'De universiteit is geen koekjesfabriek' Japan laat oorlogsslachtoffers nog steeds lijde Feiten &Meningen Strijd tegen drugs nog lang niet gewonnen Tweedehands kledi maakt Afrika werkloc DONDERDAG 6 JUL11995 ONE NIEUWSANALYSE „Dit is het begin van het einde van het Cali-kartel", riep de Colombiaanse president Ernesto Samper begin juni triomfantelijk na de arrestatie van Gilberto Rodriguez Orejuela, de onbetwiste nummer één van 's wereld grootste drugskartel. De feiten lijken Samper gelijk te geven. Drie weken later zitten vier van de zeven kartelleiders achter slot en grendel. Gisteren konden de Colombiaanse autoriteiten een feestje vieren met de arrestatie van de nummer drie van Cali, José Santa Cruz Londono, alias El Estudiante. Samper mag trots zijn. Opnieuw kan hij de compli menten van de Verenigde Staten in ontvangst nemen. Want behalve in Colombia, werd Santa Cruz ook in de VS gezocht. Hij zou op grote schaal druggelden hebben witgewassen in Los Angeles, Miami en New York. Zijn arrestatie is het definitieve signaal aan Washing ton dat Bogota de strijd tegen de misdaadsyndicaten uiterst serieus neemt. Niets lijkt een verbetering van de betrekkingen tussen beide landen, al in gang gezet na de arrestatie van Rodriguez Orejuela, nog in de weg te staan. Er is Samper alles aan gelegen dat de VS zijn land niet langer als 'narcodemocratie' aanduiden. Politie en justitie zullen de komende weken de jacht op de nummer twee van het kartel, Gilberto's broer Mi guel, intensiveren. Miguels aanhouding is een kwestie van tijd. Er zijn genoeg mensen in Colombia, ook bin nen het Cali-kartel, die hem willen verlinken in ruil voor een vette geldpremie. En anders meldt de opge jaagde kartelleider zichzelf wel bij de politie. Met Miguels arrestatie moet de drugorganisatie de definitieve doodsklap krijgen. Maar het is de vraag of die wens niet de vader van de gedachte is. Want ook als de gehele leiding van het Cali-kartel achter slot en gren del zit, gaat de drughandel vanuit Colombia en de buurlanden gewoon door. De belangrijkste reden is dat miljoenen cocaïne- en heroïneconsumenten in de VS en Europa blijven smachten naar hun dagelijkse portie genotsmiddelen. Een kwestie van vraag en aanbod. „Het Cali-kartel wordt als een moderne onderneming geleid en is niet afhankelijk van het lot van één man", zei een woord voerder van DAS, de Colombiaanse geheime politie, na de arrestatie van Gilberto. „Het kartel heeft verscheidene mensen die de leiding zo over kunnen nemen." Het oprollen van de gehele top van Cali zal ongetijfeld een zware slag zijn, maar ook dan zullen er nieuwe leiders opstaan. Het kartel is volgens deskundigen niet zozeer een hiërarchisch gelei de organisatie, als wel een moderne multinational, een „losse federatie van kleine drugsyndicaten". Het is zeer twijfelachtig of een grootschalige war on drugs belangrijke resultaten oplevert. Na de manhaftige poging van de Amerikaanse president Bush aan het einde van de jaren tachtig om de drugs te bestrijden, zijn de Amerikaanse binnensteden meer ontwricht en verloederd dan ooit. In Colombia is de strijd tegen de drugs dan ook nog lang niet gewonnen; daarvoor is het gehele overheidsapparaat te zeer door de kartels geïn filtreerd. Bovendien kunnen echte successen pas worden ge boekt als de VS en Europa meewerken en niet alleen het middel van de repressie hanteren. Hoeveel boter de Europeanen en Amerikanen op hun hoofd hebben, blijkt uit een recente studie van de Colombiaanse Na tionale Directie van Verdovende Middelen. Europa en de Verenigde Staten leveren bijna driekwart van de che micaliën die Colombiaanse kartels gebruiken bij de produktie van drugs. Volgens het Colombiaanse rap port dekt Europa 45 procent van de behoefte en leveren de Verenigde