Christina, altijd goed voor verrassini Mensen doodschieten is ook economie Feiten &Meningen Voorstel PvdA om huurhuizen te verkopen ondoordacht WOENSDAG 10 JUL11996 -SDAC Onlangs is de Partij van de Arbeid in het nieuws geko men met een opvallend voorstel om ons nationale wo- ningbezit, de sociale woningbouw in eigendom en be heerd door woningbouwcorporaties, open te stellen voor bezitsvorming. Dat gebeurt nogal onbekookt en ondoordacht en het lijkt vooral heel sociaal. De angel in het voorstel is de stellingname dat aan de bewoners van een, met belastinggelden gefinancierde, huurwoning het récht wordt gegeven om de woning te kopen. Mijn eerste vraag bij zo'n voorstel is, waar dit recht dan wel op is gebaseerd. De woningen zijn gefi nancierd met behulp van leningen en belastinggelden. Daarenboven wordt ook de huur nog eens tot op be paalde hoogte gesubsidieerd indien men die niet kan opbrengen. Het gaat hier om nationaal bezit waarop dan de huurder ineens recht van koop zou krijgen. Het zou eerder een gunst dan een recht moeten heten. Het is dat typische PvdA-denken dat dit soort rechten weet te formuleren zonder zich bezig te houden met de oorsprong van dit recht. Het minste dat men zou moe ten doen is een dergelijke beslissing in de een of andere vorm voor te leggen aan de kiezer, hetgeen nog niet hetzelfde is als aan de belastingbetaler. Beter zou het zijn om hem of haar te vragen wat hij of zij van deze vervreemding van gemeenschapseigendom vindt. Het idee achter de vervreemding van een deel van onze nationale woningvoorraad is de vergroting van de binding met de buurt en de publieke ruimte. Eigenaren, zo is de gedachtengang, gaan daar zorgvuldiger mee om dan niet-eigenaren. Dat is ook meestal waar. Alles wat we collectief bezitten heeft iets anomiems, zeker in deze tijd van doorschietende individualisering. Het anonieme is kwetsbaar en wordt bedreigd door ver waarlozing of ronduit agressie. Men kan dat in sommi ge achterstandswijken met ei gen ogen vaststellen, vooral in de grote steden. Er ligt veel zwerfvuil op straat, men gooit veel spul zomaar op straat. Er is een overdaad aan graffiti en vuilnisbakken hangen kapot aan hun paaltjes of 1' vallend hoe snel zo'n wijk weer achteruit kan lopen, ook na een omvangrijke renovatie van het woningbestand en de publieke ruimte. PIM FORTUYN Het zijn de tekenen van een medewerker gebrek aan sociale structuur in een dergelijke wijk, een tekort aan gemeenschapsleven en het ontbreken van de notie dat de zorg voor de eigen woonomgeving een collectieve individueel beleefde zorg dient te zijn. In villawijken en middenklassewijken komt men een dergelijke verwaarlozing en verslonzing niet tegen. Het gaat hier echter om een nogal weerbarstige ma terie, omdat de oorzaken velerlei zijn. Er is sprake van grote werkloosheid en veel uitkeringen in dergelijke wijken. Veelal ook een zeer heterogene samenstelling van de bevolking, niet alleen naar sociale klasse maar ook naar herkomst. Vele nationaliteiten leven dikwijls bijeen in een betrekkelijk kleine ruimte. De buurt ver toont dikwijls weinig culturele en sociale samenhang en dan trekken de mensen zich terug, op zijn best op de eigen groep en op zijn slechtst op zichzelf. Dat is fnui kend, omdat een kleine bevolkte ruimte toch al meer onderhoud vergt dan een grote. Met het bevorderen van eigen woningbezit, ook voor de onderklasse, en het bouwen van goedkope koopwo ningen voor de lage middenklasse in dergelijke buur ten. kan de strijd tegen deze verloedering worden aan gebonden. Het is zeker niet voldoende. Aan het werk is nog altijd de beste