De waarheid in een speldeknop
Extra
v\
Insdag
31 oktober 1995
scopisch onder-
k van een paar
5 .derschoentjes en
ill del1 mes ln het Ge"
•htelijk Laboratori-
i. Op bijna alles
wel sporen en
'ijzingen terug te
FOTO'S GPD
Gerechtelijk Laboratorium bestaat vijftig jaar
De politie vindt een
<,lc,°! naakt
de Wi
I™touwenlichaam in de
n eni Maas. Aan het lijk
ff hangt een basaltblok.
in De rechercheurs
hebben geen enkel
spoor van de dader,
.1 behalve een
handtekening die op
een cheque van het
ig [(.slachtoffer staat. Eén
erste voorbeeld van de
"ffjluizenden zaken die
luel 1 het Gerechtelijk
Laboratorium in
Rijswijk per jaar
onderzoekt. Dit jaar
viert het lab zijn
vijftigste verjaardag.
Als het daar tijd voor
heeft, want de
Speurders hebben het
drukker dan ooit.
In het laboratorium van Aad Kloosterman
hangt een grote foto van de Bijlmerramp.
Een bovenaanzicht van de enorme ravage
die een El Al-Boeing aanrichtte, toen deze
zich op 4 oktober 1992 in de flats Groene-
veen en Klein-Kruitberg boorde. De politie
vreesde vele slachtoffers. Hoeveel hel er wa
ren en om wie het ging, dat waren de grote
vragen. Want tussen de brokstukken van de
flats werden voornamelijk ernstig verminkte
lichamen en lichaamsdelen gevonden. De
technische recherche schakelde het Ge
rechtelijk Laboratorium in om de lichaams
delen te identificeren.
,,Een heel karwei", herinnert Klooster
man zich. Hij is gerechtelijk deskundige van
het lab in Rijswijk. Hij moest letterlijk 'puz
zelen' om de lichaamsresten te identifice
ren. ,,Met behulp van DNA-profielen van de
tientallen gevonden delen sorteerden we de
lichaamsresten die bij elkaar hoorden." 1 lij
wijst op een bord in zijn lab, onder de foto.
Een schema geeft aan dat bijvoorbeeld de
nummers 27, 119 en 120 van één persoon
waren.
Sommige lijken wist het lab op deze ma
nier te identificeren. Kloosterman: „Maar
we hielden vier clusters met resten over,
waarvan we niet wisten van wie ze waren".
De politie vermoedde om wie het ging,
want ook zij mistte in haar schatting vier
personen. DNA-onderzoek bood weer de
oplossing. „Vanuit Afrika lieten we familie
leden overkomen. Al puzzelend lukte het
ons met de DNA-profielen de lichaamsde
len te identificeren."
De DNA-deskundige wandelt weg van het
bord, richting een computer die verderop
wat grafiekjes tekent. „Deze verzamelt
DNA-profielen die de machine ernaast aan
het isoleren is", vertelt Kloosterman, zijn
arm trots op de machine. „Dit is een auto
matische DNA-sequencer, kost maar drie
ton", grapt hij.
Loep en microscoop
Het apparaat is één van de nieuwste 'speel
tjes' van het Gerechtelijk Laboratorium, dat
dit jaar vijftig jaar bestaat. Een apparaat
waar de eerste directeur, dr. W. Froentjes,
zich niets bij zou kunnen voorstellen. Hij
ging zijn onderzoeksobjecten in 1945 nog te
lijf met loep en microscoop.
In een voormalig Haags internaatsge
bouw werkte Froentjes met een paar mede
werkers in wat toen nog het Gerechtelijk
Natuurwetenschappelijk Laboratorium
heette, en in 1983 tot Gerechtelijk Laborato
rium werd omgedoopt. Maar niet alleen de
naam veranderde in de loop der jaren. Het
huidige lab te Rijswijk telt bijna 200 mede
werkers, die verspreid over zestien afdelin
gen hun werk doen. Het internaatsgebouw
met de enkele microscoop is vervangen
door een drie gebouwen tellend complex,
overladen met computers en andere dure
apparatuur. En de 46 onderzoeken die
Froentjes en zijn metgezellen in het eerste
jaar verrichtten, staan in schril contrast met
de ruim dertienduizend speurtochten die
het lab vorig jaar voltooide.
Het Gerechtelijk Laboratorium is een on
afhankelijk onderzoeksinstituut. Het is op
gericht door het ministerie van justitie, dat
de kosten betaalt. Die bedragen dit jaar zo n
25 miljoen gulden. De meeste opdrachten
voor onderzoeken komen van het openbaar
ministerie, rechters-commissarissen en po
litie. Maar ook advocaten mogen een be
roep doen op het Rijswijkse lab, al is het al
leen na tusenkomst van de rechter-com-
missaris.
„Het Gerechtelijk Laboratorium probeert
alleen maar de waarheid te vinden", vertelt
Wim Neuteboom, 'sectormanager kwaliteit
en logistiek'. „Het lab is er niet om crimine
len te vinden. Sterker nog, juist omdat het
naar de waarheid zoekt, kan het lab ook een
verdachte vrijpleiten."
