'In de kerk zie ik het niet zitten' 'Onwijs makkelijk, zelfs voor mij' Leiden Eng(elen) Kerk Samenleving ZATERDAG 11 ME1199697214 ZA Enthousiaste reacties op examen wiskunde A RAYMOND GRIMBERGEN Na zo'n tweeëneenhalf uur zwoegen' op het examen wis kunde A komen de eerste leer lingen uit gymzaal 3 van het Al- phense Ashram College. Zwoe gen? Voor de meeste vwo'ers niet. „Een eitje! Een heel relaxed laat in wiskunde, maar dat was toch wel erg makkelijk." Het met z'n allen nog eens bekijken van de opgaven - „Hé, mocht je die meenemen?" - is altijd leuk. Lekker discussiëren over het goede antwoord. De havo-leerlingen blijken iets gematigder in hun reacties. „Pittig, Even doorvra gen leert dat Jan-Jaap momen teel een 4 voor het vak achter zijn naam heeft staan. Maar net twee minuten uit de gymzaal, weet hij al dat hij in ieder geval voor dit vak geen herkansing nodig heeft. Ook Derk Stolwijk had geen problemen. Enthousiast zegt hij: „Dit v&as gewoon een kwes tie van invullen. Volgens mij heb ik een 9, misschien wel een 10." Leerlingen, die nu in steeds grotere aantallen naar buiten komen, springen elkaar in de armen en halen opgelucht adem. Maaike van der Schueren is opgelucht: „Ik ben niet goed r wel te doen", zegt Orban Büller die hoopt dat er een 6,5 in zit. „Dat is na melijk precies genoeg voor een 7." Orban moest een aantal keer een vraag overlezen om precies te begrij pen wat er werd bedoeld. „Maar ik heb een examencursus op het Luzac gedaan. Dat heeft zeker geholpen." Sander Freijer hoopt op hetzelfde cijfer als Orban. „Ik denk dat het moet kunnen. Vooral het begin was makkelijk. Daarna werd het telkens moei lijker en uiteindelijk zelfs pittig. Maar ik heb wel een 6 of een 7." Helemaal niets te klagen dan? Toch wel: „De mensen die drin ken kwamen brengen hadden van die klompen aan. Dat maakte best veel herrie. Maar voor de rest was alles perfect Een leerling van het Ashram College bekijkt zijn examenrooster. FOTO HOLVAST/MARK LAMERS Verkeerde vraag goed gerekend DEN HAAG ANP Havo-leerlingen krijgen 'de maximale score' voor de foute vraag uit het examen tekstver- klaren, dat donderdag is afge nomen. Het maakt daarbij niet uit welk antwoord zij hebben gegeven. De Centrale commis sie vaststelling examens (Ce- vo) erkent dat er in dat exa men een fout is geslopen. Het ministerie van Onderwijs heeft de scholen hierover gisteren een brief gestuurd. De fout bestond uit een ver warrende opdracht in vraag 27. In die vraag werd de leer lingen gezegd te kijken naar alinea 20 en 17. Even verderop stond dat zij moesten citeren 'uit één van de drie alinea's'. Een aantal in de war gebrachte leerlingen vroeg surveillanten om opheldering. Het Landelijk Aksie Komitee Scholieren (LAKS) kreeg na afloop van het examen veel klagende scholie ren aan de lijn. Het examen telde 29 vragen, waarvan drie multiple choice. Vraag 27 was een open vraag. Daar konden leerlingen maxi maal drie punten voor halen op een totaal van 90. Elke leer ling krijgt in elk geval tien 'gra tis' punten. Overigens mogen docenten reageren op vragen van scho lieren. Of een docent tussen tijds ook de hele zaal op fou ten of bijzonderheden mag wijzen, kon de inspectie niet bevestigen. 