Lood wordt goud in Mozarts Zauberflöte Hans Otjes wil nooit meer clown tegen wil en dank zijn Cultuur&Kunst Een foto uit het verleden van acteur Hans Otjes. Een grapjas die van binnen stond dood te gaan. archieffoto Had hij maar niet dat geinponem- hoofd. Kon-ie maar afkomen van die mimiek die hem steeds de clownsrol- len bezorgde. Want Hans Otjes, da s la chen, vonden producenten en publiek. Hadden ze hem maar beter gekend. Dan hadden ze gezien dat de grapjas van binnen soms stond dood te gaan naast André van Duin. Overspannen smachtend naar serieus werk. Vijf jaar zit hij nu thuis. Ziek, leeg en uitgeput was hij. „Als ik boodschappen doe, krijg ik nog steeds positieve reac ties op mijn optredens van toen. Zon de, denk ik dan, want ik heb jullie nooit kunnen geven wat ik had willen laten zien." In de werkkamer van Hans Otjes>(47) in Wognum hangen drie foto's en een tekening. Otjes als cabaretier, Otjes als acteur in éen klassiek stuk en Otjes in de André van Duin-revue. De perioden in mijn leven, noemt hij ze. Die eerste plaat. Zwart-wit. Een kleinkunstenaar gevangen in het licht van de volgspot; 24 jaar was hij. De tijd tussen zijn vier broers in de Amster damse kruidenierswinkel van thuis had hij achter zich gelaten. Zijn opleiding tot bouwkundig tekenaar leek voor goed vergeten. „Freek de Jonge, Ivo de Wijs, Herman van Veen en ik zouden een frisse wind door cabaretland laten waaien. Met een tweedehands geluids installatie van Herman ging ik het cir cuit van de kleine theaters in. Zelf tek sten en optredens regelen, zelf kos tuums en techniek verzorgen en zelf achter de financiën aan." Foto twee, periode twee. De acteur. Weer zwart-wii. Klassiek toneel onder regie van Vera Baresóva ('een fantas tisch vakwijf). Dagboek van een krank zinnige, heette het stuk. Puur am- bachtswerk. „Omdat ik toen ook al ko mische rolletjes deed in kindertelevi sie-series, kende het grote publiek me als lolligerd. Dat ik opeens serieus werk aankon, wekte verbazing." Zijn hart lag in het theater, maar de televisie bleef. Al was het alleen maar om de centen. „Het geld van de televi- sieklussen pompte ik rechtstreeks in mijn verliesgevende theaterprodukties. Walgelijk uiteenlopend was het. Prach tig toneel naast die platte televisieop drachten. Doodmoe werd ik ervan. En doodziek, uiteindelijk." Ep Oorklep Foto drie, periode drie. Felle kleuren. Glitter en Goud. In de revue tussen An dré van Duin en Frans van Dusscho- ten. Honderden voorstellingen. In de zelfde tijd 1-2-3-kwissen en Ep Oor klep-shows op het scherm. „Van den Ende vroeg me overal voor. Ik dacht: man, je moest eens weten wat ik echt in mijn mars heb. Maar ik deed het omdat alles voor me werd geregeld: het gaf me financiële rust en hield me uit de WAO." „Vrienden zouden naar de première in Het Park in Hoorn komen. Doe het maar niet, ik wil niet dat jullie me zo zien, zei ik. Ik had het gevoel dat ik als een schemerlamp naast André stond te staan. Van mezelf kon ik er voor mijn gevoel niets in kwijt. Maar het gekke was dat het publiek het allemaal prachtig vond. Zelfs Hans Otjes als schemerlamp werkte op hun lachspie ren." Het was 1990 toen Hans Otjes men taal in het wak tussen salaris en artis tiek geweten schaatste. 'Geestelijke droogstand', noemt hij het zelf. „Ik was gammeler dan gammel en dacht dat ik doodging. Alle kwaaltjes die ik tussen door had verdrongen, kwamen eruit." Voor een poliep op zijn stembanden moest hij in het ziekenhuis worden be handeld. Bij de eerste opname stond de Hoomse ziekenhuiskamer vol met fruit, bloemen en kaarten. Met de groeten van de collega's uit Aalsmeer. Meteen na de operatie ging hij weer aan de slag, maar de 'droogstand' bleef. Een contract voor een derde re vue wees hij af. Zijn uitputting was to taal. Kenmerkend voor de verwijdering was de leegte in de ziekenhuiskamer, bij een volgende stern-aandoening. Er was alleen wat post van familie