'Westlander gaat niet in oud ijzer' -Jg vrij zonnig Aan boord van de 'Dar Mlodziezy', dag 6 Tien lezers als VIP naar Sail 'Leven in een roes met de liefde als basis' Veelzeggend gezich t Waterkippen en vissen als buren ISDAG 8 AUGUSTUS 1995 VERWACHTING VOOR MORGEN De Leidenaar Jeroen Dijkman vaart de komende dagen mee op het Poolse schip de Dar Mlodziezy tijdens de laatste etappe van de Cutty Shark Tall Ships' Race. Verslaggeefster Marina van den Berg doet in de Waterkrant verslag van de zeiltocht. Een onuitgeslapen Jeroen staat op het dek van de Dar Mlodzie zy klaar voor de wisseling van de wacht. De oude en nieuwe ploeg staan in twee rijen tegen over elkaar. De ploeg die het er op heeft zitten, is ongeduldig, moe en wil naar het ontbijt. De nieuwe ploeg krijgt instructies. Jeroen wordt in zijn 'harnas' ge holpen, waarmee hij zich kan zekeren: hij gaat zo de mast in: via het want, het klimrek dat vanaf de reling naar de kraaie- nesten loopt. Een instructeur loopt met hem mee en legt uit wat hij moet doen. Langzaam omhoog, je handen niet op de horizontale touwen van het want houden, maar verticaal. Anders gaat iemand voor je op jouw hand staan. De instructeur klimt voorop, langzaam gaat het omhoog naar het eerste kraaie- nest op zestien meter. Verder zal hij niet gaan de eerste keer, dat is voor waaghalzen en het wordt niet aangemoedigd door de bemanning. Jeroen volgt stapje voor stapje op het zwaai ende netwerk. En dan is het roestige plekjes bijwerken. Jeroen baalt, want het is niet echt avontuurlijk om met een soepblikje grasgroene verf een soort koffiepot op het voordek te schilderen. De lucht van verf mengt zich met de diesellucht van de machinekamer. De Dar ligt sedert zaterdagavond op de zelfde koers en er gebeurt wei nig meer met de zeilen. Maar benedendeks zindert de span ning. Vandaag krijgen de leer lingen een examen en een certi ficaat dat ze deze stage voor de koopvaardij-opleiding hebben afgelegd. In uniform staan ze te fluisteren in de gang bij de Cap tains Lounge waar de examen commissie zitting heeft. Een jongen staat zenuwachtig te slikken, een ander inspecteert snel zijn nagels en er hangt een doordringende aftershavelucht. Gisteravond scheerden ze el kaar nog in de gangen. 'Good luck', zeg ik. 'Thanks', fluisteren ze terug. 'Nervous?', vraag ik. 'Yes, uh.. no!' Hij maakt een universeel gebaar: nagelbijten. MARINA VAN DEN BERG Tien lezers en hun partner gaan als VIP naar de openingsavond van Sail '95. Zij zijn de gast van Cutty Shark en het Leidsch Dagblad. Gisteren werden hun namen getrokken uit de tientallen kaarten die bij het Leidsch Dagblad binnenkwamen naar aanleiding van een advertentie op de Waterkrant. Sail '95 wordt op donderdagavond geopend. De lezers van het Leidsch Dagblad zullen aan boord van het Poolse opleidingsschip Dar Mlodziezy de opening bekijken en getuigen zijn van een spiegelgevecht op het water en een groots vuurwerk. De tien gelukkigen zijn: J. Huijgen uit Rijnsburg; M.B. Polderdijk uit Zoeterwoude; T. van Eenige uit Hoogmade; N. Bouwman uit Oegstgeest; M. Parmentier uit Wassenaar; L. Plug uit Alphen aan den Rijn; A. Cramer uit Leiden; R. Gihaux uit Leiderdorp; A.P. van der Luit uit Leiden; E.M. de Kreek-Van Rhijn uit Katwijk. De winnaars krijgen vandaag of morgen per post alle informatie toegestuurd. Als ik iets in mijn boekenkast zoek, kom ik wel eens het boek te gen met de titel: 'Het Raadselachtige Kompas'. Het is een boek uit de periode na 1945 en geschreven door de toen veel gelezen schrijver Hans de la Rive Box. Als ik dat boek dan in mijn hand neem komen de herinneringen uit juli 1947 weer boven. Het is al een lange tijd standvastig, prachtig zomerweer. Ik stap op de fiets en rijd in een half uur naar het 'stille strand' van Noordwijkerhout. Met mijn badhanddoek als basis installeer ik me zodanig dat ik het bewuste boek 'Het Raadselachtige Kom pas' rustig kan lezen. Ik ben zo met mijn aandacht bij de avon turen van