Arie Lagendijk, trainer van Ter Leede, noemt Akerboom een speler 'met veel aanleg en talent'. „Voor zo ver ik dat van de buitenkant kan zeggen heeft hij alles, en moet-ie nog beter kunnen. Z'n lange inspeelpass is perfect, maar hij zou wat meer moeten variëren met zijn korte in speelpass en daarna moeten streven naar een man-meer-situatie. Zijn handelings snelheid onder druk, in de kleine ruimte ligt nog niet hoog genoeg. Ik vraag me als buitenstaander wel af of hij de laatste ja ren voldoende progressie heeft gemaakt. Dat hangt dan direct samen met de coachbaarheid van een speler. In hoeverre wil iemand zich laten verbeteren onder beïnvloeding van coaching? Zijn achter grond speelt daarbij ook een rol. Als je, zoals Marco Akerboom, al tien jaar bij een club zit en bijna tien jaar de beste bent van je elftal, is dat iets waar je mee om moet kunnen gaan. Alleen daarom al zou het voor zijn ontwikkeling waarschijnlijk een goede zaak zijn om eens ergens an ders te gaan voetballen. Betaald voetbal? Ik weet het niet. Als je tegenwoordig naar een bvo gaat als amateur, word je gehaald als speler voor het eerste. Ik vraag me af of dat met Akerboom op zijn leeftijd het ge val is. Gezien zijn kwaliteiten geloof ik er wel in. Zeker als zijn mentale weerbaar heid groter wordt. Fysiek kan in in de hoofdklasse met de sterksten mee. Dat komt ook door m'n in stelling, mijn mentaliteit. Ik kan niet tegen m 'n verlies, zo loop ik in het veld, zo ga ik de duels aan. Ik denk dat dat een goede ei genschap is, maar soms ook niet. Dan word ik te negatief tegenover noten. Ik zou vaker positiever coachen en wat minder domme gele kaar ten moeten pakken. In m'n enthousiasme vergeet ik wel eens uit te kijken. Krijg ik er weer eentje aan de zijlijn, terwijl dat ner gens voor nodig is. M'n startsnelheid is een minder punt, ik ben ook geen geboren mandekker. En in het overnemen van doorkomende spelers moet ik nog wat han diger worden. Ik moet echt nog wel wat le ren. Maar de ontwikkeling is er, het gaat steeds beter." Wil Akerboom, oom van Marco en fana tiek voetballer bij LDWS (en nu UDWS): „Misschien mag je mij inderdaad wel Marco's eerste trainer noemen. Maar dat kwam dan door hem. Hij was nog niet uit school of hij stond al met een bal voor de deur. Ja, ik ben best trots op wat-ie nu al heeft gepresteerd. Of hij nog hogerop kan? Voetbaltechnisch moet dat kunnen. Als je op die leeftijd kan uitblinken in de hoofd klasse moet je de eerste divisie zeker aan kunnen. Alleen zal hij dan wel nog aan zijn gedrag moeten schaven. In het veld positiever over moeten komen. En hij zal in zijn enthousiasme minder rare slidings moeten maken dan hij nu doet. Dan zie ik hem nog ver komen." „Je mag best zeggen dat ik voetbal be langrijk vind. Ik doe er veel voor. Ook al zal je mij op zaterdagavond best wel eens in de stad tegenkomen. Stappen op mijn manier. Met een paar maten van UVS en met een glaasje prik, want aan bier hoefik op de dag voor een wedstrijd echt niet te beginnen. Ik blijf ook wel eens thuis, maar ik ga er liever even uit. Anders zit ik me thuis maar zenuwachtig te maken. Ik ben echt een dag van tevoren wel met zo'n wedstrijd bezig. Mark Wotte (nu trainer van ADO Den Haag) is 'altijd gecharmeerd' geweest van Marco Akerboom. „Hij heeft een sterk lin kerbeen en een enorme wedstrijdmentali teit. Toen ik de A-jeugd van FC Den Haag trainde, heeft hij twee keer een week stage gelopen. Dat liep toen stuk omdat hij in de een-tegen-een niet sterk genoeg was. Ik heb vorig jaar nog geprobeerd hem bij FC Lisse te