en vrienden. Geen fruitmanden en bloe men uit de showwereld meer. Niets uit Aalsmeer. En toen begon thuis het grote na denken. „Alles gaat door je hoofd. Waarom zat ik altijd op de verkeerde plaats, op het verkeerde moment met de verkeerde mensen? Iedereen in het vak wist wie ik was en dat ik het goed deed. Het publiek waardeerde het, An dré waardeerde het. Waarom kreeg ik dan niet de artistieke kans die ik zelf in gedachten had?" Periode vier van Hans Otjes is vervat in een tekening. Een werkstuk uit zijn tijd als leerling van de tekenacademie, waar hij het diploma 'illustrator' haal de. Want na het isolement en de uit putting stopte hij zijn tijd in tekenen en schrijven. „Het was het laatste beetje energie, want m'n vlammetje werd steeds kleiner. Allemaal psy chisch, natuurlijk." „Ik was bang dat het kaarsje hele maal uit zou gaan. Ik had vreemde dromen en vreesde dat m'n laatsl draadje zou knappen. Tot ik paragno Jan Kleyn uit Edam op de televisie za Hij is een fantastische paragnost en n gressie-therapeut. In een gesprek on dekte hij wat er met me aan de han was. Gelukkig kon hij me helpen." „Via Jan heb ik een kanaaltje naar andere wereld gevonden, waardoor me minder alleen voel en meer ee deel van een groter geheel. Door zi steun en liefdevolle begeleiding ben nu zo ver dat ik anderen die in knoop zitten kan helpen. Daar zit nil paranormaals aan, hoor, want ik be er broodnuchter onder. Anderen helpen door ze een luiste rend oor te bieden. Hans Otjes vim dat hij daarmee weer terug is bij d kern: „Het werken van hart tot harti wat ik altijd met mijn overgevoelighei op het toneel wilde doen. Ik ben knetter-dankbaar voor dat ik nu luiste rend een deken om mensen kan heen slaan." En de artiest Hans Otjes? „Intusse gaat het tekenen en schrijven gewoo door. En mocht er nog eens een mook inhoudelijke rol komen, dan staat d deur naar het toneel nooit dicht. Mai je ziet me nooit meer zoals je me o televisie hebt gezien." ZATERDAG 18 FEBRUARI 1995 Tjeu van den Berk in zijn werkkamer te Heemstede. foto jesse knopper vakfotografie heemstede albert brüggendaarvoor 's ochtends beloond wordt met suikerbrood, zoete vijgen en Zijn zoektocht begint bij de muziekle- wijn?! raar die de gymnasiumklas van de 15- De Italiaanse alchemist had dus jarige Tjeu van den Berk binnenkomt, toch gelijk! De schrijvers van het ope- een grammofoonplaat met Mozart- ra-libretto, Emanuel Schikaneder en aria's laat zien en zegt: „Nu zal ik jul- de mineraloog en theoloog Karl Gie- lie eens de mooiste liefdes-aria laten seke, die evenals Mozart lid waren horen die ooit is geschreven." van een vrijmetselaarsloge, wisten Het blijkt de aria van Tamino uit precies dat Papageno het ontbijt van Mozarts Die Zauberflöte te zijn. Tami- Hermes moest krijgen. Van den Berk no ziet het portret van de prinses Pa- komt erachter dat allerlei karakteris- mina en zingt: „Dies Bildnis ist bezau- tieken van Papageno op Hermes bernd schön". De jonge Tjeu wordt er slaan, het tweeslachtige wezen uit de door betoverd en sluit voor zijn ver- mythologie, de bode van de goden, de dere leven Mozarts opera diep in zijn god van de handel en de leugen, hart. Nu hij eenmaal het Archimedische Hij gaat theologie studeren, promo- punt heeft bereikt ontdekt Van den veert op een proefschrift over de, door Berk dat de librettisten zijn uitgegaan de Nazi's vermoorde theoloog Diet- van de drie stoffen die volgens Para- rich Bonnhoeffer en wordt verbonden celsus in heel de natuur werkzaam aan de nu in Utrecht gevestigde Ka- zijn: zout, zwavel en kwik. Het zijn de tholieke Theologische Universiteit, stoffen die de alchemisten aan de aar- Daar geeft hij les in levensbeschou- de onttrekken om ze te zuiveren en welijke vorming, praktische theologie op harmonische wijze met elkaar te en religie in relatie tot kunst. verbinden. Hij vindt verrassende aan- Inmiddels heeft Dr. Van den Berk wijzingen