Boetzolder mag worden gesloopt 'Satanisme hoort niet bij Scum' 'Rotjood, rotjood, riepen ze mij na Randstad 'Het is leuk en het is traditie' Bewaardocument 'Katwijk, oorlog bevrijding' is het bewaardocument dat het Bevrijdingscomité Kat wijk vandaag officieel pre senteert. Het boek van 80 pa gina's schetst aan de hand van onder meer een histo risch overzicht, tien inter views en groot aantal foto's een beeld van de oorlogsja ren in de kustplaats. Dè basis van het boek, dat in de boek handel 24,90 gulden gaat kosten, vormt de afstudeer scriptie van Ronald Verheule. De interviews zijn gehouden door Dick van der Plas. Ver der bevat de uitgave een bij drage van ds. Z. de Graaf en gedichten van Katwijkse scholieren. Hierbij volgt, als een voorpublicatie, één van de interviews die in het boek is opgenomen. Niets staat de sloop van de Katwijkse boetzolder meer in de weg. De bestuursrechter van de Haagse rechtbank be paalde in een juridisch geschil dat de gemeente Katwijk op een juiste en zorgvuldige wijze besloot tot de afgifte van een sloopvergunning aan Van Rhijn Bouw BV. De Katwijkse bouwonderneming wil op de plek van Zuids traat 99 een nieuw gebouw neerzetten die aan de buiten zijde dezelfde sfeer oproept als de huidige boetzolder. Het nieuwe gebouw biedt ruimte aan zes appartemen ten. Een bouwvergunning moet overigens nog worden verleend. Tegen de afgifte van de sloop vergunning was door T. Jans- sens, R. van Duyn en W. Varke- visser - de laatste twee deden dat ook uit naam van Groen Links - beroep aangetekend. De bezwaren van Janssens en Groen Links werden door de rechter niet in behandeling ge nomen. Janssens woont 1400 meter van de boetzolder van daan zodat zijn belangen niet direct worden geschaad. De rechter meent voorts dat Groen Links haar doelstellingen via de politiek moet nastreven. Als di rect omwonenden kregen Van Duyn en Varkevisser wel een in houdelijk oordeel van de be stuursrechter. Bezwaar was vooral gemaakt omdat de boetzolder is opgeno men op de gemeentelijke mo numentenlijst. Ondanks die vermelding gaf het gemeente bestuur vorig jaar maart toe^ stemming voor de sloop van het pand. Onderzocht was of het gebouw dat vroeger werd ge bruikt voor het herstellen van visnetten en later onderdak bood aan kunstenaars en een begrafenisondernemer tot ap partementengebouw kon wor den verbouwd. Vanwege de slechte bouwkundige staat was dat niet mogelijk, oordeelde zelfs de monumentencommis sie. De bezwaarmakers hadden graag gezien dat het pand een andere functie zou krijgen, na dat duidelijk werd dat het niet tot appartementencomplex kon worden verbouwd. De bestuursrechter meent echter dat de belangen door de gemeente Katwijk juist en zorg vuldig zijn afgewogen. Vooral ook omdat de gemeente als voorwaarde heeft gesteld dat pas met de sloop wordt begon nen als een bouwvergunning is afgegeven. Daarvoor zal Van Rhijn Bouw wel een nieuwe aanvraag in moeten dienen. Op een verzoek om het laatste bouwplan aan te passen werd binnen de voorgeschreven ter mijn van dertien weken niet ge reageerd. Wie het afgelopen weekeinde een dagje naar de bollen ging, heeft ze vast zien staan: de jon gens en meisjes achter hun em mers met bloemen langs de kant van de weg. Als volleerde kooplieden brengen zij hun waar aan de man. Ze hebben er lol in en willen niets anders doen. „Het is gewoon traditie en bovendien hartstikke leuk." Langs de Zilkerduinweg in Noordwijkerhout staat Arjan Teeuwen (15) met tulpen en narcissen. Als versterking heeft hij dit keer zijn broertjes Stefan (10) en Jasper (8) meegenomen. Zij krijgen een deel van de winst. Kleumend wachten ze op klanten. Arjan: „Het is vandaag al behoorlijk druk geweest. Met de paasdagen komen veel toe risten de bollenvelden bekijken. En die willen wat meenemen voor thuis." Grijnzend verteld hij dat ze al zo'n 250 gulden hebben omgezet. Arjan en zijn broertjes kopen de bloemen in bij hun vader. „M'n vader is zelf bloemenhan delaar. Hij neemt tulpen en nar cissen mee van de veiling. Wij verkopen