ZATERDAGS
BIJVOEGSEL
Afghanistan:
Terug naar de Middeleeuwen
E
'Vrouwen worden gedwongen te leven in een graf
WÊÊÊtm
ZATERDAG 12 OKTOBER 1996
ES» 5 T- IM—IÉ WWEl
1 lke ochtend sluipt de 22-jarige Af-
B i ghaanse Nahid door de straten
van Kabul naar haar werk bij een
hulporganisatie. Ze is één van de weinige
wouwen die het bevel van de Taliban trotse
ren om thuis te blijven. ,,Ik blijf werken zo
lang ik kan. Mijn familie is financieel geheel
van mij afhankelijk. M'n vader krijgt een pen
sioen van twee dollar per maand."
Nahid is niet haar echte naam. De angst
voor de ultra-orthodoxe Taliban zit diep.
„Een vriendin van mij is onlangs door een
Talib geslagen omdat haar enkels te zien wa
ren. Ik ben bang dat ze mij oppakken omdat
ik werk." Haar chador (hoofddoek) heeft ze
afgedaan en de eerste vraag die ze stelt, na
dat we haar na veel zoeken hebben gevon
den, is of ze in Nederland asiel kan krijgen.
„Ik heb hier geen leven meer. De Taliban
haten wouwen en ik heb er weinig vertrou
wen in dat het in de toekomst beter zal wor-
I den", zegt Nahid. „Mijn drie zusters, die aan
j de universiteit studeren, zitten gedwongen
thuis en komen niet meer buiten. Er zijn in
dit land heel veel weduwen die moeten wer
ken om de kost te verdienen. Wat moet er
met hen gebeuren? Vrouwen willen alleen
naar eeri vrouwelijke arts, maar die mogen
niet meer werken. De Taliban hebben er
geen antwoord op. We worden gedwongen te
leven in een graf. Dit is geen leven meer."
Sinds de Taliban eind september de hoofd
stad Kabul veroverden en de sharia van
kracht werd, zit meer dan de helft van de be-
j volking gedwongen thuis. Vrouwen domi
neerden Kabul. Ze werkten als dokters of ver
pleegkundigen in ziekenhuizen, als docenten
i op de universiteit, bij overheidsinstanties en
in het onderwijs. Zestig procent van alle
ambtenaren in Kabul en iedereen die niet
in de handel zit, is ambtenaar bestond uit
wouwen. Daar kwam in één klap een einde
aan. De nachtmerrie van de dodelijke omsin
geling van Kabul is ten einde, maar de vol
gende nachtmerrie staat weer voor de deur.
De vrouw bestaat in de ogen van de Taliban
niet en ze heeft zeker geen rechten. De nieu
we, voorlopige minister van buitenlandse za
ken, Mullah Mohammed Ghous Akhunt, wei
gert zelfs met Westerse verslaggeefsters te
praten.
Tradities
De inwoners van Kabul moeten terug naar de
Afghaanse tradities, luidt het nieuwe parool
van de Taliban. Terug naar de Middeleeu
wen, zo lijkt het. De sharia, de islamitische
wetgeving, is onmiddellijk van kracht gewor
den. Op moord en alcoholisme staat de
doodstraf, op stelen het afhakken van de
handen of stokslagen. Voor zover ze al geen
baard hadden, laten de*Afghanen er nu een
groeien. Ze hebben zes weken de tijd, heb
ben de Taliban bekendgemaakt.
Het gesprek van de dag onder mannen is
hoe het staat met de baardgroei, waarna de'
jeuk in de stoppels wordt weggekrabt. Ze ste
ken zich vaker in een wijde broek, met daar
overheen een lang overhemd en op hun
hoofd een tulband. Vrouwen dragen of een
lange chador (hoofddoek) of een burqa: een
kleed dat zowel het hoofd als het lichaam van
de wouwen bedekt. Zelfs de ogen zijn niet
zichtbaar. En wat ze vooral doen: ze blijven
thuis en gaan niet de straat op.