die duidelijk maken dat Pa vele opvoeringen van Die Zauberflöte mina het zout personifieert, Tamino bijgewoond en is hij opmerkzaam ge- de zwavel en Papageno-Papagena het worden op de requisieten: een gou- kwik. Dat na allerlei beproevingen Pa den fluit, zilveren klokkenspel, zilve- mina, de dochter van de nacht, uit ren bomen met gouden bladeren, eindelijk trouwt met Tamino, de zoon smeltovens. De lectuur van de werken van het licht, heeft een diepe beteke- van Carl Jung over alchemie en psy- nis. Die Zauberflöte blijkt de vrucht te chologie brengen hem op het idee dat zijn van de beschouwende alchemie, die requisieten weieens alchemisti- die ervan uitgaat dat de praktische al- sche symbolen zouden kunnen zijn. chemist, die poogt lood in goud te Heel toevallig krijgt Tjeu via een veranderen, ook zélf een veredelings- vriend een artikel uit 1816 in handen proces moet doormaken, waarin een anonieme Italiaanse al- Titelplaat van het oorspronkelijke libretto van 'Die Zauberflöte', rijk aan alchemistische symboliek. chemist beweert bij de wereldpremiè re van Mozarts opera aanwezig te zijn geweest en dat Die Zauberflöte een al chemistisch proces verbeeldt waarin de verschillende personages als edele en onedele stoffen fun geren en veranderingen ondergaan. „Het is toch duidelijk dat Papageno, die zo over het toneel Laboratoria „Mozart was vrijmetselaar uit volle overtuiging" zegt Mozart zoals het grote publiek hem zich voorstelt, kwik- zilverig gespeeld door Tom Hulce in Milos Forman's film I Amadeus. archieffoto Van den Berk op mijn vraag of Mozart op de hoogte was van de alchemisti sche gedachtenwereld achter Die Zauberflöte. „Hij kende de praktijken en symbolen van de alchemisten door en door. Wenen was de enige plek in Europa waar op het eind van de 18e eeuw nog alchemistische laboratoria waren. Ik trof tot mijn verrassing in Mozarts privé-bibliotheek een dik boek aan over mystiek, alchemie en muziek. Muziek wordt daarin be schreven als een van de meest diepe vormen van alchemistische transfor matie." Hoe komt het dat we tweehonderd jaar hebben moeten wachten op de onthulling van het geheim achter Die Zauberflöte? Van den Berk: „De vrijmetselaars hadden een zwijgplicht. Zelfs in de brieven aan zijn vader, die eveneens lid van een loge was, spreekt Mozart zelden over het geheime genootschap en dan nog in zeer bedekte termen. Bovendien werd de vrijmetselarij een jaar na Mozarts dood verboden om dat men dacht dat zij de hand had ge had in de Franse Revolutie. Het kleine groepje ingewijden nam het geheim mee het graf in. De grote massa heeft nooit iets van Die Zauberflöte begre pen. En de ingewijden wilden dat graag zo houden." Was Mozart zelf niet een soort Pa pageno, een kwikzilverachtige dubbel figuur. die zowel poep-en-pies-briefjes schreef als goddelijke muziek? Van den Berk: „Dat denk ik zeker. De geniale flierefluiter in de film Amadeus komt overeen met de Papa geno die in Mozart huisde. Maar ik denk dat hij ook een zeer sterke Ta- mino-kant had. Hij nam bijvoorbeeld het portret van zijn vrouw Constanze mee op reis en elke avond barstte hij in snikken uit bij het zien daarvan. Hij kon zich dus helemaal geven in Pami- no's aria Dies Bildnis ist bezaubernd schön. Ik ben ervan overtuigd dat hij zeer diep door het leven ging, maar i \j tussen de mensen als een Papagf l3 voordeed omdat de ingewijden 2 n niet alszodanig mochten preset 0 ren." Komt het streven naar persoonl veredeling van de beschouwende J chemie overeen met het christel streven naar volmaaktheid? Van den Berk: „Een van de gt kenmerken van de beschouwende11 chemie is dat ze polariteiten v,!l hield. Iets moest niet ten koste 1 iets anders gaan, het duister en licht werden bijeen gehouden. De 1 chemisten verweten de kerken dat ten koste van het kwade het gotr wilden bereiken, ten koste van 1 duisternis het licht. Het is kenm kend dat in Die Zauberflöte