remedie. Dat bevorderen van eigen bezit moet dan wel met verstand gebeuren. Het aardige is nu dat menige woningbouwvereniging daar al volop mee bezig is. Na de verzelfstandiging van de woning bouwcorporaties hebben de goeden hun vleugels kun nen uitslaan. Velen begeven zich ook op particuliere markten en gaan al te eenzijdige sociaal-economische opbouw van hun wijken tegen door daar ook blokken van koopwoningen, soms zelfs eengezinswoningen, te situeren. De opbrengsten daarvan worden vervolgens door de corporaties weer gebruikt voor de onderkant van hun woningbestand. Het is een goede trend die kan worden aangemoedigd door niet de huurders van sociale wo ningbouw het recht te geven om hun huurwoning te kopen, maar door de eigenaren van de woningen, de woningbouwcorporaties, onder vooraf vast te stellen condities, het recht te geven een deel van hun huurwo ningen te verkopen. Dat laat de regie van een dergelijke manoeuvre daar waar zij hoort, bij de woningbouwcor poratie, die immers de verantwoordelijkheid draagt voor de hele wijk en de leefbaarheid daarvan. De condities dienen scherp te zijn. Wat moet worden voorkomen, is dat het nationale woningbezit in ver keerde handen terecht komt en dat de omgeving ver loedert. Dat betekent dat de woningen nooit op de par ticuliere markt terecht mogen komen. Ze moeten te rechtkomen op een afgeschermde quasi-markt. Deze quasi-markt is zodanig ingericht dat kopers binnen nauw omschreven inkomenstermen vallen, zodat de woningen bestemd blijven voor degenen waarvoor zij zijn bedoeld. Dat kan op verschillende manieren. Of door de plicht de woning bij verandering van eigenaar terug te verko pen aan de woningbouwvereniging tegen taxatiewaar de of door de woning alleen aan mensen te mogen ver kopen die daar. op grond van hun inkomen, voor in aanmerking komen. De tweede belangrijke conditie is dat de woningbouwvereniging te allen tijde de eindver antwoordelijkheid houdt over het buitenonderhoud van de woongebouwen. Natuurlijk in overleg met de Vereniging van Eigenaren, maar de woningbouwvereni ging dient uiteindelijk het laatste woord te houden en ook op het in goede staat houden van de woongebou wen te kunnen worden aangesproken. Op die manier bevordert men het eigen woningbezit en daarmee de juiste verdeling naar sociale klassen in de wijk. Tegelijkertijd behoudt de woningbouwvereni ging de regie over de kwaliteit van de gebouwde omge ving en de buitenruimten en wordt het nationale wo ningbezit (al dan niet in eigendom van particulieren of woningbouwverenigingen) beschermd tegen verval. De PvdA-nota bevat niets aan bescherming van ons nationale bezit op dit terrein. Dat is heel opmerkelijk, indien wordt bedacht dat zij de erfgenamen zijn van mensen als Wibaut, die van onschatbare betekenis zijn geweest voor de opbouw van dit bezit. Het nare van dit soort voorstellen is dat mert de gevolgen pas jaren later opmerkt, als het woningbezit is verloederd en mensen met een smalle beurs te weinig toegang hebben tot re delijke en voor hen betaalbare woningen. De rekening daarvan komt dan linksom of rechtsom weer bij de be lastingbetaler terecht. Bezint eer gij begint is dus in dit geval zo gek nog niet, zeker gezien het grote maat schappelijke belang dat op het spel staat, en de centjes natuurlijk: vele miljarden. Apothekers: 'Wij kunnen klant ook verwijzen naar goede verzekeraar Feiten en achtergronden van Stalins moordpartijen op een rijtje Mensen arresteren en doodschieten was in Sta lins Sovjetunie een welhaast economische bezig heid. Dus golden ook daarvoor productienormen. De geheime politie