'Ik kan meer dan alleen maar stoempen' Jenny Gal wil judoën, niet vechten Sport Van Geel definitief afgehaakt chterlijn ZATERDAG 1 APRIL 1995 21 Johan Museeuw kanshebber voor de Ronde van Vlaanderen ,,'t Is gekend meneer. Westvlamingen, dat zijn noeste werkers een geen diknekken." Patrick Lefevere en Johan Museeuw zijn twee Westvlamingen. De één is succesvol sportbestuurder, de ander succesvol renner. De één houdt vooral ook nog van kunst, de ander van zijn gezin. Ze zijn voor het derde jaar bij elkaar nu. Hun carrières houden gelijke tred. KORTRUK GOVERT VAN VEEN GPD-VERSLAGGEVER Het is de dinsdagavond voor De Ronde. Die ochtend is concur rent Van Hooydonck niet van start gegaan in de Driedaagse van de Panne. 'Ongesteldheid' beweert het zo verontrust lij kende kamp van Jan Raas. Lef evere en Museeuw denken er het hunne van. „Van Hooy donck ziek? Dat gelooft u toch niet? Als Edwig in vorm is moet hij nu eenmaal veel recupere ren. En geloof ons, Edwig is in vorm. Vorige week was hij zoge naamd ook ziek. Vervolgens wint hij de Brabantse Pijl." Museeuw zelf is in de eerste rit onder ijselijke weersomstan digheden zojuist op bijna 22 minuten gereden. Maar de ploegleiding van Mapei/GB maakt zich geen zorgen. Aller minst. „Hier mag Johan zich ge rust in de wielen steken." „Dat is nou de sterke kant van Patrick Lefevere," zou Johan Museeuw, na een snelle dou che, even later in de lobby van het Kortrijkse Kennedy-hotel beweren. „Hij geeft u rust, ver trouwen, en blijft altijd kalm. Hij gaat ook heel goed met zijn renners om, heeft veel contact. Dat is een eigenschap, dat heeft u, of dat heeft u niet. Met Jean- Luc Vandenbroucke (zijn vroe gere ploegleider bij Lotto-red), was geen contact mogelijk." Ideaal Lefevere op zijn beurt, prijst zijn oogappel eveneens in alle toon aarden. „Ze zeggen wel eens dat hij te bescheiden is, maar daar ga ik niet altijd mee akkoord. Wel heeft hij veel voor een an der over. Binnen de ploeg is dat ideaal. Zo maakt hij vrienden, en dat komt altijd terug. Als een renner die zesde staat op de we reldranglijst, zich gaat uitsloven voor een helper, dan gaat die helper de volgende morgen voor hem door het vuur." Want de wielerwereld zit vol verbonden en verbondjes. Dat van Lefevere en Museeuw (met Bomans, Leijsen, Peeters en Willems in diens spoor) is er een van. Dat van Lefevere en sponsorleverancier Noël Demeulenaere is een andere. Demeuleneare bracht Lefevere met de warenhuisketen GB in contact. Vervolgens ontstond de succesvolle combinatie met het Italiaanse MG. En toen MG het zonder de - overigens in een BV ondergebrachte - Belgische ren ners wilde doen, vonden Lef evere en Demeulenaere Mapei, dat co-sponsor Clas zag wegval len, als partner. Het resultaat was een Italiaans-Belgisch monsterverbond: een eerste plaats op de UCI-ploegenlijst, en de nummers één (Rominger) en zes (Museeuw) van de indi viduele wereldranking samen in een ploeg. Damesfiets Soms komen verbondjes ook niet helemaal uit de verf. Zoals die keer in Oslo, 'toen Johan wereldkampioen had kunnen zijn als Tchmile (vroegere ploegmakker, red.) wat coöpe ratiever zou zijn geweest'. Soms maakt ook Lefevere verkeerde keuzes. Zoals in Parijs-Roubaix vorig jaar toen hij zijn bescher melingen de Hel instuurde op een soort damesfiets met dub bele vering en met zwaardere tubes. Het werd een fiasco. De fiets van Museeuw bleek ach teraf op twee plaatsen te zijn gebroken. „Die hebben we snel weggestopt, om onze construc teurs voor de buitenwereld niet in verlegenheid te brengen. Maar dit doen we nooit meer." „Een volledige misrekening," geraakt ook Johan Museeuw zelf in een van zijn zeldzame kritische