Geen reden voor douceurtje student
Brave Hendrik worstelt
met Europese rekening
Republikeinen VS zitten met abortus in hun maag
Feiten &Meningen
Vrijspraak
Holman zwak
gemotiveerd
Moment van overdenking
MAANDAG 13 FEBRUARI 1995
Volgens de rechtbank in Amsterdam heeft
Theodor Fiolman, columnist van Het Pa
rool, zich niet schuldig gemaakt aan opzet
telijke belediging van het christelijke volks
deel. De officier van justitie die duizend
gulden boete had geëist, gaat in hoger be
roep. Daarbij zal het draaien om de vraag:
wanneer is er eigenlijk sprake van beledi
ging van een bevolkingsgroep?
De officier van justitie was van mening
dat wat Holman had geschreven een bele
diging is voor alle christenen. „Nog steeds
vind ik iedere christenhond een misdadi
ger", aldus de gewraakte passage. Deze for
mulering kan als generaliserend of grievend
worden aangemerkt. Wat de officier van
justitie echter niet duidelijk maakte, is
i hier een taak voor het strafrecht
GIJSSCHREUDERS
juridisch
medewerker
zou zijn
Het strafrecht is een uiterste middel.
Toen iemand aangifte deed tegen Holman,
had het Openbaar Ministerie de zaak heel
eenvoudig kunnen seponeren met het argu
ment dat er geen dringende maatschappe
lijke behoefte bestaat om de columnist tot
de orde te roepen. De vrijheid van me
ningsuiting en daar draait het hier om
mag alleen maar worden aangetast als
daarvoor een zeer urgente noodzaak be
staat, zo heeft het Europese Hof voor de
Rechten van de Mens bepaald.
Bovendien heeft het Europese hof onder
streept dat de vrijheid van meningsuiting
ook en misschien wel juist van toepassing is
op uitlatingen die
schokkend, grievend
of omstreden zijn.
Anders zou elke dis
cussie kunnen wor
den gesmoord. Met
name columnisten
kunnen zich volgens
de rechtspraak in
het algemeen veel
veroorloven. Over
drijving en schok
kend taalgebruik
zijn in columns vaak
niets dan stijlmidde
len.
De officier van justi
tie stond voor de
taak te bewijzen dat Holman ook de bedoe
ling had gehad het christelijke volksdeel te
beledigen. Dat bleek moeilijk aan te tonen,
vooral toen de columnist betoogde dat hij
met het woord christenhonden niet alle
christenen bedoelde, maar alleen diegenen
die misdaden plegen. Daar komt bij dat ar
tikel 137 c van het Wetboek van Strafrecht,
op grond waarvan Holman werd vervolgd,
duidelijk ten doel heeft kwetsbare groepen
in de samenleving te beschermen tegen ui
tingen van haat en discriminatie. Het gaat
vooral om anti-semitisme, rassendiscrimi
natie, homo-haat en dergelijke. Door het
over de boeg van artikel 137 c te gooien,
suggereerde de officier van justitie dat de
christenen in Nederland een bedreigde
minderheid vormen. Dat was wel erg ver
gezocht.
De rechtbank heeft zich te gemakkellijk
van al deze principiële kwesties afgemaakt.
Ook op de vraag of wat Holman schreef in
houdelijk beledigend was, geeft het vonnis
geen antwoord. Evenmin gaat de rechtbank
in op het argument van de columnist, dat
hij nooit mensen zou aanspreken op eigen
schappen die zij niet zelf gekozen hebben
(ras, geslacht, huidskleur), terwijl gods
dienst en politieke overtuiging een keuze
inhouden die dus ook mag worden bestre
den.
De rechtbank heeft aan de hele zaak een
merkwaardige draai gegeven door uitslui
tend te letten op het aantal mensen dat zich
beledigd heeft getoond. Beslissend voor de
vrijspraak was, dat niet genoeg mensen tij
dig een klacht hebben ingediend. Op het
moment dat de officier van justitie de straf
zaak aanspande, had slechts een enkeling
aangifte gedaan. Ook bij Het Parool waren
geen klachten binnengekomen.
