erdriet heeft
een naam:
MARCO
FABIO
Albese con Cassano rouwt om een
zoon en wielerheld
e naam van de verongelukte wielerheld
;onst geluidloos door het Italiaanse dorpje. In
iet café, op het plein, in de straten, in de kerk
n op het kerkhof. De naam van de overleden
issézoon, enig kind, stroomt door het bloed van
'euiRosa en Sergio Casartelli, dreunt in hun oren
X) uien staat op hun netvlies gebrand: FABIO!
Annalisa Casartelli? Niemand weet wat zij
jo ut
hoort. Zij zwijgt. En hult zich in de
'^trainingspakken van haar overleden
^echtgenoot. Dag in, dag uit.
FABIO, DOE JE WEL JE HELM OP?', Vraagt de
bezorgde moeder voor de zoveelste keer als
ze haar zoon aan de telefoon heeft. „Maar
mamma, je denkt toch niet dat ik gek ben?
Natuurlijk draag ik mijn helm. Dat doen al
le renners, zeker bij een gevaarlijke afda
ling. We nemen geen risico's. Dat weet je
toch? Moet je me daarom bellen?", vraagt
hij lachend. „Lange afstandsgesprekken
zijn duur." Het is de middag van 17 juli,
rustdag in de Tour de France. Voor het
laatst hoort Rosa Casartelli de stem van
haar zoon, Fabio.
Verdriet heeft vele gezichten. Het graf, zon
der naam, zonder steen, zonder ornamen
ten. Niet meer dan een grasperkje, overla
den met verse bloemen. En een foto in een
lijstje: een jonge man, donker krullend
haar, grote donkere ogen. Hij draagt een
blauw sportshirt en strekt zijn armen in
een triomfgebaar ten hemel. Zijn gezicht:
een brede lach. Het gezicht van een win
naar. Wielrenner Fabio Casartelli: olym
pisch wegkampioen van 1992.
Vlak voor de foto een klein beeldje, halfver-
scholen in het gras. Twee lichtblauwe beer
tjes: de grote slaapt, een kleintje zit tegen
zijn buik. Het speelgoed van een kind.
Voor het graf staat een jonge vrouw: haar
donkere krullen hangen in haar ogen. Ze
zwijgt, met gebogen hoofd. Het onuitspre
kelijke verdriet is voelbaar. Na enkele mi
nuten zwijgen, kust Annalisa Casartelli (25)
haar vingers en drukt die op de mond van
de jonge sportheld op de foto: haar gelief
de. Toen hij verongelukte waren ze ander
halfjaar getrouwd.
En dan de vader. Sergio (53), elektricien.
De man die zijn baas vraagt of hij 's mor
gens een uurtje eerder aan het werk mag.
Dan kan hij 's middags naar zijn zoon.
Want 's winters sluit het kerkhof van Albese
con Cassano al vroeg: om 17.00 uur.
En natuurlijk de moeder, Rosa (53). Geen
enkele krantefoto van het ongeluk heeft zij
bekeken. Ze kan het niet. Maar 's avonds
voor het slapen gaan, ziet ze zijn vertrouw
de gezicht, met gesloten ogen. Ze ziet zijn
lijfin die onnatuurlijke foetushouding op
het harde asfalt van de Franse col Portet
d'Aspet liggen. Het geschonden lichaam
van haar 24-jarige zoon, het hoofd in een
plas bloed.
En dan het kind: Marco, nog geen zes
maanden oud. Zijn blije gezichtje, onwe
tend van het gtote verdriet om hem heen.
Grote bruine ogen die verwachtingsvol de
wereld inkijken. Sprekend zijn vader.
In het vliegtuig naar Milaan, slaat even de
paniek toe. Ik weet immers niet wat me te
wachten staat. In mijn handbagage een
paar kranteknipsels. Met foto's van de wie-
Iertriomfen van een Italiaanse profrenner.
Een jonge man nog, met een glimlach op
het gezicht. Er zijn ook kleurenfoto's: van
Een graf, zonder naam, zonder steen, zon
der ornamenten. Niet meer dan een gras
perkje, overladen met verse bloemen. En
een foto in een lijstje. Een jonge man met
het gezicht van een winnaar. Wielrenner
Fabio Casartelli: olympisch wegkampioen
van 1992. Vlak voor de foto: twee licht
blauwe beertjes. De grote slaapt, een klein
tje zit tegen zijn buik. Het speelgoed van
een kind. Hier rust Fabio Casartelli.
