'Die groenteboer verkoopt geen peer meer'
'i
Expert in net niet doodgaan
ZATERDAG 12 OKTOBER 1996
„Het is voor mij een hele
voldoening dat het
programma Deadline van
de heer Jongbloed niet
meer bestaat. Zijn manier
van doen was schandalig.
Dick Jol is terug als
internationaal
voetbalscheidsrechter.
Dinsdag staat hij in San
Siro. Voor de UEFA
Cupwedstrijd Inter-Grazer
AK. „Even was ik een
gebruiksvoorwerp dat
werd weggelazerd.
j1 n Cuba was ik, samen met Mar-
greet. We liggen op een afgelegen
f stukje strand in het zonnetje. Pas-
ert er opeens iemand die me vraagt: 'Goe
demorgen, meneer Jol, mag ik alstublieft een
handtekening van u'? In Cuba, op tienenhalf
uur vliegen van Nederland. Gebeurd. Het is
de prijs die je als bekende Nederlander be
taalt."
Dichterbij huis. in theater Diligentia op het
Lange Voorhout, hoort hij Brigitte Kaandorp
midden tijdens de voorstelling zeggen:
'Laatst was ik in een groentezaak in Den
Haag, gelukkig was er geen voetbalscheids
rechter in de zaak'. Was ze in de pauze ken»
nelijk getipt dat ik in de zaal zat. Ik kan het
hebben. Dat heb je als je in een glazen huisje
woont. Als ik na een potje klaverjassen uit het
café kom, zegt de eerste buurvrouw dat ik
heb gedronken. De tweede roept dat ik aan
geschoten ben en de derde heeft mij lazarus
in de goot zien liggen."
Op een goede of liever gezegd kwade dag,
in de herfst van het vorig jaar, bereikte de
KNVB de tip dat de internationaal befaamde
topscheidsrechter Dirk Zier Gerardus Jol in
de schemering van een groentewinkel in Den
Haag illegaal zou gokken op door hem zelf
geleide voetbalwedstrijden. De voetbalbond
stuurde hem na de aanklacht onmiddellijk de
hel in. De bevrijding uit de vlammen volgde
pas na een half jaar, door het Amsterdamse
gerechtshof. Vrijspraak wegens gebrek aan
bewijs. „Leo Hogewoning, de kroongetuige,
had een bloedhekel aan mij. Maar hij ver
koopt geen peer meer."
Ware verhaal
De gerehabiliteerde voetbalscheidsrechter
weet zich op de terrassen in Scheveningen
weer raad met z'n houding. De kin glimt ou
derwets. In het granieten gezicht zijn de
barstjes verdwenen. „Grote sommen geld
zijn mij geboden om het ware verhaal te ver
Fluitend loopt Dick Jol weer over het strand van Scheveningen. „De UEFA en de FIFA zijn me niet vergeten.".
tellen. Tienduizenden guldens. Maar ik doe
het niet. Het boek is dicht. De wedstrijd is ge
speeld, compleet met verlenging. Het wed
strijdformulier is getekend, zeg ik maar."
„Wat blijft zijn de annalen. Over honderd
jaar zal de zaak-Jol nóg in de sportgeschiede
nis staan. Mijn leven lang zal ik eraan worden
herinnerd. De zaak-Jol was even, heel even,
het grootste mediaspektakel dat zich in Ne
derland afspeelde.
„Margreet heeft thuis drie grote aanplak
biljetten voor me opgehangen. Eén aan de
voordeur, één in de gang, één in de slaapka
mer. Met viltstift staat het in grote letters op
wit karton: 'Dick, als je je doel wilt bereiken,
zwijg dan'. Meer niet."
„Alleen dank zij haar hulp en haar klasse
heb ik het overleefd. Haar belangrijkste kwa
liteit is luisteren. Met heel weinig woorden
heeft ze bij mij de juiste snaar geraakt. 'Gil
niet. Schreeuw niet. Beschadig niemand. Ga
door zoals je geëindigd bent'. Zonder haar
had ik het niet gered. Absoluut niet. Ik zou
misschien dingen hebben gedaan die ik nooit
had mogen doen."
„Mijn integriteit is in twijfel getrokken. Dat
is verschrikkelijk. Het is voor mij een hele
voldoening dat het programma Deadline van
de heer Jongbloed niet meer bestaat. Zijn
manier van doen was schandalig. Als hij er
naar werd gevraagd, liep hij v^eg. Hij heeft
maar wat gedaan. Alleen om te scoren. De
anderen neem ik niets kwalijk. De enige die
alle normen en waarden heeft overschreden
is de heer Jongbloed, hij die leeft in het land
van Donald Duck en Walt Disney."