29 JAAR GELEDEN In 1967 deed wiskunde-docent N. Brokamp van het Alphense Ashram College zelf examen in het vak. „Het grote verschil met het wiskunde-examen van nu is dat wij apart werden getoetst op drie onderdelen. Dat waren algebra, ste reometrie en goniometrie. Daarbij ging het toen vooral om het hanteren van de juiste technieken om het goede antwoord te vin den. Je kreeg bijvoorbeeld een formule, zonder beeldend verhaaltje of zo, die je maar gewoon op de juiste manier moest zien toe te passen. Echt heel abstract dus. Ik weet me nog te herinneren dat ik niet zo gespannen was voor het examen. Toen ik eenmaal klaar was, wist ik ook zeker dat ik het had gered. Maar toen ik later ging nadenken en bij mezelf na ging wat ik had ingevuld, heb ik nog gedacht: 'het kan best zijn dat ik het niet heb gehaald.' Maar gelukkig kreeg ik na drie weken een po sitieve uitslag. En dat terwijl ik in de tweede klas nog een 5 op m'n rapport had! Ik ben er tijdens mijn examenperiode achter gekomen dat mijn docenten echt met iedereen meeleefden, dat ze ook echt wilden dat je slaagde. Daarvoor zag ik ze meer als 'scherprechters'. Nu heb ik het idee dat leerlingen dat veel eerder door hebben. Dat zal wel aan dë veel lossere omgangsvormen liggen. Zelf heb ik namelijk al tijd een hele strenge leraar gehad." Theo Bakker Alert moeten we blijven, voort durend op onze hoede. Wat gebeurt er in onze stad? Welke boodschappen worden er ge predikt? Afgelopen dinsdag werd er in hotel Nieuw Miner va door The Summit Lighthou se een lezing gehouden over engelen. Erheen, iemand moet de vinger aan de Leidse pols houden. Wat zal er deze avond weer verkondigd worden en door hongerige, deels jonge ontvankelijke geesten voor lief worden genomen, voor waar heid? De lezing wordt niet in een context geplaatst. Geen intro ductie van The Summit Lighthouse. Niks over 'persoonlijke keuzes', dat er ook mensen zijn die niet zover gaan in hun geloof in engelen. Geen vragen liefst. De bewe ringen, stellingen, dogma's en esoterische begrippen tuime len in een onuitwarbare klu wen over de aanwezigen, zo'n vijftig in totaal, heen. En die hele rijstebrij aan onwaar schijnlijkheden wordt als abso lute waarheid, zonder het kleinste vraagtekentje, ge bracht. Het was een enge avond. Als een kind dat haar Eerste Heilige Communie viert, zo kijkt de Voorgangster. Ze zegt: 'Aartsengelen zijn de aanvoer ders van engelenscharen. Zij werken met de 'zeven stralen'. U kunt de zeven stralen zien in de zeven ringen van het Grote Causale Lichaam rondom de IK BEN Aanwezigheid. Dat zijn in werkelijkheid sferen van licht. Uw IK BEN Aanwezig heid en Causale Lichaam vor men samen een replica van de lichtsferen rond het spiritueel- fysieke centrum van onze geestelijk/stoffelijke cosmos dat wij niet kunnen zien. Dat i wordt de Grote Cen trale Zon genoemd. En zo vor men deze lichtsferen werelden binnenin werelden.' Begrepen? 'Er zijn drie koninkrijken. Dat van de salamanders van het vuur en de kabouters, die hou den ons lichaam in stand. Dat van de opgevaren Meesters. En het koninkrijk van de engelen, die ook een fysieke verschij ning aan kunnen nemen, zoals die van nachtzuster of stewar dess. Dat laatste komt vaak voor, omdat ze het vliegen niet kunnen laten.' Grapje van de Voorgangster. 'Onze Beschermengel is Ons Heilig Christus Zelf dat over ons waakt. En die is weer op zichter over de andere engelen die over ons waken. Als we luisteren naar de Stille Stem in ons, dan bestaat de kans dat onze Beschermengel zegt: 'Neem een paraplu mee, het gaat regenen vandaag.' Geen grapje. 'De leden van de Grote Witte Broederschap, de geestelijke hiërarchie waarin engelen, Meesters, elementalen en Kos mische wezens verenigd zijn, zijn de mens altijd behulp zaam geweest bij zijn strijd te gen de ongewenste uitingen van zijn lagere eigen zelf en te gen het onrecht op aarde.' Al leen die zes miljoen joden heb ben ze even over het hoofd ge zien. Grapje van mij. 