buien. „Straks, bij Pa rijs-Roubaix, doen we weer nor maal. Want vorig jaar waren we vergeten dat je op zestig kilo meter kasseien veel kunt win nen, maar op de 200 kilometer vlakke weg voordien, nog veel meer kunt verliezen." „Een fiets die gemaakt is voor de Hel, trapt twee procent zwaarder op macadam of as falt," weet ook Patrick Lefevere nu. „En twee procent op 200 ki lometer is vier kilometer. Die verlies je dus in de aanloop naar de kasseien. Dat betekent ach terstand of extra krachtinspan ning. Beide kunnen funest zijn." Slapeloos Maar voor De Hel, volgende week zondag, is er nu eerst De Ronde. Een Ronde van Vlaande ren, die Johan Museeuw al in '93, na een sprint met de nu af wezige Frans Maassen, eens heeft gewonnen. „Het is daar om dat ik dit seizoen liever Pa rijs-Roubaix op mijn palmares bijschrijf, dan nog een keer Vlaanderen. Maar ik ga hier toch m'n uiterste best doen. Vooral na vorig jaar, dat ik tweede werd achter Bugno. Ik heb er 's nachts niet van gesla pen. En dat gebeurt me anders nooit. Niet slapen van het fiet sen? Poeh, er zijn toch belang rijkere dingen. Maar toen, toen sliep ik niet. De eerste en enige keer in m'n carrière. Omdat ik zo kwaad was op mezelf. Kwaad dat ik zo'n fout had gemaakt, door het verkeerde wiel te kie zen." En weer was het Andrei Tchmile die, indirect, de oor zaak was voor Museeuws falen. De Belg gokte op de daden drang van de Moldaviër, bleef te lang in diens wiel zitten, en werd verrast door de aanval van Bugno, vanuitvierde positie. Samen met Maurizio Fon- driest is Johan Museeuw noch- thans de beste klassieke renner van de wereld van dit moment. Dat blijkt ook uit de wereld ranglijst. Degenen die boven de twee staan geplaatst, dat zijn de specifieke ronderenners. Vedette Daarom ook koestert België zijn vedette. Al is er tegelijk ook een spoor van kritiek. 'Johan Mu seeuw? Dat is een topper. Alleen wint hij zo weinig. Te weinig'. Als Museeuw niet opppast, dan krijgt hij nog een stempel, het stempel van de schlemiel. En wéér neemt Patrick Lef evere zijn pupil in bescherming. „Men heeft toch een verkeerd beeld van Museeuw. Ze zeggen dat hij een twijfelaar is, maar zo'n jongen als Sörensen bij voorbeeld, als die in de finale vooruit zit, dan roept hij con stant de wagen naarvoren. Jo han doet dat veel minder. Men vindt het nog steeds evident dat TILBURG ANP Martin van Geel zet met onmid dellijke ingang een punt achter zijn voetballoopbaan. De 34-ja- rige middenvelder van Willem II zou zijn actieve carrière aan vankelijk aan het einde van het seizoen beëindigen, maar hij kan zijn werk als technisch manager van de club niet meer combineren met de dagelijkse trainingen. „Het werk als technisch manager kost zoveel tijd, dat er van trainen weining meer te recht komt", aldus Van Geel. „Op 10 april beginnen de con tractbesprekingen. Die moet ik als techisch manager gaan doen en dat is moeilijk als ik dagelijks tussen de jongens op het veld sta." In achttien jaar betaald voet bal speelde Van Geel 426 com petitiewedstrijden voor Willem II, Ajax, Roda JC, Feyenoord en weer Willem II. Bij de officiële opening van het nieuwe stadion van de Tilburgse club op 31 mei speelt de middenvelder zijn af- scheidswedstrijd. Dienstverlening voor Cantona LONDEN AP Een Brits hof van beroep heeft vrijdag de gevangenisstraf van twee weken waartoe voetballer Eric Cantona onlangs werd ver oordeeld wegens het schoppen van een toeschouwer omgezet in 120 uur dienstverlening. Fans van Manchester United, de club van Cantona, juichten en barstten in tranen uit toen de rechter zijn uitspraak deed. De rechter zei te hopen dat Cantona zich dienstbaar kan