De poorten van de Afghaanse Associatie
voor Vrouwen (AAV) zijn gesloten. Een man
doet open en kijkt verbaasd als wij naar bin
nen willen. De directrice is de stad ontvlucht
en haar plaatsvervangster zit thuis. De AAV
werd in 1919 door Zynab, de zuster van ko
ning Amanullah Khan Shah, opgericht als on
derwijsinstituut voor vrouwen. Het enorme
complex, waar tot voor kort 260 vrouwen les
kregen in weven, naaien en ander ambachte
lijk werk, is verlaten. „Vrouwen zijn hier niet
meer. Ook de docenten, allemaal vrouwen,
zijn weg", zegt administrateur Shamohmoud
Hamdam. „We zijn terug bij af. In 1919 had
den de vrouwen meer rechten dan nu."
De inwoners van Kabul koesteren gemeng
de gevoelens over de inname van hun stad
door de islamitische 'studenten' van de duis
tere Taliban-beweging, die nauwelijks kun
nen lezen of schrijven. Toch mogen ze zich
mullah noemen, omdat ze als vluchtelingen
voor korte tijd op een 'madrassa' (islami
tische school) in Pakistan-onderwijs in reli
gieuze zaken hebben genoten. Als dat al het
geval is, want vaak zijn het ongeletterden van
het platteland.
De Taliban hebben wel rust gebracht in de
stad die zwaar heeft geleden onder de onder
linge gevechten van verschillende mudjahed-
din-facties. De levensmiddelenmarkt, die
huist in de aan flarden geschotén oude bazar,
puilt uit van de groenten, fruit, kleding en au
to-onderdelen. Prijzen voor voedsel en benzi
ne zijn sinds de komst van de Taliban gehal
veerd. De wegen naar vrijwel alle steden in
Afghanistan die door de orthodoxe moslim
strijders zijn veroverd, zijn vrij van versper
ringen en plunderende soldaten.
In Kabul zijn de talloze controleposten van
mudjaheddin-soldaten van verschillende mi
lities verdwenen. Ze pakten naar willekeur
mensen op of persten ze af. Nu is er in de
stad nauwelijks een geweer of tank meer te
bekennen. Taliban-soldaten zijn beleefd en
vriendelijk, als ze al in de stad aanwezig zijn.
Vooralsnog prijzen de stadsbewoners de Tali
ban; de sharia wordt voor lief genomen.
„Eindelijk kunnen we weer over straat lopen.
De prijzen zijn gezakt en de criminelen die
richt op vrouwen. „Als vrouwen niet meer
mogen werken, dan houdt het voor ons op.
Als je Afghaanse vrouwen wilt bereiken, dan
moet je vrouwelijke hulpverleners hebben.
Anders komen de projecten niet van de
grond." Het dilemma voor Avicen en voor
veel andere hulporganisaties is of ze zich
moeten terugtrekken, of blijven en de strenge
richtlijnen van de Taliban slikken.
Mohammed Maher Yaqubi: „Ik heb alle
oorlogen hier in Kabul meegemaakt. De be
volking is verarmd en heeft hulp hard nodig.
Ik verwacht dat de Taliban te zijner tijd de
richtlijnen zullen verzachten. Dat hebben ze
ook gedaan in de gebieden die ze lang gele
den hebben veroverd." Deze verwachting
spreken vele stedelingen hoopvol uit. „Als
vrouwen niet meer mogen werken, dan
wordt het hele land lamgelegd. Zestig pro
cent van de onderwijzers bestaat uit vrou-
De arts Alam Khan Hamdard zit op de grond
in het volkomen lege kantoor en schrijft een
brief. Een grote witte tulband siert zijn hoofd.
Zijn lange, ongeknipte baard duidt er op dat
hij een aanhanger van de Taliban is. Alam
Khan Hamdard is een veteraan uit de guerril
la-oorlog tègen de Russen, maar hij vluchtte
naar Pakistan toen de Mudjaheddin-facties
hun oude vetes onder elkaar gingen uitvech
ten. „De Mudjaheddin zijn criminelen, geen
islamieten. Ze verkrachten onze vrouwen.
Daarom heeft de Taliban de strijd tegen hen
opgenomen. We zijn tegen corruptie en mis
daad, maar we willen niet de macht hebben.
We zullen er voor zorgen dat er een regering
komt die alle bevolkingsgroepen vertegen
woordigt en die in overeenstemming is met
de islamitische wet."
