Strips belangrijk voor ontwikkeling' 5 Cultuur&Kunst verbekend gegeven in krachtige voorstelling 'Ik moet in de trein zitten om over een bus ZLn laatste ~kdleiding 0^nmuseum Kunstenaars dichterbij op Dag van de Kunstuitleen Stads televisie te kunnen schrijven' 1 NOVEMBER 1996 "?mde Cubaanse schilder te gast in Leiden 1990 14. f C y CJ 1988 6.J Lernert Engelberts (19) debuteert met verrassend rijpe gedichten 1989 10 »riand is zijn naam nog vrijwel onbekend, maar in 1989 12 !)oorteland Cuba wordt hij beschouwd als de he- 1992 t9.igSe picasso. zijn schilderijen behoren tot de vaste '99<I29e van het Nationaal Museum en zijn keramische l9953Hieren de wanden van ministeries en beroemde i99? 16 ^avana- Alfredo Sosabravo (Cuba, 1930) is deze 99449|drie weken te gast in het Kunstcentrum Haagweg, 99215§ebmik maken van het gastatelier. 989129 gg3 18 jiNDRA SMALLENBURC 991 "tacten met Nederland "112 ^eiggd ^oor de hotelke- 989 9.7rj Caribe. Voor een van 989 8 7Bls in Havana had Sosa- 99012.25 menukaarten ontwor- ■een expositie van zijn nengesteld. De Neder- irectie van de hotelke- zo onder de indruk van w ork dat ze hem zo snel 25° f naar Nederland wilde 750,omen. Het idee werd 250,- ;gd bij de Cubaanse am- 950,. en binnen vijf weken Nederlandse verblijf ge- Bovendien werden op unijn twee exposities in en Leiden georgani- BBubaanse kunstenaar zit beetje onwennig in het lege atelier. „Ik denk ik erg veel werk zal kun- ^^ftken," vertelt hij in een flHig Engels vermengd met iaanse woorden. „Twee ileden verbleef ik drie ;n in Barcelona en heb ie schilderijen gemaakt. iJthilderwijze is heel pre- vergt veel tijd. Hier in gpjnhoop ik in elk geval een ^Slkleine acrylschilderijtjes 0J||iingen te maken." ^mjwerblijf in Leiden is vol- Hwsabravo te kort om echt U&de indruk te krijgen van ierlandse cultuur. „Dan minstens een jaar moe- ^ïiren," lacht hij. „Maar ik AAN DEN RUN Iide zaterdag 2 november iet liftenmuseum aan de 380 in Alphen aan de [een laatste rondleiding iubliek meer. In oktober iet museum officieel ge- Het verhuist naar Am- m. Op de fiets langs kunstobjecten in Leiden, met een kunstenares. Morgen, op de Dag van de Kunstuideen, geeft beeldend kunstenaar Leontien Sies een rondlei ding voor mensen die meer willen weten over de kunst werken die Leiden rijk is. Zij bezoekt onder meer het vredesmonument op de Garenmarkt van Piet Hein Stu- lemeyer en het gemeentearchief van Jan Kleingeld. Sies heeft zelf de beelden uit Leiden gekozen, maar de ach tergrondinformatie die zij gebruikt, komt merendeels uit het boekje 'Fietsroutes langs beelden in Leiden' wat te koop is bij het de Leidse kunstuitleen. Ruim tachtig kunstuitlenen, waaronder het Centrum Beeldende Kunst (CBK) in Leiden, houden morgen open huis. Het thema van dit jaar is 'Meegenomen worden met de kunstenaar'. Het CBK heeft om dat waar te maken, verschillende ontmoetingen met kun stenaars op het programma staan. In het CBK kunnen bezoekers eveneens onder leiding van beeldend kun stenaar Arjenne Fakkel zelf op een drukpers een een voudig houtdrukje maken. Verder wordt in de grafiek- plaats 'De Bange Duivel' een demonstratie gegeven van enkele druktechnieken. Ook is in de tentoonstellings zaal van het CBK een overzicht te zien van recente aan kopen van kunstenaars uit Leiden. Niet elke kunstuitleen is blij met het thema van dit jaar. Kunstuitleen SBK Rijnstreek in Alphen aan den Rijn doet deze keer niet mee, omdat het thema niet aansprak. Ook kost het de Alphense kunstuideen teveel tijd en geld, terwijl ze alles nodig hebben voor hun twintigjarig jubileum volgend jaar. De fietsroute begint bij het