maken aan de gemeenschap door 'jonge mensen te helpen die professionele voetballers willen worden en anderen, die het spel alleen voor het plezier spelen'. Cantona was, nadat hij op 25 januari tijdens de wedstrijd te gen Crystal Palce uit het veld was gestuurd, met twee benen vooruil over de reclameborden gesprongen om een kung-fu- trap uit te delen aan een toe schouwer, die zelf elf tribune- treden naar beneden was geko men om de Fransman te jen nen. Johan Museeuw: „Ik win liever Parijs-Roubaix dan de Ronde van Vlaanderen nog een keer. foto cpd hij de spurt wint. Maar dat is niet evident, geenszins. Men moet een ding niet vergeten: Jo han is niet meer bereid om met een ticket op zijn voorhoofd naar de streep te sprinten." „Ik knijp nu te veel in mijn remmen om een massasprint nog te kunnen winnen," erkent Johan Museeuw zelf ook. „Vroe ger liet ik het gerust op een spurt aankomen, nu niet. Twee jaar geleden veranderde ik m'n taktiek. Liever laat ik het niet meer op een massasprint aan komen. Daarom rij ik in de koers aanvallender. Dat ze me viseren (Museeuw bedoelt: op me letten-red) dat is logisch. Er zijn ook renners die ik viseer, zondag ook. Het gaat me niet meer om de hoeveelheid over winningen (vorig jaar waren dat er negen, nu al twee-red), het gaat me nu veel eerder om de kwaliteit van de triomf. Ik win liever één mooie wedstrijd, dan twintig kleine koersen. Ze zeg gen dat ik een stoemper ben, een Flandrien, maar ik kan méér." Gold Race Het is gemakkelijk om de woor den van Museeuw met praktijk voorbeelden te onderstrepen. Dat hij ook op de 'gladdere' en geaccidenteerde parkoersen tot zijn recht komt, bewezen zijn overwinningen in wereldbeker wedstrijden als Zürich en de Gold Race. In beide koersen wetd hij trouwens ook al eens tweede. „Behalve de Ronde van l.ombardije, liggen alle klassie kers binnen het bereik van mijn mogelijkheden. Al zal ik nooit de palmares van Merckx, De Vlaeminck of Maertens kunnen overleggen. Maar de tijden van toen en nu zijn niet meer te ver gelijken." Want het zijn nu de tijden van de Italianen. „Je kunt er zo twintig opnoemen die Vlaande ren kunnen winnen, en dan heb je ze nog niet allemaal. Bij de Hollanders zie ik niks, bij de Belgen verder enkel nog Van Hooydonck. Maar als ik niet win, dan liever nog een Italiaan uit mijn ploeg dan hij natuur lijk. Dat is logisch. Ik ben zon dag niet de enige beschermde renner van Mapei. Bortolami en Ballerini zijn de andere kop mannen. De druk wordt ver deeld. Wij zijn een team, gelijk Het Volk (waar Ballerini won, red.) wel heeft bewezen." Impulsen De nieuwe combinatie gaf hem nieuwe impulsen, beweert hij. Hij schafte apparatuur aan om de resultaten van de hartslag meter beter te kunnen analyse ren, hij startte een spoedcursus Italiaans. Ze schreven dat hij, na volgend jaar als het contract tussen Lefevere/GB en Mapei afloopt, zou stoppen. Maar Mu seeuw (29) wil nog minstens vier jaar koersen. Het liefst in een ploeg van Italiaanse origine („want in Italië is alles perfect voor elkaar"), onder medische begeleiding van dokter Van Mol („een Belg die het vak in Italië van Conconi heeft geleerd") en onder de kennelijk voor hem zo bezielende leiding van Patrick Lefevere. Met hem is afgesproken dat de ploeg niet langer dan twee weken van huis weg is. Tenzij er een grote ronde gereden wordt. Die afspraak is Johan Museeuw heilig. „Langer weg, zou bij mij de goesting in het wielrennen doen verdwijnen. Nu blijf ik het leuk vinden, genoeg om door te gaan met ambitie. Belangrijk? Wat is belangrijk. Er zijn veel belangrijkere dingen in het le ven dan fietsen. Dat weet ieder een die kinderen heeft of die te