Dick Jol gaat weer fluitend door het leven
Onder z'n shirt zwellen z'n spierballen.
„Midden in die rottijd heb ik mezelf steeds
voorgehouden: ik wil straks weer leven zoals
het voorheen was. Ik wil blijven wie ik ben en
doen wat ik gewend was te doen. Back to
normal. Life goes on. Margreet is locatie-
hoofd in een centrum waar gehandicapten
met een niet-aangeboren hersenletsel wor
den verpleegd en verzorgd. Ze zegt me wel
eens: Dick, wees blij, alleen al vanwege het
feit datje gewoon kunt lopen."
„Leven is het mooiste wat er is. Je leeft
maar zo'n klein stukje, terwijl je zo'n groot
stuk dood bent. Vorige week heb ik mijn
hond moeten laten inslapen. Het beestje had
de respectabele leeftijd van veertien jaar be
reikt. Het was nog helder van geest. Het hart
was goed. Zijn longen waren goed. Zijn her
senen goed. Hij kon alleen niet meer lopen.
Z'n achterkant was versleten. Op. Dan moet
je dus na overleg met de dierenarts plotseling
het besluit nemen dat zo'n beestje er over
een kwartier niet meer is. Dan denk je: Jezus,
wie ben ik om daarover te beslissen?"
„Mijn vader was visser. Stuurman op de
haringvisserij. Op de logger. Die heeft mij ge
leerd om normaal te doen. Als er iets is. zei
hij altijd, zég het dan. Als je kunt helpen, hélp
dan. Aan de andere kant kon hij ook keihard
en meedogenloos zijn tegen mensen die hem
kwaad deden ol hem wilden beschadigen."
„Die man heeft wat meegemaakt.. In 1940-
'45 heeft hij in Engeland gezeten. Hij heeft
nog meegedaan aan de invasie op Norman-
dië. Als hij vroeger tegen ons over de oorlogs
jaren begon, had hij het altijd over de positie
ve dingen. Nooit over de narigheid. De verve
lende ervaringen had hij in zijn hoofd zitten
en daar bleven ze. Ten slotte heeft hij ze mee
zijn graf ingenomen."
„Twee, drie weken na de uitspraak van het
Amsterdamse gerechtshof dat mij rehabili
teerde, was ik boven in het hoofd schoon.
Kon ik alweer functioneren. De mensen die
mij vals beschuldigden kan ik vergeven. Ja,
vergeven wel, vergeten zal ik ze nooit. Ik heb
me toch een gebruiksvoorwerp gevoeld dat
werd weggelazerd.
Fluitend loopt Dick Jol in Scheveningen
weer over strand en boulevard. De UEFA
heeft de scheidsrechter aangewezen voor de
UEFA Cup-wedstrijd Inter-Grazer AK, vol
gende week in Milaan. En de FIFA heeft hem
de leiding toevertrouwd over het WK-kwalifï-
catieduel Joegoslavië-Tsjechië op 10 novem
ber. Eerder dit seizoen flopt Jol al Slovan Bra-
tislava-Trabzonspor (6 augustus) en FC Tirol
Innsbruck-FC Mptz (10 september).
„Het is er een bevestiging van dat de FIFA
en de UEFA mijn kwaliteiten nog niet zijn
vergeten. Ook de KNVB heeft zich aan z'n
woord gehouden. Wat dat betreft is alles weer
zoals het was."
„Voor heel Nederland heeft mijn zaak het
bewijs geleverd dat we gelukkig in een demo
cratie leven. Nee, ik zeg niet dat ik blij ben
dat het recht heeft gezegevierd. Ik hecht er
meer waarde aan dat de normen en waarden
zijn gerespecteerd. Hoe gaan we hier met el
kaar om?"
„Op het veld, als voetballer, stond ik vroe
ger niet bepaald bekend als een lieve jongen.
Ik was de schrik van de velden. Bij de ama
teurs van RVC deed ik alles wat De Mos van
mij verlangde. Veertien keer ben ik het veld
uitgestuurd. Maar ten opzichte van collega's
was ik altijd goudeerlijk. Recht door zee."
„Ik draai nergens om heen. Als mij iets
dwars zit, zeg ik het maar gelijk. Dan ben ik
het kwijt. Ik hou niet van roddel of achter
klap. Dat weet iedereen in mijn omgeving.
Niet alleen in Den Haag en omstreken. Dat
weten ze in heel Nederland."