gebouw van het CBK om 13.00 uur. Aanmeldingen en meer informatie bij het CBK, Hooglandse Kerkgracht 19-21, Leiden, tel: 071- 5165369. zal wel indrukken krijgen van de omgeving - de rivieren, de plan ten en de dieren - en die in mijn schilderijen verwerken. De schilderijen en beelden van Sosabravo verraden duide lijk zijn Cubaanse afkomst. De kleuren zijn fel en de vormen strak en lineair, waardoor de schilderijen een sterk grafisch karakter hebben. Vissen, vlin ders en vogels uit het Caribisch gebied komen in bijna alle wer ken voor. Zijn stijl is naïef, maar lijkt ook sterk beïnvloed te zijn door het symbolisme en ma gisch realisme. „Een van mijn grote voor beelden is de Franse schilder Chagall, naar hem heb ik veel gekeken. Maar ik ben ook beïn vloed door minder voor de hand liggende voorbeelden, zoals stripboeken. Strips zijn heel belangrijk voor de vorming van het kind. Tijdens mijn stu die heb ik veel strips gelezen en dat is zeer bepalend geweest voor de ontwikkeling van mijn stijl." De meeste schilderijen en beelden van Sosabravo zijn, net als strips, humoristisch bedoeld. Maar soms hebben zijn werken een serieuze ondertoon en zijn ze eerder tragikomisch te noe men. Een voorbeeld is de zeef druk 'Butterfly City', waarop een vlinder is afgebeeld die zijn vleugels spreidt. In het patroon van de vleugels is echter een grauwe, donkere stad met hoge De stijl van Alfredo Sosabravo is naïef. Veel vissen, vogels en vlinders uit het Caraïbische gebied. foto dickhocewoninc flatgebouwen te herkennen. Sosabravo is in het arme Cu ba een van de weinige kunste naars die van zijn werk kan le ven. „Eigenlijk is het net als in Nederland. Ook hier kan maar een select groepje kunstenaars zijn brood verdienen in de kunst. Veel kunstenaars in Cuba hebben er verschillende andere banen naast." Toch wordt er volgens de Cu baan in zijn land veel aandacht besteed aan hedendaagse kunst. Hij heeft nooit proble men ondervonden met een door het communistische regi me opgelegde censuur. „Je bent in Cuba vrij om te schilderen wat je wilt. Alle stijlen zijn er vertegenwoordigd," aldus Sosa bravo. Maar zijn werk is dan ook niet politiek geladen. De enige kritiek die de kunstenaar uitspreekt is op de manier waarop de mens met de aarde omgaat, en dat betreft niet al leen de Cubanen. Schilderijen en etsen van Alfre do Sosabravo zijn t/m 10 no vember te zien in Galerie Men- no Meijer, Achter de Kerk 17 in Gouda en van 11 t/m 16 no vember in Kunstsalon de Prin- cehof, Rapenburg 8/10 in Lei den. 19 CHEF GERT VISSER. 071-5356441PLV -CHEF JAN RIJSDAM, 071 -5356444 Al enige jaren sleept zich, ook in Leiden, de discussie voort over vernfeuwing van het lokale be stuur. Algemeen worden drie middelen aangeprezen om bur gers meer bij het bestuur van de eigen gemeente te betrekken. Het eerste middel betreft het la ten kiezen van de burgemees ter door de be volking. Waarschijn lijk volgt de huidige WD- gedeputeerde Ted Jansen vrijwel geruis loos Cees Goe- koop op. De Leidse bevol king zal hier niet aan te pas komen. Onze stadsbe stuurders is dat evenwel niet te verwij ten. Zij mogen de Leidse be volking geen zeggenschap over hun ei gen burge meestergeven. Wel past forse kritiek op de wijze waarop onze Leidse politi ci omgaan met het tiveede mid del, het referendum. Leiden was de eerste gemeente in Nederland waar op initiatief van de eigen burgers een referendum is ge houden. Wat zou ik als stadsbe stuurder daarop trots zijn ge weest! Zo niet de Leidse politici. Zij gedragen zich alsof zij het re ferendum over het Koninklijk Militair Invalidenhuis van hun burgers hebben verloren. Ge