in de Siberische stad Tomsk daagde zelfs de collega's in Novokoeznetsk uit tot een 'socialistische wedkamp'. Tomsk won. „Het bleek dat Tomsk meer mensen had gearresteerd en geëxecuteerd dat Novokoeznetsk." Het is een van de vele details die de Amerikaan Adam Hochschild verzamelde tijdens wat hij noemt 'mijn plechtige pelgrimstocht naar het duistere hart van het verleden van de Sovjetunie'. Gruwelijkheden trof hij in overvloed aan. Zo ci teert hij iemand die in een kamp eens opdracht kreeg bevroren lijken van medegevangenen naar een massagraf te dragen: „We moesten oppassen dat we ze niet lieten vallen. Een arm of een been kon er zo afknappen als een dorre twijg". In het oostelijke Kolyma, het koudste deel van Si berië, had de auteur een afspraak met Vasili Oedartsev, ooit kampbewaker. Oedartsev weiger de echter te praten toen Hochschild bij zijn huis arriveerde. Hij bleef buiten rommelen, in zijn schuur en in zijn tuin. „Hij heeft me afschuwelij ke dingen verteld", nam Oerdartsevs vrouw de honneurs waar. „Gevangenen probeerden vaak te ontsnappen. Dus doodden ze hen. En ze moesten bewijzen meenemen dat ze hen gedood hadden. Een keer brachten ze een hand mee als bewijs." In dat Verre Oosten zijn de bewijzen van Stalins misdaden door de vorst goed geconserveerd. „Aan onze voeten", meldt Hochschild over een bezoek aan een van de Kolymakampen, „lagen ribben, botten van benen, dè onderkant van een ruggegraat, onderarmen, stukjes schedel en een dijbeen dat nog in het heupgewricht zat." Ook vertelt hij hoe het kampsysteem een rol speelde bij de versnelde industrialisatie van de Sovjetunie. De industrie werd gevoed door de goedkope want door gevangenen gedolven steenkool uit de regio Karaganda, in Kazachstan. Die streekt telde 26 kampen. Dat zich in Kolyma zelfs zo'n honderd kampen bevonden, had ook een economische achtergrond: er zit veel goud in de grond. Gevangenen haalden er in de jaren veertig ongeveer een derde van de hele wereld productie naar boven. Gemiddeld liet voor elke kilo goud een mens het leven. Hochschilds boek De rusteloze geest is allerminst het eerste en vast niet het laatste over Stalins moordmachine, die pas in 1956 echt tot stilstand kwam, driejaar na Stalins dood. Flet geeft echter wel een handzaam overzicht van de feiten en de problematiek, waarmee de Russen ook nu nog kampen. Zo concludeert de auteur in navolging van onder anderen de cardiologe Marina Linnik, dat de Duitsers veel beter omgaan met hun duis tere verleden dan de Russen. Linnik had tijdens bezoeken aan de Bondsrepubliek vaak het gevoel dat Duitsers aan wie ze vertelde dat ze joods is, worstelden met een schuldgevoel. „Maar hier", zegt ze, „voelt niemand zich verantwoordelijk voor wat er onder Stalin is gebeurd. Zelfs intellec tuelen hier denken alleen in termen van 'zij'. Zij zijn Afghanistan binnengevallen, zij zijnTsjecho- slowakije binnengevallen 'Zij' ook hebben de onvoorstelbaar omvangrijke moordpartijen in de Sovjetunie zelf op hun gewe ten. En dat terwijl aanzienlijke delen van de toen malige Sovjetbevolking aan dat bloedbad op een of andere manier hun steentje hebben bijgedra gen. Heel wat Russen vragen zich volgens Hoch schild nog altijd af welke rol hun eigen ouders of grootouders speelden. Behoorden ze tot de slachtoffers of tot de beulen? Of misschien tot beide groepen; niet zelden probeerden slachtof fers hun eigen nek te redden door anderen te gra zen te nemen. In Rusland wordt mede daarom veelal ge zwegen over de gitzwarte bladzijden uit het verle den. En dat terwijl iedereen weet dat het spook van het verleden er levensgroot