Staten een kwart van de benodigdeche- mische middelen. Deskundigen in het Andesland hebben het al over de wederopstanding van het kartel van Medellfn, dat eind 1993 een enorme slag kreeg toegebracht toen leger en politie 's werelds grootste drugbaron Pablo Escobar doodden. Naast die van Cali en Medellfn heeft Colom bia nog zeker tien andere drugkartels, en dan hebben we het nog niet over de grote drugsyndicaten in landen als Mexico. Het is niet ondenkbaar dat de gearresteerde druglei ders vanuit de gevangenis hun lucratieve handel ge woon voortzetten en door allerlei juridische en politieke poblemen hun gevangenisstraffen niet geheel uitzitten. Als Samper al kan wijzen op successen, dan liggen ze vooral op een ander vlak. Mogelijk kan zijn offensief een zelfreinigend vermogen bewerkstelligen in de Co lombiaanse maatschappij, mits ook politie en justitie zich aan de spelregels van de rechtsstaat houden. In dat verband is het goed nieuws dat vier Cali-Ieiders zonder ook maar één pistoolschot zijn ingerekend. DEN HAAG TJABEL DALING Nieuwe voorzitter LSVb is Mike Riegel Elk jaar, op 1 juli, treedt een kersvers studentenbestuur aan, vijf mensen sterk. Dat is zo de ge woonte van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb)Met nieuw elan, nieuw enthousiasme, nieuwe energie beginnen zij aan hun strijdbare jaar. Mike Riegel (de achternaam met een Franse uitspraak) is de opvolger van Kysia Hekster; voorzitter, woordvoerder en gezicht van de bond. In een portret in de universi teitsbladen wordt Mike Riegel neergezet als actievoerder bij uitstek. Hij heeft zijn sporen verdiend als initiatiefnemer van AAP, het Amsterdams Actieplat form en meegedaan aan bezet tingen, demonstraties, betogin gen. Riegel vindt het niet erg. Zijn achtergrond betekent im mers toch niet dat de LSVb het roer plotseling heeft omgegooid en de onderhandelingstafel zou verlaten. Hij studeert economische ge schiedenis aan de Vrije Univer siteit in Amsterdam. „Ik ben niet zo'n snelle student als Ky sia", lacht hij. „Maar ik ben over de helft. Ik zit in het derde jaar van mijn studie en ben vijfde- jaars student. Ik heb er bewust voor gekozen actief te zijn en dus af en toe mijn studie te la ten zitten. Ik heb nu immers de kans dit te doen." Riegel kwam bij de LSVb terecht na de uit de hand gelopen stu dentendemonstratie van twee jaar geleden in Den Haag. „Bij die betoging vond ik gelijkge stemden. Maar na de rellen was mijn vertrouwen in de rechts staat meteen verdwenen. De weken er na kwam de bezin ning. De politieke nasleep van die demonstratie en de rellen was groot. En toch keurde de Tweede Kamer destijds het wetsontwerp goed." „Toen realiseerde ik me dat ac tievoeren alléén niet voldoende is. Ik voelde de moedeloosheid, de machteloosheid van zoveel jonge mensen. Wij kunnen im mers geen bedrijf platleggen, wij hebben alleen argumenten om te overtuigen." In zekere zin is de taak van de nieuwe voorzitter van de LSVb makkelijk. Zijn bedje is het af gelopen jaar gespreid. De ach terban is gemobiliseerd en de bond geniet brede steun van studenten. Hekster, de vorige voorzitter, heeft er mede voor gezorgd 'dat de LSVb nu een plek op de politieke landkaart heeft verworven', zoals Riegel het zelf uitdrukt. Hij krijgt een vaste plek aan de onderhande lingstafel bij minister Ritzen, naast de vertegenwoordiger van de universiteiten en die van de hogescholen. Riegel hoeft alleen maar op te komen voor de be langen van studenten. Toch ziet de LSVb-voorzitter óók donkere wolken samenpak ken aan de hemel. „Vorig jaar, toen het nieuwe kabinet zijn miljardenbezuiniging op het hoger onderwijs aankondigde, hadden we niets te verliezen. Nu hebben we successen bin nengehaald en heeft Ritzen vijf honderd miljoen bezuinigingen moeten