Aanval op transfersysteem D 'Catastrofe voor het voetbal' Het gezin als hoeksteen ZATERDAG 22 APRIL 1995 Als een timmerman of een journalist in een ander land werk krijgt aangeboden, kan hij moeiteloos zijn boeltje pakken en daar aan de slag gaan. foto gpi ge dk Belgische ex-prof brengt voetbalwereld in het nauw ij de Europese voetbalunie (UEFA) heeft men slapeloze nachten 'van de rechtszaak die Jean-Marc Bosman, de Belgische inmid dels werkloze profvoetballer, heeft aange spannen. Op 20 juni dient in het Europese hof van justitie in Luxemburg de alles beslis sende zaak tegen de Belgische voetbalbond en Bosmans vroegere werkgever Club Luik. Wint Bosman, dan ligt in heel Europa het transfersysteem op zijn gat. Dan is iedere profvoetballer van Gascoigne tot Gullit en van Kluivert tot Klinsmann aan het eind van zijn contract transfervrij. De kantoren van de UEFA en de FIFA zul len op hun grondvesten schudden, de Berlus coni's en de Van Praagen zullen van ellénde niet meer weten hoe zij hun miljoeneninves teringen moeten verantwoorden of hoe zij hun zorgzaam opgeleide spelers kunnen be houden. De stapel dossiers in de 'affaire' Bosman is inmiddels vele meters dik. Alleen de zeer in gewijden begrijpen nog hoe de vork in de steel zit. Zoals mr. Jimmy Jansen van Raay, de oprichter van de Nederlandse spelersvak bond WCS en voormalig president van de internationale spelersvakbond Fifpro. Jansen van Raay was de man die de zaak Bosman in Europa aan het rollen bracht en persoonlijk Jacques Delors, de hoogste baas van het Eu ropese parlement, op de hoogte bracht van de misstanden in het profvoetbal. De Neder lander wachtte jarenlang op een speler als Jean-Marc Bosman, die het aandurfde via de wet zijn gelijk te halen. Minimaal inkomen Het verhaal van Bosman in een notedop: In 1990 kreeg de middenvelder van Club Luik te horen dat hij na afloop van zijn con tract mocht uitkijken naar een nieuwe club. Als hij in Luik wilde blijven, moest hij genoe gen nemen met een minimaal inkomen. Bos man ging zelf op zoek naar een nieuwe werk gever en vond die in Frankrijk. Duinkerken wilde Bosman voor een jaar huren en hem daarna kopen. Club Luik eiste op het laatste moment een bedrag van vier ton, dat door de Fransen niet kon worden opgehoest. De transfer ging niet door en Bosman zat zonder werk. Bosman was boos. Zo boos, dat hij een ad vocaat in de arm nam. Hij vond dat hij recht op arbeid had en dat Club Luik hem niet mocht tegenhouden. Bij de rechter kreeg Bosman na zes maanden gelijk. Omdat Duin kerken toen al voorzien was, kwam de Belg bij de Franse club Saint Quentin terecht. Maar daar werd hem het leven zuur gemaakt door de UEFA, omdat hij het had aangedurfd de wetten van de Europese voetbaljungle te Zijn nieuwe werkgever werd zo onder druk gezet, dat men Bosman niet in dienst durfde te houden. Elke andere club in België of Hij heeft nooit een Europa Cup-finale gespeeld. Nooit een nationale prijs gewonnen of om andere reden in de schijnwerpers gestaan. In het rijtje Gullit, Van Basten, Matthaus of Baggio zal dus niemand hem scharen. Toch dreigt Jean-Marc Bosman een van de belangrijkste spelers in de geschiedenis van het betaalde voetbal te worden. Frankrijk, waar hij aanklopte voor een be scheiden contract, vertelde hem met het schaamrood op de kaken dat de Belgische voetbalbond en UEFA-bestuurders hem op de zwarte lijst hadden geplaatst. Bosman, geholpen door Janssen van Raay, liet zich niet in een hoek zetten en besloot zijn recht te halen. Na een gevecht met de al lerhoogste instanties justitie, de Belgische voetbalbond en het bijna onaantastbare voetbalbolwerk ÜEFA is het eind van