is. Hochschild maakt een vergelijking met familiegeheimen als incest of alcoholisme. Ook in die gevallen zwijgen vaak alle betrokkenen over 'de olifant in kamer'. Over de vraag hoe het mogelijk is dat zo hebben meegewerkt aan de stalinistisch t£ den buigt Hochschild zich uiteraard ooi en hij er best verstandige dingen over note analyse toch minder messcherp dan wa p daarover wel hebben opgemerkt. Te dei aan Poging om in de waarheid te leven i mee Havel in 1985 schreef. Maar ook aan De slavernij vwo Etienne de la Boétie (1530 „Als ze ophielden te dienen, waren ze vi De la Boétie. „Het is het volk zelf dat zie ct maakt, dat staande voor de keus om oni pen of vrij te zijn, zijn vrijheid vaarwel z juk opneemt." Terecht merkt Hochschi! n wel enkelen in de Sovjetunie het juk wel maar dat ze met zo weinigen waren em omstandigheden zo ongunstig waren dt schijn van kans hadden. RONALD FRISART Adam Hochschild: De rusteloze geest, herinneren zich Stalin. Uitg. Menlenlic 789029 050807, 349 blz., 49,90. naar zo'n zes iraars. Het gaat Prinses Christina en Jorge Guillermo vóór hun scheiding. Prinses Christina is plotseling weer in het nieuws. Het is haar herhaaldelijk overko men: dan hoorde Nederland tijden lang niets over haar, dan wist de (nu 49-jarige) prinses overwachts voor opwinding te zor gen. Ze is namelijk niet bang om belangrij ke stappen te zetten. Verleden week bleek dat opnieuw. Toen werd bekend dat ze naar het buitenland, hoogstwaarschijnlijk de Verenigde Staten, gaat verhuizen. Het gerucht ging al langer. Nadat het Amsterdamse veilinghuis Sothe by's had bekendgemaakt dat de prinses daar een aantal kunstvoorwerpen zou laten veilen, besloot de Rijksvoorlichtingsdienst het 'voorgenomen vertrek naar het buiten land' te bevestigen. Waar de prinses gaat wonen en wat ze gaat doen, is niet bekend. Christina kent New York als haar broekzak: ze woonde ervan 1974 tot 1984. In 1968 was de ondernemen de jongste dochter van Juliana en Bernhard al naar het Canadese Montreal vertrokken, om er zang te studeren en ook een beetje van de 'franje van Oranje' af te geraken. Zo wereldvreemd als een decennium daar voor, was de visueel gehandicapte prinses toen overigens allang niet meer. Verpletterd was ze eens geweest toen ze met een schoolvriendinnetje mee naar huis ging. „Mevrouw, waar zijn uw lakeien?", vroeg de jeugdige prinses vol oprechte verbazing aan de moeder van het meisje. Thuis vertelde ze opgewonden: „Zeg mams, weet jij dat we de enige familie van Nederland met lakeien zijn?" Het was later in haar schooltijd dat haar ei gen willetje en haar moed om ingrijpend te veranderen voor derden duidelijk werden. Ze was 15 toen ze zelf, heel plotseling, be sloot dat het Baarns Lyceum niet de goede school voor haar was, al hadden haar ou ders die voor haar uitgezocht. Ze stapte midden in het schoolseizoen over naar het Amersfoorts Lyceum. In dezelfde tijd vond ze haar naam Marijke te kinderachtig en veranderde ze die in Christina. Na haar vertrek naar Noord-Amerika bleef Christina lang buiten de schijnwerpers. Dat veranderde ook weer vrij onverwacht in 1974. Op Valentijnsdag maakte koningin Juliana de verloving bekend van haar jong ste dochter met Jorge Guillermo, een uitge weken Cubaan. Hij was katholiek en werkte in een kinder dagverblijf voor sociaal achtergestelden in Harlem in New York. Prins Bernhard smok kelde de statenloze Jorge per regeringstoe stel Nederland in. Jorge zou de Amerikaan se nationaliteit krijgen. Op 28 juni 1975 trouwde het paar in Baarn. De eigenzinnige Christina vertikte het toe stemming te vragen en verloor daarmee haar