Daarom kon er volgens de rechtbank
geen sprake zijn van belediging van een
groep mensen. Maar doet het er wel iets toe
hoe groot een beledigde groep is? Was Hol
man wel strafbaar geweest als duizend
mensen een klacht hadden ingediend? Dat
is nogal bizar. Opzettelijke belediging van
een bevolkingsgroep is geen klachtdelict.
De vervolging is dus nooit afhankelijk van
het aantal aangiften, maar vereist uitslui
tend een beslissing van het Openbaar Mi
nisterie. Stel bijvoorbeeld dat iemand anti
semitisme bedrijft door te ontkennen dat in
Auschwitz miljoenen joden zijn vergast.
Dan mag de strafbaarheid ook niet afhan
kelijk zijn van de vraag hoeveel mensen
daartegen protesteren.
De vraag of een bevolkinsgroep is bele
digd, is een inhoudelijke en geen kwantita
tieve. De vrijspraak van Holman had kun
nen worden gemotiveerd met het ontbre
ken van opzet of kunnen worden gerecht
vaardigd met de vrijheid die columnisten
toekomt. Maar de motivering die de Am
sterdamse rechtbank geeft voor de vrij
spraak hoe terecht die uitkomst op zich
zelf ook mag zijn is bijzonder zwak te
noemen. Nu wordt de indruk gewekt dat de
strafbaarheid afhangt van petities, span
doeken, optochten en volksverontwaardi-
ging. De officier van justitie heeft alle reden
in hoger beroep te gaan.
Ritzen wil onderwijs toegankelijk houden, maar basisbeurs schrappen
Minister Ritzen van onderwijs verwacht dat de basisbeurs voor studenten op langere termijn zal verdwijnen. Volgens de PvdA-bewindsman is zo'n
overheidsbijdrage voor iedere jongere die aan hogeschool of universiteit wil studeren zo langzamerhand achterhaald. Volgens hem is het veel logi
scher om studiefinanciering vooral te bestemmen voor studenten met ouders die niet zo veel verdienen. Voor die groep wordt het anders moeilijk
de stap naar het hoger onderwijs te maken.
Zijn verbaasde blik is oprecht. Nee, gebaart hij,
onrust verwacht hij niet. Minister Jo Ritzen mag
dit weekeinde dan wel het voortbestaan van de
basisbeurs ter discussie hebben gesteld, zelf ziet
hij voor studenten en toekomstige studenten
geen redenen tot wanhopen. Je moet het posi
tief zien, meent Ritzen. Regeren is vooruitzien en
dus moet er nu al worden nagedacht over de stu
diefinanciering in de verre toekomst. „Juist nu er
geen bezuiniging aan vast zit."
Het hele 'veld' mag de komende tijd met Ritzen
meedenken. De hele maatschappij eigenlijk, want
ook degenen wier kinderen straks universiteiten
en hogescholen bevolken, hebben een belang.
Van zijn eigen inzet maakt Ritzen geen geheim:
hij ziet weinig redenen om een basisbeurs in
stand te houden die niet meer voorstelt dan een
'douceurtje' voor studenten. Want rondkomen
van een basisbeurs kan al lang niet meer.
Eigenlijk kon dat nooit, zegt de onderwijsminister
in het Utrechtse Catharijnecollege, waar de PvdA
zaterdag de provinciale verkiezingscampagne
lanceerde. Toen hij eind 1989 voor de PvdA als
minister aantrad, was de basisbeurs nog 605 gul
den per maand, een jaar later zelfs 620, maar in
1996 moeten uitwonende studenten het met
tweehonderd gulden minder doen.
Minder basisbeurs en meer aanvullende beurs,
was het beleid van Ritzen. Jongeren uit gezinnen
met lagere en middeninkomens kunnen maande
lijks in totaal bijna achthonderd gulden krijgen.
Onder leiding van Ritzen zijn daarnaast de moge
lijkheden uitgebreid om geld te lenen en met
werk bij te verdienen.