de hoofdpersonen dat ik niet merk dat er na verloop van tijd toch wat meer mensen op het stand zijn gekomen. Ik word er opmerkzaam opgemaakt dooreen opvallend kuchje vlak bij me in de buurt. Als ik opkijk, kijk ik in het gezicht van een meisje van naar schatting 16 jaar. Ik groet haar met een vriendelijk 'hallo' en stort me weer in de avonturen in mijn boek. Als ik even later weer opkijk realiseer ik me dat er elders op het strand nog plaats genoeg is. Zou zij bewust'een plekje in de buurt gezocht hebben? Ik laat het boek voor wat het is, on danks de spannende inhoud. Ik wil een gesprek. 'Hou je van het strand?' 'ja, jij ook?' Ik ontwijk een rechtstreeks antwoord door te vertellen dat ik de schoolexamens achter de rug heb en nu zes weken vrij heb. 'Zit jij nog op school?' 'Nee, ik werk als kindermeisje bij een gezin uit Utrecht. Ze heb ben hier een huisje gehuurd. Als cle familie ergens naar toe gaat, bijvoorbeeld naar een museum, heb ik vrij en kan dan naar het strand'. In cle loop van de dag wisselen we veel persoonlijke gegevens uit. Ze heet Brunhilde, een naam die in overeenstemming is met de kleur van haar prachtige haar. In de namiddag neem ik afscheid met een snel bonzend hart. We spreken af voor over twee dagen. Ze heeft dan 's middags vrij. Als ik dan op liet strand kom is het weer prachtig weer. Mijn boek waarin ik de eerste keer de avonturen intensief heb gevolgd, heb ik wel mee genomen maar ik kan mijn aandacht echter niet op de inhoud concentreren. Om de minuut kijk ik op om te zien of 'ze' er al is. Ja, daar is ze. Mijn hart bonst op topsnelheid. Zij loopt zonder dralen in mijn richting. De verliefdheid blijkt niet eenzijdig te zijn. Na even is de plaats op het strand die we innemen een stuk kleiner dan de eerste keer. We nemen niet meer plaats in dan een enkele strandbezoe- ker. We denken in die periode dat er geen einde aan kan komen. We leven in een roes met de liefde als basis. Maar het einde komt toch sneller dan ver wacht. Als we bij het laatste strand- bezoek afscheid nemen beloven we elkaar te zullen schrijven. Dat gebeurt dus ook. Jammer genot blijkt echter toch datzo'n laaiende verliefdheid over kan gaan. Na een paar brieven is de verliefdheid een stuk minder. De afstand naar haar woonplaats Venlo speelt hierin ook een rol. Als ik nu terugdenk aan deze periode stijgt het adrenalinegehalte in mijn bloed toch weer tot grote hoogte, onclan het groot aantal jaren dat inmiddels ver streken is. Alfons de Zwart, Alphen aan den Rijn. I bemanning van de Leidsch Dagblad-boot is deze week onder er te vinden in de Ringvaart rond de Haarlemmermeer. Tips en gesties voor de Waterkrant kunnen rechtstreeks worden door even aan de verslaggevers op de boot (tel. 06-52801476) of aan edactie op de wal (tel. 071-356441). Bij de tewaterlating gisteren in Warmond doopte Marcel Juffermans de Westlander in 'Groote Juffer'. Tweeënhalve week geleden kreeg Mar cel Juffermans te horen dat hij met zijn achttien meter lange Westlander mee kon doen aan Sail '95. Er was op het laatste moment toch nog een plekje beschikbaar voor de 22-jarige Warm onden Fantastisch nieuws, maar er was een klein probleemje: hoewel Juf fermans de laatste twee jaar al zijn vrije tijd in zijn schip had gestoken, was het vaartuig nog Icing niet klaar. Gelukkig had de Warmonder net va kantie, kreeg hij hulp van vrienden en niet te vergeten van zijn vader, scheepsbouwer Aad Juffermans. ,,We begonnen iedere ochtend om acht uur, en stopten op zijn vroegst om elf uur 's avonds. Maar het is ook wel één uur 's nachts geworden", vertelt Mar cel, terwijl hij met de hele familie bezig is de laatste hand te leggen aan zijn schip. De Warmonder is duidelijk ge spannen. Over een uurtje moet de prachtig gerestaureerde boot te water worden gelaten. Toen Juffermans twee jaar geleden aan de restauratie begon, was het schip letterlijk rijp voor de sloop. Het voormalige zeil/vrachtschip was jaren lang gebruikt als terrasboot