'Ook op het
toneel ben
ik mezelf
De firma List en Bedrog
in Oudheden
JOHN KRAAYKAMP
senior speelt hoofdrol
in 'Schakels'
De EURO
van de oudheid
996
hor AD VAN KAAM
nstei
laari
;e na
L6VrV>\<3t°-'
Mefrt,ev9'
IrttVS t M
ttons
,i*o
b°°
Hans Liberg geeft ook Wibi een
veeg uit de pan.
foto bart van leeuwen
Ooit strekte het Romeinse rijk zich uit van Egypte tot
Brittanica en van Carthago tot Lugdunum Batavorum.
Onder keizer Augustus, aan het begin van onze jaartel
ling, beleefde de Romeinse beschaving hoogtijdagen
waarbij er ook gedurende langere tijd vrede heerste
(pax romana) en de handel welig tierde. Het was toen
dat Augustus uitvoering gaf aan zijn plannen om te ko
men tot één muntstelsel voor zijn gehele rijk. dat voor
dien tientallen soorten van (lokale) betalingsmiddelen
had gekend.
Augustus liep, met de invoering van zijn
denarius, 2000 jaar voor op de invoe
ring van de EURO zoals die rond de
eeuwwisseling de plaats moet in-
nemen van onder meer de gulden,
I de franc, de mark en de lire. Ook
wat dat betreft is er dus niets
nieuws onder de zon; die Romei
nen waren zo dom nog niet. Al
leen, toen rond het jaar 250 na
Chr. het eens zo machtige Rijk uit
een begon te vallen, verdween die
ene muntsoort weer net zo snel als die
gekomen was.
tentoonstelling 'De EURO van de
oudheid' in het Rijksmuseum Het
Koninklijk Penningkabinet gaat
over de munten van Augustus,
over het hoe en waarom van de
invoering en over wat de gevol
gen waren voor de huishoud
portemonnee en de handel. Ook
is er informatie over de vind
plaatsen door het hele rijk, de rol
van het leger en het gebruik van
de munt als politiek reclamemid
del.
Met behulp van een speciaal computer
programma zal de bezoeker vanaf 7 november zelf een
link kunnen leggen tussen de denarius van de oudheid
en de EURO van de toekomst.
'De Euro van de oudheid', te zien van 7 november
1996 tot en met 31 maart 1997 in het Koninklijk Pen
ningkabinet, Rapenburg 28. Leiden.
door CEES VAN HOORE
John Kraaykamp senior. Alleen al zijn ver
schijning wekt de indruk dat hij achter de
coulissen is geboren. Kraaykamp is een the
aterman in hart en nieren. Maar dan wel
een zonder enige pretentie. Van dat roman
tische gedoe over het toneel moet hij niets
hebben. Op 17 en 18 september speelt hij in
de Leidse Schouwburg de rol van Pancras
Duif, de hoofdfiguur in 'Schakels', een
volksstuk van Herman Heijermans.
In de lounge van motel Vinkeveen zit John
Kraaykamp keurig achter een kop koffie en
een taartje. Hij is net naar de kaakchirurg
geweest om zijn tanden, „die door de tijd
waren losgewrikt", vast te laten zetten.
Maar dat belet hem niet om in uiterst hel
dere taal te formuleren wat hem op het hart
ligt. Hij verheugt zich op zijn rol in 'Scha
kels'.
„Ik zeg altijd: dit wordt het mooiste stuk dat
ik ga spelen. Het is volkstoneel en daar ben
ik blij mee. De toneelmakers omzwachtelen
zich tegenwoordig met veel intellectuele
uitspraken en gedachten over het toneel. Ze
duiken tachtig meter diep naar de bodem.
Maar de waarheid ligt aan het oppervlak.
Als je Gerardjan Rijnders en Freek de Jonge
hoort, dan wordt het allemaal zo verschrik
kelijk moeilijk, terwijl het helemaal niet
moeilijk is. Ik ken hen allebei en weet dat
hun bedoelingen zuiver zijn. Maar het to
neel dat wij nu gaan doen, daar zullen ze
absoluut niet van houden. Dat is gewoon
open, eerlijk, volkstoneel."
