Treurnis in de SPD is nog lang niet ten einde 'Wij zijn geen helden. Wij wijken altijd' Feiten &Meningen Achternamen Weinig vrouwelijke hooglerare ZATERDAG 9 SEPTEMBER 1995 Waarom ben ik niet uitgenodigd bij de vierde Internationale wouwenconferentie in Peking? Omdat ik geen vrouw ben? Maar daar was, in de meest letterlijke zin van het woord, wel een mouw aan te passen geweest. Hier kon ik indertijd ook rustig als Maartje bij de Chinees gaan eten, dus daar was wat dat betreft geen vuiltje aan de lucht geweest. Was ik afgevaar digd, dan had ik daar een referaat gehouden over de Nederlandse achternaam. Nergens blijkt namelijk beter uit dat er nog altijd spra ke is van grote achterstand van de wouw dan uit onze achternamen. Niemand kijkt verbaasd op als een vrouw zich voorstelt als Heieen Prins, maar iedereen zou stomverbaasd zijn als een man zich voor stelde als Jan Prinses. Al onze achternamen zijn mannelijke achternamen, of ze nu ont leend zijn aan dieren, beroepen, kleding of sexe. Zo is bijvoorbeeld de achternaam De Leeuw heel gangbaar; je hebt in Nederland een bekend componist die Ton de Leeuw heet, maar de achternaam Leeuwin - wanneer hoor je die ooit? Het is waar: het telefoonboek van Amsterdam geeft warempel één Jaap Leeuwin, maar hele bladzijden vol men sen die De Leeuw of Van Leeuwen heten. Bij de beroepen als achternamen is de zaak nog duidelijker. Smit, Kok, Mandema- ker, Scheepmaker, Burgemeester, Tim merman, Wagemaker, Bakker allemaal gang baar als achternaam, en niemand zal ver baasd opkijken als een vrouw zich voor stelt als Miranda Tim merman. Maar je zou toch gek kijken als een man zich voorstelde als Wim Verpleegster of Joop Vroedwouw. Je zou zelfs weemd kijken als een wouw zich voorstelde als Ria Verpleegster. Ook de kleding levert achternamen. Rudy Kousbroek of Hans van den Broek, heel gewo ne achternamen, maar hebt u ooit gehoord van iemand die Klaas van der Rok heette? Mantel, zult u tegenwerpen, is toch een gang bare achternaam? Maar de mantel was vroe- ger ook een kledingstuk voor mannen, van daar. Zelfs aan het koningshuis, we zagen het al bij Heieen Prins, worden achternamen ont leend en ook daar hetzelfde verschijnsel. Honderden mensen die De Koning heten, niemand die De Koningin heet. En helemaal kaal als De Man, of in allerlei samenstellingen als Voerman, Veerman, Masman, Mateman, Bierman, Looman, keert tienduizenden keren het woord man terug in onze achternamen, soms zelfs als 't Mannetje of als Man in 't Veld, maar waar blijft het woord wouw? Nie mand die Peter de Vrouw heet, of Ronnie Bierwouw. Niemand die Moeder of Dochter heet, terwijl Vader en Zoon wel gangbare ach ternamen zijn. Dat is toch hoogst eigenaardig! En het toppunt van eigenaardigheid is wel dat zoveel leden van de beste andere sexe nog altijd doodgewoon 'huiswouw' zijn, maar dat niemand in Nederland de achternaam Huis wouw draagt, terwijl het telefoonboek bladzij den vol geeft met de achternaam Huisman, terwijl de 'huisman' nog maar sinds de twee de emancipatie-golf hier en daar de ramen lapt. Geen beter bewijs lijkt te geven voor de achterstand van wouwen. Die achterstand is ook niet zo gemakkelijk op te heffen, want we kunnen niet op stel en sprong al onze achter namen wijzigen. Jammer, want ik zou best Maarten Lichtekooi willen heten! Sinds 1982 is het niets meer met 'die al te Tante' De leider van de Duitse sociaal-democraten was deze week de volmaakte belichaming van de malaise waarin zijn partij de laatste maanden verkeert. Op de agenda van de Bondsdag stond het debat over de begroting voor volgend jaar, maar het alles beheersende thema was de crisis in de SPD en het