de tunnel in zicht. Maar bijna vijf jaar procederen heeft zijn sporen nagelaten. Jean-Marc Bosman zit fi nancieel aan de grond, hij is werkeloos, is zijn vrouw en kind kwijtgeraakt en woont in een armzalige, tot slaapkamer omgebouwde ga rage onder het ouderlijk huis in België. Voet ballen doet hij nog slechts op amateurniveau bij Vise, een regionaal vierdeklassertje onder de rook van de industriestad Luik. Bosman wenst thuis de buitenlandse jour nalisten, tot wie de impact van zijn zaak langzaam maar zeker begint door te dringen, niet te ontvangen. In een lokale kroeg doet hij zijn verhaal. Aanvankelijk zonder emoties, maar aan het eind van zijn betoog zijn de tra nen bijna zichtbaar. Het valt ook niet mee om als armzalige prof halverwege je carrière alles op zij te zetten voor het belang van alle profvoetballers in Europa, zonder dat iemand zich om je bekommert. Bosman zegt geen revolutionair te zijn. „Voordat ik begon te procederen, had ik nog nooit een conflict met mijn werkgevers ge had. Ik heb ook nooit ergens problemen ver oorzaakt. Ik was een rustige, technische voet baller, die met heel veel plezier bij Club Luik speelde. Ik was tevreden met het contractje (40.000 gulden per jaar, red.) dat ik had." Spijt heeft hij echter niet van van de drasti sche stappen die hij heeft genomen. Bosman: „Vanaf de eerste dag heb ik me gerealiseerd dat mijn zaak een regelrechte aanval op het transfersysteem zou zijn. Ik wist dat ik mij de woede van de UEFA, die dat transfersysteem al jaren angstvallig bewaakt en in stand houdt, op de hals zou halen. Vóór mij heeft nooit iemand geprobeerd of het lef gehad dit te doen." „Het is heel simpel eigenlijk", vervolgt Bos man. „Als een timmerman of een journalist in een ander land werk krijgt aangeboden, kan hij moeiteloos zijn boeltje palcken en daar aan de slag gaan. Binnen de Europese gemeenschap is het iedereen toegestaan het zelfde werk uit te voeren. Behalve voetballers. Alleen omdat mijn beroep profvoetballer was, had ik niet de vrijheid óm ergens anders aan de slag te gaan. Alleen als er een gigan tisch bedrag aan transfergeld op tafel kwam. Dan was ik vrij om te gaan en te staan waar ik wilde. En dat is nog steeds zo. Ja, noem het de slavernij van de hedendaagse maatschap pij." „Mijn verhuizing naar Duinkerken ging al leen vanwege dat vermaledijde transfersys teem niet door. Begrijpt u? Ik werd uiteinde- Constant Vandenstock, voorzitter van An- derlecht, noemt de actie van Jean-Marc Bosman een catastrofe voor het nationale en internationale voetbal. Vandenstock: „Het is een zaak die bij een clubje in België is begonnen, maar nu effect gaat hebben op de totale ontwikkeling van het voetbal in al le Europese landen. De afschaffing van het transfersysteem wordt als het mes op de keel van heel veel grote clubs gezien. Clubs als Ajax en Anderlecht zijn wereldberoemd vanwege hun jeugdopleiding. Wij investe ren miljoenen in het opleiden van jonge ta lenten. Als daarvoor geen transferbedragen mogen worden gevraagd, begrijpt men niet hoe een professionele voetbalclub kan be staan en moet worden geleid. Want het is belachelijk als anderen voor niets van onze inspannin'gen kunnen profiteren." „De mensen die het transfersysteem wil len afschaffen, begrijpen niets van voetbal. Waarom zouden we nog jonge spelers op leiden, huisvesting bieden en begeleiden op school, als ze overal aan de slag kunnen op het moment dat ze 18 jaar zijn? Bij An derlecht hebben we 27 jeugdelftallen, die kunnen we net zo goed opdoeken." lijk werkeloos, omdat ik op een zwarte lijst; bleek te staan. Ik werd geboycot vanaf de dag dat ik de Belgische voetbalbond, die