'Er zijn zeven Aartsengelen. Michaël is van Geloof, beheert de Blauwe Straal, zetelt in uw keelchakra, manifesteert zich in diamant, lazuursteen en saf fier, is op dinsdag de haas en heeft in Banff en Lake Louise, Canada zijn etherisch verblijf. Daar kan uw ziel terwijl u slaapt naar toe, als u daartoe een aanroep doet. En zo'n aan roep kun je beter in het Engels doen, want die taal bevat nog Op sommige wordt de lezing onaangekon digd tot gebedsdienst. Het zaaltje bromt in het Engels mee als Lord Michaël wordt gevraagd om bescherming voor onderweg, tenslotte moet iedereen nog weer op huis aan. Maar voordat het zover is, kijkt en huivert de goegemeente eerst nog bij een video-opna me van Elizabeth Clare Prop het, een Amerikaanse die door de opgevaren Meester El Morya getraind is om als bood schapster van Engelen op te treden. Els Profeet dreunt een bood schap van Aartsengel Raphaël op, monotoner dan de zwaar ste housebeat. Maar dat hoort zo, dat schrijft de Wetenschap van het Gesproken Woord voor. De woorden worden in de hoofden van de Leidse merd, van wie de meesten op verzoek met de rug recht zit ten, de voeten plat op de grond en de ogen gesloten. Ik kijk naar die goed gesoig neerde Amerikaanse, noteer dat de staf in haar hand geen bedelstaf is en moet plotseling denken aan de zwerver op wie ik ooit nog eens midden in de New Yorkse nacht trapte. Zijn beschermengel bestond uit een stuk karton. En dan, dan komt er plotseling een gedachte op die zo erg is, maar zo waar. Straks zal mooie Elisabeth langzaam verande ren in een man met een snor en op het toppunt van het strenge dictaat zal-ie schreeu wend vragen: 'Wollen Sie den Totalen Krieg?' En geen Engel zal voorkomen dat het ant woord 'ja' zal zijn. Boek 81-jarige Jan Jonker over gesprek met niet-kerkelijken LEIDSCH DAGBLAD (Opgericht 1 maart 1860) KANTOOR Achter de uitdagende titel gaat een verrassend boek schuil. Het bevat geen po gingen om oude kerkelijke zekerheden op te poetsen, maar een reeks progres sieve ideeën en kritische kanttekenin gen van een man, die ook niet schuwt om heel persoonlijk te worden. Ronduit ontroerend is het eerste hoofdstuk waarin hij verslag doet van zijn eigen „moeizame, maar toch ook steeds weer boeiende tocht." Jarenlang heeft de theologisch geïnte resseerde Jonker, afkomstig uit een christelijk-gereformeerd milieu, zich binnen de Gereformeerde Kerken met grote betrokkenheid ingezet. Hij zat in allerlei commissies en was jaren voor zitter van een kerkenraad. Nu is zijn kerkelijke binding, hij maakt er geen geheim van, „minimaal." Dat hij slecht ter been is, is niet de voornaamste re den waarom Jonker nog zelden ter ker ke gaat. In het behoudende klimaat van de plaatselijke kerk voelt hij zich nau welijks meer thuis. 'Gaan uw kinderen nog naar de kerk?', luidde de titel van zijn boek dat in de jaren tachtig verscheen en menige op lage beleefde. En nu, nu hij de leeftijd der sterken - om met Mozes te spreken - heeft bereikt, laat Jonker opnieuw van zich horen. Wat bezielt het oud-direc tielid van een grote verzekeringsmaat schappij om zich in deze levensfase, ze ker gezien zijn huidige relatie met de kerk, nog tot het kerkvolk te richten? Een voor de hand liggende vraag, vindt Jonker. „Ik moet voorop stellen dat ik dit boek niet pas geschreven heb. Het is het resultaat van een jarenlang denk proces. En ik moet toegeven dat ik lang heb geaarzeld voordat ik het naar een uitgever stuurde. Wellicht omdat ik het nu weer anders zou zeggen. Feller. Nog directer." Het boek, zo legt hij uit, is uit bewogenheid ont staan. „Ik richt me in de eerste plaats op kerkelijk gebonden ouders, die naar hun kinderen kijken die niet meer naar de kerk gaan en zich afvragen: wat heb ik verkeerd Met zijn 81 jaar heeft Jan Jonker uit Ommen het al vele malen om zich heen zien gebeuren. „Als ik kijk naar mijn eigen generatie, maar ook naar de volgende, dan zie ik dat kinderen aan de lopende band afhaken." Vaak is het gesprek tussen achterblijvers en buiten- of randkerkelijken niet of nauwelijks op gang te krijgen. En dat gesprek poogt („meer pretendeer