inslikken. Dat geld moet straks toch ergens uit het hoger onderwijs vandaan ko men..." Betekenisvol zwijgt hij. Zo'n ne derlaag zal Ritzen vast geen tweede keer overkomen. „Ik heb een grote geldingsdrang. Mike Riegel. We blijven, met de macht der wanhoop, argumenten geven. Praten met beleidsmakers is wel degelijk van invloed. De resulta ten zijn niet wereldschokkend, maar ze hebben wel effect", is Riegels vaste overtuiging. Straks zal hij onderhandelen met de landelijke kopstukken. Spannend, erkent hij. „Als plaatselijke voorzitter in Am sterdam kreeg ik vragen en pro blemen van studenten voorge legd en die loste ik op. Nu moet ik met de minister praten en de resultaten daarvan moeten we maar afwachten. Zulke gesprek ken zijn van een abstract gehal te, waar je niet goed van wordt. Maar ik doe het niet alleen, we zijn met ons vijven om de stra tegie te bepalen." Het is tijd voor daden, vindt het nieuwe bestuur. Daden van de zijde van de instellingen en de politiek wel te verstaan. De be lofte om de kwaliteit van het hoger onderwijs te verbeteren, moet nu maar eens tot concrete maatregelen leiden. „Dat is ons doel voor dit jaar. En we willen bereiken dat de prestatiebeurs definitief niet doorgaat. We zul len alleen praten over inhoude lijke zaken. Over het invullen van bezuinigingen praten we niet", somt Riegel op. De medezeggenschap van stu denten, het voortbestaan van de Universiteitsraad waarin dat is geregeld, ligt deze week (weer) onder vuur. „Dat gekrakeel moet ophouden", zegt Riegel beslist. Vanzelfsprekend eisen de studenten dat 'inspraak ge waarborgd moet blijven', maar foto opd annette vlug de LSVb zoekt haar heil lager op de werkvloer: bij de opleidingen zelf. Studenten geschiedenis moeten invloed krijgen op hun eigen studie. En studies moeten inhoudelijk steeds opnieuw worden getoetst en aangepast. „Een universiteit of hogeschool is geen koekjesfabriek, maar een gemeenschap van studen ten, docenten en bestuurders die met elkaar communiceren. Een bedrijfsmatige aanpak al leen, zoals de politiek zo graag wil, werkt niet. Er is ook leven na het onderwijs: een baan, on derzoek, de eisen van de maat schappij. Wij vrezen de starre hoogleraar die zijn eigen onder wijs bepaalt." UTRECHT GERRY VAN UT Rel lllliK 'Alleen bruikbare tweedehands kleding en schoenen', staat er op veel inzamelbakken waar Nederlanders hun afgedragen goed heenbrengen. 'Het is voor de Derde Wereld, dat weet ie dereen. Maar wat weinigen zich realiseren, is dat die spullen uit eindelijk in de handel terecht komen en in diezelfde Derde Wereld duizenden textielarbei ders hun baan kosten. Jaarlijks worden er door Neder landse liefdadigheidsorganisa ties tienduizenden tonnen aan tweedehands kleding ingeza meld. Die kleren zijn voor de organisaties een bron van in komsten. Ze worden doorver kocht aan handelaars, die de spullen vervolgens met tienvou dige winst in landen als Zuid- Afrika, Zimbabwe, Zambia en Ghana slijten. De exacte omvang van de han del is niet duidelijk. Maar vol gens schattingen van het Inter nationaal Verbond van Vrije Vakverenigingen wordt in Duitsland jaarlijks al zo'n 300.000 ton kleren ingezameld, in Nederland zo'n 42.000 ton en in België 20.000 ton. Daarvan eindigt naar schatting de helft in winkels in Afrika. In 1995 werd in Zuid-Afrika voor 12,5 miljoen rand, een kleine 6,5 miljoen gulden aan tweedehands kleding inge voerd. Dat cijfer lijkt gering in vergelijking met de totale omzet van de textielindustrie, zo'n 4 miljard gulden. Maar het offi ciële invoercijfer is volgens Ste ven Hilhaas van de Nationale Textielfederatievermoedelijk veel te laag. De Zuidafrikaanse douane functioneert niet opti maal en veel kleding wordt vol gens hem binnengesmokkeld om de importbelasting te ont duiken. De verkoop