Het nieuwe kabinet van WD, PvdA en D66 bezui
nigt de komende vier jaar nog eens een miljard
op het beurzenstelsel. De basisbeurs gaat niet
verder omlaag, maar studenten moeten het
beursbedrag eerst lenen. Het wordt pas kwijtge
scholden als ze voldoende studiepunten halen.
Ook wordt het recht op een beurs met een jaar
bekort en de OV-studentenkaart versoberd. Om
dat tegelijkertijd 500 miljoen gulden op het hoger
onderwijs wordt bezuinigd, gaat het collegegeld
de komende jaren ook nog eens omhoog: in drie
stappen met 500 gulden. Voor de lage en midden
inkomens wordt dat gecompenseerd.
Al die veranderingen hebben de afgelopen jaren
tot veel onrust geleid. Maar nu het gevecht om de
centen is afgerond, verkiest Ritzen voortzetting
van de strijd boven rust. Niet omdat er in de toe
komst nog meer moet worden bezuinigd, maar
omdat Ritzen een principiële discussie over de
basisbeurs wil. In een interview met De Volks
krant zei hij de plaats van de basisbeurs „wat on
bestemd" te vinden en eigenlijk weinig reden te
zien voor behoud ervan.
„Daar mag je niet uit concluderen dat ik hem wil
afschaffen", zegt Ritzen. „Ik wil er nu over praten
en midden volgend jaar met een voorstel komen.
Is het antwoord 'ja, de basisbeurs moet blijven',
dan is het ook goed", zegt hij. Maar zelfheeft hij
daar een andere kijk op. Volgens Ritzen heeft het
huidige beurzenstelsel nooit zijn doel bereikt: on
afhankelijkheid van ouders. „Die onafhankelijk
heid kun je ook bereiken door geld te lenen. Je
kunt je voorstellen dat straks alleen nog een beurs
wordt verstrekt als ouders een laag of middenin
komen hebben. Het geld dat je dan overhoudt,
kan worden besteed aan een lagere rente op stu
dieleningen."
Dat er altijd, ook vóór de invoering van de basis
beurs in de jaren tachtig, een algemene tege
moetkoming is geweest voor studerende kinderen
in de vorm van extra kinderbijslag, doet volgens
Ritzen niet ter zake. „Je kunt je afvragen of dat
wel de taak van de overheid was. De overheid is
er voor de toegankelijkheid van het onderwijs en
voor de kwaliteit, niet om iedereen een extraatje
te verschaffen. Daar moeten we over praten."
De minister vindt het nodig de discussie nu al te
beginnen om duidelijkheid te geven aan toekom
stige generaties studenten. „Ik vind het belangrijk
dat veranderingen stapsgewijs worden ingvoerd.
Wie nu een beurs heeft, moet erop kunnen ver
trouwen die te houden. Maar we moeten nu vast
onze koers bepalen voor de periode rond de
eeuwwisseling."
Dat betekent binnen enkele weken een brief aan
de Tweede Kamer waarin Ritzen zijn ideeën uit
eenzet, en vervolgens een dik jaar 'breed overleg'.
Pas dan, midden volgend jaar, wil Ritzen komen
met een definitief plan voor de studiefinancie
ring. In de tussentijd werkt staatssecretaris Nuis
plannen uit voor een nieuw stelsel van hoger on
derwijs. In het regeerakkoord is vastgelegd dat de
gemiddelde studieduur omlaag moet. Volgens de
onderwijsminister hoeft dat niet te leiden tot kor
tere opleidingen. Het kan er ook op uitdraaien dat
de overheid minder lang meebetaalt aan de oplei
dingen.
