een tweede thuis Oxford: wel gehad met 'TT Oxford' 'Jongeren met elkaar in contact brengen Leidse trouwt met fotograaf uit Oxford Spoorloos in Oxford Oud-burgemeester Vis: 'Prettige herinneringen' heb het et was altijd zo grappig, I wanneer ik weer in Ox- ford kwam. Daar wis selt de burgemeester, de Lord Mayor, elk jaar. Maar de Leidse burgemeester kwam steeds terug. Kwam ik daar op het stad huis dan zei de bode enigszins verbaasd: 'Mijnheer, u bent een blijvertje'. Zo werd ik ook altijd door dezelfde chauffeur op gehaald, mr. Biggs. Daar had ik een heel leuk contact mee. En op het stadhuis van Oxford had ik een eigen kamer. Het was gewoon'thuis'." De Leidse oud-burgemeester dr. A.J. Vis heeft heel prettige herinneringen aan de uitwisseling Leiden-Oxford. Al is die anders dan de 'gewone' burger mee maakt: „Als burgemeester werd ik elk jaar op 11 november uitgenodigd*voor de vie ring van de bevrijding. Dat was de bevrij ding van de Eerste Wereldoorlog. Die vie ren wij in Nederland niet, omdat wij daar niet rechtstreeks bij betrokken zijn ge weest. Maar in Engeland gaat dat er heel officieel aan toe." Er worden, zo vindt Vis, afschuwelijke kransen gelegd. „Die Engelse kransen zijn echt heel lelijk. Met altijd weer die poppy's, die rood-papieren papavers. Ik vond de Leidse krans altijd veel mooier." Die kranslegging is bij het monument op St. Giles, waar het 'cortège' met het stadsbestuur èn de twee burgemeesters na een wandeling vanaf het stadhuis uit eindelijk terechtkomt. „Je moet dan op een schavotje een toespraak houden. In totaal heb ik dat 9 keer gedaan, want ik was negen jaar lang burgemeester van Leiden." Na het officiële gedeelte is er tijd voor een borrel ten stadhuize. „Bij de burge meester op de kamer die een rijk gevuld drankkastje heeft. Officieel contact met de Oxfordse ge meenteraad is er nauwelijks geweest. Volgens Vis gedragen de gemeenteraden zich wat de jumelage betreft nogal lauw: „Een uitwisseling tussen ambtenaren, ja die was er wel. Maar bij de raadsleden is het niet zo aangeslagen. Op een bepaald moment besloot Oxford de uitwisseling te subsidiëren, terwijl dat in Leiden al lang het geval was." Toen Vis, in de jaren zeventig burge meester van Leiden was, betrok hij na drukkelijk ook de andere zustergemeen- te, Krefeld, in de uitwisseling. „Hoewel Oxford veel nadrukkelijker leefde. Ik denk toch dat het oorlogsverleden in de band met Krefeld parten heeft gespeeld. Die mensen daar waren overigens uiterst vriendelijk. Ik heb daar goede ervaringen. Ook toen ik op een officieel diner was uitgenodigd, dat op 4 mei, dodenherden king, viel. Ik heb toen gezegd: 'U moet mij niet kwalijk nemen als ik op deze dag geen vrolijke tafelrede kan houden'. Daar was alle begrip voor." De burgemeester van Krefeld was, wanneer hij zich niet met bestuurszaken bezig hield, bakker. En eens, toen burge meester Vis op bezoek kwam, was hij er achter gekomen dat zijn Leidse collega jarig was. „Ik kreeg een reusachtige taart van hem. Die had hij om drie uur 's nachts staan bakken." De jumelage met Krefeld en Oxford komt nog steeds tot uitdrukking in de straatnamen die tijdens het 'bewind' van Vis op het Waardeiland werden gegeven: behalve de Laan der Verenigde Naties, zijn daar ook een Oxfordlaan en Krefeld- laan. Samen met de burgemeesters van die steden heeft Vis deze lanen indertijd Gevraagd naar het belangrijkste ver schil tussen beide Leiden en Oxford komt de oud-burgemeester bij het studenten leven terecht. „Er is daar een totaal ander stelsel, met die colleges waarop studen ten verblijven. Ze mengen zich niet on der de burgerij. Dat heeft als voordeel dat je je meer kunt richten op de zaak waar je voor komt: je studie. Maar een nadeel van dit systeem is dat de studenten met de paplepel een bepaald elite-gevoel krij gen ingegoten, terwijl ze (nog) niets pres teren. In Leiden doen studenten behalve studeren ook nog andere dingen; ze be horen hier weliswaar tot een bepaalde categorie, maar zijn wel onderdeel van de burgerij. In Oxford staan ze apart. Stu denten