In zijn visie horen vrouwen thuis te zijn en
niet op het werk. „Dat is beter voor ze. An
ders lopen ze de kans om verkracht te wor
den." Toch helpt hij ook vrouwelijke patiën
ten, zegt hij: „Ze moeten met hun zusters of
moeders komen. Dan is er niets aan de
hand."
Verkrachting. Dat woord valt vaker als Tali-
ban-leden uiüeggen waarom vrouwen niet
mogen werken. De religieuze onderbouwing
daarentegen komt uit soms zeer oude leerge-
schriften en niet zozeer uit de Koran. Mullah
Abdurauf, voorganger in de Wazir Akber
Khan moskee in Kabul, plukt aan zijn baardje
en kan een glimlach niet onderdrukken.
„Ach, soms zeggen ze maar wat. Sommige
Taliban-leden hebben weinig verstand van
de islam."
Abdurauf neemt geen blad voor de mond,
ondanks dat hij enkele malen onder verschil
lende regimes heeft vastgezeten. Hij laat ten
bewijze zijn littekens zien. „Vrouwen hebben
volgens de Koran recht op actieve deelname
aan de samenleving, dus hebben ze ook recht
op werk. De Taliban is net in de stad, dan
ben je snel geneigd wat strenger op te treden
dan in andere delen van het land. Als de situ
atie is genormaliseerd, mogen vrouwen wel
weer aan het werk."
'Overal vrede'
De meeste inwoners van Kabul zeggen te ho
pen dat de Taliban te zijner tijd vrouwen
meer vrijheden zullen geven. Minister van
buitenlandse zaken Mullah Mohammed
Ghous Akhunt verklaarde eerder deze week
dat de regerende Taliban-raad zich zal her
oriënteren op het vrouwenvraagstuk nadat
'overal in het land vrede is gebracht'.
De Nederlander Jurjen van der Tas van de
hulporganisatie Novib, in Kabul op bezoek,
heeft dat op zijn reizen door Afghanistan va
ker gehoord van de mullahs van de Taliban.
„Ik ben daar uiterst somber over. Het overleg
met de Taliban over hulpprojecten voor
vrouwen verloopt uiterst moeizaam. Dit soort
vraagstukken moet door mullahs besproken
worden in de religieuze raden. Er moet wor
den gekeken of ze in overeenstemming zijn
met de islamitische wet. Daar komen ze niet
uit en dus gebeurt er niets."
„Veel projecten, ook in de gebieden die
lang geleden door de Taliban zijn veroverd,
zijn gestopt en komen niet meer van de
grond. Meisjes kunnen tot hun tiende jaar
naar school en daarna is het afgelopen. Ho
ger onderwijs wordt niet toegestaan", aldus
Van der Tas.
Novib praat in de buurt van de zuidelijke
stad Kandahar al twee jaar over de financie
ring van een project om vroedvrouwen op te
leiden. Het is nog steeds niet van de grond
gekomen. „Het land gaat terug naar de Mid
deleeuwen, zo lijkt het inderdaad, maar ei
genlijk is de situatie buiten de grote steden
altijd zo geweest. Op het platteland leeft de
wouw sinds eeuwen in huis. De Taliban zet
ten daarmee gewoon de traditie voort."
Het touwtje aan de betonnen post van de
verkeerspolitie op het Arianaplein zwaait
heen en weer in de wind. Terwijl karren met
fruit en groenten, voortgetrokken door paar
den, gammele Russische auto's en Afghanen
op fietsen rustig op de rotonde rijden, lopen
vijf in traditionele kledij gestoken mannen
naar de uitkijkpost. Ze wijzen naar het touw
tje. Daar hing vrijdag 28 september de vroe
gere president Najibullah, de 'slager van Ka-
bul'. Zijn met bloed besmeurde broer, Shah-
pur Ahmedzi, de voormalige chef van de vei
ligheid, hing naast hem. Op de grond onder
de uitkijkpost ligt een plas geronnen bloed.
De sharia is onverbiddelijk.
Vrouwelijk bedelaars bij de ingang v
baar werken in Afghanistan.
i moskee in Kabul. Ze worden bewaakt door een Taliban-soldaat. Sinds de machtsovername mogën
ons leven terroriseerden, o
krachtten, zijn gevlucht. Natuurlijk zijn we
blij met de Taliban", vertelt Yawar.
