Vrijheid doet Neoedatsjino geen goed
ZATERDAG 6 MEI 1995
In West-Siberië ligt het gehucht
Neoedatsjino (letterlijk vertaald:
'Geen Geluk'). Maar dat was in
september 1990 voor onze
correspondent Hans Geleijnse niet de
reden om het dorp te bezoeken.
Neoedatsjino wordt in meerderheid
bewoond door mennonieten,
doopsgezinden die afstammen van
drie eeuwen geleden uit Nederland
en Duitsland verdreven volgelingen
van de prediker Menno Simonsz.
Vijfjaar later, aan het einde van zijn
correspondentschap in Moskou, trok
Hans Geleijnse nogmaals naar
Neoedsatsjino, een dorp in een
wereldmacht in verval.
)e skyline van Neoedatsjino in West-Siberië.
FOTO'S GPD HANS GELEIJNSE
Siberisch dorp op zoek naar het geluk
De skyline van Neoedatsjino4)lijkl
gewijzigd. Naderend over de
modderige landweg van Ivanov-
ko, twintig kilometer, westelijker, steken drie,
vlak bij elkaar staande watertorens af tegen
de blauwe voorjaarshemel. Vijf jaar geleden
was Neoedatsjino aan de horizon herkenbaar
aan twee van die even hoge torens.
De derde kwam er nadat Michail Sergeje-
vitsj Gorbatsjov eind december 1990 de we
reld liet weten dat aan zijn bewind een einde
was gekomen. De Sovjetunie hield op met
bestaan, het communistische wereldrijk werd
een legpuzzel van onafhankelijke staten. Bo
ris Nikolajevitsj jeltsin beloofde het nieuwe
Rusland een gouden toekomst.
In Neoedatsjino hadden ze belangrijker za
ken aan het hoofd. Op 23 december 1990,
drie dagen voordat Gorbatsjov zijn strijd te
gen Jeltsin definitief opgaf, wérd de 35-jarige
Andrej Ivanovitsj Enns daar met gejuich ont
vangen. Hij, zoon van de voormalige voorzit
ter van de sovchoz (staatsboerderij), voorma
lig traktorbestuurder en voormalig partijse
cretaris, keerde op-verzoek van wijze man
nen terug naar zijn geboortedorp om een
nieuw tijdperk in te luiden.
In 1995 is Enns de ongekroonde koning
van Neoedatsjino. Dank zij hem, zeggen de
dorpelingen, staat Neoedatsjino nu op eigen
benen. In augustus 1991, toen het GKchP van
de dronkelap Janajev de wereld verraste met
een operette-achtige staatsgreep, was Neoe
datsjino in staat van oorlog met 'keizer' Alek-
sandr Proskoerin, de almachtige voorzitter
van de sovchoz Pervomajsk (Eerste Mei).
Proskoerin had sinds zijn aantreden in
1975 vanuit zijn thuisbasis in het 1900 inwo
ners tellende Pervomajsk de gelijknamige
Sovchoz weten uit te breiden tot vier dorpen,
waarvan Neoedatsjino als 'Eenheid nummer
drie' door het leven ging. Pervomajsk leed
echter al jaren verlies. En drie kilometer ver
der waren zij van Neoedatsjino het zat om
jaar in jaar uit veertig procent van alle
sovchoz-verdiensten in te brengen, zónder er
van Proskoerin veel voor terug te krijgen.
Problemen
Enns wist dankzij zijn connecties (pa had een
invloedrijke baan in Moskou) de strijd in het
voordeel van Neoedatsjino te beslechten. Ne-
doetsjino werd een zelfstandige sovchoz, en
kreeg 5300 hectare weide- en bouwgrond,
landbouwmachines, tien vrachtwagens en
twee koeiestallen toegewezen uit het bezit
van Pervomajsk.
Het nieuwe tijdperk leek aangebroken.