beleven Leiden veel intensiever." He sociale gebeurtenis geworden. Vroegi stond de kwaliteit van de sport voorop. Ti genwoordig mag iedereen aan de uitwissi ling meedoen." Oud-hockeyster Ine Cancrinus raakte i 1953 bij de stedenband betrokken. Ze krec toen een hockeyster te logeren. Er volgde meer gasten, ook ouderen. En in 1988 zet Ine Cancrinus een bridge-uitwisseling a touw. „Ik heb nog eens een volgens Engel! begrippen onvergeeflijke fout gemaakt do< daar te vragen ook tennisspelers mee te late bridgen. Ik heb dat verzoek meteen ingetrol ken, want dat was toch wel heel erg buite het boekje. Tennissers laten meebridgen Terwijl het bridgen dat wij deden toch nii van het allerhoogste niveau was." Het had volgens haar zo zijn charme d uitwisseling met de Engelsen. „Wij zijn nt tuurlijk vreselijk vrijgevochten. Spuien er a les uit. De Engelsen laten niet gauw hun g( voelens blijken." De discipline, zoals die er de eerste jare was, is er volgens Cancrinus niet meer. „Hoe wel er iets van terugkwam toen ik met d bridgers naar Oxford ging. Vroeger was h< meer een elitegroepje, nu kunnen mense uit alle lagen van de bevolking mee. Dat vin ik toch een verbetering." Ze gaat niet meer mee naar Oxford: „1 hou het nu voor gezien. Weer door diezelfd straatjes lopen. Ik heb het echt wel gehad." ZATERDAG 16 MAART 19< ,,Ik had een eigen kamer op het stadhuis. Het was gewoon 'thuis'. "Herinnering van oud-burgemeester dr. A. J. Vis aan de stedenuitwisseling Leiden-Oxford. En zo zijn er veel, van die herinnerigen aan wederzijdse bezoeken. Op deze pagina andermaal aandacht voor het jubileum (50 jaar) van een bijzondere stedenband. Hoewel het met tal van onderdelen uit h culturele leven is gelukt om een uitwiss ling met Oxford tot stand te brengen, wil h op universiteitsgebied maar niet van i grond komen. „Voor de nabije toekomst z< ik persoonlijk graag zien dat het sportieve t culturele deel van de uitwisseling wordt u gebreid met andere onderdelen van de s menleving. Vele jaren hebben we getracht i beide universiteiten te interesseren voor i stedenband. In een enkel geval is dit gelul maar het heeft nog steeds niet geleid tot ei structureel uitwisselingsprogramma", 2 Eric Filemon, voorzitter van het Comité L< den-Oxford onlangs tijdens een internati naai congres over stedenbanden. Op het gebied van scholenuitwisselingen hij wèl een stap verder gekomen: als dire teur van een van de openbare scholen in Li den heeft hij vorig jaar april een reis naar O ford georganiseerd voor vijftig directeuren 1 adjunct-directeuren van het openbaar ondc wijs in Leiden. Zij bezochten zes scholen Oxford en legden daar de nodige contacte Dit leidde er toe dat een groep Leidse schot kinderen in juni naar Oxford gaat en schot kinderen uit Oxford in september een tege bezoek aan Leiden afleggen. Volgens Filemon moet dit in de toekorr leiden tot scholenuitwisselingen. „Als dit lu zijn we terug bij een oud uitgangspunt: jo geren met elkaar in contact brengen." Overigens betreurt Filemon het dat Leidt niet, zoals veel andere plaatsen, voor zijn st denband uitkomt. „Overal zie je aan het b gin van een gemeente zo'n bordje 'Jumela; met...', zoals in Rijnsburg, dat er een het met Siegen. Ik vind dat daar zo spoedig m gelijk verandering in moet komen." Peter Forbes had het goed geregeld: tijdens de uitwisse ling-liet hij de Leidse pp wie hij een oogje had bij zijn moeder in Oxford logeren. En de Liefde bleek wederzijds: Beatrix Gompelman viel voor de fotograaf. Inmiddels woont ze al ruim twintig jaar in Oxford. Beatrix was indertijd lid van de Leidse Smalfilm Liga. „In 1971 deed ik actief mee aan de uitwisseling: ik ging op stap met een groepje Engelse amateurfotografen, die hier te gast waren. Allemaal leuke mensen. We namen ze mee naar mooie plekjes om te fotograferen." Peter Forbes liet al snel zijn oog vallen op de amateur fotografe, maar zélf had zij niets in de gaten. „Het volgen de jaar was het onze beurt om naar Orford te gaan en een van mijn clubgenoten vertelde dat Peter Forbes een oogje op me had. Ik