werd ge steund door de UEFA, voor de rechter sleep te. Bij de KBVB haat men mij, omdat ik de heren op alle fronten heb verslagen. Een rechter in Brussel oordeelde dat de bond en Club Luik fout zaten vanwege artikel 48 in de Europese wet. Daarin staat dat er binnen de lidstaten een vrij verkeer van werknemers moet zijn." Jean-Marc Bosman kon met zijn karige sa laris onmogelijk de astronomische bedragen op tafel leggen, die in de afgelopen vier jaar gemoeid waren met de vele processen die hij voerde. „Mijn strijd tegen de UEFA en de Bel gische bond heeft me verschrikkelijk veel geld gekost. Ik heb wat donaties ontvangen van de vakbonden in Engeland, Frankrijk en Nederland. Maar het was niet voldoende. Ja, er zijn momenten geweest dat ik eraan heb gedacht om te stoppen. Ach, ik had een gezin om voor te zorgen. Mijn vrouw en kind moesten eten en gekleed worden. Zo simpel was het. De hele situatie veroorzaakte grote sociale problemen. Mijn vrouw kon er niet meer tegen. Ik was werkeloos, was het zwarte schaap van het betaalde voetbal en had geen enkele toekomst. Zij is van mij weggegaan..." Afkopen Via relaties van de KBVB, die weer gevoed werd door UEFA, is herhaaldelijk geprobeerd hem af te kopen. Afgelopen maand nog kreeg werd hem een bedrag van bijna acht ton aan geboden, als hij zijn rechtszaak bij het Eu ropese hof in Luxemburg zou staken. Dat be drag komt overeen met de kosten van advo caten, die hij in de afgelopen jaren nodig heeft gehad. Spelersvakbonden in diverse landen hebben er bij hem op aangedrongen niet toe te happen. Bosman: „Ik geef de strijd nu niet meer op. Maar ik heb wel duidelijk gemaakt dat ik meer financiële steun nodig heb. Als ik nu zou stoppen is alles voor niets geweest. Dan zou men weer van vooraf aan kunnen begin nen en zou men bij de UEFA zijn zin hebben en mij uitlachen. Ik ga door, dit is een princi piële zaak geworden. De steun van collega's is bedroevend ge weest. „In heel Europa hebben slechts twee spelers mij ondersteund. Jean-Francois Sart van Anderlecht en Pattrick Aussems, een goe de vriend van mij. Met hen heb ik regelmatig contact, zij blijven me ook motiveren. Alle andere spelers, vooral in mijn eigen land, zijn bang. Ze weten dat ze in de problemen kun nen komen, als ze het in de media of in het openbaar voor mij opnemen. Maar ik hoop wel dat zij zich realiseren dat ik dit ook voor hen doe. Als ik deze zaak win, en winnen doe ik 'm zeker, betekent het een revolutie in het internationale profvoetbal. De klap zal net zo groot zijn als het vallen van de Berlijnse Een van onze grootste angsten is om alleen, i heid en zonder v moeten sterven en ten grave te worden gedragen. Maar wat is er eigenlijk nieuw aan deze consta teringen? Weinig natuurlijk, be halve dan dat ze haaks staan op de veel gehoorde bewering dat het gezin niet langer de hoek steen van de samenleving is of zijn, i i dat v Denkwijzer Voor verreweg de meesten van ons, in welke uithoek van de aarde we ook wonen, geldt dat we een groot deel van ons leven lid van een gezin zijn. We worden vrijwel alle maal in een gezin geboren en als we dat na een aantal ja ren weer verlaten, is het meestal om na kortere of langere tijd zelf een gezin te vormen. Bovendien koesteren we de hoop, of we dat nou openlijk toegeven of niet, om dit le ven temidden van gezins- of familieleden vaarwel te kun nen zeggen. het 'inschakelen' van sympathie afhankelijk is van ons voorstel- lings- of inlevingsvermogen, heeft de natuur - heel wijs - de meesten van ons met een vrijwel grenzeloos voorstellingsvermo gen uitgerust. Onze verbeel dingskracht is zo groot dat we niet alleen zonder veel moeite