„Het gegeven is van deze tijd. Het stuk gaat
over een oude man, een fabrieksdirecteur,
die erg ziek wordt. Op zijn ziekbed zegt hij
tegen zijn middelste zoon: neem de zaak
over, maak er een nv van, want jij bent de
enige die dat kan.' Die man doet me den
ken aan King Lear. Die zegt: 'Wij zijn hier
allemaal bijeen om het land te regeren en
daarom kruipen wij in alle rust naar de ou
derdom en geven wij jullie de macht. Ik heb
die macht zo goed mogelijk verdeeld. De
enige voorwaarde die ik stel: ik wil dat jullie
zeggen hoeveel jullie van me houden.En
dan beginnen de kinderen te reutelen. In
'Schakels' gebeurt dat ook."
„Die man, Pancras Duif, een eenvoudige
man, heeft zijn centjes, net als ikzelf, heel
goed belegd. En dat is eigenlijk zijn redding.
Hij is ziek, moet verpleegd worden. Hij
heeft een slecht huwelijk gehad. Een huwe
lijk met veel gekrakeel en gekanker. De kin
deren zijn de deur uitgelopen en hebben
die ellende allemaal meegemaakt. Zijn
vrouw is gestorven toen het oudste kind
twee jaar was. Allemaal heel triest. En dan
ineens, op zijn ziekbed, komt hij in contact
met een huishoudster die dertig jaar jonger
is dan hij. Zij is achtendertig en hij is al
achtenzestig. Het feit dat zij hem goed ver
zorgt, geeft hem zo'n warm gevoel, zo'n in
nerlijke rust, dat hij iets met haar wil begin
nen. En wat er dan gebeurt is schitterend."
Liefde
„Het thema is dat de liefde vaak heel laat in
je leven komt. Pancras Duif is op de rand
van de dood geweest. De huishoudster
heeft hem weer naar het leven terugge
haald. Daarom is hij mild geworden, daar
om zoekt hij naar zachtaardigheid en liefde.
Liefde is jezelf een beetje opofferen voor de
ander en dat doet Pancras Duif. Ikzelf heb
nu een band die niet gebaseerd is op war
me lakens en zweterige lijven die op elkaar
liggen. Het is een liefde die zo magistraal is
dat mijn kinderen daar af en toe een beetje
jaloers van worden. Ik heb in het verleden
fouten gemaakt. Maar ik heb het later toch
zo goed mogelijk proberen te doen. Liefde
is dat wat je herkent, wat je geeft en ook
weer terugkrijgt. Het is een heel exacte
Vervalste oudheden afkomstig
uit het landhuis van ir. A.
Schermbeek. Aangeleverd door
'Potjes Hendrik' die zijn voor
werpen 'zomaar' uit de konij
nenholen toverde. foto rmo
ervaringen. Ze zijn, bij wijze
m spreken dan, bijna net zo
nd als de originelen zelf. Ze
ebben, hoe dan ook, altijd tót
e verbeelding van de mensen
'sproken. En ze deden, bij ont-
i'kking, dikwijls veel stof op-
vaien. Echt of onecht, dat is
e kwestie ditmaal in het Rijks-
mseum van Oudheden. Waar
maf 26 september de tentoon-
elling is te zien die de intrige-
'nde (werk)titel Listen Bedrog
left meegekregen.
De schilderkunst mag dan bij
itstek het terrein zijn van
leester-vervalsers als bij voor
leid Han van Meegeren (wiens
mneers' niet van echt waren
onderscheiden) ook de ar-
leologie is door de tijden heen
iet gevrijwaard gebleven van
'n aantal 'affaires'. Die van de
nateur-archeoloog Tjerk Ver
valing en zijn Drentse
mdsten staat menigeen nog
'Ider voor de geest. Maar er
in meer gevallen die tot de
rbeelding spreken. Zoals die
I vi de Deventer vervalser. Die
I >et zelf begraven botten
acht de Nazi-ideologie te kun-
m onderbouwen.
De tentoonstelling in Oudhe
in gaat over dergelijke verval
len en vervalsingsaffaires in
i Nederlandse archeologie. In
de delen getiteld: Twijfel, Be-
rog en Illusie, wordt verhaald
ier de mensen die de verval-
'igen maakten en over hun
mieven daarachter.
Twijfel geldt als de inleiding
P de tentoonstelling. Aan de
md van een originele Van
hegeren, imitatie-merkartike
len van nu en archeologische
voorwerpen krijgt de bezoeker
een introductie op de vraag wat
nu vals of wat nu echt is. Dui
delijk wordt ook hoe vervalsin
gen ontmaskerd kunnen wor
den door de alsmaar voort
schrijdende wetenschappelijke
kennis of door nieuwe vondsten
die vergelijkingen mogelijk ma
ken. Verder komen zaken aan
bod als de C-14-methode en de
Bedrog laat vervolgens zien
wie de vervalsers waren, welke
motieven zij hadden en van
welke methoden zij zich be
dienden. Pikant détail in deze
is, dat voor zover bekend louter
mannen zich met vervalsingen
bezighielden. Dat ze slechts
mondjesmaat hiervoor op het
matje werden geroepen en dat
ze hiervoor nimmer zijn ver
oordeeld.
