Het einde van een legendarisch record Russische jeugdzorg een schrijnend probleem 2 ii Itl de jaren dertig was Lou 'nhrig de eerste-honkman van Ie New York Yankees. Elke vedstrijd weer. Hij speelde .130 keer op rij; nooit 111lesseerd, nooit gepasseerd in opstelling. Een ongeloojlijke ti ïïfstatie waarvan het leek dat lie nooit door iemand zou •tinnen worden benaderd, laar Lou 'Iron Horse' Gehrig krijgt töch een opvolger, '.omende woensdag sneuvelt flbewonderswaardige record. an speelt Cal Ripken, korte enip van de Baltimore Orioles, \\m 2.131ste wedstrijd zonder —ir ook maar één te hebben gemist. onkbal is in de Verenigde Sta ten eigenlijk een gewoon be- roep. Spelers moeten tussen april en eind september praktische elke Han de bak. In een regulier seizoen van ■aanden worden 160 tot 162 wedstrijden en dat betekent dus slechts zo'n vrije dagen. Nou ja, vrij... niet zelden J/jer op zo'n dag worden gereisd naar de Me kant van het land. j ntaal en lichamelijk dus een veeleisen- "J |ort, dat honkbal. Én iedereen voelt wel *5een pijntje, is wat ziek, zwak of misse- fijfteen enkele coach zal er dan ook vanuit Idat hij dag-in-dag-uit op een speler kan wjen. Behalve als je Phil Regan heet en de baas bent van de Baltimore Orio- dus ook van korte stop Cal Ripken. zijn voorgangers, onder wie Frank _4ison, de legendarische Earl Weaver en jipken Sr., hoeft Regan nooit na te den- Iver zijn veldpositie 6. I Ripken had 2.009 wedstrijden op rij ;r de rug toen dit seizoen begon. Een pn dat een paar weken later startte dan edoeling was, als gevolg van de staking pn groot deel van de vorige jaargang om had geholpen. De datum van 'het re- |der records' moest derhalve ook worden Bteld. De berekende dag was 14 augus- Enaar het wordt nu woensdag 6 septem- Breed uitgemeten een beetje kent weet dat er Bilve komende week een enorme hype zal 1 aan. Amerika en zeker de honkbalwe- laar heeft nu eenmaal iets met cijfer- 1 in records. Superprestaties al die van worden dan ook breed uitgemeten in ïedia. Geen jaarboek kon bij aanvang Cal Ripken speelt 2.131ste honkbalwedstrijd weet dat als geen ander, want in de afgelopen maanden kreeg hij diverse keren het verzoek om toch alsjeblieft maar een wedstrijdje te laten schieten, om zo de legendarische Gehrig in ere te houden. Vanzelfsprekend reageerde Cal Ripken niet op dat verzoek, wetend dat hij straks zelf een legende is in het honkbal. Een man ook die een plekje krijgt in alle boeken die er nog ver schijnen over Amerika's favoriete tijdverdrijf. Toch zal Ripken blij zijn als het eenmaal woensdag 6 september is geweest. Misschien dat hij dan weer een beetje rust krijgt. Het af gelopen jaar is er bijna geen honkbalverslag gever geweest, die geen poging heeft gedaan hem te interviewen. En op reis met de Orio les betrok hij een ander hotel dan de rest van de ploeg, teneinde de zwerm handtekenin genjagers te ontlopen. Personeel aan de balie kreeg de opdracht alle telefoongesprekken eerst aan hem te melden, alvorens door te verbinden. Niet belangrijk Cal Ripken weet dat het hoort bij de status van de sterspeler, die hij nu eenmaal is. Een wandelingetje maken in de omgeving van het hotel, laat staan de stad of een winkelcen trum bezoeken, behoort tot de onmogelijk heden. Eigenlijk is dat al het geval sinds 30 mei 1982, de dag waarop Ripken aan zijn streak begon. Sinds die tijd hebben meer dan 3.000 spelers in de Major League voor kortere of langere tijd op de blessurelijst gestaan. Cal Ripken meldde zich nimmer af. Na tuurlijk, ook hij had wel eens ergens last van. Dat is niet zo gek, want fysiek vraagt de posi tie van korte stop - samen met die van cat cher - het meest, omdat je vrijwel bij elke aanvallende actie van de tegenstander be trokken bent. Maar nooit kwam het in hem op om niet te spelen of zich te laten vervan gen. Waar Lou Gehrig nog wel eens vroegtij dig van het veld verdween, speelde en speelt Ripken altijd. En zijn zelfs maar weinig wed strijden geweest in de afgelopen dertien jaar, waarin hij niet van de eerste tot de laatste minuut in actie kwam. Gesnuffel in de boe ken leerde zelfs