van de tweehands kleren loopt meestal via illegale of halflegale straathandel. De vakbond van textielarbeiders Sactwu schat dat tweedehands kleding uit Europa en de Vere nigde Staten zo'n 20 procent van de totale Zuidafrikaanse markt inneemt. En daarmee zijn de kleren die Nederlanders goedwillend in de textielbak stoppen, er zeker ten dele voor verantwoordelijk dat in de afge lopen twee jaar in de Zuidafri kaanse textielsector zo'n, 15.000 iaak end van de in totaal 90.000 bai zijn verdwenen. Ongetwijfeld, erkent Hilha at)c gaat een deel van de klere er£( mensen die zich geen niei spullen kunnen veroorlovi is dat deel van de tweedeh £X' markt geen echte concurri Maar een deel wordt volgi ndh hem gewoon 'als nieuw' v ?crc kocht. Europese en Ameri uist se kleren zijn populair, nie e. C leen omdat ze goedkoop z 001 maar ook omdat veel Zuid ?gg' kanen ervan overtuigd ziji nde import beter is dan thuisg maakt. In Zuid-Afrika's buurlandt de situatie niet veel beter. r Zimbabwe zijn de laatste j zo'n 12.000 banen in de te verloren gegaan. Pogingei jni de Zimbabwaanse regerin ,nj de verkoop van tweedeha inv kleren aan banden te li zijn tot nu toe mislukt, on£n de meeste spullen worden smokkeld. Zambiaanse va den houden de Europese I dehands kleding rechtsstr »U verantwoordelijk voor het lies van negenduizend bai Maar Hilhaas erkent dat d tweedehands kleding zeketie als enige verantwoordelijk vo voor de problemen van de:rn Zuidafrikaanse textielindu !",ai He la lage produktiviteit en klac nc over de kwaliteit. Zeker sii delsovereenkomsten de in nl tarieven heeft verlaagd, ka ui; industrie de concurrentie :i bijvoorbeeld Azië niet mei >ef aan. Net als de industrieën in a£n Afrikaanse landen werd döaa Zuidafrikaanse textielbran gs jarenlang beschermd doo porttarieven, handelsrestr en bovendien ook nog eer door de boycot die de restjw-( de wereld tegen de aparth regering had ingesteld. Ni bescherming is weggevalli worden de bedrijven geco teerd met het probleem d H( net als hun collega's elder Afrika, niet bestand zijn te z de concurrentie van het b[,( land. Hergebruik van afgedankte kleding pakt voor de Derde Wereld ni tijd goed uit. foto STEVENHAGEN PE IHjfttnÊPlöljT VOOÊToezlcRT op WAlfTUfT PDL'TlEWEflG Troostmeisjes en dwangarbeiders blijven erkenning eisen De slachtoffers van Japans onmenselij ke praktijken tijdens de Tweede We reldoorlog hebben recht op compensa tie. Dat werd weer eens haarfijn uit de doeken gedaan op het congres over 'Seksslavernij en slavernij-achtige praktijken in de Tweede Wereldoorlog' dat de afgelopen dagen in Tokyo plaatsvond. Historici, juristen en vertegenwoordigers van de slachtoffers kwamen op voor de rechten van de gedwongen prostituées en dwangarbeiders die zich voor de Ja panse militairen lichamelijk en geestelijk kapot hebben gewerkt. Pijnlijk, maar o zo typerend was de afwezigheid van de 'aangeklaagde' partij. Vijftig jaar na de oorlog blijven de Japanse autoriteiten volharden in hun struisvogelpolitiek. Chong Un Mo, nu een 74-jarige Koreaan die in Japan woont, vertelde hoe hij als jongeman naar Japan werd getranspor teerd om daar in een kopermijn te wer- kep: „En of je nu werkte als een beest of niet, reden om te straffen vonden de Ja panners wel." Hij leeft nu op een magere bijstand in afwachting van compensatie. Het gaat de slachtoffers niet alleen om geld. Ze willen erkenning van hun lijden. Dat kan alleen wanneer de Japanse staat openlijk erkent verantwoordelijk te zijn voor het imperialistische, criminele ver leden. De slachtoffers willen dat de waarheid in de geschiedenisboekjes komt. Maar de waarheid wordt zorgvuldig ver borgen. De ministeries geven geen docu menten vrij uit de oorlogsjaren, waar door precieze details niet te achterhalen zijn. Japanse