krijgen, maar dat ging toen ook niet door. Jammer voor Lisse, maar ook jammer voor Marco, omdat spelers zich op zaterdag vaak nog verder ontwikkelen. Niets ten nadele van de zondag, de zater dag heeft gewoon de toekomst. Meer weerstand, meer ambiance, meer druk om te moeten presteren. Maar afgeschreven voor het betaald voetbal is hij zeker nog niet. Z'n leeftijd zie ik niet als een belem mering. Ik hou 'm in elk geval nog in de gaten." „UVS is mijn club. Ik denk ook niet dat ik daar gemakkelijk weg zal gaan. De za terdag aantrekkelijk? Lisse en Quick Boys hebben wel eens wat laten horen. Maar op een of andere manier hang ik aan UVS, aan voetballen op zondag. Zeker als dat op hoofdklasse-niveau gebeurt. Als UVS dit jaar degradeert, krijg je een ander verhaal. Voor de derde keer in de eerste klasse gaan voetballen, trekt me een stuk minder. Maar voorlopig is UVS nog hoofdklasser. En ik zie niet in waarom we dat niet zouden blij ven. Het zit tot nu toe niet mee, maar dat we er in horen, daarvan ben ik overtuigd. Wim van Zwam: „Het is duidelijk dat ik Marco als trainer van UVS liever bij UVS hou. Maar ik ben er niet alleen voor me zelf of voor de club, maar ook voor de spe lers. En Marco verdient een kans in het betaald voetbal. Ik loop nu al een tijdje mee in de voetballerij, maar ik heb zelden met zo'n talent gewerkt. Natuurlijk heeft- ie mindere kanten. Hij ziet de wedstrijd niet altijd goed, is tactisch wat minder ontwikkeld. Omdat hij het altijd op zijn voetballende kwaliteiten heeft kunnen redden. Ik ben vaak kritsich ten opzichte van Marco, dat klopt. Maar dat is omdat ik van mijn beste spelers altijd meer ver wacht. Z'n sterkste punt? Zijn wil om te winnen. En dat is toevallig juist in het profvoetbal een enorm belangrijke fac- „0/ ik het betaald voetbal in wil? Dat spreekt vanzelf. Als ik voor de televisie zit en die volle stadions zie, denk ik ook wel eens: daar wil ik ook tussen lopen. Of het er ooit van komt, ik weet het niet. Je moet ook een beetje geluk hebben. In de periode dat Feyenoord interesse had, tivee jaar geleden, zat het niet mee. Ik heb tenminste begrepen dat ze twee keer zijn komen kijken, terwijl ik geschorst aan de kant zat. Dat schiet na tuurlijk niet op. Ze zien je niet voetballen en ze krijgen ook nog eens een slecht beeld van je. Chique driedelig costuum, modieuze stropdas, telefoon in de binnenzak. Jos Hermens anno 1996. 46 jaar, zakenman in roerend goed. Als adeet stond hij te boek als wereldverbeteraar, anarchist van de at letiekbaan en sympathisant van de Baad- er-Meinhof-Gruppe. Tegenwoordig leeft hij zich uit in zijn eigen wereldje: Global Sports. „Als adeet ging het mij niet om het winnen, als zakenman gaat het mij niet om de winst. Ik geloof in professionalise ring." Bemiddelen en adviseren. Jos Her mens behartigt de belangen van bijna honderd wereldtoppers uit twintig landen. In de ruimste zin van het woord. „Ik pro beer mijn atleten te bieden wat ik in mijn actieve carrière zelf heb moeten ontbe ren." Het idealisme in de bevlogen mens Jos Hermens is nimmer verdwenen. Als een octopus met eigenlijk te weinig tenta kels beweegt Jös Hermens zich door de at- letiekjungle. Hij is makelaar, architect en uitvoerder tegelijk. Samen met zijn mede werkers is hij de spin in grote evenemen ten als de APM, de marathons van Rotter dam, Amsterdam en Cleveland. Hermens drinkt, eet en leeft atietiek. 