kwetst doen zij nodeloos s lacht- offer ig door een speculant geld toe te schuiven waarop deze vol gens juristen van de universiteit geen enkel recht heeft. Arrogant wordt een verzoek van de pro vincie om opheldering zoekge maakt. Rancuneus schaffen de politici het referendum af. Niet met open vizier, maar op Oost- Europese wijze. Op papier lijken de burgers nog wel een mooi recht te hebben, maar in de praktijk is het niet meer uit te oefenen. Het derde aanbevolen middel om de burgers bij de stad en het bestuur te betrekken is van cul turele aard. Het gaat om lokale televisie, evenals bestuurlijke vernieuwing deel van de porte feuille van wethouder Pex J. Langenberg. Lokale televisie (vaak Stads-TVgenoemd) is niet alleen voor de grote steden. Een middelgrote stad als Deventer heeftal tientallen jaren stads- en zelfs wijktelevisie. In Europa zijn meer dan dui zend lokale TV-zenders. Onlangs (13 oktober) konden we in Lei den kijken naar de Lakenfeesten van de afgelopen zomer en de 3 Octoberviering van tien dagen daarvoor. Velen zullen gedacht heb ben: waarom is er maar zo weinig stads- TV in Lei den? Uitzen dingen met informatie en discussie over actuele Leidse be leidskwesties zijn er al he lemaal niet. Via de stads- TV zouden raadsleden rechtsstreeks in discussie kunnen gaan met burgers. Het bleke profiel van de Leidse po litici zou zich tot gezagheb- berid kunnen ontwikkelen. Iniatieven van burgers zouden kunnen worden belicht: ervaringen met wijkbe heer kunnen worden uitgewis seld. De ambtelijke cultuurnota 'Leiden in kunst' onderkent het belang van stadstelevisie. Burge meester en wethouders echter melden in hun prioriteitennota over kunst- en cultuurbeleid al leen dat zij 'de ontwikkelingen nauwlettend zullen volgen'. Echt gemotiveerd en geïnteresseerd klinkt dat toch niet. Geen won der dat de afdeling communica tie van de gemeente niet op schiet met de aangekondigde 'plannen voor een lokale/regio nale omroep TV Leiden'. De Leidse politiek is er niet echt op uit om tot actief burgerschap aan te moedigen. Zij beperkt zich tot het tevreden houden van de bevolking als consumenten van gemeentelijke diensten. Inmiddels doet het er minder toe wat de Leidse politiek van lo kale TV vindt. Dit weekend start TV West, de regionale televisie zender voor Zuid Holland Noord. Elke dag zal er een half uur TV-nieuws uit Leiden en omstreken zijn. Hoe deze nieuwe zender voor de Leidse regio zich zal ontwikkelen, hangt mede van de burgers af. De zender kan in elk geval bijdragen aan be stuurlijke vernieuwing, zelfs op regionaal niveau. CENSIE MAARTEN BAANDERS telling: 'Welk een eer voor het va- d te mogen sterven' door Conny ■n danst... Gezien 31/10 Schouw burg, Leiden. ggelbaar zijn de voorstellin- |4|die gemaakt zijn over het ^^van de oorlog en nu doen •eografe Conny Janssen en dansgroep het opnieuw, k een eer voor het vader- Bte mogen sterven' luidt tel. Deze woorden druk- ;en uitgeholde romantiek aar we tegenwoordig au- atisch met ironie tegen tijken. Zoiets maakt be- iwd of je iets nieuws te Q krijgt, of het thema op persoonlijke, originele lier is uitgewerkt, pnny Janssen is daar over- end in geslaagd. Hardheid, Hing, kwetsbaarheid, een- I mheid, opstandigheid: we f nen het allemaal allang, Lr de kracht van deze voor- [ing is dat er bewegingen 3likt worden waardoor je verbekende op een nieu- anier ondergaat, t is direct aan het begin al Qelijk. Twee mannen staan hoge zuilen, opgebouwd olievaten. Andere dansers ven de zuilen met donde- d geweld om en de twee nnen blijven aan touwen hun bekkens in de lucht igen. Hun fascinerende ge baren drukken