ze. Maar mijn eigen bloemen zijn allang op. Een an dere bloemenhandelaar had een handeltje voor me. Voor de helft van de winst verkoop ik zijn bloemen." Veel last van de kou hebben Arjan en z'n broertjes niet. Zo lang er mensen komen blijft het leuk, een ander baantje hoeft hij dan ook niet. „Ik zou niks an ders willen doen. Ik heb een krantenwijk gehad maar daar vond ik niks an. Dit is prachtig joh! Ik ga er later m'n werk van maken. Dit jaar haal ik m'n MAVO-diploma en dan ga ik ge lijk naar de Tuinbouwschool in Aalsmeer." Een eindje verderop staan de zusjes Vivienne (21) en Iris (16) van Haaster. De toeristen ver dringen zich rond de emmers met tulpen. Over de prijs wordt niet gediscussieerd. Twee bos sen tulpen voor vijf piek, dat is dus vier voor een tientje. Er wordt gretig gekocht. Met rode handen van de kou rollen de zusjes de bossen tulpen in pa pier. Vivienne en Iris verkopen bloemen van hun vader. Zij krij gen samen honderd gulden per dag, maar ze doen het niet al leen voor het geld. Vivienne: „Het is gewoon traditie om in deze tijd van het jaar tulpen te verkopen. We doen dit al jaren. En het zakcentje is mooi mee genomen." Ze lachen hard om de vraag of ze geen ander baantje zou den willen hebben. Iets waar ze in elk geval warm zitten. „Het is nu inderdaad erg koud maar dat is niet altijd zo. We moeten er niet aan denken iets anders te doen. Het contact met de mensen die langskomen is zo leuk, je zou hier voor de lol ge woon zelf eens moeten gaan In Voorhout doen Yvonne (16), Jan (18), Helma (14), Frans (12) en Theo (9) van der Slot hetzelfde werk. In het weekend en als ze uit school komen, dui ken ze meteen het groene stal letje in dat voor hun huis staat. Het stalletje hebben ze zelf ge maakt. „Dan sta je tenminste lekker uit de wind." Yvonne: „De meeste bloemen hebben we zelf gekweekt. In de grond rond het huis hebben we in het najaar bollen gepoot. Nu verko pen we de bloemen." De vijf vinden het niet erg om hun vrije tijd te besteden aan de 'tulpenhandel'. „Het is maar voor een paar weekjes. Alleen in het hoogseizoen staan we hier. En het levert best wel wat op." Die dag hebben ze zo'n hon derd gulden winst gemaakt. Het geld verdelen ze. „Soms kopen we iets kleins. Maar eigenlijk zetten we alles op de bank. Voor later." KATWUK JOHAN ZWAAN In Katwijk ontstond de afgelo pen week flinke commotie rond .een vermeend optreden van de Amerikaanse death metal-band Deicide (letterlijk: Godsmoord) in het jongerencentrum Scum. Onder druk van de hervormde dominees en het gemeentebe stuur van de kustplaats besloot het jongerencentrum het con cert op het allerlaatste moment te annuleren. Wat de verdere gevolgen voor Scum zijn is nog niet duidelijk, maar veel men sen zien in de afgelasting weer een aanleiding om Katwijk als 'het achterlijke zwartekousen- dorp aan zee' te bestempelen. „Onzin", vindt dominee P.J. Stam. „Het protest is volkomen terecht. Als je iets over isla mieten zegt, valt iedereen er over. Maar kennelijk mag het christelijk geloof wel bespot worden. Van de ruim 50.000 mensen die in Katwijk, Valken burg en Rijnsburg wonen, zijn er zo'n 30.000 aangesloten bij een kerkgenootschap. Ik vind dat met die groep rekening ge houden moet worden." De Katwijkse dominee die, zoals hij zelf zegt, bekend staat als iemand die 'open staat voor allerlei zaken', zou zijn kinderen niet naar Scum laten gaan. Hij is zelf eens in discotheek Casa Cara geweest en is daar toen behoorlijk van geschrokken. „Ik zag daar kinderen van 12, 13 jaar die zo van de Amsterdamse wallen leken te komen. Bezoek Een bezoek aan Scum zou te zeer tegen zijn principes indrui sen. Toch stemt hij in eens te gaan kijken in het jongerencen trum aan de Noordduinseweg, dat door veel Katwijkers gezien wordt als een eigentijds 'Sodom en Gomorra'. „Ik wil wel eens weten wat die jongens ertoe drijft naar zo'n concert te gaan." Na een wat formele en onge makkelijke ontvangst in het kantoor van het jongerencen trum, doet de dominee waar voor hij is gekomen: kennis ma ken met de jongeren en even met ze praten, óók over het af gelaste optreden. De eerste ge sprekspartner wil zijn naam lie ver niet in de krant („dan moet ik dat hier allemaal weer uit gaan leggen"). Over de teksten van Deicide zijn de twee het snel eens, de 20-jarige jongen vindt ze ook absurd. Hij begrijpt daarom best dat de plaatselijke dominees tegen het optreden zijn, maar toch kun je volgens hem niet alles verbieden. Van andere bezoekers krijgt de do minee, die ondertussen een pijpje heeft opgestoken en een glaasje bier voor zich heeft staan, hetzelfde te horen. Ze kunnen de protestactie tegen het concert wel begrijpen, maar vinden anderzijds dat een ver bod te ver gaat. Ronald van der Plas (17) was van plan met een paar vrienden naar het optreden van de om streden formatie te gaan. De teksten interesseren hem niet, het gaat om de muziek. Zijn ou ders weten best dat hij daar heen gaat, hebben ook wel eens gevraagd waar dat allemaal voor nodig is, maar verbieden hem niets. „Drie jaar geleden heb ik Deicide ook gezien. Ik heb toen zelfs nog even met die zanger gesproken. Die is wel een beetje vreemd ja, maar dat is allemaal onderdeel van hun imago. Ik vind het wel een imponerende verschijning als die band zo op het podium staat." Met het verbod van de ge meente is hij het absoluut niet eens. „Christenen die er be zwaar tegen hebben, hoeven toch niet te komen. Hoe kun nen ze er dan door gekwetst worden?" Dominee Stam is het daar op zijn beurt niet mee eens. Zonder belerend over te komen, reageert hij: „Iets dat mij heel dierbaar is, wordt op die avond met de grond gelijk gemaakt en vertrapt. Dat raakt me in mijn hart, ook al ben ik niet aanwezig." Ronald kijkt even voor zich uit en denkt zichtbaar na. „Ja, daar zeg je wat." Voor zichzelf weet hij dat satanisme niet bij Scum hoort. Wat er dan wel bij Scum hoort, daarover verschillen in het kustdorp de meningen. Zelf komt ze er niet en ze kent ook geen vrienden die er komen. „Maar", zegt de 18-jarige C. van Duijn, „als ik aan Scum denk, dan denk ik aan een donkere ruimte waar veel drank en drugs worden gebruikt." Van Duijn vindt dat de band ma anders moet optreden. Noordwijk of zo, dat is veel ,'c ristischer, maar niet hier. wijk is een christelijk dorp, moeten ze rekening r den.'.' A.M. Hoek-Van der Plas, dewerkster van de kantin het Pieter Groen College, het vreselijk dat zulke ban haar dorp optreden. „Ik i aan de kinderen die er gev zijn dat ze èr angstig a den. Dat komt door die mtijdc De mensen die er naartoe vind ik trouwens over het meen asociaal." Dominee Stam vond dat lopen week nog wel meevc ïu Het jongerencentrum z avond dat hij op bezoek v 22.00 uur dicht gaan. Maai twee uur later trok de predi de deur achter zich dicht. A tijd sprak hij met bestuursli en bezoekers van Scum. Der. ge discussie vormde de 1 voor nieuw overleg tussen jongerencentrum en de meente. Zijn slotconclusie opmerkelijk: „Ik vond het tijds in de Casa Cara erger is meer een gewoon cafeC Dat had zijn voordelen. Maar als je vader van Katwijk naar Leiden moest lopen omdat hij als jood niet in de tram mocht, liet je jezelf natuurlijk ook niet rijden. Het heeft mijn moeder veel moeite gekost om ons die B-status te bezorgen. Op het Katwijkse raadhuis zaten veel foute ambtenaren die de aan vragen lang ophielden. Toen de oorlog uitbrak woon den we nog in Leiden. Later zijn we naar Katwijk verhuisd, naar een huisje achter de ijszaak. M'n moeder en ik hielden het bedrijfje draaiend. Als jood mocht mijn vader niet meer in de winkel staan. Het was zelfs zo erg dat wanneer hij een voet over de drempel zette, hij werd gearresteerd. Dat is ook een se agenten. Mijn vader hai w keer gebeurd, door een beruch- nietsvermoedend de deur te Katwijkse politieman. Het gedaan Hij dacht dat het d< de was nota bené een buurman die koper van 'Volk en Vadei d bij de NSB was, die hem toen was. Mijn opa en oma zaten w weer vrij kreeg. tafel te kaarten. Op hun pa i fels werden ze opgebracl 2i Als kind van een joodse