24 uur per dag. „Het werk is mijn liefde. Een sociaal leven heb ik nauwelijks. Drie jaar geleden liep opnieuw een relatie stuk. Toen heb ik een bewuste keuze gemaakt. Werk dus." Elf jaar geleden wekte hij zijn prille idee- en tot leven op een zolderkamertje. Her mens trad toe tot het gilde van de atletiek- managers. Stilaan groeide zijn onderne ming uit tot een dynamisch bedrijf met wereldfaam. Met inmiddels twaalf werk nemers, verdeeld over de organisaties Communication en Marketing. De zaken floreren. Global Sports heeft een miljoen- omzet en het werk van Hermens en co wordt hooglijk gewaardeerd. Vorig jaar werd Jos Herméns gekozen tot manager van het jaar. Dit seizoen gunden de wed strijdorganisatoren hem een tweede plaats achter Kim McDonald. Hermens, nog steeds Europees uurre cordhouder, moest zijn loopbaan voortij dig afbreken met achillespeesproblemen. „Wat mij is overkomen moet anderen be spaard blijven," zo luidt de filosofie van Hermens. Maar de begeleiding gaat veel Jos Hermens foto anp verder. „Vaak ben ik ook nog psycholoog, dokter, coach en mediatrainer voor de at leet. Soms moet je ze nog opvoeden." At leten in de stal van Hermens worden van A tot Z begeleid. Succes wortelt weliswaar vaak in de armoede, maar eenmaal op we reldniveau vereist een carrière een ade quate begeleiding. Professionalisering. „Ik zag dat de atietiek terrein verloor ten op zichte van voetbal en tennis. Die achter stand zijn we nu langzaam weer aan het goedmaken." Hermens stort zich met zijn hele ziel op de atletiek. Haile Gebrselassie is Hermens' oogappel, zijn geestesverwant. „Als ik Ge brselassie over de baan zie dartelen, dan zie ik mezelf als het ware lopen. Hij stamt net als ik van het platteland en komt uit een kinderrijk gezin. We zijn beiden duur- lopers. Ik ben soms een soort vaderfiguur voor hem geworden. Ik waak ook over zijn gezondheid, zijn wel en wee." In Gebrselassie weerspiegelt zich de car rière van Hermens zelf. De Nijmegenaar liep op de spelen van Montreal in 1976 de tien kilometer (10de) en de marathon. „Ik werd 25ste in 2.19. Zo maar uit het blau we, omdat ik ontevreden was met de klas sering op de 10 km." Afgescheurde achil lespezen noopten Hermens zijn carrière te beeindigen. Gebrselassie zou de mara- thondroom van Hermens ooit werkelijk heid kunnen laten worden. Net terug uit het hectische Ethiopië wacht de volgende uitdaging. De mara thon van Amsterdam. De 'Big City' tegen de 'Big Apple'. Amsterdam versus New York. Competitie waar het de finishtijden betreft. De Portugees Joaquim Pinheiro (2.09.32), de Spanjaard Antonio Serrano en de Kenianen Lameck Aguta (2.10.03) en Daniel Mutai (2.11.13) moeten Amster dam een prominente plek op de mondiale atletiekkaart bezorgen. Ook Bert van Vlaanderen is van de partij. „Ik heb alle vertrouwen in Amsterdam. Vroeger kwa men er 3000 deelnemers op af, nu zijn het er al ruim 9000." Ondanks het prijskaartje van 57.50 gulden. Jos Hermens kan niet stilzitten. Hij leidt de atietiekploeg Info- 'Products en staat met zijn 'enterprise' ga rant voor een half miljoen gulden per jaar. „Van marketing weten we eigenlijk nog maar zo weinig. Wat we in Nederland doen met Info'Products zouden we ook internationaal kunnen uitbouwen." Ver dere professionalisering, betere begelei ding, betere contracten. De wereldhervor mer van vroeger is meegaander geworden. „Ik heb het leven leren accepteren zoals het is." Maar het idealisme is nog steeds springlevend. Wat ik me afvraag, was PSV op de nationale sportzender don derdag nu wel of niet recht streeks te volgen in Eindhoven en omstreken? Was het niet toevallig de laatste dag dat Eindhoven gratis mee mocht kijken? Zo ja, dan was PSV dus zo'n beetje het