rechten op de troon. Vóór haar kwa men overigens Beatrix en Margriet en hun kinderen, veel kans om ooit staatshoofd te worden maakte ze dus toch al niet. Christina en Jorge kregen drie kinderen, die de Nederlandse nationaliteit kregen: Ber nardo (1977), die nu in Boston op een high- school zit, Nicolas (1979) en Juliana (1981), die beiden leerling zijn van het Eerste Vrij zinnig Christelijk Lyceum in Den Haag. De kinderen hebben geen titel, hun achter naam is gewoon Guillermo. Prinses Christi na heeft ze knap uit de publiciteit weten te houden, net als haar zusje Irene haar kinde ren. Na haar huwelijk bleef het ook lang rustig rond Christina zelf. Het paar kwam naar Nederland omdat het de kinderen hier wil de opvoeden. Het vestigde zich op de bui tenplaats De Horsten in Wassenaar, ko ninklijk bezit maar ook beschermd natuur gebied. De aanpassingen die het verrichten en die vaak pas achtei gelegaliseerd, zorgden wel voor ei natuurbeschermers en buurtbewG Christina en Jorge trokken zich er| hü, van aan en gingen door met de v< gen en verder met het aanleggen kunst- en antiek- en een wijnvei Jorge had met gering succes enkt (KLM, Golden Tulip) gehad en scl paar kunstboeken, mezzo-sopra; na trad af en toe op in een kerk of goed doel. In 1992 zorgde Christina opnieuw grote verrassing: ze was in stilte ka geworden. Dat moet ze zelf weten de Nederland rustig. Christina ma geen enkele kans meer om ooit op te komen, dus het maakte niet ed was een privézaak en daarom had het niet zelf naar buiten gebracht. de Jing dra<; Twee jaar later zorgde zij opnieuw Jje heviger voor nieuws. In septembe; c werd, ook weer onverwacht, bekei n de scheiding van Jorge had aangei c vo de rechtbank in Den Haag. Mense ltaj omgeving van het paar hadden we var) indruk gehad dat het niet meer zo wejr tussen de lang niet gemakkelijke p en haar man. Maar dat het zo ver zou j- ye hadden de meesten nooit gedachi r verluidt Werd Christina ook in het ^atj( nogal eens onhoffelijk door Jorge t deld, maar liet ze het over zich hee m„e Maar zo meegaand bleek ze dus n roori april van dit jaar werd de scheidini .j^ En nog voor het eind van het jaar; ^ar tina wederom een nieuwe weg ins vorcj De burger heeft straks helemaal niets meer te vertellen als het om zijn gezondheid gaat. De verzekeraar bepaalt welke zorg er verzekerd wordt, hoe die zorg er uit ziet en wat de prijs er van is. Postorder farmacie, het sturen van medi cijnen aan de gebruiker buiten de apotheek om, is slechts een eerste stap op die, voor de pa tiënt, heilloze weg. „De zorgverlening moet in han den liggen van degenen die de zorg geven en niet van verzeke raars. In Amerika stuurt de ver zekeraar je al naar een arts met wie zij een contract hebben. Ga je als patiënt naar een andere medicus, dan wordt de behan del i ng niet vergoed. Erik Mijnhardt is apotheker in Nijverdal. Berichten over plan nen van verzekeraar Zilveren Kruis om te beginnen met post order farmacie hebben hem op de barricaden gebracht. Samen met zijn collega uit Almelo, Wil lem Rauwerdink. predikt hij ac tie om de macht van de verze keraars te breken. Het duo runt de Service apo theek, een netwerk van 72 apo theken in heel Nederland. Liefst 800.000 Nederlanders halen daar jaarlijks hun medicijnen. Binnen een paar jaar moet het aantal apotheken zijn verdub beld. Het concept is simpel. De apo theek moet meer doen dan het alleen over de toonbank schui ven van geneesmiddelen om het hoofd boven water te hou den. De apotheker moet partner zijn van de patiënt. Dat kan door gerichte voorlichting, spreekuren en permanent over leg met de arts