de Kon gin van de Nacht niet gedood word Is het niet-begrijpen van de alc mistische boodschap van Die Z berflöte van invloed geweest op de n nier van uitvoeren van de opera? Van den Berk: „Beslist. Drie jaar 1 dat de opera was uitgekomen heeft zwager van Goethe, Christian Vulpi in Weimar Die Zauberflöte geëns neerd en gewoon het hele libre veranderd. Zijn tekst, die nerg< meer op slaat, heeft anderhalve ee de uitvoeringspraktijk bepaald. N wist gewoon niet meer dat er nog f oorspronkelijk libretto bestond. Italiaanse vertaling wijkt nóg meet van de oorsponkelijke tekst. De me authentieke uitvoering is die om leiding van Toscanini. Zij dateert 1937 en is nu op cd verkrijgbaar, geeft de oorsponkelijke tekst integi weer. De meestal zo authentiek n gelijk te werk gaande Harnonco laat het verhaal gewoon door een n vrouw vertellen en gaat van de e aria naar de andere. Hij heeft eens zegd: „Ach, we moeten er niet v meer achter zien idari een familie zietje." Vorig jaar zag ik de opera Brussel in een enscènering van K< Ernst Herrmann. Die kwam absoli het dichtst bij de oorspronkeli bedoeling." Een vertaling van je bi zal in het buitenland on twijfeld veel stof doen t waaien. Hoe zijn intussen reacties van Nederlandse d kundige n? Van den Berk: „Mozartk< ner Prof. Marius Flothuis vii het heel interessant maar dat de alchemie zover van z bed ligt dat hij er verder nil over kan zeggen. Een andf Mozartspecialist, Dr. Bastia Blomhert, noemde mijn bo 'ronduit spectaculair' en schri mij dat het zonder meer ei nieuwe en fascinerende wendi geeft aan de discussie over achtergronden van Die Zauberj te. Heb je het idee dat met joi boek het laatste woord over l Zauberflöte is gezegd? Van den Berk: „Ik hoop dat het n het laatste, maar het eerste woo is." Dr.M.F.M.van den Berk, Die Za berflöte een alchemistische alleg rie, is een uitgave van Tilburg Ui versity Press, kost f.89,50 en is ve krijgbaar via de boekhandel. springt, het kwikzilver van de alchemist voor stelt? Hij is het mercuur van de wijzen." Van den Berk twijfelt vooralsnog aan 's mans bewering, te meer als hij leest dat deze anonymus zichzelf 259 jaar oud noemt. Vijgen Dan doet de Heemsteed- se Mozart-fanaat de ontdek king die hem definitief de sleutel tot het raadsel in han den geeft. In een Amster dams antiquariaat trapt hij op een boekje dat op de grond is gevallen. Alvorens het op de plank terug te zetten ziet hij dat het gaat over Griekse huisgodsdiensten. Hij slaat het op een willekeurige pagina open en leest een tekst van de Griekse treurspeldichter Aristophanes waarin staat dat Hermes Mercurius als ontbijt het liefste heeft: suikerbrood, zoete vijgen en wijn. Met die me dedeling vallen alle stukjes van de puzzel op hun plaats. Want vertelt Papageno niet in het eerste deel van Die Zauberflöte aan Ta mino dat hij 's nachts vogels vangt voor de Koningin van de Nacht en Mozarts laatste opera Die Zauberflöte is sinds de wereldpremière in 1791 te Wenen onderwerp geweest van talloze speculaties. Betreft de opera een inwijding in een vrijmetselaarsloge? Is hij het verhaal rond de inwij ding van twee huwelijken? Gaat het om een sprookje dat aan het verhaal over een inwijdingsritueel is gekoppeld? Dr. Tjeu van den Berk uit Heemstede kon niet aanvaarden dat aan een werk dat hem zo diep raakte zoveel verschillende ideeën ten grondslag zouden liggen. Na jarenlange studie vond hij de sleutel van het geheim dat Die Zauberflöte tweehonderd jaar verborgen hield. Portret van Wolfgang Amadé Mo zart, gemaakt in 1789, twee jaar voor zijn dood. Papageno, met symbolische pauwestaart, wijst naar de tempel waarin het 'heilige huwelijk' voltrokken zal worden. Kopergravure uit -T' het oorspronkelijke libretto zj> van 'Die Zauberflöte'. Affiche voor de wereldpre mière van 'Die Zauberflöte' in het Wiedner Theater van Wenen op 30 september

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 18