ik niet") Jonker te bevorderen met zijn boek 'In de kerk zie ik het niet zitten', dat deze week is verschenen. Foute levensweg „Ik heb massa's mensen meegemaakt die het vre selijk moeilijk vinden om met hun buitenkerkelij ke kinderen weer in gesprek te komen. Vaak zijn er grote barrières. Ze weten zich soms geen raad." Hij hoopt dat hij deze mensen wat ruimte kan geven. „Ik probeer duidelijk te maken dat niet-kerkelijk niet per definitie niet-religieus be tekent. In kerkelijke kring kom je vaak het doem denken tegen dat een onkerkelijke levensweg een foute levensweg is. Ik wil van dat foute af." Het zou hem een lief ding waard zijn i kerkelijken ook in religieus opzicht met een meer open vizier naar niet-kerkelijken zouden kijken. „Vanuit de kerk moeten we echt leren de niet- kerkelijke serieus te nemen. Zijn stem is echt niet minder dan de mijne. Dat is een stap die zeer moeilijk te zetten is voor de orthodoxie. Want het vraagt relativering van de eigen inbreng, van dat gene wat ons is overgedragen." „Moeizaam" zal stellig het gesprek tussen kerke lijken en niet-kerkelijken zijn. Jonker: „Wat mij moed geeft is de gedachte dat ieder mens de reli gieuze behoefte heeft om boven zichzelf uit te reiken. Ik vind het ook hoopvol om bijvoorbeeld in gesprekken met kleinkinderen, waarvan de meesten ook niet naar de kerk gaan, te merken dat dat religieuze aspect niet dood bij hen is. Ik ben al tevreden als ik mensen helpen kan dat ook te zien. Als dat niet lukt, dan is dit boek een flop, want ik schrijf echt niet om mezelf te bewijzen." „Het gaat er onder meer om hoe je samen in een wereld, die bol staat van veranderingen, weer in gesprek kunt komen over de menselijke maat der dingen. Neem nou het eenzijdige economische mensbeeld dat je om je heen ziet. Als we daar als kerkelijken en niet-kerkelijken niet over kunnen praten, dan hebben we samen nog een zeer moeilijke weg te gaan." Dat dat wel mogelijk is heeft Jonker willen illu streren met zijn eigen levensgang. Die hem, kort weg, bracht van de orthodox-gereformeerde prof. Klaas Schilder naar de vrijzinnig rooms-katholie- ke prof. Edward Schillebeeckx. „Die relativering van de waarheidsvraag brengt een stuk moeite mee, dat is logisch. Dat is ook een lang proces. Ik kwam zelf ook uit die vvereld waarin je niet twij felde. Ik vind het gezond dat dat aan zijn einde komt." Terugkijkend kan hij diverse cruciale momenten in dat proces aanwijzen. Bijvoorbeeld die keer dat een van zijn opgroeiende dochters hem voor de voeten wierp: „Laatje gevoelens eens zien! Waarom durf jij je niet kwets baar op te stellen?" „Dat heeft grote indruk gemaakt. Het heeft lang ge duurd voor ik me kwetsbaar kon op stellen." Het losraken van de kerk vindt Jonker een „heel normaal pro ces." „Mensen die dat zelf meema ken, mogen dat beleven als een posi tief proces. Je moet wel oppassen dat je met het badwater niet ook het kind weggooit." Zekerheden Zelfheeft Jonker niet zoveel grote waarheden over. „Ik heb geleerd de theologie zeer sterk te relativeren." Wat bij hem centraal staat is wat Schillebeeckx heeft geformuleerd: „De op menselijkheid bedachte God wil op menselijkheid bedachte men sen." Jonker: „Dat is het voor mij. Ik wou dat ik het iets minder zwaar kon formuleren, maar ik heb geen alterna tief kunnen vinden. Voor mijzelf ^eldt: hoe kan ik het inspirerende doen en laten van Jezus overbrengen op bijvoorbeeld mijn kleinkinderen?" Waar Jonker zich over kan opwinden is de opstelling van de kerkleiding in bijvoorbeeld het Samen-op-Wegpro- ces van hervormden, gereformeerden en lutheranen. „Er is te weinig oog om de essentie van wat Jezus heeft la ten zien te droppen in deze radicaal veranderende wereld. Men is veel drukker met structuren. Als ik daar over