Drie motieven komen aan
het licht als het gaat om verval
singen. Geldelijk gewin ligt voor
de hand. Zo zag Dirk West
broek in 1851 wel handel in de
prehistorische woningen die hij
op de heide bij Hilversum zoge
naamd had ontdekt. Op de
vraag van de burgemeester of
hij ook werktuigen uit die tijd
had gevonden, antwoordde de
man in kwestie een week later
reeds bevestigend. Hij 'toverde'
er uit het niets een aantal te
voorschijn.
Het politieke motief is al ge
memoreerd. De graveringen op
de bij Deventer gevonden run-
derkaak kwamen overeen met
die op Zweedse rotsen waren
aangetroffen en die dateerden
uit de bronstijd. Deze vondst
vormde volgens de vinder het
bewijs voor de Germaanse ver
wantschap en rechtvaardigde
derhalve de Duitse bezetting.
Later bleek dat de botten pas
175 jaar oud waren en dat de
graveringen recentelijk waren
aangebracht..
Aardig is dat de bezoekers op
deze afdeling aan de hand van
twee computerspellen mogen
proberen echt van onecht te on
derscheiden en tevens een po
ging kunnen wagen een hoog
geleerde archeoloog met een
vervalsing om de tuin te leiden.
Dat dat kan is bewezen. Niet
zonder ironie verhaalt het
boekje List en Bedrog van Leo
Verhart dat ook het RMO nog
wel eens werd gefopt, onder
meer met het aankopen van het
beruchte Odoorner baksel.
De Illusie laat zien dat som
mige bedrogenen tegen beter
weten in blijven geloven in de
echtheid van hun gevonden
voorwerpen. De nagebouwde
studeerkamer van ir. Scherm
beek uit de jaren dertig staat
volgestouwd met foute stukken.
Hem aangeleverd door een ver
valser voorzien van de treffende
bijnaam 'Potjes Hendrik'.
De tentoonstelling wordt af
gesloten meteen videopresenta
tie. Daarin fragmenten uit het
televisieprogramma waarin
'praktijkarcheoloog' Tjerk Ver
maning, die in 1987 overleed,
over zijn leven, werken en
vondsten vertelt.
Tentoonstelling List en Be
drog Vervalsingen in de Ne
derlandse archeologie
Rijksmuseum van Oudheden.
Van 26 september 1996 tot 9
maart 1997.
Boekje: List en Bedrog van Leo
Verhart, 64 pagina's.
weegschaal die prachtig in balans is. Man
nen eisen vaak meer dan ze geven. Dat is
hun fout. Je moet precies net zoveel terug
geven als je krijgt. Je moet dat niet bewust
gaan afwegen, nee, het moet vanzelf gaan.
En als dat niet gaat, dan moet je proberen
dat evenwicht te krijgen. Pancras Duif heeft
geen liefde gekregen in zijn leven. Dat is
zijn makke."
„Pancras Duif houdt wel van zijn kinderen.
De enige die geslaagd is in zijn ogen, is zijn
zoon Henk. Maar Henk is eng, hij kan de
macht niet aan, zoals veel mensen de
macht niet aankunnen. Geef een mens
macht en je ziet wat-ie is. Een man met een
gouden pet op bij het stadion wordt plotse
ling anders. Hij vindt het enig om tegen ie
mand te zeggen: 'Nee, meneer, blijft u nou
staan. U kunt hier niet door. Ik geef u de
opdracht om te blijven staan.' Dat vindt hij
heerlijk om te zeggen. Die man kan de
macht niet aan, die kan niet aardig blijven
als hij die gouden pet op heeft. Juliana kon
de macht aan. Wilhelmina ook. Maar kijk
eens naar het Engelse koningshuis. Dat is
een soort dukdalf met cementkanker."
„Ik vind het heerlijk om in dit stuk te spe
len. Ik ben bij het Amsterdams Toneel weg
gegaan omdat Gerardjan Rijnders kwam. Ik
kon zijn principes niet volgen. Het experi
mentele toneel heeft mij nooit geboeid. Als
de regisseur tegen twee mannen zegt: 'Ga
eens vrijen, kleedje eens uit', terwijl het
niet in het stuk staat, hoeft het van mij niet
meer. Dat is voor mij de waanzin. Een
beetje shockeren. Dat is niet de bedoeling.