vader herinner me nog goed hoe werd je overal geweerd. Er was de politie-auto werden gei no nog maar één restaurant, het en hoe ze wegreden. Dat I iie Zwaantje, waar ik welkom was. vergeet je nooit. Ik heb 5 Ik had wel heel veel steun van teruggezien, mijn vrienden van de Katwijkse Mijn vader wel, die slihn Reddings Brigade, waarvan ik erin om al tijdens de druk ic lid-was. Die hebben mij echt het Leidse station de beninh door een moeilijke tijd heen ge- nemen. Een paar maanden inj; sleept. Als ik weer eens ergens werd hij opnieuw opgepal lie werd geweigerd, stapten ze toen wel afgevoerd naai ;ro massaal mee de zaak uit. kamp in Havelte. Maar ook Als dochter van een joodse slaagde hij erin te on vader werd ik gepest bij het le- Net als mijn oom trouwens, t ven. Niet alleen in Katwijk, grootouders warén echter maar later ook in Leiden. Rot- naar Westerbork gebrach jood, rotjood, riepen ze. Er wa- hadden geen schijn van ren veel foute mensen. Toen het gebied waar ons Op een gegeven huis en Het winkeltje lag tot kreeg mijn vader de keu: je 'Sperrgebiet' werd verklaard, zich of te laten steriliseren fl eei moesten we net als veel andere nieuw te worden afgevoeri Katwijkers evacueren. Maar op koos voor sterilisatie. Dat n het huis dat ons in Oegstgeest gebeuren in het ziekejihui: was toegewezen, hing een groot de Plantage Middenlaan in plakkaat: 'Niet voor joden'. Er sterdam. Hij was nog maa zat niets anders op dan bij onze geopereerd of de Duitsers grootouders in Leiden in te den het hele ziekenhuis trekken, in een piepklein huisje Mijn. vader wist samei aan de Vollersgracht. We had- paar andere patiënten in den een luik in de grond ge- boom te klimmen en zich maakt waar mijn vader inkroop verborgen te houden, als er werd gewaarschuwd voor Hij had meer geluk dais een razzia. meeste van mijn andere fat Ondanks alle voorzorgen en leden. Er zijn er daarvan ii de steun van oplettende buren, 38 omgekomen: mijn gro 'tce' is mijn vader toch een paar keer ders, ooms, tantes, opgepakt. De eerste keer was nichten, tijdens de grote razzia Op 17 maart 1943, toen ook het Leidse Veel van die oorlogsher ig weeshuis is leeggehaald. Behal- ringen heb ik weggestop :oe ve mijn vader werden ook mijn weet alleen nog flarden. Ov< !at oom en mijn beide grootouders dere dingen zal ik nooit ku fit weggehaald, gewoon door Leid- praten." Bloemenverkopertjes doen goede zaken langs de kant van de weg „Mijn vader is altijd bang ge weest voor de Duitsers. Van vrienden in het buitenland hoorde hij veel verhalen over hoe er al aan het begin van de jaren dertig door hen tegen jo den werd opgetreden. Toen de Nederlandse regering in 1939 de mobilisatie afkondigde, lag ik met mijn been in het gips in de Anna-kliniek. Pa haalde me on middellijk naar huis. Bij de ca pitulatie zei hij: 'Jongens, het is gebeurd. Net als mijn twee zusjes werd Een van de foto's uit 'Katwijk, oorlog bevrijding': de omgeving van de Vuurbaak na de sloopwerkzaamheden voor de Atlantik-wall in 1943. Omijnetouedersnöffiet^^aange- foto»pr merkt als A-, maar als B-jood. 'Christenen hoeven toch niet te komen Iedereen kende hem als Arie Schelvis, van de ijszaak aan de Voorstraat. Een hartelijke mid denstander met een groot hart, die zijn tijd verdeelde tussen het winkeltje in Katwijk en zijn taxibedrijf in Leiden. Zijn ech te voornaam 'Aron' en zijn joodse komaf waren vóór het uitbreken van de oorlog niet interessant. Na de komst van de Duitse bezetter des te meer. Arie kreeg een gele ster op zijn jas en een 'J' in zijn persoons bewijs. Uit de meeste openbare gelegenheden werd hij ge weerd en hij mocht geen ge bruik meer maken van het openbaar vervoer. Ook zijn dochter Nelly Mijnders-Schel- vis (20 september 1925) kreeg daar mee te maken. Pas na een lang gevecht met de ambtelijke autoriteiten kreeg haar niet- joodse moeder het voor elkaar dat haar kinderen de ster niet meer hoefden te dragen. Haar relaas is dat van vele joodse oorlogskinderen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 12