Ritzens plannen mogen dan bedoeld zijn voor de
verre toekomst „Wie nu begint, merkt er ver
der niets van" maar rustig is het nog lang niet
in het hoger onderwijs.
utrecht ans bouwmans
EU-geld verdeelt politiek Den Haag
Sarajevo Zonlicht speelt met de glas-in-loodramen
van de katholieke kathedraal van Sarajevo. Door het
bestand krijgt in de Bosnische hoofdstad het leven
weer een beetje zijn normale gang. De rust is overi
gens betrekkelijk want er zijn nog sluipschutters ac
tief, terwijl de Serviërs de wegen naar Sarajevo blij
ven beheersen. Zo moest in het weekeinde de be
voorrading van de stad worden opgeschort omdat de
Serviërs de weg tussen luchthaven en stad hadden
gesloten. foto reuter danilo krstanovic
Den Haag zit steeds meer in
zijn maag met de gevoelige re
kening die 'Brussel' dit jaar en
komende jaren presenteert.
Blijft Nederland het braafste
jongetje uit het Euro-klasje of
moet er maar eens brutaal met
de vuist op de Brusselse tafel
worden geslagen omdat die
braverik het niet hoeft te pikken
dat hij ook nog eens het meeste
zakgeld moet afdragen? Die ne
telige kwestie ligt op tafel en
verdeelt ministers, coalitiepar
tijen en partijgenoten onder-
ling.
Het gevoeligste deel van de re
kening is natuurlijk de hoogte
ervan. Nederland betaalt in vijf
jaar tijd, tot de eeuwwisseling,
zo'n 25 miljard gulden meer
aan de Europese Unie dan het
terugkrijgt. Dat is zeven miljard
meer dan het totale paarse be
zuinigingspakket en zestien
miljard meer dan het pakket
lastenverlichting waarop bur
gers en bedrijven met smart
wachten.
Gevoelig ligt de rekening ook
binnen de paarse coalitie. „Zet
mij met een PvdA'er in een
PvdA-zaaltje om die 25 miljard
uit te leggen terwijl wij geweldig
moeilijk moeten doen om op de
AOW te korten. Dan stap ik als
winnaar naar buiten", zegt een
WD-kamerlid. De WD eist har
de actie om een eind te maken
aan de „uit de hand gelopen
kosten". In elk geval voor né
1999, want de kans is vrijwel nul
dat daarvóór nog iets omvang
rijks te repareren valt.
Oppositiepartij CDA heeft even
als de WD „grote bezwaren",
maar het is nog niet duidelijk
hoever de christen-democraten
willen gaan. Ze houden voorlo
pig wijselijk hun mond, want er
is paarse tweespalt: PvdA en
D66 zijn het niet eens met de
WD. Zij vinden dat er ook moet
worden gekeken naar de econo
mische voordelen die Neder
land van de EU heeft, en naar
de miljarden die we vroeger uit
Brussel ontvingen.
Ook in het kabinet ligt de zaak
gevoelig. Minister Zalm
(financiën, WD) heeft met af
grijzen uitgerekend wat Neder
land bijdraagt aan het „rond
pompen van subsidies in de
EU" zoals het op Financiën
heet. Hij wil straks minder af
dragen en in de tussentijd meer
binnenhalen. Zalms collega Van
Mierlo (buitenlandse zaken,
D66) heeft heel andere belan
gen. Van Mierlo is bang dat het
toch al onder druk staande
draagvlak voor Europa in ons
land verder wordt ondermijnd
door luidkeels geklaag over de
grote bedragen die naar Brussel
moeten.
Dat was ook de reden dat Zalms
notitie voor de Tweede Kamer
pas afgelopen vrijdag door de
ministerraad kwam, drie weken
later dan de bedoeling was. De
kille cijfers zijn uiteraard dezelf
de, maar op aandrang van Van
Mierlo en premier Kok is er in
de notitie wat meer begrip aan
gebracht voor de Europese ge
dachte. Bovendien is het uit
zicht op concrete maatregelen
en dus op minder afdrachten
na 1999 wat verhelderd. „In
een breder perspectief plaat
sen", heet dat in Haags jargon,
en dat de verhoudingen tussen
Buitenlandse Zaken en Financi
ën wel eens hartelijker zijn ge
weest laat zich raden.