praat, word ik fel. Er gebeurt geen bliksem." „Zelf heb ik er geen spijt van dat ik zo'n gang heb gemaakt. Mijn verhaal is niet negatief, bevat geen verwijten. Mijn persoonlijkheid is er door ge groeid." „Maar", geeft Jonker vervolgens toe, „in feite ben ik toch altijd op zoek naar zekerheden. Ik heb de indruk dat naar mate het denkvermo gen van mensen afneemt, de behoefte aan zeker heden toeneemt. Dat is volkomen normaal. Het is ook niet makkelijk wanneer je alle modellen overboord zet. Dan word je steeds weer op jezelf teruggeworpen. Maar dit durven relativeren van wat ons uit het verleden werd overgedragen, je daarbij kwetsbaar opstellen, is wel een goede weg. Zo leer je echt naar (klein)kinderen te luiste ren en wat zij zeggen serieus te nemen." Jonkers boek is uitgegeven door uitgeverij Kok in Kampen, telt 134 blz. en kost 24,90 gulden. Rooseveltstraat 82 071-5356356 Postadres Postbus 54, 2300 AB Leiden ABONNEESERVICE Abonnementen 071-5128030 Geen krant ontvangen? Bel voor nabezorging. DIRECTIE B. M. Essenberg, 5. Arnold (adjunct), J. Kiel (adjunct) HOOFDREDACTIE J.G. Majoor, F. Nypels, H. G. van der Post (adjunct) PUBUC RELATIONS W. H. C. M. Steverink 071-5356356 OMBUDSMAN R.D.Paauw 071-5356215 Tel. dag. 9.30 -11.30 uur of per post. G.J. Visser, chef redactie nieuwsdienst/kunst J.M. Jacobs, chef red. Groot Leiden A.J.B.M. Brandenburg, chef eindredactie regio F. Blok, chef eindredactie algemeen Wegman, chef red. Duin- en Bollenstreek 071-5323 508 023- 5317 337 023- 5320216 071-5321 921 071-5315921 Maandag t/m vrijdag van 8.30 tot 17 u MENTEN bijvooruitbetaling: per maand (acceptgiro) per maand (autom. betaling) per kwartaal (autom. betaling) per jaar (acceptgiro) per jaar (autom. betaling) VERZENDING PER POST per kwartaal (NL) 90,20 351,05 ƒ350,05 LEIDSCH DAGBLAD OP CASSETTEBAND hebben of blind zijn dicap hebben), is een samenvatting van het regionale nieuws uit het Leidsch Dagblad op geluidscassette beschikbaar. Voor informatie 0486-486486 (Centrum voor Gesproken Lec tuur, Grave). Spierdijk, chef sportredactie ZIEKENHUIZEN ONGEVALLENDIENST Academisch Ziekenhuis: vanaf zaterdag 13.00 t/m dinsdag 13.00 en vanaf woensdag 13.00 t/m vrijdag 13.00; Diaconessenhuis: maandag t/m vrijdag 8.00 tot 17.00; St. Elisabeth Ziekenhuis: dagelijks. BEZOEKUREN DIACONESSENHUIS (tel. 071-5178178): dagelijks 14.30-15.15 uur en 19.00-19.45 uur. Kraam- en zwangerenafdeling: buiten de gewone bezoektijden, voor part- de dienstdoende klasse I 18.30-19.30 uur (voor vaders tot 21.00 uur). Kinderafdeling: 14.30-19.00 uur (voor ouders de gehele dag). Afdeling hartbewaking (CCU)en intensive care (IC): 14.00-14.30 uur en 18.30-19.00 uur. Spoedeisende hulp: dag en nacht geopend RIJNLAND ZIEKENHUIS vestiging Rijnoord (tel. 0172-463131): dagelijks 14.00-15.00 uur en 18.30-19.30 uur, klasse I en II daarnaast ook 11.15-12.00 uur. Geen spoedeisende hulp meer mogelijk ACADEMISCH ZIEKENHUIS (tel. 071-5269111): alle patiënten (behalve kinderen) 14.15-15.00 uur en 18.30-19.30 uur. Avondbezoekuur afdeling Verloskunde 18.15-19.00 uur. 19.00-20.00 uur(Al- leen Partners/echtgenoten met kinderen. Voor zwangeren: zaterdag en zondag van 10.00 tot 11.00 ;en kin w uitsluitend voor partners/echtgenoten en eigen kinderen. Kinderafdelingen: voor ouders van opgenomen kinderen is er een ruime be zoek mogelijkheid in overleg met de noofdverpleegkundige. Voor anuere bezoekers geleien de volgende tijden: keel-, neus- en oorheel kunde en neurologie: 14.15^-15.00 uur en 18.30-19.30 uur; oogheelkunde en heelkunde 14.15-15.00 uur en 18.30-19.00 uur. Kinderkliniek: zalen voor peuters, kleuters en grote kinderen: 15.15-17.00 boxenafdeling: volgens afspraak.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1996 | | pagina 14