dat hij tussen het begin van het seizoen 1982 en het einde van dat in 1987 liefst 8.243 innings op rij speelde. Ook dat schijnt een record te zijn voor de Major Lea-' gues, maar vreemd genoeg wordt daarvan geen officiële statistiek bijgehouden. Records lijken echter niet besteed aan Cal Ripken, die het liefst op de achtergrond blijft; Hij is geen speler die de publiciteit zoekt. Maar vluchten kan nu niet meer. Honderden camera's zullen woensdag op hem zijn ge richt, wanneer hij voor de 2.131ste keer op rij het veld betreedt. Zelf zegt hij: „Het is geen record waarvoor je iets moet presteren. Het is gewoon een kwestie van elke dag komen op dagen. Ik ben geen Hank Aaron op jacht naar het homerun-record van Babe Ruth. Ik ben geen Pete Rose op jacht naar het recordaan tal honkslagen van Ty Cobb. Ik hoefde er de afgelopen jaren alleen maar voor te zorgen niet geblesseerd te raken, niet ziek te wor den." Johnny Oates, ruim drie seizoenen coach van Ripken en nu aan het roer bij de Texas Rangers: „Dat record is inderdaad niet belangrijk voor hem. Het is de wil om elke dag te spelen." Vergelijking De buitenwereld denkt daar heel anders over. De vergelijkingen met Lou Gehrig zijn niet van de lucht. Bijna dagelijk worden hem kranteartikelen en boeken in handen gestopt over de legendarische Yankee. „Die accep teer ik met een vriendelijke glimlach. Som mige lees ik, maar de meeste leg ik weg en ik weet vaak niet eens waar. Ik vind de vergelij king met Gehrig niet op z'n plaats. Lou Gehrig was een van de beste honkballers ooit. Van zijn slaggemiddelde (.340) kan ik al leen maar dromen. Maar als er dan toch ver geleken moet worden: misschien heb ik de zelfde wil om te spelen, dezelfde onverzette lijkheid en dezelfde liefde voor de sport." Dat zijn ook de zaken die zijn fans in hem het meest waarderen. En dat zullen ze laten blijken, woensdag in het fraaie en al maan den geleden uitverkocht Oriole Park at Cam- dem Yards, het nieuwe, klassiek gebouwde stadion in Baltimore. Het heeft trouwens de nodige moeite gekost om het feestje te doen plaatsvinden in het eigen stadion, waar dit terzijde op 8 oktober paus Johannes Pau- les II een mis zal opdragen. De staking, die doorliep tot in het nieuwe seizoen, haalde het programma flink overhoop en er moest flink worden geschoven om op 6 september een thuisduel te kunnen vaststellen. Cal Ripken denkt nuchter te reageren op alle hype die woensdag een hoogtepunt zal beleven. „Gewoon een kwestie van spelen. Net als dinsdag en net als donderdag. Ten minste, dat hoop ik..." Cal Ripken: „Het is gewoon een kwestie van elke dag komen opdagen." van dit seizoen onder een verhaal met hem uit. Koppen als '2131: A Baseball Odessey'; 'Baseball's Iron Man' en 'The Iron Horse of the 90's' sierden verhalen van vele pagina's. Iron Horse was de bijnaam van de man die nu nog het record in handen heeft, maar dat dus woensdag zal kwijtraken. Niet dat hij er iets van zal merken, want Lou Gehrig over leed al in 1941. Twee jaar nadat hij zijn loop baan had beëindigd werd het IJzeren Paard geveld door amyotrophic lateral sclerosis, een spierziekte die het zenuwstelsel aahtast en die in de Amerikaanse volksmond nu nog altijd Lou Gehrig's Disease wordt genoemd. Niet de prettigste manier natuurlijk om her innerd te worden. Cal Ripken zal ongetwijfeld straks op een andere wijze voortleven in de herinnering van de honkbalfans. In tegenstelling tot Gehrig in zijn laatste seizoenen, is er van eni ge slijtage bij de 35-jarige Ripken nog geen sprake. Hij gaat na woensdag gewoon door. Is vast van plan zijn lopende contract tot en met 1999 uit te dienen. Dat heeft overigens niet alleen met gedrevenheid te maken, maar ook met de financiële consequentie. Ripken verdient namelijk onder zijn huidige, vijfjari ge verbintenis het lieve sommetje van zes miljoen dollar per seizoen. Doorspelen tot en met 1999 verzekert hem derhalve van een onbezorgde (wat heet...) oude dag. Ripken zegt voortdurend dat 'het record' hem niets doet. Dat hij het heel normaal vindt. „Om een zo goed mogelijke honkballer te worden en te blijven, moet je zo