FOTOS CAROLINE VAN OVERBEEKE
een immense begrafenisstoet. Met voorop
bekende gezichten: Tourwinnaars Eddy
Merckx en Bernard Hinault, Tour-leider
Jean Claude Killy en beroemde Italiaanse
renners als Felice Gimondi en Fiorenzo
Magni.
Wie zijn de familieleden? Ze moéten op de
foto's staan. Maar welk van de behuilde ge
zichten zijn moeder of zijn vader toebe
hoort, of zijn vrouw, Annalisa? Ik heb alleen
een adres: Via Piave 3 in Albese con Cassa
no. Een klein dorp met nog geen 3000 in
woners, even buiten de Noord-Italiaanse
stad Como. Of ik de familie daar zal aan
treffen weet ik niet. En eigenlijk weet ik ook
niet goed wat ik straks moet zeggen.
Op de luchthaven sta ik lang te dralen bij
de parfums: ik wil bij de weduwe Casartelli
niet met lege handen aankomen. Maar wat
moet ik in hemelsnaam kopen voor een
onbekende?
Fabio C
Josa Casartelli en haar kleinkind Marco, het zoontje van
"abio. „Het kind is het enige dat ons rest van Fabio. Een
iodsgeschenk".
abio Casartelli belt zijn vrouw Annalisa
op de avond van 17 juli vanuit het Franse
St. Girons. Hij informeert naar de gezond
heid van zijn zoon Marco, op dat moment
twee maanden oud. Hij vertelt zijn vrouw
dat hij zich goed voelt. Het is de tweede
keer dat de 24-jarige Casartelli meedoet
aan de belangrijkse wedstrijd voor prof-
wielrenners: de Tour de France. Hij fietst
voor de Amerikaanse ploeg Motorola, sa
men met grote coureurs zoals Lance Arm
strong.
Morgen, op 18 juli, zal hij - na deze rustdag
- van start gaan voor de vijftiende etappe:
de 'koninginnerit' die over zes cols voert,
waaronder de Portet d'Aspet. Hij heeft een
nieuwe fiets en die bevalt goed. Geen last
van zijn geopereerde knie. Tevreden dat hij
de vorige dag de veertiende etappe heeft
uitgereden, want die was zwaar. Op dat
moment staat Fabio Casartelli 87ste in het
Tourklassement. Op twee uur en bijna 11
minuten van leider Miguel Indurain.
Die snikhete dag, 18 juli 1995, staat rond
het middaguur de televisie aan in vele Itali
aanse woonkeukens. De pasta wordt ge
kookt en met een schuin oog de Tour de
France gevolgd. Zo ook in de Via del Piave
en de Via Armondo Diaz in Albese con Cas
sano. Annalisa Casartelli voert haar kind en
kijkt naar de wielrenners die op dat mo
ment met een vaart van 60 70 kilometer
per uur aan de afdaling van de Portet 'd As-
pet zijn begonnen. Plotseling zwenkt de ca
mera: een valpartij. Annalisa schrikt: ren
ners buitelen over elkaar heen. Even later
zoomt de camera in op een wielrenner die
roerloos op het asfalt ligt. Het is Fabio.
Annalisa belt in paniek haar schoonmoeder
Rosa die het ongeluk ook op het TV-
scherm heeft gezien. „Zou 't ernstig zijn?"
Annalisa besluit naar haar schoonmoeder
te gaan om daar nader nieuws af te wach
ten. Sergio Casartelli, de vader van Fabio, is
op dat moment aan het werk. Hij heeft
niets gezien. Annalisa en Rosa zoeken con-
Madonna del Ghisallo, wielerbedevaarts-
oord in de bergen. Naast het altaar met de
heilige Maria, achter een traliehek, staat
een glimmende blauw-rode fiets. De fiets
van Fabio.
tact met het ziekenhuis in Tarbes waar Fa
bio per helikopter naartoe is gebracht. „Ge
duld. We zijn nog met hem bezig", is alles
wat ze te horen krijgen. Pappa, Sergio
Casartelli, wordt in allerijl naar huis geroe
pen. De woning stroomt vol met ongeruste
familieleden.
Het is twee uur 's middags als de Italiaanse
arts Massimo Testa vanuit Tarbes contact
opneemt met de familie. Fabio is na enkele
reanimatiepogingen overleden aan zijn
zware hoofdverwondingen. Een betonnen
paaltje langs de weg is hem fataal gewor
den. De volgende dag zal het lichaam van
de jonge Italiaan worden overgevlogen
naar Milaan.