„Als een speler mij na afloop van de wed
strijd een hand geeft en mij midden in mijn
gezicht zegt 'je floot weer klote vandaag' dan
kan ik dat tien keer meer waarderen dan dat
ik hem later op radio of tv hoor klagen dat die
Jol blind is of er geen reet van kan."
„De tijd dat de scheidsrechterij hobbyisme
was, is voorbij," betoogt Jol. Het is een vak
geworden. Ik besteed er 25 uur per week aan,
lichamelijk en geestelijk. Net als iedere prof
voetballer bereid ik me voor op een wed
strijd. Maar ik ben en blijf natuurlijk ook
maar een mens met al z'n fouten."
„Ik kan, zoals iedere scheidsrechter, dro
men van de perfecte wedstrijd. De perfecte
wedstrijd bestóat, alleen zul je 'm nooit flui
ten. Als een collega mij zegt 'ik heb vandaag
foutloos gefloten' moet ik hard lachen."
„Proberen niet op te vallen en steeds de
goede beslissing nemen; daar lééf ik voor en
daar train ik voor. Vier keer per week. Woens
dagavond, onmiddellijk na afloop van Vites-
se-Roda JC, ben ik al begonnen met mijn
voorbereiding op Inter-Grazer AK van dins
dag. De knop gaat dan meteen om."
Opgeladen
„Geestelijk moet je goed opgeladen zijn. De
druk is groot. Of het nu Luxemburg-Malta is
of Joegoslavië-Tsjechië of Ierland-Engeland.
Spanning is er altijd. Daarom moet je in orde
zijn. Je kunt je niet veroorloven door een of
andere oorzaak dusdanig in beslag te worden
genomen dat je minder presteert."
„Ik vreet alles wat met voetballen te maken
heeft. Kranten, weekbladen, maandbladen,
radio, tv. Ik zie veel, ik hoor veel, zo veel mo
gelijk. Ik ben geïnteresseerd welk systeem de
teams spelen. Hoe bouwen ze hun aanvallen
op. Waar moet ik wel lopen, waar moet ik
niet lopen."
„Feyenoord speelt meestal met tien man
achter de bal, Ajax met hooguit vier. Daar
mee moet ik rekening houden. Ik mag niet iri
de weg lopen. Een scheidsrechter moet het
overzicht houden. Wanneer komt de 'peer'
naar voren, wanneer niet. Dat moet je weten:,
want dan moet je een sprint van 160 mete;r
maken. Daar moet je klaar voor zijn."
„Het spel is tien keer sneller geworden dan
in de tijd dat ik zelf nog voetbalde. Het tempo
is met sprongen vooruit gegaan. Het gaat zo
snel, je moet zo veel zien tegenwoordig. De
tv-camera's leggen situaties soms via acht
tien invalshoeken vast. Maar de scheidsrech
ter heeft er maar één."
„Ik vind het niet erg als de tv mijn ongelijk
aantoont. Als de kijkers thuis zich maar wel
realiseren dat ik maar twee ogen heb en na
tuurlijk niet op vermoedens kan fluiten. Ge^f
ik iemand een rode kaart dan moet ik in de
tail kunnen bewijzen dat hij het ook heeft ge
daan. Ik mag niet schipperen. Ik kan niet op
het wedstrijdformulier schrijven: ik vermoed
dat speler die en die heeft geslagen."
„Voor sommige beslissingen zijn vier a vijf
criteria van toepassing. In één oogopslag
moeten wij die waarnemen en conclusies
trekken. Mis ik er één of twee dan houdt het
verhaal op. Je hebt strafschoppen zondei
kaart, strafschoppen met een gele kaart en
strafschoppen met een rode kaart. Hou het
maar eens uit elkaar. Het grote publiek weet
vaak niet hoe de regels zijn, maar staat wel
meteen met een oordeel klaar."
„Stress-bestendigheidstraining, mentale
weerbaarheidstraining; wat dat betreft heb ik
het afgelopen jaar aardig wat voor m'n kiezen
gekregen. Ik ben er niet voor op de vlucht gek
gaan. Interviews, ik heb er ontelbare gegevep
in die tijd. Je moet met camera's en micröf
foons kunnen omgaan om een wat betere tef
genstander voor een journalist te worden.
„Het wordt wel eens vergeten, maar
scheidsrechters zijn ook gewone mensen.