Enns vormde tijdens de privatiseringsgolf in
1992 de sovchoz om tot een Aktsionjernoje
Obtsjtsjestvo (aandeelheudersmaatschappij).
Maar de geschiedenis met de derde waterto
ren was een teken aan de wand.
Bij de bouw van de tweede, zo'n vijftien
jaar geleden, was het al goedkoper om de ou
de, in slechte staat verkerende toren te laten
staan. Het grootste nadeel ervan was dat de
hoogte niet toereikend was voor voldoende
druk op het water.
Dit euvel is echter met de twee nieuwere
niet verholpen. De oorzaak: voor de bouw
van de torens is steeds dezelfde hijskraan be
schikbaar. Die moet uit Omsk, 120 kilometer
westelijker, komen en is niet hoog genoeg.
,,Bij de bouw van de tweede was het pro
bleem om die kraan los te krijgen van de par
tijbazen in Omsk. Dat lukte Proskoerin dank
zij zijn contacten. Nu hebben we die niet
meer nodig, maar er is onvoldoende geld om
een hogere, uit Novosibirsk te laten komen.
Dus moesten we dezelfde uit Omsk huren",
vertelt Sergej Nazarov, verantwoordelijk voor
de veestapel - 400 koeien en 700 varkens -
van Neoedatsjino. Zo kan er veel en tegelijk
weinig veranderen.
Neoedatsjino bestaat uit vier straten, waar-
Voormalig partijsecretaris Vladimir Michailo-
vitsj Ledenjov tussen zijn bijenkorven.
langs zo'n tweehonderd lage boerenwonin
gen, opgetrokken uit steen en hout. De over
heersende geluiden zijn die van de natuur:
gekras van kraaien, blaffende honden, kraai
ende hanen en loeiende koeien. De Tsentral-
naja Oelitsa (hoofdstraat) is een kilometer
lang, wordt aan weerszijden omgeven door
wegens overvloedig smelt- en grondwater
buiten hun oevers getreden sloten en is ter
voorbereiding op toekomstige asfaltering be
dekt met een steenlaag.
Hinderlijk voor de onbeslagen paarden
(nog steeds een belangrijk vervoermiddel) en
voor de auto die, crisis ten spijt, ook hier ter
rein wint. „Het is hier nu nog lastiger rijden
dan vijf jaar geleden, toen de straat nog van
platgewalste aarde was", zegt Gerhard Neu
feld (57) en Oudste van een almaar slinkende
kudde van gelovige Mennonieten.
Dat slinken heeft niet alleen te maken met
de ook hier voortschrijdende secularisering.
De afgelopen vijf jaar hebben zo'n vijfhon
derd mensen de wijk genomen naar het land
van hun voorvaderen, Duitsland. Daar zijn
nieuwe mensen voor teruggekomen, maar
ten opzichte van 1990, toen Neoedatsjino 702
inwoners telde, van wie 690 etnisch Duits, is
de bevolking teruggelopen tot 572 mensen,
van wie er nog maar 400 etnische banden
met de Heimat hebben.
Gerhard mag de Here prijzen wanneer er
zondags bij het 'Aandagt' buiten zijn eigen
familie om nog twintig anderen met hem bij
bel en liederenbundel openslaan. Vijf jaar ge
leden waren dat er nog veertig. En het einde
is nog niet in zicht. Als een liefhebbende,
maar autoritaire kloek houdt hij het eigen ge
zin - vrouw, vijf dochters, vier zoons - in Ne
oedatsjino bijeen. Maar de haarscheuren
dreigen kloven te worden. Gerhard jr., met 32
jaar de oudste, wil zich bevrijden uit de al
twee jaar durende cirkel van beslissen, dan
twijfelen, piekeren, beslissing uitstellen en
opnieuw twijfelen. Het signaal staat nu op af
reis met vrouw en drie kinderen naar Duits
land.