maken krijgt met een ziekte- of sterfgeval. Zoals Bart Leysen bij ons in de ploeg, wiens broer plotseling overleed. Op zulke momenten stelt het wielrennen niks meer voor. Nee, ook de Ronde van Vlaanderen niet." door: Gert-Jan Onvlee Anonieme brieven in het plaatselijke weekblad en groe pen morrende supporters ten spijt, heeft het bestuur van Rijnsburgse Boys deze week la ten weten dat trainer Rob Kie- bert zijn werk gewoon mag blij ven doen. Het bestuur staat achter hem en het bestuur be paalt wat er binnen de club ge beurt. Zo ongeveer luidde de motivatie van het besluit en ik moet zeggen: die bevalt me wel. Voor sommigen zal de medede ling van Rijnsburgs wijze man nen als een verrassing zijn ge komen. Zeker voor degenen die in het weekend de kabelkrant van een aanpalende gemeente wel eens opslaan en daarop konden lezen dat Kiebert ont slagen was en dat Hans Schot ook niet meer op Sportpark Middelmors behoefde te ko men. De doelman zou zich soli dair hebben verklaard met Kie bert: 'Rob er uit, ik ook er uit'. Een reactie waarvan ik overi gens had kunnen zeggen: die bevalt me ook wel. Maar goed, het bleek allemaal een storm in een glas water. Kiebert maakt dit seizoen af en staat ook in de volgende jaar gang nog aan het roer van de Rijnsburgse zaterdag-eerste klasser. Of ga ik nu te snel. Onderschat ik de invloed van de ontevreden supporters? Ontstaat er na een eventuele nederlaag tegen Noordwijk (vanmiddag) of - nog erger - een tweede verlies bin nen drie zaterdagen tegen Quick Boys, volgende week, weer 'een nieuwe situatie'? Wie het weet, mag het zeggen. Duidelijk is wel dat de stem van supporters ook in de praktijk van het amateurvoetbal geen onbelangrijke is. En dat het voor Kiebert en het bestuur van Rijnsburgse Boys het beste zou zijn als de spelersgroep de ko mende weken nu eens wel brengt wat verwacht mag wor den. Een serietje van vier, vijf overwinningen en iedereen op en rond Middelmors is weer te vreden. Een zware opgave? Vast wel. Maar geen onmogelijke. Rijns burgse Boys heeft dat wel vaker gepresteerd. Sterker nog: de ploeg slaagde er in het seizoen 1983-1984 zelfs in om dertien maal op rij te zegevieren. Een nog altijd bestaand record in de eerste klasse, waar de serie van elf van Katwijk maar armzalig tegen afsteekt. Zo bezien is vier, vijf toch niet te veel gevraagd? H.™ dat het de KNVB in derdaad ernst is bij het aanpakken van de voetbal vervuiling in het algemeen en van het geweld op het voetbal veld in het bijzonder. Deze week hoorde het Amersfoortse APWC vanuit Zeist dat het eer ste elftal voor de rest van dit sei zoen uit competitie is genomen. De aanleiding daarvoor is de tik archieffoto die de scheidsrechter op 12 maart van een speler van APWC kreeg tijdens het duel met Her cules. Een maand eerder (bij de ontmoeting tegen DOS) was de zelfde zondagderdeklasser al in opspraak geraakt nadat een speler en een supporter de scheidsrechter hadden gemo lesteerd. De straf, waardoor de vereniging naar de vierde klasse afdaalt, komt mij niet onlogisch voor. Dit soort misstanden kan niet hard genoeg worden aan gepakt. En de bewijzen liggen in dit geval voor het oprapen. Hetgeen echter niet betekent dat APWC grootmoedig schuld bekent. Het verhaal wil immers dat de scheidsrechter bij APWC- Hercules een Surinaamse speler discriminerend heeft bejegend en dat daarom de reactie was zoals ze was. De club heeft in middels meester Eric Vilé (goed voor al uw zaken tegen de KNVB) in de arm genomen om de straf aan te vechten. Tevens heeft APWC aangifte gedaan bij de Amersfoortse politie. Het is derhalve nog even afwachten welke uitkomst en uitspraak er nu definitief