het verdriet kunnen 'sympathise ren' van een huilende baby, maar bijvoorbeeld ook van de actrice in The Bold and The Be autiful' die op het punt staat ver laten te worden door haar part ner, of van de pijn van poes die net op straat is aangereden. Er is volgens Wilson op basis van het beschikbare onderzoek reden om aan te nemen dat de mate waarin wij accuraat met de ge voelens van anderen sympathi seren, samen hangt met de mate waarin we genetisch, dus wat be treft onze erfelijke uitrusting, op elkaar lijken. Hoe meer we wat betreft erfelijke uitrusting op el kaar lijken, hoe beter we in staat zijn elkaar reactiepatronen en belevingen (die immers tenmin ste voor een deel erfelijk bepaald zijn) kunnen voor spellen en 'mee-beleven'. Zo blijkt uit on derzoek van een eiige en twee- eiige tweelingen, dat de eerste groep bij het oplossen van be paalde problemen elkaar beter emotioneel steunt en sneller tot een oplossing van die problemen komt dan de tweede. Dat verschil blijkt onafhankelijk te zijn van leeftijd, geslacht of intelligentie. Als sympathie gemakkelijker is tussen mensen die elkaar (ge netisch) nader staan, en als sym pathie inderdaad een belangrijke factor van een gezonde psychi sche ontwikkeling is, onder an dere omdat sympathie bij de op voeder de ontwikkeling van sym pathie bij het kind stimuleert, dan ligt - aldus Wilson - een hele 'hete' conclusie voor de hand. Die conclusie is dat kinderen, even afgezien van bijzondere omstandigheden, beter door hun biologische ouders, of in ieder geval door personen waarmee ze een duidelijke genetische ver wantschap hebben, kunnen wor den opgevoed dan door perso nen waarmee ze op dit punt wei nig of geen verwantschap heb ben. Ik heb een zekere aarzeling om die conclusie zomaar te aan vaarden, hoewel ze naar mijn mening uitvoerig onderzoek meer dan waard is. Want zoals de schrijver G.K. Chesterton ooit terecht heeft opgemerkt: „We le ren om te gaan met de mensen van deze wereld omdat we leren om te gaan met de leden van ons gezin. Het gezin is een gezonde instelling omdat het zoveel uit eenlopende ervaringen en zoveel variëteit omvat. Het is ...als een klein koninkrijk, en zoals de meeste andere kleine koninkrij ken verkeert het meestal in een toestand die op anarchie lijkt.... Tante Liesbeth is onredelijk, zoals de mensheid. Papa is prik kelbaar, zoals de mensheid. Onze jongste broer is ondeugend, zoals de mensheid. Opa is stom, zoals de wereld: hij is oud, zoals de wereld. Zij die het gezin ont vluchten, ontvluchten de wereld; zonder de genegenheid, de sym pathie, het gelazer, de uitdagin gen van de eerste, zijn ze on voorbereid op beproevingen, oordelen en eisen van de laatste." Blijkbaar, zo lijkt hij te suggereren, is de sympathie van het gezin de hoeksteen van een sympathieke samenleving. En wie weet moeten we over een x- aantal jaren concluderen dat het biologisch intacte gezin inder daad de meest sympathieke op lossing is. In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht (en ook nog al tijd beweerd door een bepaalde stroming in de psychologie, het zogenaamde behaviorisme) leidt zo'n 'sympathieke' reactie niet, ook niet als deze binnen korte tijd wordt herhaald, tot vererge ring van het huilgedrag van het kind, 'verwenning' of grotere af hankelijkheid. Sympathie leidt tot een toename van vertrouwen en zelfvertrouwen, en daarmee i zelfstandigheid. regelgeving het gezin niet hoort voor te trekken. Nog altijd is er een groot aantal mensen, ook geleerden, dat be weert dat het gezin zoals wij dat nu kennen - met de daarbij be horende liefde en zorg van ou ders voor kinderen - een moder ne uitvinding is. Onze