Als Gerhard jr. gaat, vertrekt ook de 25-jari-
ge ongehuwde Sara. En haar 28-jarige zuster
Helena twijfelt eveneens, maar is afhankelijk
van de beslissing van echtgenoot Sasja, een
oorspronkelijk uit Kazachstan afkomstige
Wolga-Duitser die de moedertaal en het plat-
Duits dat de mennonieten spreken nog on
voldoende onder de knie heeft.
Vader Neufeld prijst Gorbatsjovs perestroj
ka, die in 1985 een definitief einde maakte
aan de communistische vervolging van alles
wat anders was. Maar het was ook perestroj
ka dat de planeconomie iri een chaos veran
derde, de deuren naar Duitsland opentrok,
en het sein gaf voor het nationalisme in Rus
land zelf en de voormalige Sovjet-republie
ken.
„Ja, de vrijheid kwam, maar bracht in Ne
oedatsjino weinig goeds", zegt Neufeld. Voor
hem is het belangrijkste dat het dorpsleven is
gebroken en nu zijn eigen familie uiteen
dreigt te vallen. Neufeld is daarom een vat
vol tegenstrijdigheden. Hij roemt de natuur,
de grootsheid van Siberië en dat je met heel
weinig toe kunt. Allemaal redenen om te blij
ven.
Tegelijk sombert hij over de chaos in het
land. de slechte economische perspektieven,
over de komst van de Russen naar Neoe
datsjino en die andere Duitsers, uit Kazach
stan, die geen plat-Duits praten en met wie
het dus moeilijker is gemeenschapszin te
kweken. Allemaal redenen om weg te gaan.
Maar in 1990 trokken de Neufelds nog ie
dere vrijdag naar de dorpsbanja voor de we
kelijkse wasbeurt. Nu gaan ze naar de eigen
banja die Gerhard jr. in zijn huis heeft ge
bouwd. Meer onder ons, want met al die
nieuwe gezichten was het in het badhuis niet
meer zo gezellig als voorheen.
Is het een wonder dat Konstantin Lengart,
17 jaar rijinstructeur in het achthonderd kilo
meter zuidelijker gelegen Semipalatinsk zich
ook na een jaar in Neoedatsjino nog steeds
'te gast' voelt. Lengart, afstammeling van
Wolga-Duitsers, heeft Kazachstan verlaten
omdat hij niet meer op kon tegen ge
schreeuw in de rij van Kazachen: „Je hebt
lang genoeg de baas gespeeld, donder maar
op naar je eigen land." Dus kwam Lengart
dankzij familierelaties naar Neoedatsjino en
werkt nu als landarbeider.
„We hebben het hier naar ons zin, het is
een rustig dorp, maar we trekken toch het
meest op met Duitse en Russische gezinnen
die ook uit Semipalatinsk naar hier zijn geko
men", zegt hij.
Sergej Nazarov, zelf een Rus en getrouwd
met een mennonitische, vindt dat de Duit
sers meer zouden moeten samenwerken:
„Die gelovigen zouden wat minder op elke
hoek hun anders-zijn moeten uitdragen. Hun
invloed in ons dorp zou veel groter zijn. Je
hebt hier doopsgezinden en baptisten die
nauwelijks met elkaar om gaan. En wat is het
verschil nu helemaal: doop door onderdom
peling of door een paar druppels water op
het voorhoofd."
Weg uit het verleden
De niet-gelovigen lijken zich gemakkelijker
door de woelingen van de geschiedenis te
worstelen. Partijsecretaris Vladimir Ledenjov
van sovchoz Pervomajsk schroefde in sep
tember 1991, toen Jeltsin de communistische
partij buiten de wet verklaarde, het bordje
'Partkom' van het partijgebouw, deed de
brandkast met belangwekkende documenten
op slot, wandelde het dorp uit, stak de Trans-
siberische spoorweg over en begon bijen te
houden op het veldje bij zijn datsja.