bij het Leidse eetcafé Odessa. Tot de schuit zelfs voor dat doel te slecht werd. Toen het bestuur van de Stichting Zeilvaart Warmond hoorde dat de vlet gratis kon worden meegenomen, werd deze overgebracht naar de scheepswerf van Juffermans. De stichting wilde de boot met vrijwilligers weer helemaal opbou wen, maar liet die plannen snel varen toen bleek dat de oude terrasboot er wel heel erg slecht aan toe was. De boot bleek op zo'n 150 plaatsen lek te zijn. Toen de stichting de boot niet wilde hebben, was de vraag wat er dan mee moest gebeuren. Voor Juffermans was die vraag snel beantwoord. „Die schuit moest worden opgeknapt. Want een Westlander gaat niet naar het oud ijzer. Daar zijn er al genoeg naar toe De Westlander van Marcel Juffer mans is in meer dan één opzicht een bijzonder exemplaar. Ten eerste is de boot uitzonderlijk lang. Vader Juffer mans: „Meestal zijn die schepen een meter of twaalf. Je ziet ze wel van zes tien, zeventien meter, maar nooit on der zeil. Voor zover ik weet is dit de grootste, volledig opgetuigde Westlan der." Daarnaast heeft het schip een impo sante staat van dienst. De boot werd 101 jaar geleden bij scheepsbouwer Boot in Leiderdorp gebouwd om als de 'Cornelia' in Rijnsburg dienst te gaan doen voor het transport van bloemen, groente en stront. Na de Tweede We reldoorlog waren het vooral kolen en turf die met het schip werden ver voerd. In de jaren zestig werd het zeil schip uit de vaart genomen en omge- timmerd tot woonboot. Tot het schip rond 1980 door brand werd verwoest. Wat overbleef was een stalen dek schuit die nog slechts te gebruiken was als terrasboot. Met de tewaterlating van de Groote Juffer, zoals het schip nu heet, begon de Westlander gistermiddag aan haar vierde leven. Dat leven begint met testvaren. „Want we hebben geen idee hoe de boot zal zeilen", vertelt de jon ge scheepsbouwer. „We weten hoe zo'n boot er uit moet zien, maar er zijn geen preciese tekeningen van waar de mast moet staan en hoe groot het roer moet zijn. Het blijft allemaal gissen", vertelt Marcel. Helemaal in het duister tasten doet hij daarbij overigens niet: het is voor Juffermans junior al de tweede keer dat hij een Westlander opbouwt, ter wijl zijn vader in de afgelopen negen tien jaar twee van zulke schepen nieuw leven inblies. „We konden ge bruik maken van onze ervaring bij de vorige boten. Bij de laatste boot stond bijvoorbeeld de mast te ver naar ach teren. Die hebben we later dan ook naar voren gehaald", vertelt Marcel. Vader en zoon worden op die ma nier steeds handiger in het opknappen van oude Westlanders. Toch staat het voor beiden als een paal boven water dat dit echt hun laatste Westlander is. „Het levert niks op, maar hij heeft er veel van geleerd", zegt vaders, verwij zend naar zijn gedoodverfde opvolger. Marcel beaamt dat. „De volgende keer ga ik, denk ik, een hele nieuwe boot bouwen." De hele familie Juffermans vaart de ze week nog met de nieuwste aanwinst naar Amsterdam. Daar is de Groote Juffer tijdens Sail '95 te zien tussen de andere oude bedrijfsschepen in de IJ- haven. Maandag 7 augustus, Warmond. Kapitein Rob maakt een knieval. Een week heb ik het voor me kunnen houden, maar pas nu voel ik me mans genoeg om ermee voorde draad te komen. Ik heb iets vernield aan de Mistral. Ik draai er niet omheen: het was mijn fout. Ik wilde de boot keren in de Oude Wetering. Draaide aan het roer, zette 'm in z'n 'achteruit' en dacht: 'ns kij ken wat jij allemaal in je mars hebt, Mistralletje. Dus ik draaide de gashendel diep naar beneden. Ach ter me produceerde de schroef een prachtige vloedgolf water en de boot vloog naar achteren. Goed gedaan, jo chie, met de 'achteruit' zit het wel goed. Totdat de bemanning en ik een enorme knal hoorden. We keken elkaar aan en zetten direct een noodscenario in werking. Leefden we nog? We leefden nog. Dreven we nog? We dreven nog. Toch hadden we een probleem. We dreven naar het midden van cle vaart en ik kon