voorou ders zouden zich volgens deze opvatting weinig of niets aan hun kinderen gelegen hebben la ten liggen. En in zogenaamde primitieve samenlevingen zou den zaken als kindermoord, kin dermishandeling en verwaarlo zing eerder regel dan uitzonde ring zijn geweest. Nog in 1974 verscheen er een boek van de hand van de wetenschapper Lloyd de Mause onder de titel 'De Geschiedenis van de Kinder tijd', waarin letterlijk wordt ge zegd dat de geschiedenis van de opvoeding van kinderen 'een nachtmerrie is waaruit we pas sinds kort aan het ontwaken zijn'. Maar mijn conclusie uit de literatuur op dit gebied is, dat dit niet alleen een onjuiste bewering is, maar ook een die uitermate onheus is ten opzichte van het grootste deel van de ouders uit vroeger tijden. Aftders gezegd: het is een universeel kenmerk van de mens van alle tijden om eigen kinderen lief te hebben en te verzorgen, ongeacht de vraag of daar later, als die kinderen zelf volwassen zijn en daartoe in staat zijn, iets voor terugkomt. Dat laatste is een heel belang rijk punt. Veel ouderparen meten hun of andermans succes als opvoeders af aan de mate waarin hun kind als volwassene in hen geïnteresseerd is, contact blijft onderhouden en bij tijd en wijle steun verleent. Een ouder paar dat intensief contact heeft met eigen kind (eren) denkt vaak van een ouderpaar dat zo'n con tact niet heeft, dat er met hen als ouders vermoedelijk 'iets mis is'. Natuurlijk kan dat wel eens het geval zijn, maar in zijn alge meenheid gesproken is zo'n oor deel wreed en onrechtvaardig. Opvoeding, zo laat de geschiede nis zien, is vaak een eenrich- tingsinvestering, die ook heel goed kan zijn geweest als er niets voor terugkomt. Het is juist dit universele ken merk van de mens, om belang te hechten aan en te investeren in het geluk en de voorspoed van eigen kinderen. Ook al komt daar niets meer voor terug dan enkel de mogelijkheid om daar van een afstand getuige van te zijn. Dat de basis of de hoeksteen vormt waarop ook betrokkenheid of so lidariteit met het lot van anderen (van niet familie-leden, en zelfs van vreemden) berust. Gemeen schappelijk aan beide vormen van betrokkenheid - die op kin deren en op anderen - is een psychologische houding die ver bazingwekkend weinig weten schappelijke aandacht heeft ge had, maar waarvan we allemaal intuïtief aanvoelen dat die van wezenlijk belang is voor de rela ties tussen mensen, zowel bin nen gezinnen als in de samenle ving in breder verband. Dat ken merk laat zich, zoals de psycho loog James Wilson dat doet in zijn boek 'The Moral Sense' (Het Morele Zintuig), het best be schrijven met het woord sympa thie. Sympathie is het vermogen van de mens om zich te laten be- invloeden door de gevoelens en ervaringen van anderen. Sympa thie is ee gelijk zelfs de grondstof van de liefdevolle op voeding van kinderen door hun ouders. Als een baby huilt, is het sympathie in deze zin die de moeder ertoe brengt het kind in haar armen te nemen en te pro beren het te troosten. Als een vriend huilt om het verlies van een dierbare, is het sympathie in deze zin die ons ertoe brengt hem in onze armen te nemen en te troosten. Maar omdat we niet kunnen weten, letterlijk gesproken, wat een ander precies voelt, moeten we afgaan op de innerlij ke voorstelling die we ons maken maken van wat die gevoelens waarschijnlijk zijn. Het is op ba sis van die innerlijke voorstelling dat we onze reactie kiezen. Om dat sympathie zo enorm belang rijk is voor de relaties, voor soli dariteit tussen mensen en omdat RENE DIEKSTRA hoogleraar klinische en gezondheidspsychologie

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 39