van betrokkene over de goede verzeke Daar kunnen wij onze naar verwijzen. Ze ger meren waar ze betere gen en ze een opzegk; geven", klinkt het drei^' Op de vraag welke veng in de ogen van Rauwe^r. Mijnhardt verkeerd ber rt zegt de eerste: „Met z<r *h A oLmAn li VelUl Achmea-groep zou ik zichtig zijn". De Achmea-groep is e binatie van Avéro Cen91 y heer Verzekeringsgrof Zilveren Kruis Groep. Li D{ ten zijn verder de vera Spaarneland, Het Gro s). Ee en FBTO. Schade- en! erhoj zekeringen zitten in h dien net als bancaire produ eerbs Bo k,ü Stater -en ir uweC ien( luren ZIELTJE: Mijnhart: „Er vinden machtsconcentraties| Uiteindelijk gaan wij, nog om het winnen v De patiënt heeft nietsC brengen. Kijk maar ndjj tieve verzekeringen. Cf Q*e* steeds meer in zwang jL ee) je helemaal geen keuztet jjc] Maar helpt het openbf ken van 'slechte' verza dan nog wel? RauwenjOVC In 1993 ging de homeij uit het pakket. Bij eenfc verzekeraars kon je jefmaa keren. Toen bekend v dat waren, hadden all|®ven verzekeraars binnen jaar ook zo'n voorzienj ^ltrc GOSELINf over ziektebeeld en medicatie. Door 24 uur per dag, zeven da gen van de week paraat te zijn, medicijnen op afroep binnen een paar uur te leveren (des noods thuis) en het gebruikma ken van een eigen computer netwerk is een optimale bedie ning van de klant mogelijk. Kwaliteit moet de apotheek on derscheiden. tegelijk op de zorg wordt bezui nigd. Allemaal laten ze nieuwe kantoren neerzetten. En wie be taalt dat? De klant", stelt Mijn hardt. „Vroeger ging het om onderlin ge hulp; letterlijk de zorg. Nu willen verzekeraars alleen maar winst maken. Bij de zorgverze kering nog drie polissen verko pen", meent Rauwerdink. Post order farmacie is daar een uit vloeisel van. Het passeren van de huisarts een ander. „Men is bezig de zorg uit te hol len. Wij weten precies wie dat zijn. Wij hebben ook informatie „Tegen die service kan postor der farmacie niet op. De patiënt wordt altijd de dupe. En de huisarts niet te vergeten. Die gaat er straks ook uit. Een her halingsrecept is niet meer no dig. De arts verliest het over zicht. Als over een paar jaar de patiënt rechtstreeks naai- de specialist kan stappen, blijft er niet veel meer over", meent Rauwerdink, Het argument kostenbesparing vegen Rauwerdink en Mijnhardt van tafel. „Wat uitgaven voor medicijnen betreft staan wij in Europa onderaan. De apotheker krijgt een tientje per recept. Dat is elders ook veel meer. Boven dien zijn huisartsen zeer terug houdend in het voorschrijven. De Nederlander slikt weinig." Het pand van de Zilveren Kruis Groep in Hoofddorp. Dat beeld zal, zo voorspelt Rau werdink, radicaal veranderen nu minister Borst een prijsverla ging met twintig procent heeft afgedwongen. De apotheker: „Als het niet uit de omzet komt, moet het uit het volume komen. Dat zal fors gaan stijgen." De eerste tekenen zijn er al. Zo heeft Solvay Pharma een tv-spot gemaakt voor een pil die gok verslaving zou tegengaan. 'Geld moet rollen, zeggen ze. Maar als het maar één kant uitrolt, steeds vaker en steeds meer, ga dan eens met je dokter praten. Want met zijn hulp kan een loser, een winner worden', luidt de tekst. Rauwerdink: „Het gaat dan om een recept-geneesmiddel: Feva- rin. Formeel reclame maken mag niet, dus gaat het zo. Je ziet het als apotheker een dag later al. Ineens veel meer recepten." MARKETING Industrie en verzekeraars op het commerciële pad, ten koste van de klant. „Verzekeraars gaan ook steeds meer aan marketing doen. Hoeveel sponsoren er niet een voetbalclub? Terwijl er

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1996 | | pagina 2