Ledenjov liet niet alleen dertig jaar partij-
verleden achter zich, maar ook zijn baan als
directeur en leraar aan de school van Pervo
majsk. Zijn vrouw verklaarde hem voor gek,
dreigde hem te verlaten, maar Ledenjov zette
door. „Mijn ziel opende zich bij de bijen",
zegt hij plechtstatig tijdens een wandeling
langs de korven van 35 bijenfamilies.
Helemaal vergeten is het verleden echter
niet. „In augustus 1*991 dacht ik al meteen:
dit is het einde van een wereldrijk, van een
macht die respect afdwong. En zo is het ge
gaan. Voor de arbeiders is het alleen maar
slechter geworden. Twintig jaar geleden, toen
ik uit liefhebberij bijen hield, verkocht ik de
honing en kon van die bijverdienste een auto
kopen. Daar staat-ie", zegt hij, wijzend op
een verroeste Moskvitsj. „Ik produceer nu
drie keer zoveel honing, maar een nieuwe
auto kopen kan niet."
Twee dorpelingen die hem assisteren blij
ken ook nog gezegend met geloof in het
communistische heil. Alles wat slecfit gaat in
Rusland is te wijten aan 'die ene meneer Gor-
bajeltsev', die het goede van het land uitver
kocht aan het begerige kapitalistische buiten
land.
Ledenjov zegt ook 'met vrijwillig pensioen'
te zijn gegaan omdat de kwaliteit van het on
derwijs achteruit holde. „Minder aandacht
voor de mens, meer voor wat er aan de muur
moest hangenverduidelijkt hij. Maar Le-
denjovs voormalige ondergeschikte en thans
directrice, de dertigjarige blonde Natalja Le-
vtsjenko, is het daar niet mee eens. Eind 1991
rolde ze met een zucht van opluchting alle
posters van Lenin en belangrijke politbu-
reauleden op en borg ze met alle 'ideologi
sche boeken' in de kast. Soms haalt ze er
eentje tevoorschijn, gewoon, om nog eens
hartelijk te kunnen lachen om die onzin.
Volgens Natalja is de kwaliteit van het on
derwijs in Neoedatsjino alleen maar vooruit
gegaan, ook al zijn de programma's moeilij
ker geworden. Maar de reden voor haar te
vredenheid wordt snel duidelijk. De staats
school van Neoedatsjino, met tien klassen
voor de leeftijdsgroep van zes tot zestien,
geeft bijna privé-onderwijs. Voor honder
dachttien leerlingen heeft ze liefst 21 leraren
in dienst.
Dit privilege is te danken aan de moeilijk
uitlegbare kronkels van de onveranderbare
Russische bureaucratie. In 1990 had de
school al zeventien leraren en waren er vol
gens 'het plan' vier vacatures. Die zijn alsnog
vervuld.
Lage plaats
Ten koste van wat? Levtsjenko vertelt dat een
leraar zo'n driehonderdduizend roebel (on-
geer 55 gulden) verdient met 16 uur lesgeven
per week. Dat is bijna het dubbele van het
maandloon van de meeste
arbeiders/aandeelhouders bij de AO 'Neoe
datsjino'. Voorzitter Enns zet namelijk de te
ring naar de nering. Neoedatsjino draait
goed, is de tweede van alle voormalige staats
boerderijen in de oblast Novosibirsk en
maakte vorig jaar 250 miljoen roebel winst.
Maar in de loonsector staat het dorp op de
twee na laagste plaats.
Enns legt in het blauw geschilderde kleine
houten gebouwtje waar de administratie is
gehuisvest uit, dat het niet anders kan. Er
moet nu eenmaal worden geherinvesteerd.