Gewone jongens. Geen robots. Geen afgë-
richte honden. We zijn gewone mensen uit
de maatschappij. Eén van onze taken is, bij
voorbeeld, het geven van lezingen in hét
land. Laatst was ik in Friesland, in Sneek. Na
de pauze bestond er gelegenheid tot het stel
len van vragen. Vroeg zo'n man: 'Meneer JoS
heeft u Waarop ik hem onderbrak. Ik zei;
'Ho, stop. Meneer Jol was mijn vader. Ik ben
Dick'. Men moet niet tegen mij opkijken. Ik
mag van God misschien wat meer talenten
hebben meegekregen, maar in wezen ben ik
net zo'n scheidsrechter als de man die de ze
vende klasse donderdagavond fluit."
Credo van bergbedwinger Bart Vos: Beter je te pletter vervelen, dan te pletter vallen'
Als driemaal
scheepsrecht is, moet
het bergbeklimmer
Bart Vos ditmaal
lukken om moederziel
alleen de top te
bereiken van de
Dhaulagiri, met zijn
8167 meter één van de
hoogste bergen van de
Himalaya. Twee
eerdere pogingen
mislukten. Vos is
inmiddels in Nepal om
af te maken waar hij
in 1994 aan is
begonnen. Als alles
goed gaat, staat hij
deze maand nog
eenzaam aan de top.
U delheid drijft hem
keer op keer naar 's
werelds hoogste top
pen en naar de toppen van zijn
kunnen. „Omdat ik iets kan wat
maar weinig mensen kunnen.
Was dat anders, dan zou ik er
mee stoppen." Hij heeft dat al
eens overwogen, want eigenlijk
houdt solo-klimmer Bart Vos he
lemaal niet van de bergen. Hij
wordt er tenminste niet lyrisch
van. „Ik kan veel meer genieten
van het vlakke van een polder
dan van het rafelige van de ber
gen. Nee, ik heb bergen nooit bij
zonder mooi gevonden."
Vos was de eerste Nederlander
die de Mount Everest bedwong,
de hoogste berg ter wereld. Ook
beklom hij de meer dan achtdui
zend meter hoge Cho Oyo. Maar
zelfs óp die toppen kon het uit
zicht hem niet echt fascineren.
„Bovendien ben je er maar vijf
minuten. Voordat je daar aan
komt, zit je weken geïsoleerd op
die bergwand. Je brengt je tijd
voornamelijk door met wachten
en nog eens wachten. Tot de
weersomstandigheden gunstig
zijn. Maar mijn credo luidt: je
kunt je beter te pletter vervelen
dan te pletter vallen. Eindelijk
verhef je je dan na vele ontberin
gen acht kilometer boven de
mensheid. En daar sta je dan.
Opeens bevangen door de klem
mende vraag: 'Wat moet ik
hier...?' 'Wat hoop ik hier te vin
den...?"
De in Eemnes wonende Vos is
in Nederland de enige die op ei
gen houtje klimt. Daarom kent
hij als geen ander de ontberin
gen. Een totaal isolement. Een
gierende wind, 's nachts toene
mend tot orkaankracht. Overdag
temperaturen van min twintig,
die na het invallen van de duis
ternis nog eens zakken tot min
veertig.
„Je stofwisseling staat onder
dergelijke extreme omstandighe
den bijna stil. Je voelt je een
beetje verdoofd, duizelig. Alsof je
twee flessen whisky op hebt. Je
weet dat als het fout gaat, dat het
dan ook echt faliekant fout gaat,
terwijl je boven de vijfduizend
meter sowieso maar weinig tijd
hebt. De tijd op een berg wordt
een soort worst waarvan iedere
dag een plakje wordt afgesneden.
En op is op."
Vos, die inmiddels enkele boe
ken op zijn naam heeft staan
waarin hij boeiend over zijn
klimmersavonturen vertelt,
wordt ook gedreven door relatie
ve haast. Hij is nu 45 en over een
jaar of vijf wordt het fysiek gezien
waarschijnlijk allemaal wat
moeilijker. „Ik heb toch al een
beetje een harkerig lichaam en
ben niet van plan met het klim
men door te gaan tot ik dood val.
Tot nu toe ben ik erg goed ge
weest in het net niet doodgaan."
De solist heeft ditmaal geko
zen voor de oostwand van de
Dhaulagiri, letterlijk vertaald
'witte berg'. Hij wil de top berei
ken zonder gebruik te maken van
zuurstofflessen, walkie-talkies en
vaste touwen. „Die oostwand is
nog niet eerder beklommen. Hij
is steiler en moeilijker dan de
eerdere routes die ik heb ge
volgd. De oostwand is bovendien
berucht om zijn slechte weer. De
wind klapt er zo tegen aan. Maar
als het mij lukt, geeft het een gro
te voldoening, ook al is dat maar
voor een kort n
Bart Vos thuis: „Ik heb bergen nooit bijzonder mooi gevonden.