uitrolt. Zoals het voor het Alphense ARC nog even afwachten is hoe het hoger beroep uitpakt dat de zaterdag eersteklasser heeft aangespannen naar aanleiding van de schorsing van Frank Bloemheuvel. De Alphense ver dediger kreeg twee maanden aan zijn broek naar aanleiding van het uiten van racistische taal tijdens het uitduel met Zwart Wit '28. Want ook die vorm van verbaal geweld wordt door de KNVB tegenwoordig fors aangepakt. Op zich niets op tegen, maar je mag in dit soort zaken van Zeist op z'n minst enige zorgvuldig heid verwachten. En ik heb sterk de indruk dat daarvan in dit geval nauwelijks sprake is. Als grensrechter, scheidsrechter en ploeggenoten ontlastende verklaringen afleggen, zoals in het geval van Bloemheuvel, mag je je als KNVB immers best afvragen of je een speler wel kunt straffen. Het pleit voor de vereniging ARC dat dat hoger beroep in middels is aangespannen. Het enige dat mij verbaast is dat voorzitter Terpstra en de zijnen niet onmiddellijk de burger rechter hebben ingeschakeld, maar die stap pas zullen zetten als de KNVB in hoger beroep bij haar standpunt blijft. Dit soort veroordelingen reikt immers zo veel verder dan het voetbalveld, dat ze maar beter heel snel en heel erg officieel uit de wereld kunnen worden ge holpen. Voorhout, Nieuw Vennep, Leiden en nu dus Rotterdam. De handballende vrouwen van Foreholte, De Bollenstreek en TKS-Saturnus heten volgend seizoen Ancora. Tenminste, dat denk ik. De fusie tussen TKS Sa- turnus en de Rotterdamse ver eniging van die naam wijst in elk geval in die richting. Dat samengaan was noodzake lijk geworden omdat de hand- balbond met ingang van de vol gende jaargang geen samen- werkings- of andere noodver banden meer accepteert. Het Leidse Saturnus en de vrouwen van het niet-Leidse Saturnus die vorig jaar tot een vorm van sa menwerking hadden besloten, moesten derhalve fuseren of uit elkaar gaan. De echte vereni ging (het Leidse Saturnus van voorzitter Rob Otten dus) zag bij elkaar blijven niet zitten, waardoor het aangewaaide TKS-Saturnus (van begeleidster An Plug, zeg maar) iets anders moest. Dat werd Ancora. Maar het had voor hetzelfde of iets meer geld een club in Den Haag, Maastricht of Purmerend kunnen zijn. Want echt hangen aan een plek of een thuishaven, dat doen die speelsters van De Bollenstreek duidelijk niet. Toch benieuwd in welke hal die handballende vrouwelijke zwer vers na volgend seizoen spelen. Een slechte gedachte, ik geef het onmiddellijk toe. Maar ik kan me echt niet voorstellen dat het daar in Rotterdam wel lan ger dan een jaar goed gaat... De twee vlechtjes dansen weer. House op het achterhoofd. Ze zijn weer het symbool van on geremde vrolijkheid. Heel lang zat er geen muziek meer in. De staartjes leken ijspegels. Het hoofd zat vol twijfels, de zenu wen legden het lichaam lam. Ze verloor, verloor nog eens en raakte haar vertrouwen kwijt. „Ik vroeg me echt af waar ik nog mee bezig was. Wat moet ik nou?" Jenny Gal leverde vooral een strijd met zichzelf. Het moeilijk ste gevecht uit haar judocarriè re. Eerst onderuit op het EK in Gdansk in 1994, later in het jaar werd ze op het NK zelfs geklopt door de Tilburgse Nancy van Stokkum. Velen schreven haar af. De wisseling van de wacht in de klasse tot 61 kilogram leek aanstaande. „We zijn het kruispunt van onze carrières gepasseerd", sprak de triomfator destijds. „En ik ben haar nu voorbij." Van Stokkum tekende in het luchtledige nog twee denkbeel dige lijnen. Die van Gal was da lende, die van haar stijgende. Ben je besodemieterd, dacht bondscoach Cor van der Geest, tevens coach van de oudste Gal. „Ze verloor een keer op een NK*. Dan zet je haar