zwakke optreden van Rudolf Scharping. De malaise voor die alte Tante is nog lang niet voorbij. De sociaal-democraten hadden veel van het debat in het parle ment verwacht. Het had de be kroning moeten worden van een op het eerste gezicht suc cesvolle week voor de opposi tieleider. Hij was er in geslaagd zijn rivaal, de minister-presi dent Gerhard Schroder van Ne- dersaksen, in elk geval voorlo pig, uit te schakelen en had nu de handen wij om de aanval op de regering van bondskanselier Kohl openen. Maar wat een krachtig offensief had moeten zijn, werd een serie losse flodders. In een debat waarin een oppositieleider moet scoren, demonstreerde Scharping opnieuw dat hij geen partij is voor de ongenaakbare bondskanselier. Dat is in- midddels oud nieuws, maar dit keer moest de SPD-voorman ook nog eens de vernedering slikken dat Kohl de leider van de Groenen, Joschka Fischer, serieuzer bleek te nemen dan de aanvoerder van de grootste oppositiepartij. Kohl had bovendien een 'goede raad' voor Scharping in petto. Men had hem, de bondskanse lier, vroeger verweten dat hij problemen placht 'uit te zitten', zei hij. Dat adviseerde hij Schar ping nu ook: het 'intelligent' uitzitten van de moeilijkheden. Maar Scharping is geen Kohl en de problemen binnen de SPD zijn zo groot, dat ze zelfs met het recept van Kohl niet zullen verdwijnen. TELEURSTELLEND Schroder mag dan voorlopig van het toneel zijn verdwenen, dat betekent niet dat Schar- pings positie nu onaantastbaar is. In het komende seizoen staat er een aantal deelstaatverkie zingen op het programma, te beginnen met de verkiezingen in Berlijn van volgende maand. Wanneer de kiezers de SPD de rekening presenteren voor het ontbreken van een geloofwaar dige oppositie en een overtui gende visie, kan Scharping moeilijk volhouden dat hij de aangewezen kandidaat voor het kanselierschap is. Brede armgebaren konden deze w< De kans dat die verkiezingen op zijn minst 'teleurstellend' zullen uitpakken, is zeer groot. De SPD heeft de laatste maanden de ene zeperd na de andere moe ten incasseren. In traditionele SPD-bolwerken als Noordrijn- Westfalen, Bremen en Frankfurt leed de partij het afgelopen voorjaar forse nederlagen. In Noordrijn-Westfalen, waar de zeer populaire sociaal-demo craat Johannes Rau 15 jaar als een alleenheerser kon regeren, verloor ze wij onverwacht de absolute meerderheid. Dat debacle in Noordrijn-West falen van oudsher het indus- hullen dat SPD-leider Scharping in het Bondsdagdebat niet verder kwam dan een serie losse flodders. triële hart van Duitsland en met 16 miljoen inwoners nog steeds de economisch belangrijkste deelstaat wordt als een teken aan de wand beschouwd. In de afdelingen wordt'tegenwoordig de dienst uitgemaakt door de 'functionarissen', leraren en ambtenaren die precies weten hoe Nicaragua moet worden ge regeerd maar die de weg naar de volkstuintjes niet kunnen vinden. De oorspronkelijke ruggegraat van de partij, de arbeiders, ha ken in steeds grotere massa's af. Ze lopen over naar de CDU van Kohl of keren zich helemaal af van de politiek. En op een toe loop van nieuwe leden hoeft de SPD niet te rekenen. Want wie jong is en links en wat wil in de politiek, meldt zich aan bij de Groenen. Daar is de fut nog lang niet uit. LEIDERS Deze 'structurele' problemen worden versterkt door het feit dat de SPD al jaren niet meer over aansprekende leiders be schikt. De laatste figuren van kaliber waren partijstrateeg Herbert Wehner en de bonds kanseliers Willy Brandt en Hel mut Schmidt. Schmidt werd in 1982 ten val gebracht en sinds dien dobbert de SPD rond in de oppositie. Slechts gladiatoren van het tweede garnituur weet ze