tegelijk kracht en machteloosheid uit. Ze doen een poging het publiek in te rennen. Heroïsch verhef fen ze zich, maar ze worden willoos teruggetrokken. Ze wil len los, maar worden vastge houden. De bewegingen die in deze openingsscène ontwik keld worden, komen later, als de touwen weg zijn, op een prachtige manier terug te mid den van andere bewegingen. In duetten zien we bijvoor beeld dat de één de ander aan de broekriem vasthoudt, belet te ontsnappen en zo zijn be wegingen bepaalt. Ook in de groepsdansen is kracht op een indrukwekken de manier vermengd met angst en weerloosheid, vooral als een individu zich tijdelijk los weet te maken van de groep. Vertrouwde oorlogs beelden, zoals iemand die ge troffen neervalt, zijn prachtig in de bewegingsreeksen ver werkt. Uiteindelijk zien we in een reeks solo's individuen die op zichzelf teruggeworpen zijn en met geconcentreerde be wegingen een grote dramatiek oproepen. Aan het eind lijkt de chreo- grafe de uitgangspunten van haar bewegingen minder trouw te blijven, waardoor de spanning afneemt, maar je verlaat de zaal toch met het gevoel dat je iets meegemaakt hebt. igisseur Marcel Carné overleden 'ranse regisseur Marcel Car- lie in de jaren veertig de le- larische film Les Enfants du idis maakte, is donderdag )0-jarige leeftijd overleden. en(lé, die aan de wieg stond mJde Franse Film noir, werd In iemd met klassiekers als °ezj des Brumes en Hotel du i in de jaren veertig. Zijn ïndste film is waarschijnlijk Ènfants du Paradis, over het straatleven in Parijs in de ne gentiende eeuw. Na de oorlog richtte Carné zich op poëtisch realisme met films als Les Portes de la Nuit en Therese Requin, waarmee hij in 1953 de Gouden Leeuw won op het festival van Venetië. In de jaren zestig overschaduwen films van nieuwe regisseurs als Francois Truffaut en Louis Mal le het werk van Carné. In 1988 ging hij na een reeks commer ciële flops met pensioen. Lernert Engelberts. Met zijn ne gentien jaren is hij ongetwijfeld de jongste dichter van dit de cennium. Een Jacques Perk, maar dan nuchterder. Zijn de buut 'Oedipoes werpt jongen', dat onlangs is verschenen bij uitgeverij De Harmonie, is zeker geen jeugdzonde. Dood en ver gankelijkheid spelen er een pro minente rol in. „Ik denk veel na over de dood. Als je jong bent, kun je je 'dat permitteren. Je bent nog zo ver van de dood af." De bundel van Engelberts opent met een gedicht over suï cide. De vriend die zich ver hangt, houdt de ik-figuur in het vers twee touwen voor en vraagt welk touw het stevigst is. In het volgende gedicht noemt Engel berts de dood 'de mooiste van alle mogelijkheden'. „De dood fascineert mij", zegt Engelberts. „Maar dat im pliceert niet dat ik dood zou willen. Ik probeer alleen het ge voel dat die mogelijkheid om weg te raken bij me oproept te verwoorden. In zekere zin heeft mijn bundel daarmee een zwartgallige toon gekregen. De kritiek heeft mij wel een post moderne Frits Egters genoemd en daarin hebben ze wel gelijk. Maar niet ikzelf laat me in dit gedicht van die donkere kant zien, het zijn de personages die ik beschrijf." Waal Engelberts woont momenteel met zijn ouders in het plaatsje Hellauw, dat ligt aan de Waal. Die omgeving komt af en toe te rug in zijn gedichten. „Ik woon vlak adn de dijk", zegt Engel berts. ,,Als ik de hond ga uitla ten, zie ik dat landschap en die rivier. Maar ik probeer die om geving zoveel mogelijk uit mijn gedichten te weren. Dat vind ik te gemakkelijk. Je moet als dich ter beschrijven wat je niet ziet. Je niet laten beïnvloeden door de omgeving. Zo werkt dat ten minste bij mij. Ik moet in de bus zitten om over