toch niet meteen bij het grof vuil." Inmiddels is de 25-jarige Am sterdamse, die dit weekeinde op de mat komt bij het open NK in Den Bosch, er weer van over tuigd dat topjudo een belangrijk deel van haar leven is. Ze heeft immers nog doelen. „Eerst het EK, dan het WK en dan Atlanta. Ik weet niet of ik wereldkam pioen kan worden, maar ik weet wel dat ik heel wat goede judo ka's eraf kan halen. Ik kan na melijk gewoon goed judoën." Waarschuwing Dat is de taal van een topper. Het NK is allang vergeten. Zand erover, concurrentie eronder. „Die nederlaag kan me weinig meer schelen. Het enige gevolg was dat Nancy en ik het op een aantal toernooien moeten uit vechten. Nou, ik draai stukken beter dan zij." Want Gal won glorieus in Budapest, terwijl Jenny Gal: „Ik ging er niet altijd honderd procent voor." foto gpd Van Stokkum anoniem bleef. „Maar wat concurrentie is niet slecht voor me. Het houdt me scherp. Nancy heeft me met de neus op de feiten gedrukt. Het was een waarschuwing." De wekker is afgegaan. Gal is klaarwakker. Relativeren kan ze ook weer. Dat was in haar meest donkere periode haast onmogelijk. Ze viel hard, dacht zelfs aan stoppen („dat gevoel duurde zo'n twee weken"), maar kwam uiteindelijk uit de verwurging die de liefde voor het judo dreigde te vermoor den. En Gal is nu strijdbaarder dan ooit. Uiteraard zijn er nog weieens twijfels, maar die heeft iedere topsporter. Het is vaak balanceren tussen hoop en vrees, succes en tegenslag. Ze heeft ermee leren leven. „O ja hoor, ik kan dat nu heel goed, relativeren. Je moet me eigenlijk vragen, waarom ik judo. Waar om ik judo? Nou, gewoon om dat ik het leuk vind. En als het straks allemaal niet lukt dan ga ik gewoon verder met andere leuke dingen. Ja, nu kan ik dat weer gemakkelijk tegen mezelf zeggen." Vermoorden Heel lang was dat niet het geval. De studente bewegingsweten schappen kon de klappen niet meer alleen opvangen. Ze had iemand nodig om uit het nega tieve toch weer iets positiefs te halen. Cor van der Geest ging het gevecht met de gevoelige Gal aan. Een strijd, soms op le ven en dood. De coach: „We hebben een heel proces achter de rug. Dat is al zo'n drie, vier jaar geleden begonnen. Jenny is een heel goede, technische ju doka, maar voor een echte top sporter miste ze wat. Ze is een lief meisje, geen vechter. Bij de dames zijn de tijden van lekker judoën échter voorbij. Er wordt veel harder gevochten. Jenny is niet de gemeenste, de hardste, de sterkste. Maar de toppers ko men de mat op om iemand te vermoorden. Daar ging zij aan tenonder." Gal geeft toe. „Ik wilde ju doën, niet vechten. Ik wilde ie mand vastpakken op techniek. Maar er is inderdaad wat veran derd. Het was voor mij öf mee vechten öf stoppen. Ik heb be sloten om mee te vechten. Ik had daar in het begin heel veel moeite mee, want ik kon hele maal niet vechten. Dat klinkt stom ja, maar zo was het. Ik zag er de lol helemaal niet van in en weigerde aanvankelijk ook in te zien dat het nodig was." De topper was ook te gemakzuch tig. „Ik ging er niet altijd hon derd procent voor en dan dacht ik achteraf: let op als ik honderd procent geef, dan lukt het wel. Nee, ik hield mezelf niet voor de gek; ik had het gewoon niet in de gaten." Van der Geest wel en hij greep in. Op zijn manier. De vraag luidde: „Wil je naar de top of niet? Als je niqt wilt, dan ga je lekker naar je vriend in Italië en word je Mama. Dan komt Cor op bezoek met een groot ca deau, met een fraaie strik erom,, en krijg je vijfentwintig kussen van me. Maar wil je bij de top van de wereld horen, dan moet er wat gebeuren met je karak ter."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 21