kinderen leren bijna niets over Japans rol in de Tweede Wereldoor log. Met name de Chinezen en Koreanen zit dit dwars. Zij eisen al jaren dat de schoolboeken, die het ministerie van cultuur censureert, worden aangepast. Ook onder de oudere generatie blijven velen hardnekkig vasthouden aan de on schuld van Japan. Een maand geleden nog beweerde oud-minister van buiten landse zaken, Michio Watanabe, dat Ko rea zich vrijwillig en in eigen belang heeft laten koloniseren. Twee jaar gele den moest de minister van defensie te rugtreden omdat hij had gezegd dat de massamoord in Nanjing (waarbij hon derdduizend Chinezen de dood vonden) een verzinsel was. De Japanse regering heeft lang ontkend dat de overheid iets met de gedwongen prostituées te maken had, hoewel oud premier Yashiro Nakasone al in 1978 in een boek schreef dat zijn divisie borde len opzette om te voorkomen dat zijn mannen gingen gokken en met onge wenste wouwen in aanraking kwamen. Uiteindelijk kon de Japanse historicus Yoshiaki Yoshimi in 1992 met documen ten aantonen dat de Japanse militaire re gering er een bewust beleid op nahield aangaande 'trooststations', zoals de bor delen in de documenten heten. De regering heeft dit inmiddels erkend en haar verontschuldigingen aangebo den. Ze zoekt sindsdien naar een 'diplo matieke' oplossing om de 'troostmeisjes' compensatie te geven. Afgelopen maand heeft de regering een fonds voor de troostmeisjes aangekondigd. De regering stelt geld beschikbaar voor medische verzorging. De privésector moet 'vrijwil lig' geld geven om de vrouwen 20.000 dollar compensatie uit te betalen. Alle partijen op het congres hebben dit fonds veroordeeld. De ex-seksslaven weigeren het geld zolang het niet van de Japanse regering komt. Want als de Ja panse staat niet betaalt, dan heeft ze ook niet aan haar morele en wettelijke ver plichtingen voldaan. Dat is althans het standpunt van de Koreaanse vrouwen, aldus professor Shin Hei Soo uit Zuid- Korea. De Zuidkoreaanse ex-sekslaven krijgen dan ook erkenning en financiële steun van hun eigen regering. Anders ligt het bij de Filipijnse gedwon gen prostituées. De meesten zijn arm en leven geïsoleerd, want hun eigen ge meenschap heeft hen uitgestoten omdat ze 'voor de Jappen hadden gewerkt'. Ve len van hen zijn blij met iedere vorm van verbetering in hun leefsituatie. „Het fonds slaat een wig in onze bewe ging", beweert Indai Sajor, vertegen woordigstervan de belangengroepering voor Filipijnse ex-seksslaven. Maar voor al is ze bang dat het een precedent cre- eert. „Wanneer de internationale ge meenschap het fonds aanvaardt, is het mogelijk dat men zich niet hoeft te hou den aan internationale conventies en ongestraft mensenrechten kan sch den", betoogt Sajor. „Het congres is een stap in een Ian campagne", verklaart Theo van professor internationaal recht aan Rijksuniversiteit Limburg. Hij heef opdracht van de Commissie voor l senrechten van de Verenigde Natii studie gedaan naar het recht op sc loosstelling, compensatie en rehab voor slachtoffers van grove overtre gen van mensenrechten. In zijn eindrapport geeft hij princij richtlijnen omtrent de rechten van slachtoffers. Met name de Japanse ring heeft tegen zijn tekst geprotesi want men ziet de financiële bui al gen. Mochten Van Bovens aanbevf gen algemeen aanvaard worden, d kunnen miljoenen mensen hun ha ophouden. Totnutoe hebben zo'n duizend vro uit Korea, China, de Filipijnen en land zich als ex-seksslaaf aangeme moeten er echter nog vele tienduiz zijn. Japan had 2,8 miljoen Korean voor dwangarbeid gerecruteerd en stens evenveel Chinezen. In Nedei en Groot-Brittannië vragen zo'n 6( oorlogsslachtoffers om compensai Japan. TOKYO «JUDITHSTALPERS CORRESPONDENT

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 2