Gevoelig ligt de rekening trou
wens ook binnen de EU, want
Van Mierlo en Kok lopen hun
Europese collega's bijna weke
lijks tegen het lijf. Een lagere
aanslag voor Nederland bete
kent immers een hogere aan
slag voor andere landen. Op
herrie daarover in de Brusselse
tent zitten Kok en Van Mierlo
allerminst te wachten. Nog een
teer punt: wat voor indruk zou
het maken als Nederland nu
opeens gaat zeuren over bedra
gen waarmee het zelf drie jaar
geleden heeft ingestemd?
Premier Kok kampt nog met
eist anders. Hij was er immers
zelf als minister van financiën
bij in Edinburgh (1992), samen
met toenmalig premier Lub
bers. Zachtjes wordt wel eens
gefluisterd dat Lubbers destijds
meer met zijn gedachten bij de
opvolging van Delors was en
schamper wordt gemeld dat
Kok voortijdig moest afreizen
naar een PvdA-congres in Am
sterdam. Onterecht, lijkt het.
Niet zozeer de uitgaven aan
maar de inkomsten uit Brussel
vallen lelijk tegen. En dat is pas
in de jaren na de EU-top in
Edinburgh aan het licht geko
men.
Rest de vraag wat Den Haag
met al deze gevoeligheden gaat
doen. Het zogenoemde 'eigen-
middelenbesluit' ligt nog bij de
Raad van State en moet dit
voorjaar nog door de Tweede
Kamer worden goedgekeurd.
Minder scrupuleuze lidstaten
als Italië chanteerden Brussel
net zo lang met het uitstellen
van de goedkeuring tot bepaal
de miljardenclaims waren ge
honoreerd. Zulk gedrag is voor
Nederland ondenkbaar, maar
wat druk op de Brusselse ketel
in de vorm van groeiende irrita
tie kan geen kwaad. Voor grote
projecten als de dijkversterking
en de aanleg van Betuwe- en
Hoge Snelheidslijn (HSL) wordt
immers nu al nadrulckelijk naar
Brussel gelonkt.
Volgend jaar praat Europa over
de verdeling van de financiële
pijn na 1999. Tot die tijd buigt
Den Haag zich over een strijd
plan en dus over de vraag: de
brave Hendrik van Europa blij
ven of brutaal de vuist op tafel
laten neerkomen. Of, wellicht
het meest waarschijnlijk, een
zorgvuldig afgewogen combina
tie van die twee.
De Amerikaanse verkiezingscampagne van vol
gend jaar zal gaan over begrotingstekorten, belas
tingverlagingen, bezuinigingen en buitenlands
beleid. Maar geen van die onderwerpen zal de ge
moederen tot aan de presidentsverkiezingen van
november 1996 zo bezig houden als de abortus
kwestie.
Nu al is duidelijk dat abortus een hoofdrol zal
spelen in de campagnes. De blunders van het
Witte Huis rond de benoeming van de zwarte gy
naecoloog Henry Foster tot 'opperdokter' van de
Verenigde Staten, hfebben de abortustegenstan
ders alleen maar meer moed gegeven om hun
strijd tegen abortus met nieuw elan aan te gaan.
Hoewel volgens alle enquêtes zeker zes op de tien
Amerikanen voor gelegaliseerde abortus zijn pro
choice heet dat voor het recht van de vrouw
om zelf te kiezen), zien conservatieve en rechts-
religieuze groepen de abortus-kwestie als een
'lakmoesproef voor politici met nationale aspira
ties.
President Bill Clinton zit in de problemen, omdat
hij de omstreden Foster heeft voorgedragen. Fos
ter verklaarde eerst minder dan een dozijn abor
tussen te hebben gepleegd, later bleken het er 39
te zijn. En nog later bleek hij ook experimentele
abortussen te hebben uitgevoerd en geestelijk ge
handicapten te hebben gesteriliseerd.