nog tegen Kohl in het strijd perk te brengen. Scharping is inmiddels de vijfde leider in deze treurige reeks. Hij werd twee jaar geleden recht streeks door de leden gekozen, waarbij Gerhard Schroder het onderspit dolf. Dat is, als je de laatste enquêtes mag geloven, een kapitale blunder geweest. Schroder, een pragmatische Draufgdngei1zou het zelfs van foto reuter ulli michel Kohl kunnen winnen, terwijl de fletse apparatsjik Scharping te- jj gen het kanon uit Ludwigshafen jj volstrekt kansloos is. Maar de bij de 'functionarissen' toch al omstreden Schroder heeft zich met zijn onophoudelijke aan vallen op Scharping onmogelijk gemaakt. En dus mag Scharping voorlopuig blijven. Tot het écht niet langer kan. BONN PETER VAN NUUSENBURG CORRESPONDENT Hoogleraar Hans Binneveld over echec Dutchbat: „De luchtmobiele brigade ver koopt zich op TV als een soort kruising tussen Philips en de padvinderij: technische hoog standjes en lekker buiten spe len. Maar een militaire organi satie is er voor het produceren van geweld en dat vergeten wij in Nederland vaak. Toen de sol daten van Dutchbat in Srebre nica met geweld in aanraking kwamen, zijn ze er als een haas vandoor gegaan. Wij zijn nu eenmaal geen helden. Wij wij ken altijd." Hans Binneveld is hoogleraar maatschappijgeschiedenis aan de Erasmus Universiteit in Rot terdam. „Rond 1600 golden de huurlingen van prins Maurits als een soort modelleger met robot-soldaten. Er was sprake van drillen, van een enorme dis cipline en een uitgewerkte hië rarchie. Van militaire heroïek was in de daarop volgende eeu wen verder geen sprake. We wa ren een klein landje, georiën teerd op handel en zeevaart. Wat moesten wij met een leger? Waarom loopt een land zonder sterke militaire traditie dan toch voortdurend voorop om blauw helmen te leveren? Binneveld: „Dat hangt voor een deel samen met onze morele opstelling. Als er iets aan de hand is in de we reld, willen wij daar graag iets aan doen. Kijk maar naar wat collectes voor bijvoorbeeld Rwanda hier opbrengen. Het heeft ook te maken met de reor ganisatie van Defensie. De drei ging van het Warschaupact is weggevallen eh Defensie zoekt koortsachtig naar nieuwe taken om het bestaansrecht te recht vaardigen. En dat meent men te hebben gevonden in de bijdra gen aan de VN." Volgens Binneveld is in het voormalige Joegoslavië zo onge H. Binneveld: „Als dit voor onze elite-troepen exceptionele omstandigheden waren, wat gebeurt er dan als we ooit in een echte oorlog verzeild raken?" foto roel dijkstra veer alles wat maar mis kon gaan, ook inderdaad misge gaan. En, zo stelt hij, dat kon je aan zien komen. „Je kunt niet als peacekeeping force, als vre- desstrijdkracht, aan de slag als de basisvoorwaarden daarvoor niet aanwezig zijn. Maar ja, po litiek Den Haag riep kamer breed: Nu geen tijd voor kriti sche vragen. We moeten mee doen. Je kunt geen safe havens, veilige gebieden, scheppen als er ver volgens geen daarbij passende maatregelen worden genomen. Daarnaast blijkt uit de verhalen dat de verhouding tussen de Nederlanders en de moslimbe volking ernstig verstoord was. Er was binnen Dutchbat sprake van een gro "jende afkeer van de groep die zij dienden te be schermen." Wat professor Binneveld vooral heeft gestoord, was de kramp achtige poging van Defensie en politiek om de aandacht van het echec in Srebrenica af te leiden. „De soldaten van Dutchbat hebben geen verzet kunnen bieden en hebben de moslims in de steek gelaten. Door een groot feest te organisateren 'toen ze aankwamen in Zagreb, werd een beeld gecreëerd van een menselijk drama dat nog net goed was afgelopen. We za gen de moeder van Jaap die zo blij was en