Hij is 55 jaar, maar oogt als een vermoeide,
bejaarde man met een grijze stoppelbaard.
Hij draagt op zijn magere lijf een rafelig en
smoezelig jasje. Zijn vrouw verloor het leven
tijdens een granaatbeschieting door troepen
van 'premier' Gulbuddin Hekmatyar. Yawar
behoort als psycholoog tot de intelligentsia
van de hoofdstad, maar kan financieel net
het hoofd boven water houden. Hij heeft zes
kinderen te onderhouden van een salaris van
16 dollar per maand, dat hij als docent aan de
universiteit van Kabul verdient.
„Ik zou graag traditionele kleding willen
kopen, want een Talib zei tegen mij dat ik
communistische kleding droeg. Maar ik heb
geen geld." Hij zit momenteel werkloos thuis;
95 procent van zijn leerlingen waren meisjes
en jonge vrouwen die niet meer op les mo
gen verschijnen.
Yawar wil laten zien waarom hij niet onge
lukkig is met de Taliban. Er volgt een rit door
een desolaat landschap van verwoeste flatge
bouwen, fabrieken en eindeloze rijen huizen.
Complete stadswijken zijn van de aardbo
dem verdwenen. Onkruid groeit tussen de
puinhopen en nog steeds is het levensgevaar
lijk de ruïnes te betreden vanwege de aanwe
zigheid van mijnen. Kabul is, naar men zegt,
voor tachtig procent vernietigd en veel
zwaarder getroffen dan Sarajevo. Dertigdui
zend doden vielen tijdens de niet aflatende
gevechten om de stad.
wij de Taliban ver
welkomen", zegt Yawar, wijzend op de ruïnes
waar eens zijn huis stond. Zijn leven is wel
licht symbolisch voor menige inwoner van
Kabul. „Ik heb acht gewelddadige machts
wisselingen meegemaakt. Het ene regime
was nog erger dan het andere. Alleen vanuit
mijn jeugd ken ik vrede. Ik ben blij met elke
partij die rust brengt. Ideologie maakt mij
Toch maakt Yawar zich zorgen over een
nieuwe ontwikkeling: de sharia. „Mijn vier
dochters, die allen studeerden aan de univer
siteit, zitten thuis en komen het huis niet
meer uit. Mijn twee zoons kunnen ook niet
meer studeren, omdat veel docenten vrou
wen waren. Kinderen gaan niet meer naar
school, omdat de onderwijzeres thuis blijft.
Als dit doorgaat, krijgen we een generatie on
geletterde jongeren. Dan gaat het land defini
tief kapot."
De hulporganisaties in Kabul, die traditio
neel veel vrouwelijk personeel in dienst heb
ben, weten zich niet goed raad met de nieu
we situatie. Hun werkneemsters komen niet
meer naar kantoor en hulpprojecten voor
vrouwen zijn tot stilstand gekomen. Op het
terrein van de gezondheidszorg hebben de
Taliban in Kabul een beetje gas teruggeno
men. „Vrouwelijke artsen en verpleegsters
mogen weer aan het werk, omdat anders
mannen vrouwen moeten behandelen en dat
mag ook niet van de Taliban", vertelt Mo
hammed Maher Yaqubi niet zonder ironie.
De Afghaan is hoofd van de Kabul-vestiging
van de Franse hulporganisatie Avicen.
De medische projecten van Avicen zijn ge
De mannen laten hun baard staan en
vrouwen gaan geheel schuil onder
burqa's. Sinds de komst van de Taliban
waait er een strenge islamitische wind
door Kabul en grote delen van
Afghanistan. Ongeletterde
boerenpummels die zichzelf de zuiverste
volgelingen van profeet Mohammed
noemen, wisten in twee jaar tijd hun
wil op te leggen aan de door de vele
oorlogen zwaar aangeslagen bevolking.
Hun opmars is nu weliswaar gestopt,
maar in de gebieden die ze al beheersen
geldt de sharia, de orthodoxe
islamitische wetgeving. „De Taliban
haten vrouwen. In 1919 hadden de
vrouwen meer rechten dan nu.
Taliban-soldaten in actie. De ongeletterden van het platteland hebben met harde hand hun wil opgelegd aan de bevolking, foto gpd