Lawines
De Dhaulagiri is nog nooit door
Nederlanders en ook nog nooit
solo beklommen. Twee eerdere
pogingen van Vos om daar ver
andering in te brengen, misluk
ten. In het voorjaar van '94 was
hij voor het eerst aan de voet van
de berg. Ondanks zware sneeuw
val en lawines lukte het hem een
bivaktent en voedsel, bedoeld als
voorbereiding op de klim naar de
top, te deponeren op een hoogte
van 7250 meter. Later werd hij
overvallen door een hevige
storm. „Zodoende kon ik een
week lang mijn bivaktent niet
verlaten en uiteindelijk moest ik
afdalen naar het basiskamp. Het
slechte weer ging over in de
sneeuwval van de moesson en er
zat niets anders op dan het ba
siskamp te verlaten."
In het najaar van 1995 keerde
hij terug naar Nepal. Ditmaal
was Vos niet de enige klimmer
die trachtte de berg te veroveren.
De Nepalese overheid had acht
expedities een vergunning ver
leend. Meer dan honderd men
sen verbleven aan de voet van de
Dhaulagiri en probeerden via de
zelfde route de top te bereiken
met behulp van vaste touwen die
een Japanse expeditie tot op gro
te hoogte door ervaren Sherpa's
had laten aanbrengen.
„Omdat deze weg voor mij
geen sportieve uitdaging was, be
sloot ik een meer directe en
daarmee moeilijker weg naar de
top te volgen", aldus Vos, die na
een paar uur zwoegen tot zijn
stomme verbazing merkte dat hij
niet alleen was. Hij werd hinder
lijk gevolgd door een Witrussin,
lid van een Bulgaarse expeditie,
die hem achterna was geklom
men. „Een onervaren klimster
met een gebrekkige uitrusting.
Ze volgde me zo hinderlijk, dat
ze op de steile ijswand steeds
met haar hoofd tegen de onder
kant van mijn stijgijzers botste.
Levensgevaarlijk. Op minder dan
vijftig meter onder de top was ik
gedwongen terug te keren. Voor
mijn eigen veiligheid en die van
haar."
Laatbloeier
Vos is een laatbloeier. Min of
meer bij toeval kwam hij met de
bergsport in aanraking. „Ik ben
nooit zo sterk geweest in het ne
men van beslissingen en het be
palen van mijn keuzes. Mijn
voormalige schoonouders had
den een huis in Zwitserland. De
bergen vond ik op zich wel mooi,
maar waar de sneeuw begon,
hield het voor mij op. Ik wist niet
wat een gletsjer was, laat staan
een sneeuwveld."
In 1977 volgde hij samen met
een vriend flierefluitend een cur
sus van de Alpenvereniging. „We
waren de oudsten", herinnert hij
zich. „Ik was al 27. De hulpgid-
sen die ons begeleidden schud
den telkens meewarig het hoofd!
Ze herkenden in ons geen echte
klimmers. Toch lag het me wel.
Ik was handig, kon goed mei
touwen omgaan en flink afzien.
En tot ieders verbazing werd ik
een fanatieke klimmer, net zo fa
natiek als ik in de jaren daarvoor
bij vlagen filosofie had gestu
deerd."
Als kind stond Vos te boek al6
'a-sportief. Een psycholoog
kwam tot die conclusie bij een
schoolkeuze-onderzoek. „Hot
was in de tijd dat Anton Geesink
furore maakte, dus moest ik van
thuis op judo. Maar al dat ge
stoei, gewurg en vooral dat
steeds maar weer moeten vallen»
dat wende nooit. Na anderhalf
jaar vertelde ik mijn moeder ook
nog eens snikkend, dat ik het zo
erg vond dat pappa nooit naar
judo kwam kijken. Drie keer heb
ik hem daarna zien zitten. Ter
wijl ik ijverig mijn pijnlijke buite
lingen maakte, zat hij daar, half
slapend en ook alleen. Pas toen
mocht ik van judo af."
Misschien was dat wel de basis
voor zijn besluit om solo-klim
mer te worden. Eenzaam; op
eenzame hoogte. Het levert hem
geen roem op. „Dat is ook niét
van levensbelang. Als je daar bo
venop die top staat, dan word je
even als een held beschouwd
Dat geeft een lekker gevoel, maar
de dag erna kent niemand je
meer. Dat houd ik graag zo. Dan
hoef ik mijn vrije tijd niet te laten
verontreinigen door anderen."