Vingerafdrukken
Het idee achter het Gerechtelijk Lab is dat
alle kennis van wetenschappelijk-crimino-
logisch onderzoek op één plek is verzameld.
Voor de oprichting ervan was het handjevol
deskundigen op dit gebied over het hele
land verspreid. Niet handig, want bij een
groot aantal onderzoeken is meer dan één
deskundige nodig. Een gestolen en gebruik
te cheque wordt bijvoorbeeld bestudeerd
op handschrift, inkt, vingerafdrukken en
DNA-sporen. Vier afdelingen dus: schrifton
derzoek, documentonderzoek, dactylosco
pie en serologie.
De zestien afdelingen onderzoeken van
alles en nog wat. Van bloed tot remsporen,
van haren tot drugs, van sperma tot hand
granaten. Of om het in zaken uit te druk
ken: van Patrick Kluivert die te hard rijdt tot
de Bijlmerramp en het dagboek van Anne
Frank.
Walter Makkinga onderzocht kort gele
den nog de remsporen van de Ajacied Klui
ven. De praatgrage Makkinga is hoofd van
de afdeling verkeer. Met zijn collega bestu
deert hij zo'n honderd ernstige verkeerson
gelukken per jaar. Hij krijgt hierbij veel hulp
van het systeem Recon. Bij Recon wordt
van de plaats van het ongeluk een foto ge
maakt, waardoor hij met een tekening een
reconstructie kan maken van het ongeluk.
En een goede tekening is nodig om de 'ver-
keersjongens' te helpen bij het berekenen
van snelheden en remsporen.
In het kantoor van Makkinga hangen en
kele foto's van^Recon-onderzoeken. Daar
tussen staat een kast met 'souvenirs' van
zaken waaraan hij werkte, zoals de snel
heidsmeter van de ontspoorde trein bij
Hoofddorp. En ook twee kinderschoentjes,
maat 25.
Walter Makkinga pakt de schoentjes. „Die
zijn van een kind dat door een auto dodelijk
werd aangereden. De bestuurder van de
wagen zei dat het kind plotseling voor zijn
auto opdook. Dat kon. De plek van het on
geluk was links van het midden van de weg,
dichtbij een stuk heg waardoor de bestuur
der geen goed uitzicht had en nooit genoeg
tijd zou hebben gehad om te remmen.
Maar als het kind van de rechterkant was
overgestoken, zou hij wel tijd hebben gehad
om het ongeluk te voorkomen."
De vraag was van welke kant het kind de
weg overstak. Een lopend kind laat bij een
ongeluk geen sporen achter, zoals een auto
dat doet. Een groot probleem voor Makkin
ga. Totdat hij de zolen van de schoentjes
bestudeerde. De ingenieur beredeneerde
dat het kind liep en dus met één voet de
grond zal hebben geraakt ten tijde van de
botsing. En warempel, op de linkerzool
vond hij schaafsporen. Daaruit bleek dat
het kind van rechts moest zijn overgesto
ken. De bestuurder had dus wel tijdig kun
nen remmen. Als dank kreeg Makkinga de
schoentjes cadeau van de ouders.
Met de reputatie van het lab zit het goed.
Sinds vorig jaar bezit het instituut een certi
ficaat van Sterlab, een internationaal er
kend keurmerk voor laboratoria. Met trots
vertelt Neuteboom dat het Rijswijkse lab en
een Engels 'collega-lab' de enige gerechte
lijke laboratoria zijn in Europa die dit keur
merk bezitten. Dit certificaat is volgens
Neuteboom nodig om de kwaliteit op peil
te houden. De grote hoeveelheid onderzoe
ken die het Lab per jaar uitvoert zou im
mers ten koste kunnen gaan van de kwali
teit.
Met het keurmerk in de hand legt het lab
ook de kritiek van sommige professoren
naast zich neer. Volgens hen zouden enkele
afdelingen niet voldoende kennis hebben,
en zou het in ons land ontbreken aan con
tra-expertise. Dat gebrek aan zo'n second
opinion van een andere deskundige lost het
laboratorium zelf op. Elk onderzoek dat een
deskundige verricht, wordt nog eens kri
tisch bekeken door een collega. Het rapport
mag de deur pas uit als de conclusies van
beiden overeenkomen. Conclusies die we
tenschappelijk verantwoord zijn opgeschre
ven, aldus Neuteboom. Bijna elk rapport
vermeldt dat de conclusie een 'aan zeker
heid grenzende waarschijnlijkheid' heeft.