een trein te Lernert Engelberts (19): „Ik denk veel na over de dood". foto cpd kunnen schrijven. In tegenstelling tot dichters van zijn generatie, dichters die zich bijvoorbeeld hebben ge groepeerd in de groep Rottend Staal, heeft Engelberts een hel der taalgebruik en zijn zijn ge dichten toegankelijk. „Mijn taalgebruik is misschien wel oerdegelijk", zegt Engelberts. „Maar ik hou ervan om helder te schrijven en de dingen on omwonden te zeggen. Als ik de ik-figuur in het gedicht 'Verkeerde boekenwurm' op de dag van zijn vaders begrafenis een telegram naar zijn moeder laat sturen en daarin schrijf: 'Mam, op de Dam zoek ik naar Darwin, vader kan ik nog jaren in mijzelf zoeken', is dat een mededeling die dicht bij mezelf staat." Boksslagen „In mijn gedichten lever ik zelf kritiek. Dat vind ik een van de functies die een gedicht voor mij moet hebben. Dat ik mezelf verbaal enkele boksslagen kan toedienen. Kijk, materieel ge zien heb ik nooit enige krimp gehad. Ik heb erg weinig mee gemaakt en nog niet zoveel ge zien. Dan is het wel prettig als je een en ander toch eens scherp onder de loupe neemt. En wat je schrijft, is altijd een bedrei ging voor wat je weet. Er ont staat iets nieuws onder je han den en vernieuwing is altijd be dreiging." In een van de gedichten laat Engelberts een egel verdrinken in een teil waarin de ik-figuur zich baadt. De vijf laatste regels van dit gedicht luiden als volgt: 'Ik laat hem zakken in het vloei baar glas. 'Kan je zwemmen.' En ik geniet. Een verdrinkende egel ziet men zelden of niet.' Een sadistisch trekje, waarvan er wel meer voorkomen in dit debuut. „Niet ikzelf doe dit soort din gen, ik laat het mijn personages doen. Ik maak me daar wel eens bezorgd over, ja. Ha, ha, mis schien moet ik wel in therapie." Beschamend Hoewel het debuut van Engel berts er mag wezen, zegt hij zelf dat zijn tweede bundel beter wordt. „Maar ik vond het niet nodig om nog langer te wachten met publiceren. Ik leef nu. Ik sta hier volledig achter, maar de kans bestaat dat ik dit op mijn vijfendertigste, gezien mijn on- wikkeling, misschien wel be schamend vind, maar dat zien we dan wel. Ik heb nog hele maal geen behoefte om in de toekomst te kijken. Ik schrijf al vanaf mijn vijftiende. Ik weet nog dat ik een gedicht schreef over een sneeuwvlok die op een jas mee naar binnen ging en daar smolt. Met dat soort ge dichten heb ik afgerekend." „Ik schreef ook wel in sonnet vorm. Dan heb je, wat vorm be treft, al snel dat de lezer denkt: hé, een gedicht. Maar dat doe ik dus niet meer. Nu schrijf ik vrije verzen en dan gaat het echt om de inhoud. Je kunt dan wel wat witregels inlassen, zodat het op poëzie lijkt, maar als je niets te zeggen hebt, heeft de lezer dat snel genoeg in de gaten." „Door de bladspiegel, door het feit dat een gedicht daar zo geïsoleerd staat, krijgt het van de lezer extra aandacht. Bij pro za is dat veel minder. De dichter is eigenlijk een verwende schrij ver. Ik schrijf de dingen daarom zo netjes en zo goed mogelijk op. Gedichten vergen zoveel aandacht. Daar schaam ik me wel eens voor." Dat is toch alleen voor wij ven Laat men mij toch niet verge ten. Ze kunnen toch een poging doen. Wanneer ik onder 't gras, blauwgroen lig weg te rotten. Zullen zij in eens weer weten van die jongen die lopend, zelfs fietsend las? Zullen zij zich herinneren dat ik het was, die bij het pogen een gedicht te schrijven tegen zichzelf zei: 'Dichten, dat is toch alleen voor wijven.' 'Oedipoes werpt jongen', ge dichten van Lernert Engel berts, uitgeverij De Harmonie, 27,50.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1996 | | pagina 19