.Annalisa Casartelli wil - zo vertelt de
moeder van Fabio - dood. 's Avonds, zegt
ze, ligt Annalisa te rillen in haar bed.
Ze draagt Fabio's shirt en zijn renners
handschoenen.
Twee dagen later, op 20 juli, wordt haar
man onder massale belangstelling begra
ven. Rosa, Sergio en Annalisa Casartelli lo
pen in trance achter de kist. Annalisa houdt
baby Marco in haar armen en zet hem in
de kerk een moment op de kist van zijn va
der. Ten afscheid. Vele bekende en onbe
kende wielerfans betuigen hun medeleven.
Het kleine dorpje is in rouw gedompeld.
Verdriet heeft een naam: Fabio.
Bijna vier maanden later ontmoet ik - bij
toeval - Giordano Casartelli in het dorpsca
fé van Albese con Cassano. Het is een
prachtige herfstdag: het kleine dorpje
baadt in het zonlicht. Giordano blijkt een
neef te zijn van de verongelukte wielerheld.
Zonder omwegen brengt hij me bij 'la
mamma di Fabio'. Plotseling sta ik in de
woonkamer en druk ik de hand van een
kleine, slanke vrouw met lichtbruine ogen
en blond haar.
Ik vraag hoe het gaat. Met haar, met haar
man, met Annalisa. Het gaat niet, ant
woordt ze. Zelfs niet een klein beetje. „Ons
leven is kapot. Het is voorbij. We weten
niet wat we moeten zonder Fabio. In het
begin kun je het niet bevatten. Nu begint
het door te dringen dat hij er niet meer is.
En nooit meer komt."
Ze maakt een machteloos gebaar. „Ik weet
nauwelijks hoe ik me moet redden, zonder
mijn kind. Hoe ik de winter, de kerst moet
doorkomen. Ik weet alleen dat we hem
missen, gigantisch missen. Dat gevoel is
onbeschrijflijk. Je kind verliezen is iets dat
je niet aan een ander kunt uitleggen."
Het gezin Casartelli was hecht. Fabio
woonde min of meer om de hoek. „Mijn
man, Sergio, was vroeger amateur-renner.
Hij fietste soms mee als Fabio trainde, hier
in de buurt. Ze gingen vissen, deden van
alles samen. We hadden een klein huisje
hier vlakbij, in de bergen. Daar trokken we
ons terug, op zondag. Onze zoon hield van
de gewone dingen des levens: wandelen,
naar de bioscoop met Annalisa, zijn kind
zien opgroeien. Voleva una vita semplice -
hij wilde een gewóón leven."
De familie Casartelli volgde de prestaties
van haar geliefde Fabio op de voet. En zij
niet alleen: in het dorp was een complete
fanclub actief. „In busjes reisden we hem
achterna, door heel Italië en in het buiten
land. We juichten hem toe, waren zijn
grootste fans. Mijn man kon in juli geen va
kantie krijgen, anders waren we zeker naar
Frankrijk gegaan. Binnenkort bezoeken we
voor het eerst de plaats van het ongeluk.
Op de Portet d'Aspet wordt een monument
voor Fabio onthuld. Ik ben bang. Het zal
erg pijnlijk zijn om de plek te zien waar on
ze zoon stierf.
De toedracht van het ongeluk zal altijd een
mysterie blijven. Alleen God weet wat er
precies is gebeurd. Dr. Testa heeft ons wel
verteld dat een helm Fabio waarschijnlijk
niet had kunnen redden. De klap tegen het
beton was te groot."
Foto's worden tevoorschijn gehaald: grote
kleurenfoto's van Fabio op de fiets, Fabio
op zijn huwelijksdag. Twee dikke ordners
met duizenden condoléance-telegrammen
liggen op tafel. Dan vloeien de tranen. Ik
krijg koffie. Annalisa wordt gebeld. Even la
ter komt de weduwe Casartelli binnen lo
pen, met Marco op haar arm. Haar gezicht
laat niets te raden over. Annalisa is vrien
delijk maar zwijgzaam. Ik geef haar het
flesje parfum. We spreken af dat ze morgen
meegaat als haar schoonmoeder me naar
het bedevaartsoord voor wielrenners, Ma
donna del Ghisallo. brengt. Daar staat Fa
bio's fiets, hangen zijn foto en zijn 'olympi
sche' shirt.