veel mo gelijk wedstrijden spelen. Er komen zó ver FOTO PETER VAN DER VELDE schrikkelijk veel situaties voor, dat je nooit al les onder de knie krijgt, tenzij je er elke dag bij bent." Cal Ripken is natuurlijk een heel goede honkballer. Ongetwijfeld een van de beste korte stops, die ooit in de Major Leagues heeft gespeeld. Op zeker krijgt hij, volgens de reglementen niet eerder dan vijf jaar nadat hij zal zijn gestopt, een plekje in de presti gieuze Baseball Hall of Fame, het museum in Cooperstown, New York, waar Amerika's honkbalhelden zijn vereeuwigd. Daar 'hangt' uiteraard ook Lou Gehrig, voor oudere generaties Amerikanen nog al tijd een groot voorbeeld en, hoewel benaderd door velen, nog altijd de beste eerste-honk man aller tijden. Meer dan vijftig jaar na zijn dood heeft hij nog altijd fans. Cal Ripken -Ipositie van veel kinderen in island is dramatisch en lijkt peloos. Ze zijn het slachtoffer an grote maatschappelijke problemen. De Nederlandse iderbescherming onderzoekt hoeverre er mogelijkheden n om te helpen de Russische gd uit het slop te halen. Over ge tijd verschijnt een rapport ver aanzetten tot mogelijke hulp. In dat kader bezocht beleidsmedewerker Ton 'eldkamp van het landelijk ureau van de Raad voor de 'inderbeschermingde regio Moskou. De grote mate van treurigheid op het gebied van jeugdzorg en welzijn in Rusland greep Ton Veldkamp aanvankelijk naar de keel. Wat de beleidsmedewerker van de Nederlandse Raad voor de Kinderbescherming op zijn stu diereis van een week aantrof: 'Kinderen in de lagere-schoolleeftijd, volledig aan hun lot overgelaten'. Zwervend, stelend, zich prosti tuerend. Terwijl de ouders proberen het hoofd boven water te houden, gaan hun kin deren kopje-onder. Ondanks alle ellende, die hij in die paar dagen op zijn pad ontmoette, werd Veld kamp al snel geïnspireerd door enkele licht puntjes tijdens zijn werkbezoek. Zoals in een crisiscentrum, met daaraan gekoppeld een centrum voor rehabilitatie en opvoeding in Lubertsy; een deelgemeente van Moskou. En in een kindertehuis zo'n tweehonderd kilo meter zuidwestelijk van Ruslands hoofdstad. „Het waren van die schaarse momenten dat ik kinderen weer zag lachen." Dat deed hem meer dan hij kan zeggen. Hij hoopt dat vanuit de Nederlandse jeugdzorg een steen tje kan worden bijgedragen om de nood, op nauwelijks drie vlieguren verwijderd, te ver lichten. „Vanuit de motivatie dat we toch een stukje van onze welvaart moeten kunnen de len." De jeugdhulp in Rusland is nu niet meer dan pure symtoombestrijding; het kind gedijt niet in eigen omgeving. Dus wordt het - als het onder een gunstig gesternte' is gebo ren - in een kindertehuis opgenomen. „Maar dat zijn van die lapmiddelen, waar je als sa menleving later de prijs dubbel en dwars voor betaalt." Vanuit het landelijk bureau voor de Raad voor de Kinderbescherming wordt momen teel gekeken hoe hulp aan kinderen kan wor den geboden in eerste instantie in hun eigen, vertrouwde omgeving. Ambulante hulp voor al aan de ouders, zodat ze hun kinderen niet het huis uit hoeven sturen. Veldkamp ziet een zekere kans van slagen in het instituut van de kinderrechter, zoals wij dat in Nederland kermen. Inclusief het netwerk van hulpverleners daar omheen. „Ook al zijn het slechts druppeltjes in een vij ver. Maar je moet ergens beginnen." Een raad voor de kinderbescherming ziet hij daar niet zo snel van de grond komen. „Maar de raad in Nederland kan wel probe ren kennis over te brengen", vindt hij. Ton Veldkamp over de situatie: „Vóór de val van het communisme bestonden er in principe goede vormen van opvang, die au tomatisch door de staat werden geregeld. Op papier bestaat dat allemaal nog, maar in de praktijk is het overboord gekieperd of uitge hold. Ze hebben een soort voogdijraad, die over de hoofden van iedereen heen beslist. Ze kennen alleen permanente uithuisplaat sing; adoptie of verblijf in internaten of straf inrichtingen. Andere vormen van jeugdbe scherming bestaan niet." De Russen willen nu, na de invoering van een nieuwe grondwet en het Internationale Verdrag inzake de Rechten van het Kind, de