Niet om werk verlegen
Om werk zitten de tweehonderd onderzoe
kers van het instituut niet verlegen. Met
ruim dertienduizend zaken per jaar zitten
zij zelfs tot over hun oren in het werk. On
langs stelden de ministers Sorgdrager (justi
tie) en Dijkstal (binnenlandse zaken) de
Tweede Kamer voor de politie eenvoudiger
werk zelf te laten doen. Geen verkeerd idee,
denkt Neuteboom. „Aan de ene kant ben ik
voor uitbreiding van het aantal medewer
kers, want sommige onderzoeken kunnen
wij beter hier blijven doen. Alle kennis hou
den wij dan bij elkaar. Maar aan de andere
kant kan de politie misschien enkele taken
overnemen, zoals het bestuderen van in
braaksporen en het doen van voertuigeni
dentificatie."
Niet dat de politie nu niets doet. Deskun
digen van hgt laboratorium hebben meestal
geen tijd om op de plaats van het delict
monsters te verzamelen die sporen kunnen
bevatten. Dat doet de technische recherche.
Het onderzoeken van de monsters op spo
ren doen de deskundigen wel zelf. Volgens
DNA-onderzoeker Kloosterman is dat het
grootste karwei. De sporen van speeksel,
bloed of sperma die hij probeert te vinden
op stukken kleding, gras, messen, sigarette-
peuken en zelfs aan kleefranden van enve
loppen. zijn vaak niet groter dan een spel
deknop. Is zo'n spoor eenmaal gevonden,
dan is het eigenlijk een koud kunstje een
DNA-profiel te maken, aldus Kloosterman.
Dat DNA-profiel is een zeer betrouwbaar
bewijs, net als een vingerafdruk. Misschien
dat aan deze methoden binnenkort nog een
nieuwe wordt toegevoegd: het handschrift.
Lab-medewerker jurrien Bijhold werkt aan
een computerbestand dat handschriften
van onder anderen gedetineerden bevat, en
in de toekomst ook onbekende handge
schreven (bewijs-)stukken moet herbergen.
Dit project onder de naam Fish zit nog in
de oefenfase: de regiopolitie Amsterdam-
Amstelland laat iedereen die in voorlopige
hechtenis zit een dictee schrijven, en voert
dat in haar bestand in.
Uiteindelijk moet het identificeren van
verdachten door hun handschrift het voor
beeld van de vingerafdrukken volgen. Zo
kan de identiteit van een dader in de toe
komst razandsnel via Fish worden achter-
haald, als de politie tenminste een notitie
als bewijsstuk heeft. Nu moeten rechei
cheurs en onderzoekers nog vel voor vel
een papierwinkel doorspitten om hand
schriften te vergelijken. Het nieuwe systeem
is ontwikkeld door het Duitse Bundeskrimi-
nalambt, die het al sinds 1989 in gebruik
heeft.
Fish bespaart vooral tijd, weet Huub Har
dy. die als ingenieur al ruim twintig jaar
handschriften bestudeert. In de jaren tach
tig onderzocht hij bijvoorbeeld de echtheid
van het dagboek van Anne Frank. En hij
herinnert zich de zaak van de vermoorde
kinderarts, die waarschijnlijk heel wat snel
ler zou zijn opgelost met hulp van Fish.
De vrouw verliet op 21 februari 1991 haar
huis om haar ouders in Hoofddorp een be
zoek te brengen. Maar daar kwam de 41 ja
rige Hummelose nooit aan. Een maand la
ter werd haar naakte lichaam, ver/waard
met een basaltblok, gevonden in de Maas
bij het Gelderse Appel tem. Ze bleek ge
wurgd. Van een dader ontbrak ieder spoor.
Cheques
Totdat enige tijd later cheques van haar
werden geïnd. De rechercheurs vermoed
den dat dit het werk van de dader was. Zij
vroegen I lardy om hulp. Met de handteke
ning en het geldbedrag op de cheque ploeg
den Huub I lardy en medewerkers door
honderden handschriften om achter de
identiteit van de dader te komen. ,,En nel
aan het einde van de grote stapels vonden
we het schrift van de persoon die de cheque
had ingewisseld." I lelaas bleek dat hij niet
de moordenaar was. I lij had de cheques en
kele dagen na de verdwijning van de kin
derarts in een calé gekocht, naar later bleek
van de persoon die de vrouw wél had ge
wurgd. „Zo wisten we dus de dader te vin
den via een handschrift."
Naast Fish werkt het Gerechtelijk Labora
torium nog aan andere projecten. Onlangs
begon het met het korps Rotterdam-Rijn
mond het Drugpre-project. Een systeem dat
de sporen die vuurwapens op kogels ach
terlaten razendsnel vergelijkt met een data
bestand. Zeer waarschijnlijk gaan andere
politiekorpsen eveneens werken met dit
systeem, waar ook de FBI gebruik van
maakt.
I let ontwikkelen van zulke nieuwe onder
zoeksmethoden brengt overigens ook een
risico met zich mee, weet Wim Neuteboom
uit ervaring: „Want als je meer kunt, gaan
de mensen ook meer van je vragen." Of de
nieuwe en snellere systemen de drukte bij
het jubilerende Gerechtelijk Laboratorium
zullen verminderen, valt dus nog maar te
bezien.