De bedoeling van het toneel is dat je je ziel
ontbloot, datje al die zwachtels van intelli
gentie eraf haalt. Dat je jezelf absoluut vrij
maakt van ijdelheid. Ik heb mensen die in
de Douwes Dekkerstraat zijn geboren horen
praten alsof ze bij de koningin vandaan
kwamen. Zoiets afschuwelijks. Op het to
neel werden ze zo onwaar en zo onwaar
achtig dat ik dacht: waar ben je nou mee
bezig?"
„Ze zeggen vaak dat de acteur moet krui
pen in de huid van de man die hij moet
spelen. Maar ik ben altijd mezelf. Voor mij
is acteren ook gewoon werken. Ik heb niet
echt dat romantische theatergevoel. Som
mige mensen werden vroeger een beetje
wit als ze Carré betraden. Ik, met alle res
pect, vond het net een zwembad. Ik ga er
John Kraaykamp: „Ik
zelf heb nu een band
die niet gebaseerd is
op warme lakens en
zweterige lijven die
op elkaar liggen, fot
o hielco kuipers
binnen net als de man die in de hal een
paar planken opzij aan het leggen is. Dan
zeg ik: 'Ga eens opzij want ik moet hier
werken'. Ik heb absoluut geen pathetische
gedachten. Ik denk niet: de gordijnen gaan
nu open, ik hoor het zachte gemis van het
publiek... nee. Ik zeg vier woorden en dan
denk ik: die zijn goed. Of niet. Dan wordt
het stoeien, knokken. Ik heb het wel eens
gehad dat er iemand tussendoor zat te pra
ten, en dan zei ik: 'Wilt u het woord of mo
gen wij doorgaan?' Tot grote verbazing van
Ton Lutz. Maar als je dat niet doet, dan is
het publiek de baas en dat kan niet. Jij bent
de baas. Zo niet, dan moeten ze weggaan.
Ze komen voor je, ze hebben betaald voor
je, maar ze moeten zich dan ook aan je ge
ven."
Zuidafrika
Kraaykamp heeft een huis in Zuidafrika.
Het staat in een badplaats aan de Atlanti
sche Oceaan, ergens tussen Kaapstad en
Kaap De Goede Hoop. Daar zit hij een
beetje te niksen en te luisteren naar het ge
luid van de branding. „Ik moet daar de hele
dag Engels spreken", zegt hij. „Kijk, het is
niet moeilijk om aan iemand uit te leggen
hoe hij naar een bepaalde straat moet ko
men, maar als je moet gaan uitleggen waar
in het keukenkastje de eiersnijder ligt en
dat de onderste tegels van het zwembad
precies gelijk moeten zijn met de overloop,
wordt het natuurlijk moeilijker. Daar word
je doodmoe van. Als dan Rijk de Gooyer op
de televisie komt en over het filmfestival
zegt: 'Wat een kutfeest', is mijn dag goed. Ik
lig dan in een deuk voor de televisie. Hij is
mijn leermeester geweest. Ik was de come
dian, maar Rijk was het intellect."
„Ik vind het wel eens jammer dat het pu
bliek in Nederland zo weinig respect heeft
voor acteurs. Ze vinden het heel gewoon
om je op de schouder te slaan en te roepen:
'Dag, kraai!' Alsof ze je al jaren kermen. Ter
wijl ze in België zeggen: 'Dag, meneer
Kraaykamp, leuk u te zien.' Mijn vrouw
vindt het soms vervelend dat ze zo familiair
doen."
„Maar als ik straks weer in Zuidafrika kom,
waar ik volkomen incognito leef, dan mis je
die klap op je schouder toch. Ik woon aan
de Atlantische Oceaan. Ik ben van plan om
binnenkort in Transvaal te gaan vissen op
forellen. Ik zeg er meteen bij dat ik die forel
len gewoon weer loslaat. Anders krijg ik
moeilijkheden. De natuur is prachtig daar.
Als je hier naar een boom kijkt, zeg je: 'Ja,
wel een mooi boompje'. Maar daar is het
alsof kleine kaboutertjes elk blad van zo'n
boompje hebben gepoetst. De bomen glim
men daar. Hier zijn de meeste bomen dof."
'Schakels', te zien op 17 en 18
september in de Leidse
Schouwburg. De regie is in
handen van Jules Royaards.