bestaande wet- en regelgeving aan de prak tijk van de jeugdzorg aanpassen. Tijdens eerdere contacten hadden ze al eens laten weten: 'Een Raad voor de Kinder bescherming zoals jullie in Nederland heb ben en het instituut van de kinderrechter, geef ons dat ook. Dan zijn we gelukkig'. Veldkamp: „Dat is natuurlijk nog maar de vraag, want zo werkt het uiteraard niet. Er is totaal geen infrastructuur op het gebied van de jeugdzorg, terwijl de problemen zoals die momenteel opduiken zó massaal zijn. Onder het communistisch regime was er geen enke le noodzaak structureel iets te Fegelen. Want de overheid dacht altijd dat dit soort proble men domweg niet bestond. Zo in de trant van: Iets dergelijks komt niet voor in het pa radijs. Want anders is het paradijs niet vol maakt." Officieel waren er tot voorheen tal van ele mentaire voorzieningen voor jongeren. Er was recht op onderwijs, sport, recreatie, voe ding, huisvesting en financiële ondersteuning voor ouders met kinderen. „De kinderen ervoeren dat niet direct als de zegeningen van het communisme, maar als kind. Ze genoten gewoon, net als de Hit- leijugend eertijds. Samen spelen, samen presteren. Elementen, los van de ideologie, goed voor iedere samenleving. Als basis voor het verdere leven. Maar met de val van het communisme is alles weggegooid -wat daar mee was verbonden. Ook de gezonde onder delen. En daarmee is elk houvast voor de jeugd verloren gegaan." De regio Moskou telt zestien miljoen inwo ners. Veldkamp bezocht een wijk waar tienduizend mensen wonen. Volgens sociaal pedagogen zijn er hier negenhonderd pro bleemgezinnen; vader, moeder en gemiddeld vier tot vijf kinderen. „Daarbij is het goed te weten dat wat zij probleemgezinnen noemen wij als uitgespro ken 'rampgezinnen' zouden betitelen", te kent hij hierbij aan. „Te veel kinderen ten op zichte van de zorg, veel alcoholproblemen, veel geweld, Pure struggle for life." Terwijl ouders proberen aan de kost te ko men, worden de kinderen aan hun lot over gelaten. „Want tijd kun je maar eenmaal be steden. Er is geen energie over om in gezins verband naar de kinderen om te kijken. Die worden aan hun lot overgelaten, in de steek gelaten. Ook letterlijk, want ouders verdwij nen zomaar. De leerplichtwet wordt niét na geleefd. Kinderen van tien proberen zich in leven te houden door te stelen, prostitutie te bedrijven, te handelen in drugs. En zo ont staat er een tweede, ondergrondse economi sche laag. Een probleem, waar de samenle ving over dreigt te struikelen." Wie als kind wordt opgepakt wegens het plegen van een delict, krijgt uitsluitend te maken met de strafrechtelijke invalshoek vol gens het Russische jeugdstrafrecht. „Als je dat tenminste zo mag noemen", merkt Veld kamp op. „Een lik-op-stuk-beleid. Sociaal-maat schappelijke aspecten, zoals die door de Ne derlandse kinderrechter worden meegewo gen, worden daarbij gemakshalve overgesla gen." Eenmaal veroordeeld, volgt de gang naar een van de strafkoloniën die nog uit de tijd van Stalin dateren. Waar vroeger politieke ge vangenen werden opgesloten, worden nu jongeren opgeborgen van wie de samenle ving last heeft. Ver verwijderd van diezelfde samenleving. „Jonge delinquenten zitten daar hun straf uit, soms jaren achtereen, om vervolgens zonder pardon en begeleiding weer de straat op te worden geschopt. Het enige dat in die strafperiode telt is discipline; in het gareel lo pen. Dat verstaan ze daar onder re-socialise ren." „In Nederland geldt voor jongeren nu nog een maximale gevangenisstraf van een half jaar. Dat wordt in het nieuwe jeugdstrafrecht twee jaar. Maar in Rusland ligt die bo vengrens op tien jaar." Veldkamp stelde zich tijdens zijn bezoek tamelijk terughoudend op. Hij wilde voor al voorkomen dat de Russen zich zouden ge neren als ze hoorden hoe uitvoering wordt gegeven aan de jeugdzorg volgens Neder landse maatstaven. „Het was eigenlijk allemaal behoorlijk pijn lijk." Terwijl ouders proberen aan de kost te k_ worden de kinderen aan hun lot overgelaten De jeugd heeft het moeilijk in Rusland. fO/«. -

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 37