de verloofde van Kees die zo moest janken. En de generaal, de kroonprins, de pre mier en de kamerleden liepen er handenschuddend en fees tend rond. En Voorhoeve maar roepen dat ze zulk uitstekend werk hebben verricht. De hoogleraar snapt drommels goed waarom er om het echec in Srebrenica wordt heenge- draaid. „Je hoeft maar iets zie ligs te tonen op de Nederlandse TV of wij willen er iets aan doen. We zien graag dat 'onze jongens' een belangrijke rol spelen als weldoener, als Rode Kruis. Als dat dan volstrekt ver keerd uitpakt, dan willen we dat liever niet horen. Voor de militairen zelf is het he lemaal rampzalig. De luchtmo biele brigade profileert zich als de nieuwe elite-eenheden van het Nederlandse leger. Onze nieuwe toekomst: weg met de slappe hap van dien plichti- gen. Het is niet prettig om te moeten constateren dat het in Srebrenica organisatorisch een zooitje was en dat de soldaten geen greintje ruggegraat toon den. Als dit voor onze elite-troe pen exceptionele omstandighe den waren, wat gebeurt er dan als we ooit in een echte oorlog verzeild raken?" Binneveld gaat er vanuit dat de meeste Dutchbat-soldaten de periode-Srebrenica zonder pro blemen zullen afsluiten. De hoogleraar verwacht weinig ge vallen van post-rraumatic stress disorder, zoals dat sinds 1980 officieel heet in de psychiatri sche handboeken. „We weten al sinds eeuwen dat soldaten niet alleen lichamelijk maar ook psychisch gewond kunnen ra- k^n. Het leger heeft instanties waar ze kunnen aankloppen voor individuele hulpverlening. Ik geloof overigens ook dat we het hun niet moeten aanpraten. Natuurlijk zijn er soldaten die erge dingen hebben meege maakt, maar als je dat vergelijkt met echte oorlogservaringen dan valt het nogal mee. Ze heb ben redelijk comfortabel ge leefd, geen fysieke uitputtings toestanden meegemaakt en geen grote persoonlijke risico's gelopen." Wat Binneveld betreft ziet Ne derland voorlopig af van verde re avonturen in VN-verband. „We moeten maar eens goed nadenken of we dit soort opera ties organisatorisch en qua mentaliteit wel aankunnen. Als we nog eens mee willen doen, moeten we volstaan met het sturen van elite-eenheden, zoals het korps mariniers. Voor de rest past een grote mate van bescheidenheid." ROTTERDAM ARIE BERGWERFF Alleen Botswana doet het slechter dan Nederland Nederland scoort buitengewoon laag in een inter nationale vergelijking van het aantal vrouwen dat werkzaam is als hoogleraar. Slechts 2,3 procent van de professoren in Nederland is vrouw. Alleen Botswana doet het nog slechter. Het Afrikaanse land telt geen enkele vrouwelijke hoogleraar. Dat blijkt uit een internationaal onderzoek onder zeventien landen in alle werelddelen. De Neder landse onderzoeker dr. Greta Noordenbos werkte mee aan het onderzoek. Ze is werkzaam bij de vakgroep Vrouwenstudies van de Rijksuniversiteit Leiden. De inbreng van vrouwen in de wetenschap in Ne derland blijkt zeer beperkt. Ook op het overzicht van de percentages vrouwelijke wetenschappers zit Nederland met 13,2 procent in de achterhoe de. Het onderzoek is gebaseerd op gegeven 1990, maar volgens Noordenbos maakt dat welijks uit. In 1993 telde Nederland vier pro vrouwelijke hoogleraren, waarmee het nog< de op één na onderste positie inneemt. Turkije scoort op die ranglijst het hoogste. I twintig procent van de hoogleraren vrouw, de is Polen. Noordenbos wijt de slechte positie van Neet onder meer aan de bezuinigingsrondes diet universiteiten hebben getroffen. Vooral del ning van het wetenschappelijk rangenstelse te slecht uit voor vrouwen, aldus Noordenbi DEN HAAG ANP TOM JANSSEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 2