de boot geen kant meer opkrijgen. Het roer had het begeven. Met de boegschroef en wat stuurmanskunst kregen we de Mistral aan de kant. Een uur later zat de monteur (op het oog een kilootje of honderd schoon aan de haak) he vig transpirerend in een hokje van één bij één te repare ren wat ik had gesloopt. Ik kreeg er in nette bewoordin gen stevig van langs. Ik had te hard gevaren. Dat had de beste man goed gezien. Ik schaamde me diep en peinsde hoe ik het goecl kon maken. Dan is daar het promotiemateriaal van deze krant. Met twee water- pistooltjes en twee petjes maakte ik weer veel goed. Gisteren tuften we met de Mistral op weg naar de thuisha ven in Oegstgeest. Gewoon om de boot voor een nachtje te stal len. Het gezicht van de monteur sprak boekdelen, toen hij onze boot ontivaarde. Eerst dook hij weg, om enige seconden later, kennelijk bekomen van de schrik, met een beverige stem te vragen: „Je gaat me nu niet ver tellen dat er weer wat kapot is aan die boot?" FOTO BEN DE BRUYN 3 of Vh uur varen. Vertrekt uit de haven van Katwijk KATWIJK Tel. 01718-13228 3 uur varen Vanuit, Katwijk naar en over de Kagerplassen via Rijnsburg, Oegstgeest, Kagerplassen, Kagerland, langs Leiden. Afvaart: ma. t/m zondag dagelijks om 14.00 uur. Prijs: volw. 19,50/65 16,50/3 t/m 11 jaar ƒ13,50 Extra afvaart op di., wo., en do. ook om 11.00 uur. 4% uur varen Vanuit Katwijk via de Oude Rijn langs Leiden, Koudekerk, Alphen a/d Rijn, Braassemermeer, Kagerplassen. Afvaart: ma. t/m zo. dagelijks om 12.30 uur. Prijs: volw. 27,-/65 f23,-13 t/m 11 jaar ƒ19,- Tegen inlevering van deze bon krijg je een (0,25!) bij aankoop van een Big Macm of een Quarter Pounder'" 5 met kaas. Een eigen eilandje. Op vijf mi-1 nuutjes varen van huis. Een ft rustpunt in het leven van alle-1 dag. Maar ook: een plek waar je lol kan hebben zonder dat del buren klagen. Er zijn zelfs geen s buren bij het eilandje van de» Onderwaters uit Roelofarends- 3 veen/Alkemade. Eenden wel. En waterkippen. En vissen. En, S aan de overkant van een boe-| renslootje vol waterlelies: kas-g sen vol bloemen. Want het eilandje ligt een! beetje verscholen in het grote I tuinbouwgebied van Roelo- g farendsvepn, niet ver van de al maar brommende rijksweg A4. I „Ik denk dat het vergeten is bijl de herverkaveling", denkt Leol Onderwater. Met een breedtel van zo'n twintig meter lijkt hetl net te smal voor een tuinbouw kas. Splitsen van het eiland zou, I met alle graaf- en waterwerken! vandien, weer te duur zijn. Des te beter eigenlijk, vinden de Onderwaters. Ze zouden hun eilandje voor geen goud missen. Sterker nog, de broers verfraai en het eilandje stukje bij beetje. Stevige walkanten, een beschei den optrekje voor natte mo menten, een afdakje voor een bootje, een beschut grasveldje en ook nog de nodige ruimte Leo Onderwater (in het bootje) en broer Fred met zoon Chris en vrouw Jannie: „Op een eigen voor groente en fruit. Voordat wel een beetje veranderd. Zo is Ook de gezinnetjes van broers vader Onderwater het kocht, het eilandje niet langer de plek en kennissen zijn er vaak te vin- herbergde het twintig meter waar Leo in zijn eentje zijn zon- den. Want, zegt vrouw Jeanne, brede en zeer lange eiland na- den overdenkt. Het vormt juist dat is gezellig. Een eilandje kan melijk een bloemenkwekerijtje dé bestemming voor zijn jonge ook te stil zijn, zeker wanneer en een oud schuurtje. gezinnetje, dat thuis een mo- Leo weer eens walkanten repa- Nu Leo en broer Piet vaders daal nieuwbouwtuintje ter be- reert of toch nog even zijn kano zijn geworden, is het gebruik schikking heeft. te water laat voor een tochtje tussen de andere eilandjes door. „Er liggen er nog een paar te verloederen", valt hem wel eens op. „Met van die drassige wal kanten, zoals wij die vroeger ook hadden." PAUL VAN DER KOOU Legerdump Boogert HALLENWEG 11 - 2316 JX LEIDEN. NAAST GAMMA GROENOORDHALLEN TEL. 071-230184 FAX 071-230186

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 9