laatste, wat ze in Eindhoven van het sportkanaal hebben vernomen... en daarna het licht uit. Wat ik wél zeker dacht te weten is dat alle Eindhovenaren er in de kwartfinales voor hadden moeten dokken om PSV live in de Europa Cup te zien spelen, maar dit probleem is nu dus ook vanzelf opgelost en als de andere (aanloop)problemen van het sportnet zich ook zo gemakkelijk laten oplossen als PSV, warem pel, dan komt het met de zender nog wel goed. De najaarsvergadering van de voetbalbond werpt zijn schaduw Het sportnet staat op de Graag had ik hier voor u een ge degen artikel aan gewijd, maar helaas, de vragen die u heeft zijn ook mijn vragen en bij wie kun je momenteel nog met je vragen terecht? Bij Ruud Hendriks niet. Die lijkt wel geheel verdwenen. Willem van Kooien? Vergeet het maar, die wordt nog geheel in beslag genomen dooi het natel len van zijn winst. Meneer Vo gelzang? Verkeerde adres, zit in middels bij de politie. Groenen boom dan? Is het land uit. vol gens zijn secretaresse op excursie bij het departement glasblazen van de Coca Cola-fabriek. Wij gaan het daarom vandaag maar hebben over Oulida. Oulida, u weet wel, Cruijjfliet eens doorschemeren dat Oulida hem goed beviel en dat Oulida, als het aan hem zou liggen, maar aan hem lag het nu een maal niet, het lag aan Van Gaal, wat regelmatiger een kans zou krijgen. Er speelt nu weer zo'n Oulida bij Ajax. Dani. Dannie, volgens Cruijjf. Van Gaal had ver voor Dani's debuut in Ajax 1, tegen FC Twente, al meermaals verzucht dat hij gelet op de acute blessu- regolf van Ajax liefst al veel eer der Dani had opgesteld, want het scheen een bijzonder talent te zijn, maar door Dani's her haaldelijke verplichtingen aan Jong Portugal was het daar niet van gekomen. Eindelijk, tegen Glasgow Ran gers, was Van Gaal in staat hem in een echte wedstrijd aan ons te presenteren. Laten we niet moeilijk doen, dat zag Cruijjf wel goed, Dani deed het aardig, in elk opzicht. Maak te er tiuee en bijna nog een der de, blonk uit, maar bleef uiterst bescheiden onder alle hem toe gezwaaide lof. Nee, een hekl voelde hij zich niet. Heel Ajax was de held. Cruijjf herinnerde er in zijn - ditmaal - helder betoog op tele visie aan dat er voorheen wel vaker voetballers op Dani's leef tijd bij Ajax in het eerste speel den en pleitte ervoor, zonder meteen 'Dannie'de hemel in te prijzen, dat de junior vaker een kans verdiende. Van Gaal (in zijn mening over Dani bevestigd door Cruijjf) had zich gestreeld kunnen voelen, maar begon onmiddellijk tegen te sputteren dat Dani helemaal zo goed niet had gespeeld, vooral bij balverlies. Dani, die slecht speelde maar niet slechter dan de rest, werd prompt halverwege de wedstrijd tegen RKC gewisseld, zat tegen Vitesse op de bank en mocht (voor straf) in eerste instantie niet mee naar Glasgow voorde return tegen de Rangers. Waar om deze straf, is de vraag? Omclat hij slecht heeft gespeeld? Nee. Omdat hij het systeem niet onder de knie heeft? Nee. Omdat hij naast zijn schoenen is gaan lopen? Nee. Waarom dan wel? Alleen omdat Cruijff het waagde op te merken (wat u en ik en ie der ander ook was opgevallen) dat Dani een bijzonder talent is. Zodra namelijk Cruijff zoiets zegt, gedraagt Louis zich een tik keltje overspannen, zoals ook destijds inzake Oulida - waarbij wel eerlijkheidshalve dient te worden opgemerkt dat Louis in de afgelopen jaren in negen van de tien kwesties gelijk kreeg, hoe ongelijk hij soms ook had. Want waar is bijvoorbeeld Oulida ge bleven?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1996 | | pagina 23