Dat alles was legaal en er lijkt dus niets aan de
hand. Maar door het gedraai en het gerommel
met cijfers is het beeld geschapen dat Foster en
het Witte Huis iets te verbergen hadden. De Re
publikeinse oppositie is daar uiteraard bovenop
gesprongen en dreigt de benoeming van Foster in
de Senaat te zullen torpederen.
Tot zover is dit het normale politieke spel in Was
hington. Maar al komt dit Clinton slecht uit, hel
zijn de nu zo hard schreeuwende Republikeinen
die veel meer te vrezen hebben van dit debat. Net
als in 1992 kan de discussie over de 'morele waar
den' de Republikeinse Partij in grote problemen
brengen. Door toedoen van vice-president Dan
Quayle en de oerconservatieve Pat Buchanan
werd de Republikeinse conventie van 1992 een
demonstratie van conservatisme en intolerantie
ten opzichte van geëmancipeerde vrouwen, ho
mo's en voorstanders van vrije abortus. Veel
Amerikanen keerden zich toen van de Republi
keinen af. Dat droeg er belangrijk toe bij dat Ge
orge Bush niet werd herkozen als president.
De Republikeinse leiders zijn nu als de dood dat
de geschiedenis zich herhaalt. In hun kritiek op
Foster benadrukken ze daarom niet zijn abortus
praktijk, maar zijn gesjoemel met de feiten. Want
ze kunnen, zeker na de succesvolle verkiezingen
van november, geen abortusdebat gebruiken dat
een kloof slaat in de Republiekeinse Partij.
De anti-abortusgroepen hebben daaraan echter
lak. Zaterdag zei voorzitter Ralph Reed van de
Christian Coalition, een anderhalf miljoen leden
tellende, zeer invloedrijke, rechts-religieuze actie
groep, dat hij geen kandidaten zal steunen die
voor het recht op vrije abortus zijn. Dat was een
waarschuwing aan het adres van mensen als de
gouverneurs Pete Wilson (California), William
Weld (Massachusetts) en Christine Whitman
(New Jersey), oud-gouvemeur Lamar Alexanders
(Tennessee) en senator Arlen Specter (Pennsylva
nia), die allen (vice)presidentiële ambities hebben
en voor vrije abortus zijn.
Als niet zowel de Republikeinse presidentskandi
daat als diens vice-president tegen abortus zijn,
zal de Christian Coalition tegen hen campagne
voeren, aldus Reed. „Wij kunnen geen partij steu
nen die afstand neemt van haar historische ver
dediging van de traditionele waarden.
Dat was taal die de Republikeinse leiders niet
graag horen. Want in tegenstelling tot de Demo
craten zijn de Republikeinen zeer verdeeld over
de abortus-kwestie, en religieus-rechts wordt
steeds invloedrijker in de partij. Een meerderheid
van de Republikeinse kiezers steunt echter het
door het Opperste Gerechtshof in 1973 uitgespro
ken grondwettelijke recht op abortus.
De Christian Coalition en groepen als de 'Family
Research Council' en 'Focus on the Family' willen
dat deze uitspraak wordt teruggedraaid. Geen van
de leidende Republikeinse politici wil daar echter
aan. Ook niet senator Bob Dole, de nummer één
in de partij, en zelfs diens conservatievere colle
ga-kandidaat Phil Gramm uit Texas.
Dole waarschuwde voor een 'Buchanan-effect'.
En Gramm zei 'dat de partij zich moet richten op
thema's die verenigen, en niet verdelen'. Gramm
Dole's belangrijkste uitdager en na het wegval
len van Quayle de nieuwe lieveling van rechts
spreekt overigens met twee tongen. Hij zorgde er
in november nog voor dat het 'Nationale Recht
op Leven Comité' een 175.000 dollar uit de partij
kas kreeg om campagne te voeren tegen abortus.
Hij wordt daar nu ook in eigen kring op aangeval
len. De euforie over de zoveelste nederlaag die ze
het Witte Huis kunnen toebrengen, zal bij de Re
publikeinen dan ook gauw plaatsmaken voor be
zorgdheid over de komende campagne.
washington hans de bruun
correspondent