Later, als haar schoondochter weg is, ver
telt Rosa dat Annalisa 'in shock' is. ,,Ze is in
zichzelf gekeerd. Leeft teruggetrokken in de
woonkeuken van haar huis. Verzorgt Mar
co, bezoekt minimaal driemaal daags het
graf. Haar ouders wonen sinds het ongeluk
bij haar: haar vader is gepensioneerd.
Voor mijn eigen verdriet heb ik een psychi
ater bezocht. Ik heb Annalisa gevraagd om
een keer met me mee te gaan. Maar ze wil
niet. Ze wil helemaal niks." Annalisa be
zoekt haar schoonouders minder vaak dan
vroeger. „Ze heeft me gezegd dat ze het
niet aankan, ons verdriet. Dan wordt ze te
veel geconfronteerd met haar eigen pijn.
Dat begrijpen we wel. Maar wij willen Mar
co natuurlijk vaak zien. Het kind is het eni
ge dat ons rest van Fabio. Een Godsge
schenk.
Annalisa is nog jong. Ik hoop dat ze over
een tijdje iemand anders vindt om haar le
ven mee te delen. We respecteren haar be
sluit als ze ooit weggaat uit Albese en Mar
co meeneemt. Maar voorlopig zal ze wel
hier blijven, denk ik. Dicht bij Fabio."
Over Motorola en de directie van de Tour
niets dan goeds. „Ze hebben gedaan wat ze
konden: de herdenking op 22 oktober in
het bedevaartsoord Madonna del Ghisallo.
de beschermheilige van alle wielrenners.
Die dag is Marco gedoopt en hebben we
Fabio's fiets naar de kapel gebracht. Daar
na werd een gedenksteen op de plaats van
het ongeluk op de Portet d' Aspet onthuld.
En er is een fonds voor Marco gekomen.
Ook Annalisa moet zich financieel kunnen
redden. Fabio was, zoals de meeste prof
renners, verzekerd.
De volgende ochtend ga ik naar Fabio's
graf om foto's te maken. Ineens staat Anna
lisa naast me, in trainingspak. Een moment
weet ik niet wal ik moet doen. Ik verroer
me niet en wens hartgrondig dat ik mezelf
onzichtbaar kon maken. Na enkele minu
ten die eeuwen lijken te duren, raapt ze
een paar dorre bloemblaadjes van het graf
en kust de foto van haar geliefde met haar
vingers. Daarna groet ze me, met rode
ogen, én vertrekt.
Die middag ontvangt Annalisa Casartelli
me in haar donkere woonkeuken. De open
haard brandt, de TV staat aan en Marco
krijgt pap. Annalisa's vader heeft zich ver
scholen achtereen krant. Boven de eettafel
grote foto's van Fabio. Ik krijg koffie en An
nalisa vertelt me dat ze niet meegaat naar
Madonna del Ghisallo. „Vanmiddag komt
een wielermaatje van Fabio langs. Hij
brengt foto's mee. Van Fabio. Later be
grijp ik dat ze het niet aankan.
We praten nog wat. Ze vertelt me dat ze
over een tijdje, als Marco wat groter is,
weer aan het werk wil. „Niet zozeer voor
het geld, maar om er uit te zijn. Weer onder
de mensen. Ik denk dat dat goed is."
Even later vertrek ik met Fabio's moeder
naar het bedevaartsoord in de bergen, zo'n
30 kilometer ten noordoosten van Como.
Een indrukwekkende tocht. Niet zozeer
vanwege de sprookjesachtige omgeving, als
wel vanwege het persoonlijke relaas van
Rosa Casartelli. Het verhaal van een gebro
ken gezin.
De familie Casartelli droef bijeen op de plaats waar Fabio verongelukte: een verra
derlijke bocht in de vijftien procents afdaling van de Portet d'Aspet. Hier werd op
initiatief van Fabio's ploegbaas Jim Ochowicz een monument onthuld. Naast Fa
bio's echtgenote Annalisa en zoontje Marco, de ouders van de omgekomen prof
wielrenner. FOTO GPD BRUNO BADE
Het verhaal van een jongetje dat op 9-jari-
ge leeftijd op een race-fiets stapte en al snel
alle jeugd-wedstrijden won. Het verhaal
van een jonge sportheld met een hart van
goud. Fabio Casartelli was volgens velen
'un ragazzo fantastico'. Rustig, bescheiden,
terughoudend, schuchter. En altijd die
glimlach. Geen foto zonder die glimlach.