En dat is niet zijn enige zorg. Ook Enns vindt
dat Neoedatsjino door moet gaan met wat de
Duitse mennonieten opbouwden met niet-
roken, niet-drinken en hard werken. De eer
ste twee mogen nu, liefst met mate, maar
hard werken moet. En daarom dient Neoe
datsjino Duits te blijven.
jAlweer dankzij de mennonieten en hun
Duitse achtergrond is Neoedatsjino gezegend
boven de omringende dorpen. Enns krijgt
hulp van de Gesellschaft für Technische
Zusammenarbeit (GTZ), een Duitse over
heidsinstelling die een soort ontwikkelings
hulp bedrijft die de naar Duitsland terugke
rende stroom etnische Duitsers uit de voor
malige Sovjetunie moet indammen.
In de praktijk betekent dit dat de vrijgeko
men huizen van naar Duitsland vertrokken
dorpelingen door Enns worden toegewezen
aan etnische Duitsers die als gevolg van het
opgekomen nationalisme in Kazachstan hun
toevlucht in Rusland zoeken. Die nieuwelin
gen, nakomelingen van Wolga-Duitsers die
in de oorlog door Stalin naar Kazachstan
werden gedeporteerd, spreken weliswaar
nauwelijks Duits en zeker niet het mennonie-
tische plat-Duits, maar het blijven Duitsers.
En zolang hun aantal op een redelijk niveau
blijft, zorgt de GTZ voor hulp.
„We moeten natuurlijk wel in de gaten
houden dat belastinggeld wordt besteed voor
de bestemde doelen", zegt de Duitse land
bouwdeskundige Hermann, die toevallig net
op 'inspectiebezoek' komt. De hoogblonde
Duitser, met zonnebril en trendy rap-capu-
chon aan het trainingsjack, zegt dat Neoe
datsjino van alle dorpen die hij in de provin
cie Novosibirsk onder zijn hoede heeft, de
meeste perspectieven biedt.
Onveranderbaar
„Er is hier kennis, een goed management, en
harde werkers", stelt Hermann tevreden vast.
In vijf jaar tijd is er een worstfabriek geko
men, een nieuwe graanopslagplaats, nadert
een klein hotel met sauna en zwembad voor
al het buitenlands bezoek zijn voltooiing, en
straks zal de eerste zonnebloemolie uit een
pers komen.
Maar veel lijkt onveranderbaar. .Zeventig
procent van de gezichten in de lokale bestu
ren zijn nog hetzelfde. Zij houden veel tegen,
bepalen in feite hoe er wordt geleefd", zegt
Enns. De produktie van de worstfabriek gaat
dus behalve naar de dorpelingen voorname
lijk naar allerlei soorten chefs uit het district.
'Blat' (contacten) moet je namelijk houden,
en voor wat hoort wat.
De 'Duitsers' van Neoedatsjino zijn in dat
opzicht meer gerussificeerd dan ze denken.
„Je moet nooit tegen de wind in spugen",
zegt Gerhard Neufelds ten antwoord op de
vraag hoe het kan dat een slechte sovchoz-
voorzitter als Proskoerin nog steeds op zijn
stoel zit, ook al blijft zijn bedrijf verlies lijden.
Met andere woorden: tegen de macht valt
niet op te tornen.
Misschien sluit het Duitse gevoel voor hië
rarchie goed aan bij de Russische onderwor
penheid aan 'de leider'. Enns wordt 'aanbe
den', zijn energie geprezen, hij neemt alle be
slissingen, hij bepaalt de lonen, hij maakt uit
wie zich als certificaathouder mag aansluiten
bij de 'AO Neoedatsjino.
Zoals het ook volstrekt normaal wordt ge
vonden dat de vader in het gezin bepaalt wat
er gebeurt. Sara Neufeld werd twee jaar gele
den door pa en zoons weggehaald uit Omsk,
waar ze een bakkersopleiding volgde en een
eigen woninkje had gevonden. „Te gevaarlijk
voor haar in die stad", zo werd geoordeeld.
Sara legde zich mokkend neer maar weigert
vooralsnog toe te geven aan de aandrang van
vooral pa en broers om nu eindelijk eens te
trouwen.
Sergej Nazarov, de voor de veestapel van Neo-
datsjinko verantwoordelijke man.