wist eigenlijk helemaal niet wie hij was, want er waren zes fotografen geweest. Maar toen ik in Oxford uit de bus stapte, stond hij daar en toen herinner de ik me hem weer. Het jaar daarop hebben we ons in Oostenrijk verloofd. Heel romantisch, hij vroeg me ten huwelijk aan de rand van een bergm'eer." Twee jaar verder werd het huwelijk beklonken op het Leidse stadhuis: „De toenmalige burge meester Vis, een fervent bezoeker van Oxford, stond er op ons zélf te trouwen. Het paar vestigde zich in Oxford, waar Peter een eigen bedrijf had. Eerst woonden de twee in een flat, later in een groter huis, want: „Die flat was veel te klein voor alle spullen die ik uit Nederland had meegenomen." Het was voor Beatrix wel wennen; ze miste haar Neder- Een Leiden-Oxford-huwelijk. De toenmalige Leidse burgemeester Vis trouwde Beatrix Gompelman en Peter Forbes. foto privebezit familie forbl landse familie, vrienden en kennissen. „En alles was daar toch een beetje anders dan hier. Wat ouderwetser. Oxford geeft weliswaar de indruk een rijke stad te zijn, maar er wonen veel arme mensen. Deze stad was voor driekwart van zijn werkgelegenheid aangewezen op de autofabrie- ken. Toen British Leyland failliet ging, werden hier dui zenden mensen werkloos. Je hebt in Engeland nauwelijks een middenklasse. Ik geloof dat die maar 5 procent van de totale bevolking uitmaakt, 15 procent behoort tot de zeer rijken en de rest is gewoon arm." Beatrix zou nu niet meer terug willen naar Nederlanc Haar vader woont hier en die bezoekt ze nog geregelc maar verder heeft ze hier nog maar weinig goeie kennis sen. In Oxford is ze inmiddels helemaal ingeburgerd. Al lid van de fotoclub heeft zij zich de laatste jaren stevi; kunnen ontplooien. En, het bloed kruipt waar het nie gaan kan, zij is lid van het Oxford-Leiden Committee „Niet meer zo actief als vroeger, maar ik ga nog steed naar de jaarlijkse vergadering." Bij het onderhouden van betrekkingen met de zustergemeente hoorde ook een potje tennis tussen de toen malige burgemeester Vis van Leiden en die van Oxford. Boze tongen beweren dat Vis verloor van zijn vrou welijke collega, Ann Spoke. foto privébezita.j. vis De Leidse atletiekploeg van 1949 samen met die van Oxford. Te herkennen zijn onder anderen: Plony Veldhoven van de Bataven en Anke Ovost van Brünhilde (respectievelijk eerste en derde van links op de achterste rij); Joop Soupart en Anton Gieske (polsstokkampioen), respectievelijk 6de en 7de van rechts op de een na achterste rij; George Gussenhoven (middelste rij met shirt met diagonale strepen); Wim van Dorp (tweede rij, ook met strepen op shirt); mevrouw Dieben-Konings en Gré Leeghwater (op tweede rij, respectievelijk 6de en 4de van rechts) en Suze de Boer en Hans Bresser (resp. voorste rij links en tweede van rechts). foto archief george gussenhoven De stedenband tussen Leiden en Oxford is dit jaar een halve eeuw oud. Duizenden Leidenaars hebben in de afgelopen vijftig jaar de zustergemeente in Engeland be zocht. Ter gelegenheid van dit gouden ju bileum roept het Leidsch Dagblad Leide naars op die in het kader van de steden band in Oxford in een gastgezin verbleven, maar het contact zijn kwijtgeraakt. Stuur, onder vermelding van 'Oxford', uw naam, adres en telefoonnummer in, vermeld het jaar waarin u Oxford bezocht, de groep waarin u was ingedeeld en de naam en het laatst bekende adres en tele foonnummer van uw gastheer/vrouw in Oxford. Ons adres is: Redactie Leidsch Dagblad, Postbus 54,2300 AB Leiden. Wij doen ons best om - in samenwer king met de Oxford Mail die een dergelijke oproep plaatst voor de Engelsen die in Lei den verbleven - uw gastgezin op te sporen en u weer met hen in contact te brengen. Het leukste 'verhaal' wordt beloond met twee vliegtickets van Transavia Airlines naar Londen, waarna de reis per trein naar Oxford wordt voortgezet, zodat de prijswinnaars op bezoek kunnen bij dege nen die zij in de loop der jaren uit het oog zijn verloren. Transavia airlines jren. j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1996 | | pagina 45