Als we aankomen bij het kleine kerkje, is
het koud geworden. Slierten mist hangen
tegen de berghellingen. We zijn de enige
bezoekers van de kleine kapel. Aan de
wand, bijna tegen het plafond, hangen de
fietsen van grote kampioenen: Merckx,
Coppi, Moser. Naast het altaar met de hei
lige Maria, achtereen traliehek, staat een
glimmende blauw-rode fiets. De fiets van
Fabio.
„Zie je dat hij helemaal gaaf is?", zegt Rosa.
Alleen het voorwiel lijkt iets verbogen. En
er steekt een stukje schuimplastic uit het
smalle zadel. Ze wijst me de foto van haar
zoon. „Daar hangt hij, helaas. Bij de andere
doden." Het shirt van de olympisch kam
pioen opgevouwen achter glas. We bran
den een paar kaarsjes voordat we vertrek
ken.
Het is een paar minuten voor vijf als we
voor een stoplicht staan in Albese con Cas
sano. „Vind je hel goed dat ik nog even
snel naar het kerkhof rijd? I let sluit om vijf
uur." Ik vraag Rosa of ik even in de auto zal
wachten. „Wat je wilt." Ik loop met haar
mee. Onze schoenen knerpen op het grind
pad van het schemerige kerkhof aan de Via
Rimembranze- de weg van de herinnerin
gen.
Tussen Rosa en mij is ongeveer een meter
afstand als ze voor het graf staat. De duis
ternis valt over de foto en de beertjes. We
zwijgen. Als ik het intense verdriet van Fa
bio's moeder gewaar word. voel ik mijn li
chaam koud worden. Ik wil haar aanraken
maar doe niets. Even later kust ze de grond
met haar vingers.
Als we teruglopen naar haar auto, besef ik
dat ik haar misschien nooit meer zal zien.
Non so checosa dire - Ik weet niet wat ik
moet zeggen", mompel ik. Het enige dat ik
kan doen is haar omhelzen. Dan loop ik
naar mijn auto en wacht tot ze eindelijk
wegrijdt. Een klein figuurtje in het donker.
In het vliegtuig naar Amsterdam bekijk ik
nogmaals de kaart die Rosa Casartelli me
heeft gegeven. Het is een foto van haar
zoon. op de fiets. Achterop de naam van de
familie. En een tekst van dichter Thomas
Campbell:
'Vivere nei cuori che ci lasciamo alle spa lie.
vuol dire non conoscere la mor te': Voortle
ven in de harten van degenen die achter
blijven, betekent: de dood niet kennen.
FONDS VOOR
Het belangrijkste dat Annalisa op
de been hield de afgelopen
maanden, was de zorg voor haar
zoontje Marco. Het kind maakt
het goed. Motorola, de ploeg van
Casartelli, heeft de 'Trust Casar
telli Foundation' voor Marco in
het leven geroepen. Inmiddels is
daarop al ruim 350.000 gulden
gestort, voor het merendeel gif
ten van anonieme Amerikanen.
Het geld stroomt nog steeds bin
nen. Het fonds is bedoeld voor
de opleiding van Marco en ande
re zaken die zijn opvoeding ten
goede komen. De naam Fabio
Casartelli zal in de wielerwereld
niet licht vergeten worden. Be
halve aan het immense kunst
werk - dat 50.000 gulden kostte -
op de Portet d' Aspet, is zijn
naam verbonden aan het jonge-
renklassement van de Ronde van
Frankrijk.
UITGESTALD
Een kerstgroep gemaakt van kalebassen
Daarbij ontstaat al snel de associatie met
Afrika. Daar worden van deze uitgeholde vruch
ten immers allerhande gebruiksvoorwerpen ge
maakt, van lepels tot kommen. Dus waarom
geen kerstgroepen?!
Minder bekend is misschien dat ook in Latijns-
Amerika volop gewerkt wordt met kalebassen.
Dit staaltje van moderne kunst is afkomstig uit
Peru (Huaneayo). De tekeningen op de kalebas
sen zijn niet geschilderd, maar ingebrand. Zoals
veel kleinere groepen is ook deze (bestaande uit
vader, moeder, kind en twee dieren) afkomstig
uit een Duitse particuliere verzameling.